1 - Wageningen UR E

Download Report

Transcript 1 - Wageningen UR E

Enkele aspecten van de M o t o r i s a t i e van de
Nederlandse
in het verleden
Landbouw
en
in de toekomst
door
Drs.K.E.Krolis
en
J.A.Vollaers
Afd,EconomieenStatistiek.
VOORWOORD
De t r e k k e r i s sinds de l a a t s t e wereldoorlog in onze
Nederlandse landbouw een vanzelfsprekend verschijnsel geworden.
De tijd, dat de boeren te hoop l i e p e n om deze "nieuwigheid" t e
bekijken en de importeur zich zelf geluk wenste a l s hij in een
week tijds enkele t r e k k e r s had verkoch - '
i s reeds lang voorbij.
Momenteel wil hij vaak meerdere per dag verkopen.
Een dergelijke s n e l l e ontwikkeling, waarvan het einde
nog n i e t in z i c h t i s , maakt een regelmatige b e s t u d e r i n g , zowel
van het verloop van de s i t u a t i e , a l s van de toekomstverwachtingen,
wenselijk.
In d i t v e r s l a g i s in het bijzonder aandacht geschonken
aan de importen, het jaarlijks a a n t a l t r e k k e r s dat, vanwege het
v e r s l e t e n zijn, moet v/orden vervangen en de jaarlijkse g r o e i van
het t o t a l e t r e k k e r p a r k , alsmede de toeneming van de e e r s t e handsen g e b r u i k t e t r e k k e r s .
Bij de b e s t u d e r i n g kon enerzijds worden gesteund op t e l lingen van het Centraal-Bureau voor de S t a t i s t i e k , anderzijds
e c h t e r moesten berekeningen en s c h a t t i n g e n worden gemaakt om het
beeld t e v o l t o o i e n . Er moet dus worden gewaa.rsch.uwd tegen een
mogelijke schijn van zeer g r o t e nauwkeurigheid.
Dit neemt overigens n i e t weg, dat de getekende "ruwe
contouren" i n s t r u c t i e f zijn en dat een a a n t a l steeds belangrijker
wordende aspecten n . 1 . de vervanging ~-n de markt in g e b r u i k t e
t r e k k e r s , duidelijker konden worden beklemtoond.
De s a m e n s t e l l e r s van deze p u b l i c a t i e , de heren
Drs. K.E. 'Krolis en J . A . Vollaers deden d i t met het oogmerk, dat
deze g e s t e n c i l d e mededeling zowel voor de g e b r u i k e r a l s voor de
verkoper van nut zou kunnen zijn. Wij wensen hen d i t gaarne t o e .
De D i r e c t e u r
I r . H.H. postuma
S t n o . 130- 1300-28/3-'60
I n h o u d s o p g a v e
Fagina
1
Inleiding
1
2
Reconstructie van het verleden
2
3
Beschouwing van liet verleden
7
4
Toekomstperspectief
14-
Inleiding
1.
Het trekkerpark van de Nederlandse landbouw bestond
aan het einde van de tweede wereldoorlog u i t ongeveer 2500
t r e k k e r s . Reeds d i r e c t nain het h e r s t e l van door de oorlog ontstane a c h t e r s t a n d een aanvang en werd gevolgd door een s t e r k e
n i e t aflatende uitbouw van de m o t o r i s - t i e . Een g r o e i welke t o t
het a a n t a l van ruim 53*000 landbouw-tiekkers in 1958 heeft g e l e i d . Deze ontwildeeling was door niemand in die e e r s t e j a r e n
voorzien.
HST verleden i s de l e e r s c h o o l van de toekomst. In de
j a r e n k o r t n;. de oorlog moest men br: de s c h a t t i n g e n van t o e komstige ontwikkelingen deze onderwijzing ontberen. Thans kunnen
wij terugzie;. o\ een ruim d e r t i e n j a r i g e periode van toenemende
m o t o r i s a t i e in onze landbouw. Voortdurende studie van d i t v e r leden i s noodzakelijk om aan de verwachtingen voor de toekomst
r i c h t i n g en inhoud t e kunnen geven.
Deze s t u d i e beoogt in het bijzonder aandacht t e
schenken aan de ontwikkeling van de volgende grootheden.,
1
de import van landbouwtrekkers
2
de schroot (aantal v e r s l e t e n t r e k k e r s )
3
het t o t a l e trekkerpark in de landbouw
4
-e
5
het e e r s t e - h a n d s trekkerpark
het tweede-hands trekkerpark i . e .
de g e b r u i k t e t r e k k e r s .
Hiervan zijn bekend:; de import per j a a r en het t o t a l e
t r e k k e r p a r k in 1945» 1950» 1955 en in 1958. Voorts weten we u i t
de m e i - t e l l i n g 1958 h e t a a n t a l t r e k k e r s -aanwezig op de e e r s t e
bedrijven (nieuw aangeschafte = e e r s t e hands t r e k k e r s ) - dat i s
aangekocht vóór 1945? van 1945 t o t en met 1950 ; 1951 t o t en met
1953j 1954 t o t en met 1956 en na 1956 en v o o r t s het t o t a a l aant a l g e b r u i k t e t r e k k e r s in mei 1958.
Het blijkt dus dat het beschikbare m a t e r i a a l n i e t t o e reikend i s om het doel van d i t onderzoek te bereiken. Er zijn
veel leemten.
Het i s e c h t e r - gelukkig - wel mogelijk om met deze
gegevens het verleden t e r e c o n s t r u e r e n en de leemten door middel van berekeningen en schattingen op t e v u l l e n .
Vervolgens z u l l e n wij voor de toekomst enig u i t z i c h t
t r a c h t e n u i t t e tekenen.
_ o
2.
R e c o n s t r u c t i e van h e t v e r l e d e n .
Algemeen wordt aangenomen, d a t ons l a n d i n 1945 o n g e v e e r 25OO l a n d b o u w t r e k k e r s r:;jk w a s . Gebrek aan g e g e v e n s v e r h i n d e r e n ons deze aanneming t e b e t w i s t e n of t e o n d e r s t e u n e n . 'Ur]
k i e z e n dus ook d i t s t a r t p u n t .
Vanaf mei 1945 t o t december 1950 werden 1 8 . 6 8 5 l a n d b o u w t r e k k e r s g e ï m p o r t e e r d , waardoor h e t t h e o r e t i s c h a a n t a l t r e k k e r s op de l a a t s t g e n o e m d e datum 21.185 b e d r a a g t . De O . B . 3 . t e l l i n g van december 1950 g e e f t e c h t e r h e t a a n t a l van I 9 . 7 9 2
l a n d b o u w t r e k k e r s . Het v e r s c h i l t u s s e n b e i d e a a n t a l l e n n . 1 . 1393
of "jif/ovan de import h e e f t g e d i e n d t e r v e r v a n g i n g van v e r s l e t e n
- dus t o t s c h r o o t v e r g a n e t r e k k e r s .
Sen g e l i j k s o o r t i g e b e r e k e n i n g i s o p g e z e t voor de v o l gende p e r i o d e n . Eet r e s u l t a a t i s weergegeven i n t a b e l I . •*-'
Tabel A
Aantallen schroot per periode
'T —
Perioden
aanwezig ' theoretisch ;werkelijk
scnroot
resp.ge- \aanwezig a/hl aanwezig jabsolutejin'
importeerd! eindvan de jaantal a/h laanivan
e i n d van de i t a l i e n
importi
;periode
periode
j
_-.-i—
In I945 aanwezig
2.5OO
2.50O
2.5OO
:1945 - d e c . I95O
18.685
21.185
19.792
1.393
I 9 5 I - mei
20.096
39.888
36.975
; 2.913
! 14,5
22.386
59-361
53.611
| 5.750
| 25,7
;io.056
: 16,4
I955
mei 1955-mei 1958
Totaal•
61.167
7,5
U i t deze t a b e l blijkt duidelijk de stijging van de a b s o l u t e
a a n t a l l e n s c h r o o t en van de p e r c e n t a g e s van de i m p o r t , welke t e r
v e r v a n g i n g van deze s c h r o o t d i e n e n . Het i s een l o g i s c h g e v o l g van
de g r o e i van h e t trelde e r p a r k .
1)
Zie ookJ.A.Vollaers "Evolutie inde trekkracht"in
Landbouwmechanisatie vanmaartI960.
3 -
Rekening houdend met de geconstateerde stijging i s het
nu mogelijk deze gemiddelde percentages te "verdelen" over de afzonderlijke j a r e n . Toegegeven moet worden dat het v/el e n i g s z i n s
a r b i t r a i r moet gebeuren. "7e hebben echter een d r i e t a l v a s t e punten hierbij n . 1 . het t o t a a l aantal schrootgevallen, het gemiddelde
percentage van de import en de noodzakelijkheid een stijging in de
jaarlijkse percentages aan t e brengen.
Voor de periode 1945 - 1950 kr::jgen we dan het volgende
beeld
Tabel B
Aantallen schroot per j a a r
Jaren
van
mei t o t mei
Invoer
Vermoedelijk
voor vervangingin 'fo • absolute
aantallen
in periode 1945 - 1950.
Toeneming
trekkerpark
per j a a r
Aanwezig a a n t a l
t r e k k e r s op mei
van elk j a a r ,
uitgaande van
25OO t r e k k e r s
in 1945
1.434
1.316
3.934
5.25O
!
4
60
5
69
7
223.
7
419
2.969
5.562
4.0731 9
i
2.560' 10
366
3.707
8.219
I3.78I
17.488
256
2.304
19.792 (dec.)
1945 - 1946
1946 - 1947
1.494!
I.385;
1947 - 1948
1948 - 1949
3.192j
5.981
1949 - 1950
I95O - dec.
I95O
Totaal ;
18.685
7?5
1.393
De berekening voor de volgende perioden i s uitgevoerd
in bijl age 1 .
U i t tabel B blijkt, dat de ontwikkeling in de a a n t a l l e n
schroot enigszins lijkt op het beeld van de importen van j a a r t o t
j a a r en van de toeneming van het trekkerpark. H i e r u i t blijkt, dat
wij de schroot n i e t a l l e e n zien a l s afhankelijk van de g r o e i van
het trekkerpark in een voorbije p e r i o d e , maar ook dat de schommelingen die in deze jaarlijkse s c h r o o t - a a n t a l l e n optreden mede v e r oorzaakt worden door dezelfde f a c t o r e n die overeenkomende ups en
downs in de importen t e weeg brengen. Met andere woorden, de r e denen waarom de boer geen nieuwe t r e k k e r voor u i t b r e i d i n g aanschaft ( b . v . s l e c h t e b e d r i j f s r e s u l t a t e n , s t e r k gestegen t r e k k e r prijzen e n z . ) zijn dezelfde a l s die,v/elke voor hem a a n l e i d i n g zijn
de vervanging van een oude t r e k k e r u i t t e s t e l l e n en met behulp
van r e p a r a t i e s zich voorlopig nog met de aanwezige t r e k k e r t e
"behelpen". En omgekeerd een opleving van de nieuwaankopen voor
- 4
u i t b r e i d i n g , h e e f t dezelfde achtergrond a l s de eveneens toegenomen u i t s t o o t van oude t r e k k e r s .
Door de jaarlijkse importen te verminderen met het voor
vervanging bestemde percentage, verkrijgen wij de .jaarlijkse t o e neming van het trekkerpark, waarbij de genoemde C. B . S . - i n v e n t a r i s a t i e s de bekende,vaste punten vormen.
Het volgende vraagstuk i s , n a t e gaan hoe de jaarlijkse
toeneming van het t o t a l e trekkerpark ia u i t t e s p l i t s e n in een
toeneming van e e r s t e hands t r e k k e r s - t r e k k e r s , w e l k e nog aanwezig
zijn op de bedrijven waar ze a l s nieuw zi.in aangeschaft- en een
toeneming van de gebruikte t r e k k e r s - t r e k k e r s , die aanwezig zijn
op bedrijven,-waar ze a l s gebruikte t r e k k e r s zijn. a a n g e s c h a f t . .
'üit de 0 . B . S . - t e l l i n g van mei 1953 weten wij hoeveel
van de in 1945 - 1950 geïmporteerde t r e k k e r s n . 1 . 18.685 op g e noemde datum nog aanwezig waren op de e e r s t e bedrijven ( e e r s t e
hands t r e k k e r s ) n . 1 . 6.478. In de loop van gemiddeld 10 j a r e n i s
dus 65>3/0 van de ingevoerde t r e k k e r s afgevloeid en t e r e c h t g e komen op tweede- of derde bedrijven of op het trekkerkerkhof. Per
j a a r i s er dus van deze groep t r e k k e r s 6,5/'° i n g e r u i l d of t o t
schroot vergaan.
Van de 1.1.413 ingevoerde t r e k k e r s in 1951 "tot en met
1953 waren in 1958 nog 6.307 aanwezig op de e e r s t e bedrijven.
Hier dus een a f v l o e i i n g van 44,7/2 of 7?5% P©r j a a r .
In I958 waren nog 17.390 t r e k k e r s aanwezig op de e e r s t e
bedrijven van de 22.281 t r e k k e r s , die in 1954 'to't en met 1956 werden ingevoerd. In de loop van gemiddeld 3 j a a r vloeide dus 22$
of 7$ P e r j a a r af naar andere bedrijven of verging t o t schroot.
Ten s l o t t e vloeiden van de 8.788 in 1957 - mei 1958
ingevoerde t r e k k e r s 334 af van de e e r s t e bedrijven. Dit i s 3,8/°
in gemiddeld 1 j a a r .
Bezien wij nu nogmaals de gemiddelde jaarlijkse afv l o e i i n g spercentages n . 1 . 6,5 / 7?5 / ? ea 3,8 dan blijken nogal wat v e r s c h i l l e n . Dit zou betekenen dat in het e e r s t e geval de
t r e k k e r s , geïmporteerd in 1945 - 1950 -ia ruim 15 j a a r v o l l e d i g
van de e e r s t e bedrijven verdwenen zijn, de t r e k k e r s van 1951 - 1953
in ruim 13 j a a r , die van 1954 - 1956 in 14 j a a r en de l a a t s t e
groep in 26 j a a r . Dit i s weinig re'éel.
Nu hebben deze gemiddelde percentages betrekking zowel
op de i n r u i l a l s op de s c h r o o t . In de e e r s t e l e v e n s j a r e n van een
voorraad ingevoerde t r e k k e r s zal hierbij de i n r u i l het belangrijkste zijn. Het i s e c h t e r n i e t waarschijnlijk, dat deze i n r u i l van
j a a r t o t j a a r een constant aantal zal bedragen. Het i s e n i g s z i n s
voor de hand liggend, dat de i n r u i l in h e t z e l f d e j a a r a l s de imp o r t vrij gering zal zijn, in de volgende j a r e n vrij hoog om v e r volgens v/eer t e gaan dalen.
In i e d e r geval blijkt d i t u i t de reeds vermelde cijfers,
die wij nu i e t s anders gaan r e l a t e r e n .
Van de in 1957 "^"t raei 1953 ingevoerde treldcers i s
3?3'/ van de e e r s t e bedrijven afgevloeid in gemiddeld ongeveer
1 .jaar.
Van de gemiddeld 2 j a a r oudere t r e k k e r s , die dus zijn
geïmporteerd in de periode 1954 - 1956? i s 22?à afgevloeid. Hieri n i s e c h t e r reeds ongeveer 4-f° begrepen, dat in het e e r s t e " l e v e n s j a a r " i s afgevloeid. De overige 18>:= i s i n het 2 e en 3 e ''levensjaar"
afgevloeid, d . i . per j a a r 9/»»
Eierop volgen t r e k k e r s , die zijn geïmporteerd in 1951 1953 en vergeleken met de voorgaanden, iusgemiddeld ongeveer 3
j a a r ouder z-.jn. £r vloeide in t o t a a l van deze groep 44> 7/* af,
d . i . 2 2 , 7 / ( n . i . 44,7/= - (I856 + 4 / ) } in het 4 e tot en met het 6 e
" l e v e n s j a a r " . Hierdoor d a a l t het gemiddelde percentage per j a a r
tot 7%.
De l a a t s t e groep t r e k k e r s i s gemiddeld 4 j a a r ouder
dan de voorgaande. 3e zijn geïmporteerd in 1945 - 1950,
Hiervan vloeide in t o t a a l 65; 3 / si', hetgeen 20,6% betekent voor
het 7 e "tot en met het 10 e " l e v e n s j a a r " . Het gemiddelde j a a r percentage d a a l t hierdoor t o t J/o.
Op grond van het voorgaande ontstaat nu het volgende
beeld>
1 "levens" jaar
e
e
2 en 3 " l e v e n s " j a a r
4 t/m 6 " l e v e n s " j a a r
e
/
4/ afvloeiing\
,
9$
7/'°
0
7 t/m 10 " l e v e n s " j a a r
Na 10 j a a r i s
\
"
'
5f=
)
l 07 -,l
''' ) 43?
<f
'o
63 / afgevloeid.
Gezien deze ontwikkeling nemen wij aan dat het p e r c e n tage na het tiende j a a r verder d a a l t en gehandhaafd blijft op 4/«
Dit i m p l i c e e r t , dat na ruim 19 j a a r een voorraad t r e k k e r s , welke
in een bepaald j a a r zijn ingevoerd, van de e e r s t e bedrijven zijn v e r dwenen.
Deze percentages kunnen wij nu toepassen op de jaarlijkse
importen van landbouwtrekkers. Op deze wijze vinden wij het a a n t a l
t r e k k e r s dat elk ja,ar van de e e r s t e bedrijven verdwijnt door de i n r u i l of s c h r o o t . Het v e r s c h i l tussen de importen van elk j a a r en
deze a f v l o e i i n g l e v e r t de jaarlijkse toeneming van het e e r s t e
hands t r e k k e r p a r k .
Het v e r s c h i l tussen de jaarlijkse toeneming van het
t o t a l e trekkerpark en de berekende ( z o a l s eerder weergegeven) t o e neming van het e e r s t e hands trekkerpark g e e f t t e n s l o t t e de j a a r lijkse toeneming van de g e b r u i k t e t r e k k e r s . •*•) Deze berekening i s
i e vinden in de bijlagen 2 en 3! ) Een zelfde r e s u l t a a t krijgen wij door de jaarlijkse a f v l o e i i n g van
e e r s t e hands t r e k k e r s t e verminderen met de j a a r l g k s e schroota a n t a l l e n . Immers; jaarlijkse a f v l o e i i n g = schroot I e hand t r e k k e r s + i n r u i l = schroot I e hands t r e k k e r s + schroot g e b r u i k t e
t r e k k e r s + u i t b r e i d i n g gebruikte t r e k k e r s .
- ö -
Enkele r e s u l t a t e n zijn in onderstaaja.de t a b e l C weergegeven,
Tabel C
Ontwikkeling van deeerste hands-engebruikte trekkers.
Perioden
van
mei totmei
Ontwikkeling
1 e hands
trekkers
1945
1945/46
^OÜU
3.809
1946/47
1947/48
4.880
1948/49
1949/50
1950/51
1951/52
1952/53
1953/54
1954/55
1955/56
1956/57
1957/58
Werkelijke
s i t u a t i e in
mei I958
(C.B.S.)
7.561
12.662
Ontwikkeling
gebruikte trekkers
absoluut
m 'p van
totale
trekkerpark
Ontwikkeling
totale
trekkerpark
2.5OO
125
37O
658
3
7
8
8
3.934
5.25O
I.II9
2.043
12
8.219
I3.78I
17.488
3.195
15
21.334
4.555
6.O5I
19
22
24.309
7-637
9.036
39.655
11.797
13.956
25
24
23
24
26
36.975
43.932
49.508
53.611
39.202
14.409
27
53.611
15.445
18.139
19.754
21.440
23.444
27.939
33.69O
37.7II
10.242
27.491
31.081
In de i n l e i d i n g i s opgemerkt, dat a l l e e n u i t de
C . B . S . - t e l l i n g van 1958 i e t s bekend i s over het aanwezige aantal
e e r s t e hands en g e b r u i k t e t r e k k e r s . Nu blijkt, dat onze berekening
van 1945 s£ t o t een r é s u l t a i t v o e r t in 1958, dat van de werkelijke
a a n t a l l e n maar weinig afwijkt. Deze geringe afwijking kan worden
verwaarloosd.
Het verleden van de m o t o r i s a t i e in de Nederlandse Landbouw, dat i s g e r e c o n s t r u e e r d op de wijze, z o a l s in het voorgaande
i s u i t e e n g e z e t , i s in g r a f i e k I in b e e l d g e b r a c h t .
_ 7 _
i
Hieruit kan worden afgelezen?
1
de ,]aarljjkse trekkerimp orten
2
de jaarlijkse a a n t a l l e n schroot
0
3
4
de jaarlijkse toeneming vanhet totale trekkerpark
dejaarlijkse toeneming van heteerste hands
trekkerpark
Q
5
3.
de jaarlijkse toeneming \ n de gebruikte--trekkers.
Beschouwing van het verleden
3ij de beschouwing van het verleden zullen wij e e r s t nagaan welke factored, do s n e l l e ontwikkeling van de m o t o r i s a t i e
hebben bepaald. Vervolgens zullen wij de wijze waarop deze ontwikk e l i n g heeft p l a a t s : evonden,nader bezien,
I.
Oorzaleen van de s n e l l e m o t o r i s a t i e
a.
In het verloop van de lonen van l a n d a r b e i d e r s in r e l a t i e
t o t de ontwikkeling v.-.n do prijson der -1andbouwwerktuigen en t r e k k e r s i s een belangrijke oorzaak van de s t e r k voortgeschreden mec h a n i s a t i e en daarmee van de m o t o r i s a t i e gelegen. Van 1951 - 1958
stegen de uurlonen in de landbouw met 84>£, terwijl de nieuwwasrde
van een normale w e r k t u i g e n i n v e n t a r i s op een bedrijf van 38 ha in
de Wieringermeer in h e t z e l f d e tijdvak steeg met IO^Ö. De v i e r w i e l i g e
landbouwtrekkers stegen in deze periode Çf/o in prijs. 2,
Toegegeven moet worden, dat het b e t e r zou zijn een vergelijking te trekken tussen de lonen en de e x p l o i t a t i e k o s t e n der
werktuigen. Vollaers heeft aangetoond dat de e x p l o i t a t i e k o s t e n per
uur van een d i e s e l t r e k k e r van 25 - 30 pk, welke in 1951 &og ruim
70 cent boven de arbeidskosten per uur (lonen i n c l . s o c i a l e leisten)
lagen, thans bijna door deze l a a t s t e n ^ijn ingehaald. 3)
Zie ook K.iOi Kroli s e c . d r s . "Afz e t p e r s p e c t i e v e n voor
Landbouwwerktuigen" in Smederij en C o n s t r u c t i e - 4 september 195
s
2) Ontleend aanLandbouwcijfers1959? LandbouwEconomisch Instituut
insamenwerkingmethetC.B.3.
3, ZieVollaers,J.A. "Loonkosten naderen trekkerkosten"in
Landbouwmechanisatie van oktober1959»
Q.
ö -
Voor het overige menen wij, dat liet verloop van de
prijzen op de ontwikkeling der e x p l o i t a t i e k o s t e n een belangrijke
invloed u i t o e f e n t , . w e l k e g e r e l a t e e r d aan het verloop van de
lonen van l a n d a r b e i d e r s een voldoende i n d i c a t i e g e e f t .
b.
Het s t e r k verminderde arbeidsaanbod in de landbouw
sinds de oorlog. Hierbij doelen wij n i e t op de verminderde werkgelegenheid door mechanisatie en r a t i o n a l i s a t i e , maar
op de k r a c h t e n , die onafhankelijk daarvan hebben gewerkt en welke
het voor de l a n d a r b e i d e r aantrekkelijk .laakten een beroep buiten
de landbouw te k i e z e n .
Te denken v a l t hierb:j aan de in de j o n g s t e tijd opgeheven beloningiiverschillen tussen i n d u s t r i e - en Landarbeiders,
aan de lage s o c i a l e waardering voor de l&ndarbeidersgroep, de
g e r i n g e r e promctie-kansen in de landbouw vergeleken met de i n dustrie e.a.
De hierdoor ontstane arbeielsschaars t e in vele gebieden
welke n i e t v o l l e d i g in het gestegen loonniveau tot uitdrukkingkwam (soms wel in de vorm van "zwarte" l o n e n ) , i s een s t e r k e
stimulans geweest voor de m o t o r i s a t i e en de m e c h a n i s a t i e .
c.
Het landbouwbeleid van de overheid, dat beoogde een
redeLjk bestaan t e garanderen op het s o c i a a l - en
economisch goed g e l e i d e bedrijf, heeft het r i s i c o van te v e r r i c h t e n i n v e s t e r i n g e n in t r e k k e r s en werktuigen in zekere mate
verminderd.
II.
Se aard van de ontwikkeling
U i t g r a f i e k I kunnen v/e aflezen op welke wijze de motor i s a t i e t o t stand i s gekomen. Hierbij blijkt, dat de importen, de
toeneming van het t o t a l e trekkerpark en de toeneming van het
e e r s t e hands trekkerpark p a r a l l e l verlopen. Dit g e l d t ook voor
de jaarlijkse a a n t a l l e n s c h r o o t ,
Dit wekt geen verwondering, omdat vooral in de aanvang de importen hoofdzakelijk bestemd waren voor u i t b r e i d i n g ,
terwijl deze -wederom vooral in de aanvang- voornamelijk p l a a t s
vond op de zogenaamde " e e r s t e hands" bedrijven,
Geleidelijk aan i s e c h t e r de b e t e k e n i s van de schroot
en daarmee van. de "vervangings"-importen toegenomen. Daar s t a a t
weer tegenover, dat wij - z o a l s wij reeds eerder hebben g e s t e l d aangenomen hebben, dat er verband b e s t a a t tussen de schommelingen in de voor u i t b r e i d i n g bestemde importen en de v e r vanging van de u i t g e s t o t e n landbouwtrekkers. Dit verband
zal ook in de nabije toekomst blijven bestaan t o t het - v o o r l o p i g
nog n i e t z i c h t b a r e - punt, waarbij de t o t a l e import zal bestaan
u i t vervangingsimporten en de u i t b r e i d i n g van de m o t o r i s a t i e
voltooid i s .
i
Dit g e l d t ook voor het evenwijdige verloop tussen de
importen en de toeneming van de e e r s t e hands trekkers..
U i t g r a f i e k I "blijkt, dat het verloop van de toeneming
van de gebruikte t r e k k e r s t e g e n g e s t e l d i s aan dat van de t o e neming veen het e e r s t e hands trekkerpark en a l l e andere in de
g r a f i e k opgenomen grootheden. De g r a f i e k I I toont d i t nog duidelijker. Dit i s a l s volgt te beredeneren aan de hand van een voorbeeld, waarbij goed voor ogen moet s t a a n , dat de ontwikkeling van
de m o t o r i s a t i e verder g a a t , Maar aat dn het tempo v e r s n e l l i n g e n
en vertragingen optreden. Op een zeker tijdstip b e s t a a t het t r e k kerpark u i t 50.000 e e r s t e hands- en 20.000 g e b r u i k t e t r e k k e r s
In de h i e r o p volgende periode zijn de omt,tar.digheden - g u n s t i g e
b e d r i j f s r e s u l t a t e n of gunstige trekker-prijsen in r e l a t i e t o t de
a r b e i d s l o n e n - aantrekkelijk voor een K.'.ellore g r o e i van de motor i s a t i e . De moeren zijn nu geneigd meer fierste iüvUüs t r e k k e r s te
kopen dan voorheen en minder gebruikte t r e k k e r s . Zij gaan ook
s n e l l e r t o t vervanging over. In cijfers i s d i t a l s v o l g t voor t e
s t e l l e n ; het a a n t a l gebruikte t r e k k e r s neemt toe met 1000, t e r wijl de vervanging in deze c a t e g o r i e 500 stuks b e d r a a g t . Dit bet e k e n t , dat de e e r s t e bedrijven 1500 t r e k k e r s moeten i n r u i l e n om
d i t mogelijk t e maken. Op deze bedrijven moeten 1000 v e r s l e t e n
t r e k k e r s v/orden vervangen, terwijl de verdere g r o e i 6000 t r e k k e r s
b e d r a a g t . Er zullen in deze periode dus 8500 t r e k k e r s moeten
worden geïmporteerd,waarvan 1500 voor vervanging dienen, 6000
voor u i t b r e i d i n g van h e t e e r s t e hands trekkerpark en 1000 voor
u i t b r e i d i n g van het aantal gebruikte t r e k k e r s .
Gedurende de volgende periode k e e r t het economisch
getij. De boeren worden v o o r z i c h t i g e r , s t o l l e n vervanging van
t r e k k e r s u i t en breiden hun trekkerpark u i t door meer gebruikte
t r e k k e r s aan t e kopen en minder e e r s t e handst r e k k e r s . De u i t b r e i d i n g van gebruikte t r e k k e r s stijgt hierdoor t o t 2000, terwijl
de vervanging in deze groep d a a l t tot 300. Op de e e r s t e bedrijven
moeten dus nu 2300 t r e k k e r s worden i n g e r u i l d om deze vraag te
kunnen beantv/oorden. De vervanging van e e r s t e hands t r e k k e r s
d a a l t tot 5OO en de verdere g r o e i van deze t r e k k e r s d a a l t t o t
3000 s t u k s . In t o t a a l moeten in deze periode dus 58OO t r e k k e r s
worden geïmporteerd, waarvan 800 voor vervanging, 2000 voor u i t breiding van liet a a n t a l gebruikte t r e k k e r s en 3000 voor u i t breiding van het e e r s t e hands t r e k k e r p a r k .
Vergelijken wij beide perioden, dan zien wij een daling
van de importen mot 2700 t r e k k e r s , een daling van de schroot
(vervangingsimporten) met 700, een daling in de g r o e i van het
t o t a l e trekkerpark met 2000, een v e r t r a g i n g in het groei-tempo
van het a a n t a l e e r s t e hands t r e k k e r s met 3000 en een stijging van
het groei-tempo van het aantal g e b r u i k t e t r e k k e r s met 1000«
Na in het voorgaande de onderlinge samenhang van de
v e r s c h i l l e n d e grootheden te hebben bezien zullen wij thans de
aandacht r i c h t e n op de mogelijke v e r k l a r i n g e n van hun verloop
in de periode 1945-1958, Het i s hierbij voldoende ons te beperken
IG t o t de importen. De andere grootheden l a t e n zich h i e r u i t l o g i s c h
a f l e i d e n . In j r a f i e k I v a l l e n de tv/ee toppen van respectievelijk
I948/49 en I955/56 op met het daartussen gelegen d a l .
Het verloop van de b e d r i j f s r e s u l t a t e n in de landbouw
verschaft h i e r geen opheldering. U i t bijlage 4 b l i k t , dat daling
van de importen o p t r e e d t bij redelijke bedrijf suitkomsten, terwijl
de stijging van de importen samen gaat met s l e c h t e r v/ordende r e s u l t a t e n der a g r a r i s c h e bedrijven.
De s i t u a t i e duidt z e l f s enigszins in de r i c h t i n g van
een tegengestelde r e l a t i e tussen ontwikkeling van de m o t o r i s a t i e
en de bedrijf suitkomsten.
Deze gedachte wordt v e r s t e r k t a l s we in bijlage 6 zien
en u i t g r a f i e k V aflezen, dat de r e c e s s i e van 1949/50-52 wordt
gekenmerkt door (-.-en minder s t e r k e daling van het a g r a r i s c h e i n komen dan het inkomen in het overige bedrijfsleven, terwijl in de
hoog-conjunctuur t o t 1957 het a g r a r i s c h inkomen achterblijft bij
dat in de overige s e c t o r e n . De bestedingsbeperking en de conj u n c t u r e l e inzinking na dat j a a r heeft het a g r a r i s c h inkomen
minder beïnvloed dan het inkomen in andere bedrijfstakken.
"^'
'Deze ontwikkeling in de verhouding tussen de a g r a r i s c h e
en de andere inkomens i s o . i . de belangrijkste v e r k l a r i n g voor het
door Dalmijn en v'.M.K. v . d . Wildenberg 2) geconstateerde v e r s c h i l
tussen de toenemingen van de besparingen bij de Boerenleenbanken
en de andere s p a a r i n s t e l l i n g e n . De volgende t a b e l nemen wij h i e r u i t over;
Tabel D
Meer of mindere p r o c e n t u e l e g r o e i bij boerenleenbanken t e n 0 ;pz ichte van overige s p a a r i n s t e l l i n g e n .
+ 3,8
I95I
I952
3,4
- 0,3
1953
_ 2,6
1954
1955
2,5
— 2,6
I956
+ 7,8
1957
+ 8,9
I958
De auteurs zei f menen d i t verschijn
_i_
De bedrijfsuitkomsten en het h i e r gehanteerde begrip a g r a r i s c h
inkomen zijn u i t e r a a r d n i e t i d e n t i e k . In het l a a t s t e begrip zijn
ook de arbeidslonen begrepen. De lonen volgen v/aarschijnlijk het
algemeen conjunctuurverloop, v/aardoor het achterblijven van het
t o t a l e a g r a r i s c h e inkomen voornamelijk voor rekening komt van de
bedrijfsresult a t e n .
2) Dalmijn, W.J. en W.M.N. v . d . Wildenberg
"De besparingen bij de
boerenleenbanken" i n Economisch-Statistische Berichten
27 j a n u a r i i960.
- 11 spaarbeweging tussen a g r a r i ë r s en n i e t - a g r a r i ' é r s voor een belangrijk deel a l s volgt te moeten verklaren'.
" . , * • „ . . . . . ..,..„ g r o t e r e p o s i t i e v e v e r s c h i l tussen inkomen en
consumptie aal bij de overige spaarders tot uitdrukking komen in
de spaargelden y terwijl d i t bij boer en t u i n d e r zal worden aangewend voor i n v e s t e r i n g e n , "
Nu blijkt, dat in een periode van algemene hoogconjunctuur de a g r a r i s c h e inkomens achterblijven bij die in andere
bedrijfstakkken, de m o t o r i s a t i e ( d . i . ae i n v e s t e r i n g ) toeneemt en
de a g r a r i s c h e - b e s p a r i n g e n r e l a t i e f achterblijven bij de overige besparingen. Voor het door Dalmijn en Wildenberg g e s i g n a l e e r d e v e r schijnsel moet aan de door hun gegeven v e r k l a r i n g van een stijging
der i n v e s t e r i n g e n nog toegevoegd v/orden de ongunstige verhouding
tussen a g r a r i s c h e - en n i e t - a g r a r i s c h e inkomens.
Bij een r e c e s s i e zijn de bovengestelde r e l a t i e s omgekeerd
n . 1 . een r e l a t i e v e v e r b e t e r i n g van de a g r a r i s c h e inkomens, een
daling van de m o t o r i s a t i e en een r e l a t i e f g u n s t i g e r spaarontwikk e l i n g ten opzichte van de andere s p a a r d e r s .
Hiermede hebben wij echter nog n i e t v e r k l a a r d , waarom de
m o t o r i s a t i e (een deel van de a g r a r i s c h e i n v e s t e r i n g e n ) blijkbaar
s t e r k e r i s g e r e l a t e e r d aan de algemene conjunctuur-beweging dan
aan de a g r a r i s c h e , a l t h a n s een dergelijke s i t u a t i e wordt door het
voorgaande gesuggereerd.
Hiertoe z u l l e n wij de index-cijfers van de uurlonen van
l a n d a r b e i d e r s en van de trekkerprijzen nader bezien, (Bijlage 7?
g r a f i e k V i ) . Bestudering l e i d t t o t de c o n c l u s i e , dat de ups en
downs in de importen en in de m o t o r i s a t i e g r o e i voor een belangrijk
deel voor rekening komen van v e r s c h i l l e n in stijging r e s p e c t i e v e lijk d a l i n g tussen lonen en trekkerprijzen. De daling van de importen vanaf 1948/49 zien wij da,n veroorzaakt worden door een
s t e r k e r e stijging van de t r e k k e r p r i j z e n dan de uurlonen, terwijl
de toeneming van de importen vanaf 1952/53 v e r k l a r i n g kan vinden
in een s t e r k e r e stijging van de lonen in r e l a t i e t o t de t r e k k e r prijzen.
Hoe kan de samenhang tussen de v e r s c h i l l e n d e verschijnselen nu worden gezien ? Wij menen het a l s volgt t e mogen steilen'?
De landbouw t r e k t minder profijt van de algemene hoogconjunctuur dan de r e s t van het bedrijfsleven,maar ondergaat h i e r van wel de s t e r k e opwaartse druk op het l o o n p e i l en de v e r s t e r k t e
a f v l o e i i n g van l a n d a r b e i d e r s naar andere bedrijfstakken. Teneinde
nu hun inkomenspositie t e verbeteren t r a c h t e n de landbouwers de
stijging van hun kosten af te remmen door mechanisatie en r a t i o n a l i s a t i e . Investeringen dus ondanks de r e l a t i e f ongunstige b e d r i j f s r e s u l t a t e n . Investeringen u i t r e l a t i e f g e r i n g e r e besparingen
of u i t c r e d i e t e n gebaseerd op de in waarde gestegen gebouwen,
grond en i n v e n t a r i s .
In een r e c e s s i e v e r v a l t de druk op het l o o n p e i l en
wordt de a g r a r i s c h e arbeidsmarkt aanmerkelijk ruimer. x)
1) Bijdezeredeneringmoet overigens bedacht worden,dat
-afgezien van deconjuncturele schommelingen- er structuele
oorzaken zijnvoor dewelhaast chronischmoeilijkeinkomenspositie indelandbouw.
- 12
De g e r i n g e r e i n k o m e n s e l a s t i c i t e i t van de vraag naar levensmiddelen vergeleken met andere producten i s oorsaak van h e t v e r s c h i j n s e l , dat de landbouw r e l a t i e f minder zwaar door de r e c e s s i e wordt g e t e i s t e r d dan andere b e d r i j f s t a k k e n « Hierdoor kunnen
de a g r a r i s c h e besparingen de overige in toeneming o v e r t r e f f e n
of minder snel d a l e n . "Er wordt immers bovendien minder g e ï n v e s teerd (gemotoriseerd).
Tenslotte kan nog v/orden bedacht, dat h e t a g r a r i s c h
p r i j s b e l e i d van de Overheid ten opzichte van de algemene conjunctuur een zogenaamd a n t i - c y c l i s c h e f f e c t h e e f t , dus een r e l a t i e v e
vermindering van do producenten-subsidies in een boog-conjunctuur
en een r e l a t i e v e toeneming van d i t s o o r t overheidsuitgaven in t i j den van 1aag-co-'.junctu u r .1)
Hoewel er dus o . i . sprake i s van een verband tussen de
ontwikkeling van de importen en de r e l a t i e uurlonen - t r e k k e r p r i j z e n ,
i s d i t nog n i e t toereikend om de s i t u a t i e voldoende t e v e r k l a r e n i n
de perioden 1946/47 - 1948/49 en 1955/56 - 1957/58. Bij de e e r s t e
periode moet e c h t e r bedacht worden, dat h i e r mogelijk de s t e r k e i n haal vraag van na de oorlog een r o l s p e e l t . De o n t s t a n e a c h t e r s t a n d
na de oorlog werd g e t r a c h t in een zo snel mogelijk tempo in t e h a l e n ; hetgeen mogelijk was door een ruime l i q u i d i t e i t b i j de boeren.
De l a a t s t e periode zal ongetwijfeld gekenmerkt zijn door het b e s t e d i n g s - b e p e r k i n g s b e l e i d van de overheid, t o t u i t i n g komend in de
opschorting van de i n v e s t e r i n g s a f t r e k en in een psychologische
beinvloeding van h e t b e d r i j f s l e v e n t o t beperkinr van de i n v e s t e r i n gen.
l ) De p r i j s s u b s i d i e s ten behoeve van a g r a r i s c h e producten in raillio'en g u l d e n s .
1951
37
1952
31
1953
58
1954
38
1955
92 Brons Landbouwcijfers 1959'
1956
127
345
1957
1958
498
365
1959
i960
284
- 13
Samenvatting,
1
Op b a s i s van de i m p o r t s t a t i s t i e k e n en een a a n t a l landbouwi n v e n t a r i s a t i e - t e l l i n g e n van het C.B.S. en met behulp van
een a a n t a l "berekeningen i s het mogelijk geweest, de ontwikk e l i n g van de m o t o r i s a t i e in de Nederlandse landbouw van
I945 "fcot I958 t e r e c o n s t r u e r e n . Hierbij kan onderscheid worden gemaakt tussen import, schroo
t o t a l e trekkerpark en
e e r s t e hands en g e b r u i k t e t r e k k e r s .
2
De toeneming van de m o t o r i s a t i e kan worden v e r k l a a r d u i t
het duurder en schaarser worden van de arbeid in r e l a t i e
t o t de pr : jsen en e x p l o i t a t i e k o s t e n van werktuigen en t r e k kers.
3
Bij de ontwikkeling van de m o t o r i s a t i e zien wij ook het j a a r lijks a a n t a l s c h r o o t - g e v a l l e n toenemen? hetgeen t e wijten i s
aan de g r o e i van het t r e k k e r p a r k . De schommelingen, welke
h i e r i n optreden, worden veroorzaakt door dezelfde f a c t o r e n
a l s die,welke de ups en downs in de importen, de toeneming
van het t o t a l e trekkerpark, de e e r s t e hands en g e b r u i k t e
t r e k k e r s veroorzaken.
4
De schommelingen, welke optreden in de ontwikkeling van de
g e b r u i k t e t r e k k e r s zijn t e g e n g e s t e l d aan de bewegingen in de
andere grootheden.
5
Het blijkt, dat de bewegingen, welke in de genoemde g r o o t heden optreden vermoedelijk n i e t geweten kunnen worden aan de
ontwikkeling in de a g r a r i s c h e b e d r i j f s r e s u l t a t e n , maar dat
de r e l a t i e tussen lonen en trekkerprijzen hiervoor v e r a n t woordelijk moet worden g e s t e l d , welke in sterke mate wordt
bepaald door de ontwikkeling van de algemene conjunctuur.
Daarnaast spelen a n d e r e algemeen-conjuncturele f a c t o r e n een
r o l , zoals de inhaalvraag k o r t na de oorlog en de bestedings(= i n v e s t e r i n g s ) b e p e r k i n g na 1957«
14-
4. Toekomstperspectief
De toekomst v/ordt dikwijls vergeleken met een g e s l o t e n
boek. De l o t g e v a l l e n van de daarin voorkomende personen zijn onbekend, over de e r i n uitgesponnen i n t r i g e s en g e b e u r t e n i s s e n
blijft i e d e r in het onzekere en een happy-ending kan s l e c h t s
worden gehoopt.
Het enige wat wij met bet r ekleing t o t de toekomst van de
m o t o r i s a t i e in onze landbouw kunnen t r a c h t e n t e bereiken i s een
v l u c h t i g e indruk van de t i t e l en de inhoudsopgave om dan met behulp van de ervaringen in het verleden enkele lijnen van deze
toekomstroman t e o n t s l u i e r e n .
I,
De Hoofdstukken
1
TVij mogen verwachten, dat de algemene welvaart in
ons land verder zal stijgen. Deze zal r e s u l t e r e n in een toeneming
van de koopkrachtige vraag voor vele a r t i k e l e n en bedrijfstakken.
Niet a l l e bedrijfstakken z u l l e n echter in deze vraag-toeneming in
gelijke mate delen. De g r o o t s t e aandeelhouder zal zeker de l a n d bouw n i e t zijn, omdat de vraag naar Produkten voor de primaire
levensbehoeften -welke de landbouw v o o r t b r e n g t - minder s t e r k op
de inkomensstijging veageert dan de vraag naar vele i n d u s t r i ë l e
Produkten.
Bij een meer g e d i f f e r e n t i e e r d l o o n b e i e i d betekent
d i t , dat door deze f a c t o r in de landbouw minder en minder snel
ruimte zal ontstaan voor loonsverhogingen dan in andere bedrijfstakken. W±l men e c h t e r voorkomen, dat het a a n t a l l a n d a r b e i d e r s
nog s n e l l e r terugloopt dan in het verleden,dan zal de landbouw
toch worden gedwongen de lonen gelijke t r e d t e doen houden met
die in andere bedrijfstakken. Cm e c h t e r in de landbouw deze hogere lonen t e kunnen r e a l i s e r e n moet hiervoor dus ruimte worden
gemaakt, hetgeen kan geschieden door verdere mechanisatie en
r a t i o n a l i s a t i e van de bedrijven. Met andere woorden steeds zal
een verdere opvoering van de produktie per a r b e i d s k r a c h t moeten
worden n a g e s t r e e f d .
Nu wordt e c h t e r een groot g e d e e l t e van de Nederlandse
landbouw uitgeoefend op gezinsbedrijven, welke de p r i k k e l , die
van de stijgende lonen u i t g a a t , n i e t r e c h t s t r e e k s gevoelen. Er
werkt e c h t e r wel een andere p r i k k e l n . 1 . het groeiend v e r s c h i l
tussen het a r b e i d s - en gezinsinkomen, dat op deze gezinsbedrijven
zal worden genoten; indien r a t i o n a l i s a t i e en mechanisatie achterwege zouden blijven en het inkomen van l a n d a r b e i d e r s en andere bevolkingsgroepen. Behalve dat hierdoor een zuigkracht o n t s t a a t
naar beroepen buiten de landbouw i s ook het scherper voelbaar
worden van de r e l a t i e v e a c h t e r s t a n d in levensniveau en l e v e n s wijze a a n l e i d i n g om a l l e z e i l e n bij t e z e t t e n t o t verhoging van
het a r b e i d s - en gezinsinkomen. Dit kan worden b e r e i k t door
- 15
r a t i o n a l i s a t i e en mechanisatie van de bedrijfsvoering. Hierdoor
stijgt de p r o d u c t i e per man.
2e Bij het geleidelijk verder in werking treden van de
Europese Economische Gemeenschap zal er op den duur ook een t o e nemend verband groeien tussen v e r s c h i l l e n d e economische g r o o t h e den i n de aangesloten landen. Hiertoe behoren ook de p r o d u k t i v i t e i t van de arbeid en de beloning van de a r b e i d i n de v e r s c h i l lende b e d r i j f s t a k k e n .
Aangezien loondalingen in onze huidige samenlevingsstruktuur
t h e o r e t i s c h mogelijk, doch p r a k t i s c h n i e t t e verwezenlijken zijttj
zal d i t voor ons land wel neerkomen cp loonstijging om ons e n i germate b i j h e t niveau i n sommige andero landen aan t e passen.
3V' Verkorting van de a r b c i d s t . d s a l in de toekomst
een f e i t worden. De landbouw zal hierbij op den duur n i e t a c h t e r
kunnen blijven. Het gevolg i s een verdere stijging van de a r b e i d s kosten, tenzij de arbeidstijdverkorting wordt opgevangen door
s t e r k e mechanisatie (en m o t o r i s a t i e ) en r a t i o n a l i s a t i e . De s t i j ging in de arbeidskosten kan dan worden vervangen door een g e r i n g e r e stijging van de werktuigkosten.
G
4
Veruit het g r o o t s t e deel van het werktuigenpark
b e s t a a t u i t geïmporteerde werktuigen. Het trekkerpark i s z e l f s
u i t s l u i t e n d opgebouwd u i t importen. 3STu blijkt dat in de l a a t s t e
j a r e n ongeveer 68/ van de werktuigen en ^>2°/ van de t r e k k e r s
- n a a r de v/aarde gerekend- afkomstig zijn u i t de E.E.G.-landen.
P e r c e n t a g e s , welke met het voortschrijden van de Europese
Gemeenschap vermoedelijk nog verder z u l l e n stijgen.
Wij moeten nu t r a c h t e n ne. te gaan, welke invloeden er
van de Europese samenwerking kunnen u i t g a a n op het prijsniveau
van de t r e k k e r s i n ons l a n d .
Een min of meer v a s t s t a a n d gegeven i s , dat de afschaffing van de invoerrechten op z i c h z e l f een dalend e f f e c t z a l
uitoefenen op de trekkerprijzen.
Het i s voorts n i e t onmogelijk, dat door de economische
i n t e g r a t i e de m a r k t s t r u k t u u r van producent t o t boer wordt v e r eenvoudigd. Verkorting van de afzetketen door vermindering van
het a a n t a l schakels i s n i e t geheel onwaarschijnlijk a l s de economische grenzen tussen de aangesloten landen geleidelijk verdwijnen.
Dit heeft ook een prijsdalende u i t w e r k i n g .
Wij zijn nu nog n i e t zover om i e t s t e concluderen over de
ontwikkeling van het prijs- en loonniveau in ons belangrijkste
Importland 'Duitsland a l s gevolg van een zekere aanpassing van de
prijs- en l o o n s t r u c t u r e n in de samenwerkende landen.
Mochten deze stijgen, dan zal d i t eveneens de prijzen der l a n d bouwwerktuigen i n ons land beïnvloeden.
16 De prijzen van werktuigen en t r e k k e r s ? welke n i e t u i t de
E.E.G.-landen worden betrokken, zullen de g e s c h e t s t e invloeden
n i e t r e c h t s t r e e k s ondergaan. Immers om de E.E.G.-landen zal een
r i n g van invoerrechten worden gelegd, het z . g . h u i t e n t a r i e f . 33e
hoogte ervan i s nog n i e t "bekend. Het i s echter mogelijk, dat deze
b u i t e n l a n d s e l e v e r a n c i e r s om hun afzetgebied t e behouden, de
prijzen van hun produkten s u l l e n aanpassen. Anderzijds kunnen deze
i n d u s t r i e ë n dochterondernemingen gaan vestigen binnen de grenzen
van het nieuwe Europa. Een verschijnsel, dat naast a l l e r l e i d e e l nemingen in Europese bedrijven reeds thans kan worden waargenomen.
De voorgaande 4 punten samenvattend, mogen wij toch in
v o o r z i c h t i g e termen concluderen, dat het geconstateerde v e r s c h i l
tussen loonontwikkeling en het verloop var de trekkerprijzen zioh
in de toekomst waarschijnlijk zal blijven v o o r t z e t t e n . Hierbij l a t e n
wij a l l e r l e i mogelijke tijdelijke v e r s t o r i n g e n in d i t algemene patroon
buiten beschouwing. Deze zijn n i e t te voorzien.
5
De vermindering van het arbeidsaanbod door onafhankelijk van de mechanisatie en r a t i o n a l i s a t i e werkende krachten en
welke n i e t noodzakelijk behoeft te leiden t o t stijging van de o f f i c i ë l e lonen, zal in de toekomst voortgang vinden, maar van minder
betekenis worden. Dit onder de v e r o n d e r s t e l l i n g , dat de b e r e i k t e
r e l a t i e v e g e l i j k s t e l l i n g tussen l a n d a r b e i d e r s i o n e n en i n d u s t r i e arbeiderslonen gehandhaafd blijft. De volgende factoren, zijn hierbij
van belang.
Indien het r e g i o n a l e i n d u s t r i a l i s a t i e b e l e i d van de overheid vruchten afwerpt, zal de aantrekkingskracht van nabij gekomen
i n d u s t r i e v e s t i g i n g e n op de p l a t t e l a n d s b e v o l k i n g v/orden v e r s t e r k t en
de vlucht u i t de l a n d a r b e i d worden bevorderd.
Het verbeterde bes t a a t s n i v e a u van de l a n d a r b e i d e r s bevolking vermindert de noodzaak om de kinderen spoedig na het
v e r l a t e n van de l a g e r e school "naar de boer" te s t u r e n om zo het
gezinsinkomen t e verhogen. Thans b e s t a a t v e e l a l de mogelijkheid (en
ook het verlangen) om de kinderen verder onderwijs t e l a t e n g e n i e ten, v/aardoor deze uiteindelijk een werkkring buiten de landbouw
gaan zoeken. O.a. hierdoor zal de landarbeidersbevolking gaan lijden aan een t e k o r t aan jeugdige opvolgers, v/aardoor v i a een v e r oudering de landarbeidersgroep in a a n t a l zal afnemen.
Het hogere l e v e n s p e i l der l a n d a r b e i d e r s komt ook t o t
u i t d r u k k i n g in het b e z i t van s n e l l e r e vervoermiddelen - b r o m f i e t s e n meer en verder r e i z e n gedurende week-^einde en in v a c a n t i e s , d i t g e voegd bij een b e t e r wegennet op het p l a t t e l a n d , r e s u l t e e r t in een
i n t e n s i e v e r contact met andere streken en mensen met andere l e v e n s gewoonten. Deze verhoogde m o b i l i t e i t vermindert de binding aan de
bestaande werkomgeving en verzwakt het remmend e f f e c t van t r a d i t i e s
en gewoonten, waardoor de geneigdheid t o t verandering van werk en
woonplaats toeneemt.
Denken wij vervolgens aan factoren a l s v e r s c h i l in werkomstandigheden tussen i n d u s t r i e en landbouw, voorkeur voor werken
in ploegenverband en aan de reeds in ra 3 genoemde f a c t o r e n , dan
mogen wij van al deze krachten ook in de toekomst nog verwachten,
dat zij zich zullen r i c h t e n op een verdergaande inkrimping van het
aanbod van l a n d a r b e i d e r s in v e r s c h i l l e n d e gebieden.
- 17 Yi/ij hebben e c h t e r gezien, dat er een tweetal j-roepen
f a c t o r e n zijn, die de omvang van de laiidarbeidersgroep beïnvloeden n , L
de verminderde werkgelegenheid door mechanisatie en r a t i o n a l i s a t i e en de bovengenoemde f a c t o r e n . Wij verwachten voor de t o e komst dat de e e r s t e c a t e g o r i e de andere factoren in b e t e k e n i s
zal overvleugelen. In het verleden (1947-1956) verminderde het aant a l landarbeiders reeds met 86.000 personen t o t ongeveer 100.000 '
De gemiddelde leeftMd van de arbeidersbevolking in diverse landbouwgebieden steeg door de a d e r l a t i n g van jeugdige k r a c h t e n .
De k l e i n e r e en oudere overgebleven groep i s minder mobiel dan
het verdwenen g e d e e l t e . Een verdergaande inkrimping op grond van
de opgesomde economische, d e e l s sociologische en s o c i a a l psychologische factoren zal o . i . dan ook t r a g e r gaan verlopen.
De daling van de arbeidsbehoefte door verdergaande r a t i o n a l i s a t i e en mechanisatie zal o . i . echter n i e t v e r t r a g e n . I n t e g e n d e e l .
Dit komt duH k o r t samengevat hierop iv -;r d.ot liet a a n t a l o n t s l a g gevingen talrjjker zal worden dan de ontdlagnemingeii.
Een en ander s l u i t echter geen tijdelijke spanningen u i t , welke
kunnen ontstaan door scherpe conjuncturele oplevingen.
6 Over de ontwikkeling van de r e n t a b i l i t e i t in de
landbouw kan n i e t s worden gezegd. Eén ding s t a a t e c h t e r wel v a s t
n . 1 . , dat het streven naar kostprijsverlaging deer r a t i o n a l i s a t i e
onverminderd voortgang zal vinden. Dit kan de vorm aannemen van
bedrijfsverandering, die de werktuig- en t r e k k r a c h t b e h o e f t e op het
i n d i v i d u e l e bedrijf kan verminderen. Het kan e c h t e r tevens l e i d e n
t o t een i n t e n s i e v e r e benutting van t r e k k e r s en werktuigen. Door
deze l a a t s t e f a c t o r wordt de levensduur van deze produktiemiddelen ingekort en zal het moment van vervanging eerder aanbreken.
Vervangings-importen kunnen op deze wijze een stimulans ondervinden, welke een tegenwicht b i e d t aan de daling door de r e l a t i e f
verminderde behoefte aan t r e k k e r s .
Een concrete conclusie kan door de g r o t e ongewisheid
echter n i e t worden getrokken.
7 Hoe het landbouwbeleid onder de toekomstige Europese
verhoudingen zal zijn, i s n i e t te v o o r s p e l l e n . Het i s e c h t e r wel
aannemelijk, dat er een 'beleid zal worden gevoerd, g e r i c h t op de
handhaving van een redelijk geacht bestaan van de 1andbouwende
ondernemers, in welke vorm dan ook. Dit betekent dus een v o o r t z e t t i n g van een zekere r i s i c o - b e p e r k i n g voor a g r a r i s c h e i n v e s t e r i n g e n , hetwelk bevorderlijk i s voor de geneigdheid t o t m o t o r i s a t i e en m e c h a n i s a t i e . liet i s e c h t e r mogelijk, dat deze r i s i c o beperking minder zal zijn dan voorheen het geval was.
Een zevental f a c t o r e n , welke op de m o t o r i s a t i e van de
toekomst invloed zullen uitoefenen, hebben wij naar voren gehaald.
De onderlinge gewichtsverhouding i s e c h t e r n i e t in cijfers u i t t e
drukken.
Maris, A.
Structuurveranderingen in de landbouw en op
het p l a t t e l a n d . -- Landbouwkundig Tijdschrift - j a n u a r i 1958,
p 40/410.
18 -
Wij kunnen h i e r u i t s l e c h t s een indruk dest i l l eren,
v/elke echter o . i . aan de t i t a l van de toekomst-roman "onververminderde voortgang van de m o t o r i s a t i e t o t 1970" voldoende
achtergrond v e r s c h a f t .
Dat er bovendien in onze landbouw nog voldoende
"ruimte" aanwezig i s voor meer t r e k k e r s , blijkt duidelijk u i t de
onderstaande t a b e l E. Dit g e l d t in het br'zonder voor de bedrijven, die k l e i n e r z:ijn dan 30 ha.
Tabel E.
Grootte-klassen
3edrijven met minstens één eigen t r ekleer in c/o
van a l l e bedrijven per g r o o t t e - k l a s s e (mei 1958)«
Totaal aantal j r/° "bedrijven met minstens één
bedrijven •
eigen t r e k k e r
5 - 1 0 ha
1 0 - 1 5 ha
15-20ha
20-30ha
30-50ha
50haenmeer
Totaal i
64•264
33.450
I8.682
15-730
11
8.637
2,066
77
142.i
21
35
52
90
26.
•^^' De paragrafen.,
1
De g r o e i van het trekkerpark in het verleden en de
verdergaande ontwikkeling zal een stijging van de j a a r lijkse a a n t a l l e n schroot veroorzaken. Dit betekent dat de
vervangingsimporten s t e e d s belangrijker zullen worden.
Q
2
De mogelijkheid vsn het optreden van a l l e r l e i schommel i n g e n in do ontwikkeling, ontstaan door a l l e r l e i
onvoorspelbare f a c t o r e n , blijft natuurlijk b e s t a a n . Hierbij i s
de algemene conjuncturele ontwikkeling van veel belang.
Het aantal g e b r u i k t e t r e k k e r s zal eveneens toenemen.
Vermoedelijk zal dit ook gelden voor het percentage in
het t o t a l e t r e k k e r p a r k . Immers geleidelijk aan komen bij het
voortschrijden van de m o t o r i s a t i e de k l e i n e r e bedrijven s t e e d s
meer aan bod, welke mogelijk in e e r s t e i n s t a n t i e een gebruikte
t r e k k e r w i l l e n aanschaffen. Dit blijkt ook u i t de C . B , S . t e l l i n g I958, waaruit t a b e l F i s samengesteld. 1)
y
Zie ook V o l l a e r s , J.A.
Gebruikte t r e k k e r s . Landbouwmechanisatie j a n u a r i i 9 6 0 .
-IQ
Aantal gebruikte trekkersin
totaal aantaltrekkers.
TabelF,
Landboir.vgebieden
Op bedrijven k l e i n e r
dan 15 ha
7° van h e t
Op bedrijven g r o t e r
dan 15 ba
Zeeklei
28
20
Bivierklei
24
18
vifeidestreken
30
23
Zandgronden
30
24
Veenkoloniën
51
33
Bron
C . B . S . 1958.
4
De schommelingen, welke ook i n de toekomst z u l l e n
blijven o p t r e d e n , z u l l e n bij de j a a r l i j k s e toeneming
van g e b r u i k t e t r e k k e r s t e g e n g e s t e l d v e r l o p e n aan d i e d e r a n d e r e
grootheden.
III.
Enkele toekomstlljnen t o t 1970
De b e r e k e n i n g , «velke wij voor de p e r i o d e 1945-1
hebben u i t g e v o e r d , z u l l e n wij nu v e r v o l g e n t o t 1970« Het i s e c h t e r
n o d i g h i e r b i j een a a n t a l v e r o n d e r s t e l l i n g e n t e maken;
1
Wij nemen aan, d a t de j a a r l i j k s e toeneming van h e t
t o t a l e t r e k k e r p a r k 5 . 0 0 0 s t u k s b e d r a a g t . De t o e neming v e r o n d e r s t e l l e n wij dus c o n s t a n t , '//ij zijn ons e r v a n bewust
d a t h e t a a n t a l van 5 . 0 0 0 i m p l i c e e r t , d a t h e t N e d e r l a n d s e p a r k
van l a n d b o u w t r e k k e r s i n 1970 dan ruim 110.000 t r e k k e r s z a l b e dragen.
0
2
De i m p o r t voor v e r v a n g i n g van s c h r o o t l a t e n v/ij j a a r l i j k s met 2--;ffo van de t o t a l e i m p o r t toenemen. D i t komt o n g e v e e r
overeen met h e t g e m i d d e l d p e r c e n t a g e i n de p e r i o d e 1 9 4 5 - 1 9 5 8 .
Pi
3
Op d e z e l f d e wijze a l s wij v o o r de p e r i o d e 1945-1958
hebben g e d a a n , kunnen wij nu de o n t w i k k e l i n g van de e e r s t e hands
g e b r u i k t e t r e k k e r s b e r e k e n e n . Wij g e b r u i k e n voor de a f v l o e i i n g
van de e e r s t e hands bedrijven d e z e l f d e p e r c e n t a g e s n . l . j
Afo van de i m p o r t
1 j aar
2 en 3 0a a r
9/£ van de i m p o r t
4
't/m 6
7/6 van de i m p o r t
7
t/m 10
jaar
yfó van de i m p o r t
11
t/m 19
jaar
4-fo van de i m p o r t
jaar
- 20
In deze p e r c e n t a g e s worden a l l e g e b e u r t e n i s s e n w e e r s p i e g e l d , welke z i c h i n h e t v e r l e d e n hebben voorgedaan en w a a r van h e t a b s o l u u t onbekend i s of zij z i c h i n de toekomst z u l l e n
h e r h a l e n op d e z e l f d e wijze en i n d e z e l f d e m a t e . In p l a a t s d a a r van kunnen a n d e r e i n v l o e d e n een r o l gaan s p e l e n , waarvan de a a r d
en de u i t w e r k i n g voor ons een i n d u i s t e r n i s g e h u l d t o n e e l zijn.
Zij zijn e c h t e r ons e n i g e h o u v a s t o We zijn n i e t i n s t a a t h i e r o p
c o r r e c t i e s aan t e b r e n g e n - i n welke mate of i n welke r i c h t i n g
dan ook.
De b e r e k e n i n g e n zijn weergegeven in de bijlagen 8 en 9«
De r e s u l t a t e n hebben we samengevat i n t a b e l G en g r a f i s c h v o o r g e s t e l d in g r a f i e k VII.
Tabel G.
!
jaarlijkse
toeneming
e e r s t e hands
treklcers
jaren
i
jaarlijkse !
;toeneming j
;g e b r u i k t e :
trekkers ;
1
i
!
jaarlijkse
jaarlijkse
aantal in
toeneming
1 schroot
totale
t r e k k e r p a r k abso- in %
l u u t van de
;
import
jaarlijkse
import
(1958/59
3.235
1.765
:
5.000
2.519
33,5
7.519
Î1959/60
3.II9
1.681
|
5.000
2.813
36
7.813
jl 9 6 0 / 6 1
3.023
1.977
:
5.000
3.130
38,5
8.I3O
1961/62
2.977
2.023
|
5.000
3.475
41
8.475
1962/63
2.92O
2.080
j
5.000
3.850
43,5
8.850
1963/64
2.897
2.IO3
|
5.000
4.259
46
9.259
,1964/65
2.984
2.016
|
5.000
4.709
48,5
9.709
1965/66
3.O52
1.948
:
5.000
5.204
51
10.204
1966/67
3.203
1.797
;
5.000
5.753
53,5
10.753
1967/68
3.449
I.551
'
5.000
6.364
56
11.364!
1968/69
3.726
I.274
|
5.000
7.048
58,5 !
12.048:
1969/70
4.033
967
:
5.000
7.821
61
Totaal i
38.618
21.382
60.000
Totaal
I958
39.655
13.956
53.611
j 12.821;
j
H
i
i
,
1
1
i
Totaal
1970 !
78.273
!
69fó
; 35.338
113.611
3iyó
100$
1
;
1
- 21
U i t g r a f i e k VII "blijkt, dat de toeneming van de e e r s t e
hands t r e k k e r s e e r s t da-i.lt om vervolgens weer t e stijgen. De
p a r a l l e l l i t e i t tussen deze en de importen en de toeneming van
het t o t a l e trekkerpark i s in deze berekening verbroken. De oorzaak hiervan l i g t in de a l s constant aangenomen .jaarlijkse t o e neming van het t o t a l e trekkerpark, hetgeen een afwezigheid imp l i c e e r t van a l l e f a c t o r e n , welke schommelingen in deze t o e neming en in de jaarlijkse importen teweeg brengen. Dit i s weinig
r e e ë l . In werkelijkheid zullen er zeker weer ups en downs opt r e d e n , welke de in het verleden geconstateerde p a r a l l e l i t e i t
ook in de toekomst in het leven zal roepen.
Nu wij echter weinig anders kunnen doen dan de j a a r lijkse toeneming van het t o t a l e t r e k k e r p a r k constant houden,
ondergaat de ontwikkeling van de e e r s t e hands t r e k k e r s -en weer
t e g e n g e s t e l d hieraan ook van de g e b r u i k t e t r e k k e r s - de invloed
van de schommelingen in het verleden, zij het dan ook e n i g s z i n s
g e n i v e l l e e r d . De periode 1948/49 - 1956/57 - h e t " d a l " i n de
importen- zien wij weerspiegeld in de periode t o t 1970.
Het a a n t a l g e b r u i k t e t r e k k e r s i n 1970 zal onder de g e maakte v e r o n d e r s t e l l i n g e n ongeveer 31/° van het t o t a l e t r e k k e r park uitmaken.
Wij zien ten s l o t t e d a t , tengevolge ^axi onze veronders t e l l i n g e n de vervangingsimporten meer dan de h e l f t van de t o t a l e importen z u l l e n uitmaken. Dit i s zeker n i e t i r r e e ' ê l voor
een t r e k k e r p a r k van meer dan 100.000 t r e k k e r s , terwijl het v e r zadigingspunt van de markt wordt benaderd.
„ o. o. o, o. o. o. o. o .
- 2c
Bijlage!.
Ja.arlijkse omvang van de v e r v a n g i n g s i m p o r t ( s c h r o o t ^
toeneming
van liet
trekkerpark
vermoedelijke v e r v a n g i n g
; per iode
'an
!
mei tVo t mei
invoer
: i 9 4 5 - 1946
1494
4
60
1434
25OO
3934
1946 - 1947
1385
5
69
1316
5250
1947 - 1948
3192
7
223
2969
8219
1948 - 1949
5981
7
419
5562
1378I
1949 - 1950
4073
9
366
3707
17488
1950- dec.I95O
256O
10
256
2304
19792
i n fo van i n v o e r
aantal
aanwezig ,
aantal i
trekkers (
j
|
!
!
!
1950-mei 1951
1736
12
194
1542
21334
|
1951 - I 9 5 2
3420
13
445
2975
24309
|
1952 - 1953
37OO
14
518
3182
27491
1
1953 - I954
4223
15
633
:
359O
31081
|
1954 - I955
7017
16
1123 ;
5894
36975
|
l
j
1955 - 1956
8806
21
1849 i
6957
43932
1956 - I 9 5 7
7639
27
2063 i
5576
495O8
1957 - I 9 5 8
5941
31
I838 !
4103
53611
1
1
Brons
G»B.S•
•
;co
o
o
j LfN
! c~-
o
VO
LfN
LfN
rH
OD
CM
rH
ON
ON
CM
^
in
CM
r-4
4M
O
ON
LfN
CM
rH
C—
rH
VO
ON
CM
1^
-r~->
Ö
Ivo
o
VO
LfN
W\
M
1 Ni_J
.>
rH
ON
^
O
VO
rH
ON
xf
ON
OJ
r~\
CM
LA
rH
CM
ON VO CM
LfN ON rn
CM CM VO
ON
rO
CM
rn
ON
C—
...
rn
CO
oo
VO
OO
rn
CM
-_, . . .-... -.
VO
ON
O
C—
rn
iLTN
t—
rH
CN
ON
".TJON
rn
LfN
00
rH
VO
m
ON
rn
vo
t—
Ivo
o
i LfN
\
Un
o
o
VC
ON
O
VO
vo
rH
1—1
1 >-J 1
ON
ON
CM
^-
rH
Q
CM
m
O
ON
ON
O
CNJ
CM
rn
L'N
00
rO
LfN
CM
m
vo
CNJ
rn
0
LfN
LfN
C3
VO
O
00
m
oo
^
i
ON
rH
i
i
rH
i ^
°
-4-
J
1
'u '
CD
rQ
!
1 "^
!
:
,
i
rH
LfN
C—
LfN
j
j . -- _
IQ
o
o,—I
r^
d
LfN.
f—
ON
vo
co
vol—i
ON
ON
CM
LfN
CO
CM
rH
ON
o
rn
rO
CM
m
rn
m
O
oo
rn
rH
co
(M
|5s
0
tr—
CM
LTN
H
O
LfN
ON
'vT
CM
tr—
^~
^ 1 öo ;
El i^f
Cu ,
o
o
rH
'LTN
f>
^
'm
ra ! •H jlfN
u
l o !
•••
M
0
rH
^
ÏÛ
rn
cv
i
•H
•H
0
O
a/N
CM
'ON.
vo
O
vo
ON
rH
rH
"4"
ço
OJ
£\t
0\
H
^}-
<"0
CM
CNi
-4-
LfN
CO
CM
rH
co
o
.-o
O
rO
' ~~
o
o
LfN
rn
m
m
ON
ON
rn
-sf
vo
rH
CM
CNI
CM
CM
^j-
O
O
H
.
ON
vo
rH
LfN
•00
CM
tr~
CO
00
rO
O
rn
tH
cö
CM
LfN
o
o
LfN
tr—
C—
ON
rH
rH
LA
ON
rH
c—
VO
m
t—
co
c—
rO
CM
......
-
co
xtrH
, ^ .
g
1
O
rH
LfN
C—
1
CM
rO
rH
^
O
rH O
O
P~
CM m
VO
00
VO
rH
LTN O
O CM
•
rH
3;rn
LfN
rH
VO
rH
CM
O
V0
r-\
VO
ON
OJ
^t"
^O N
vo
CM
00
-
1 ' '
o
o
LfN
f—\
ro
!>
^
<4H
Cö
rH
tr—
rn
co
O N
CM
CM
rO
LfN
LfN
c— c—
O
ON
tr~
VO
m
CM
t—
rH
LfN
0>
O
o
LfN
ra
#
LTN
O
rH
h
o
ON
rH
**t
rH
CO
CM
rH
m
m
vo
LfN
H
CO
O
m
CN
rn
C—
CNJ O
rH ^r-
CO
c—
CM
cö
cö
ÛJ
ON
*f~D
• < -
' O
CD
••d
CO
cö
oo
LfN
CM
H
LfN.
CM
rH
m
O
rH
•^jCM
H
c—
CO
CM
^t-
oo
CM
rH
CM
rH
ON
O
rH
,H
CM
CO
00
rn
CNJ
't
c—
Si
rH
r->
8
h^ i
«
i
i
1
VO
-VO
ON
CO
LfN
rH
rn
VO
CM
•<;•
r-i
LOi
Cw
rn
rn
.H
tr
1
c—
y
'o
h
- •
1
!^
^
CM
^
m
i LfN
CM
rH
-4m
LfN
LfN
;
*
rH
i
l
r-i
LfN
oo
C.
VO
rH
; CA
i
'-t
ON
ON
O
m
-=3rH
H
o
o
LTN
CM
c!
•H
VO
O
ON
CM
ON
m
c—
O
CM
-=t
LfN
-=}-
-=4"
rO
rH
CM
.LfN
•<CA
^rj-
LfN
CO
<-0
CM
ON
rH
H
rH
m
VO
C—
OO
ON
rH
CO
C
O
C—
m
rn f— VO ON rH
CNI rH O
rn -*tCM o
co v o
ON
-^t p— co c-- LfN
CÖ 0
!
i
\t ^ -5f
LfN
«3-
•H 1
U -H
CD CD
ON
rH
a, S i
J.
LfN
-H'ON
H
vo
c—
^fON
H
-vf
00
O N
•ON
*
rH
rH
o
.LfN
JTN
ON
o
LfN
• < -
ON
ON
rH
rH
rH
LfN
ON
rH
r<~) -*t
JA ^
LfN V0 P— 00
J A JiN J A UN
CM rn •*$• LfN v o tr—
UN LfN LfN LfN LfN LfN
ON
ON
ON
ON
ON
ON
rH
rH
rH
rH
rH
rH
0
•o u 0
-p
Il
0
furd
rH Pi
Si
•H -H p* 0
9
<D -H
Ti <D
o S
0 -P
fn ^ ra
O r !
CM
S
rH
0
O
r-\
'r-p
'
m
Ä »
!>
SP
s
rH
H
u
<D
CD
rH
O
rH
LfN
H
1
j
-st"
00
ON
LfN
5 h
o 0
:r?
ra ö ^ 4 i j
a o
• * *
ê M
ft
rH © iH " O
0
O cd
0
>
-P
ftrO
-24
Bijlage3«
Jaarlijksetoeneminggebruiktetrekkers.
periodevan
mei-mei
1945
1945/46
toeneming
eerstehands
trekkers
toeneminggebruiktetrekkers
aantal
in fo van toeneming
t o t a a l trekkernark
2500
1309
125
9
1946/47
1947/48
1071
2681
245
288
1948/49
5101
461
19
10
8
1949/50
2783
1950/51
2694
1951/52
1615
924
1152
1360
1952/53
1686
1496
1953/54
2004
1586
1954/55
4495
1955/56
5751
1399
1206
1956/57
4021
1555
25
30
46
47
44
24
17
28
1957/58
1944
2159
53
toeneming
totale
trekkerpark
2500
1434
1316
2969
5562
3707
3846
2975
3182
3590
5894
6957
5576
4103
co
o\
L'A
o\
CM
—
o
0A
LA
in
co
•
CA
rH
^ i
c—
o
o
ir*
co
m
CA
rH
VÛ
co
t— c\i
O
c—
o
•
-f
CO
LA
CA
rH
CM
jn
ON
rH
I
UA
Vu
m
I
o
•
oo
COO
ON
•H
rH
rH
•O
O
c- ui
rH
in
T3
Ö
•H
0
m
rH
m
m
c\
o
-xh
•
rH
CM
l
•
O
rO
CM
in
rH
N
pi
s
m
ure
-UA
rû
M
T3
CM
LH
CO
^1-
VO
H
•H
0
CO I
^2
rH
CÖ
m
ÜA
CM
0
T=l
''T;
m
-P
LA
o
m
o
.M
rO
^f
LA
o
Ln
O
O
<<
"3•vl-
! °>
ON
CM
1-5
£
O
0
ö
O
H
'
ID
,3
ü
m
r4
CD
O
-P
-P
0
CD
0
tû
n
£
•
G\
1 "^i"
'i ~"\
CC
!
LA
OJ
H
VO
CM
O
O
m
•-
H
i
i
i
ö
©
i
t>
s
o
|
'^
<r>
-p
ra
•°
"PI
1
•
'1 i
; v
, pq
1
!
' , „
. --
>
2
o
^
^
o>
-M
rM
i *
0
t>
,f
7p
&
CD
rû
CD
"Cl
•H
0
-Î
s
0
•p
^
Ö0
Ö
0
—
O
0
rH
rH
g
»-*-
o
o
*
vo
^-
Ö
Cu
c3
Si
CO
. _
ö
-
o
o
vo
.
CM
CA
-^
ON
rH
__
<ù
•r-j
^O
DO
ro
ö
!i
*
o
*-»
o\
in
CA
rH
Ö
©
in
0\
rH
0
•!~3
^0
O
r<3
0
td
rH
ce
M
u
0
&
•p
Ö
cd
<
^H
0
•H
m
es
nl
(DJ
rH
O
^O
m
•H
-p
•H
-s
-p
ra
©
-?
?H
W
pq
i-O
fj
ö
o
Ö
O
;
t
ra
0
CD
m
H
0
M pq
-P
0
TS
v^
0
O
M
u
©
O
02 O
•H
0
- P CQ
m cH
• H :;?
' " .A
•r-2
o
o o
Ö
O
L
0 \
rH
rH
£
•
o
o
vo
•
m
in
s!
O 3
o
_- -
O
4
,.d s
o 0
-H
©
Ti
co
CA
rH
0
N
?
ON
rH
jj
, ^0
3u
0
m
-P
---.j-
1
pq
rO
rA
0
rH
0
o
rr-,
2
âo
-v
ö
0
ta
O
r-l
in
rH
S
"Ó
•H
0
XI
__Ü
0
ÏÛ
?::• ri
CA --J
,H
£
-3-
O N
rH
>
0
•H
-P
O
o
m
r H•
O N
Ö
ft
-*
m
H
mi
_
rH
l
pq
ON
i
LA
1
o\
H
a
o
ra
u
<D
C
1
i
rO
'1
H
5
1
2
o
CD
'
vj
-Tv
CD
Xi
S
rH
O
ClO
O
VO
rH
cv
SJ
CA
^
CM
r~i
rO
+
+
LA
0\
VO
VO
VO
+
+
+
O
o
PO
^
u
CD
VO
IA
1
£>
x5
1
H
o
rH
S
cti
>H"
+
1
î>
-r
m
•i~~,
'S
ft
O
-p
M
m
_
o
i
m
s
fn O
<D O
pq
o
-
i
-M
®
•H
<+H r H
-I- 7 '
q Hu-
tt
M
rf
rH
3
M
Ö
0
o
•H
,
i-i
•H
!>
3
î> ' A
o ; -H
rH
rH
<-^r H
LA
co
r-i
rO
rH
CM
LA
rO
CM
VO
LA
CM
W
rH
Vu
^
rH
CM
O
H
0
« V
Ö
CD
U
o
cô
-H
^
co
LA
IA
PO
O
LA
•Vi-
C—
o'
O
i-l
t ^
co.
ON
C\
•
o
rH
rH
ma
co
CM
rH
OJ
rH
»
CM
LA
CO
LA
O
0\
• o
CM
rH
OJ
CM
o\
CM
rH
rO
PO
rO
CM
VO
•
-=3"
VO
rH
rH
«
PO
•
<l
CO
<D
•H
O
c—
co
-P
3 CD
T-J - H
O
a
•H
0
Xi
_
„
m
•H
CD O
^H r H
; n
O
llrv
o
*
~-v
© CO
-d -3£ CA
*r"D
*H
O
o
H
PO
rH
rH
co
CM
.—1
GA
rO
rH
VO
m
rH
O
-r>r-{
vtLA
rH
rO
VO
r~i
VO
VO
O
rH
rH
o\
oo
Q\
r-{
H
CD f s
r Q CD
rH
0
o -P
IQ ;
*rï i
-P
^
's!
M
^
^
ü
)
óo
a
•H
s
a
co
n')
D—
ru
c
—
G\
r-i
iM
•H
<H
rH
CM
2 SI
rH
,0
x'
3
0
r\j
:J
a
0
!
CM
CM
M
CM
rH
rH
^r
c~-
CO
OJ
,-J.
CM
CM
CM
CO
OJ
c—
vo
- ; j -
CO
ce
co
CM
CM
CM
O
O
r">
x l CA
LA
PO
^
rO
PO
3-a
O
ru
0
50 M
I '°
O ,o
ft
•H
rH
a
0
SP
m
-P
DJ
CÖ
i p.
X
ö
vo
rû
O
0 M
x i '"
S
+:> 0
t i—t
+
>
.ra
'cil 'S
•H H
0
MJ
CD
Pi EtD
O co
"T^
<D
n
O
CQ
0)
U O
o
Ö
rrj
M -H
P. M
a
O
M
....
•
o ra
•
CM
CM
CD
•p
T;
'vu
O
•p
ö
•H r z!
fH ! S
6
a;
-=t
«
CD
ön
^
u
s
t—
&D
rO
S
'+H
rO
•<t
r
•
S
•H
0
-p
t/J
VC
CM
i•—
d!
2
VO
CM
r i
•o
•H
ê0
xt
C\i
rH
.-H
0 CC
X* -3d ON
•H M
$-j
^
o
o
a
«
b
CÖ
1-3
rH
O
H
CM
*dC\
LA
m
C\
A
G-\
rH
lH
rH
H
rH
co
^J-
o\
o\
ON
rO
LA
^h
!A
LA
LA,
VO
LA
o\
ON
o\
ON
C—
LA
0\
rH
rH
rH
rH
rH
oo
LA
O,
H
0
-
m
^f
rH
CM
m
rH
VO
vo
o
ON
rH
CO
-3-
LCN
rH
CM
rO
ON.
rH
VC
LTN
VO
ON
rH
c—
^dVO
LCN
ON
rH
rH
LTN
LTN
ro
LfN ,
H
H
CD
0
oo
CO
•vr
rH
CM
l
^rrH
rH
ro
CM
H
^
CO
co
,—i
rH
O
rH
!
I
f-
CM J
LTN
ON
rH
rH
co
VO
4
ON
u
-=t
+
LTN
U
o
rO
ITN
H
rH
^
'in
ft
VC
U-N
H
+
m
Ö
CD
N
'ry
rH
O
LfN
rH
CM
I
m
O
LTN
CD
Ö
O
1-1
02
CM
I
is
-- - -
+
f—
LTN
ON
rH
-rj-
rH
+
ON
M
O
O
-
•Os
LTN
rH
I
O
00
o
00
L/N
ON
CM
ON
o
ON
rH
r-i
CD
•H
CD
u
-**
cd
t l
r3
co
VO
O
ON
rH
o
-4
ON
«
CM
M
r
O
~)
*
pq
»
1-3
rH
.H
ON
rH
fcj.
S
VC
ON
ON
co
ON
02
M
U
CD
tH
02
ri
CD / - .
0
00 Ö
r H CD
O ôû
> Ö
•H
Ö rH
CD CD
Ö tû
O 0)
r-\ H
CD
2
CD 02
rH 02
- P CÎ
r-\
ä .y
CO
i> ffl
rH
Ö rH
CD Cu
N '—'
,—
>
u
:H>
ON
ON
PH
-.u
rH
•H
^
o
03
rH
CD
>
O
rH
28 -
Bijlage
Berekening van de vervangingsimport (schroot) en de
•totale import.
periode
mei -mei
toeneming van
hettrekkerpark
vervanging;3import
in %vande
santallen
totaleimport
1958/59
59/60
5000
5000
60/61
61/62
5000
5000
41
62/63
5000
5000
43,5
46
;
j
64/65
!,65/66
5000
48,5
|
! 66/67
! 67/68
5000
51
53,5
5000
56
; 68/69
69/70
5000
58,5
61
:
63/64
5000
5000
33,5
36
38,5
1
1
|
;
;
;
!
totale ,
import
2519
2813
3130
7519
7813
8130
3475
3850
8475
8850
4259
4709
5204
9259
9709
10204
5753
10753
6364
7048
11364
7821
12084
12821
O N C — C O O N r H C M V O C O r-i P O C— -^f- POPOO
O
PO
^ t r T * !
r-i^^cNj m m w n r o ^ r ^ ^ ^ v O t ^ ^ o o
LO,
00 rH
CO CM
C— CO
PO
O
CM CO
CM -H;
VC
CM
o
o
O
LfN
CN
VO
©
-P
XT*
VO
Û
©
0
<X3
VO
CO CM C - C O O s H C M V O C O H H C ^ s f r O C O O ^ - C O r n c M
P O C— - ^ ^ - VC CO LfNO P O O ONO CV] -vj- -=j- CO H VO O J C O
H H H H W c n ^ W
^ p O ^ ^ ^ V O V O f - O N O - +
r-i
ON
Ö
rH
VO
"g
vo
O
o
vo
vo
I
vo
vo
©
©
LfN CO O N PO CMr—CC O N r H O CM h - V O r - O v P N l > r o CO
LfN CM P O VO !r— PO -^f- VO CO - ^ - CO ON t— -=t VO ON ON PO CO
H C M r l H H i H H C M ^ f l C M r O L P i l f M A N O D m
-=t
VC
ö
vo
•H
O N O L f N C O O N P O C M t — C O C N r H O CMr - V £ ) L~~ O v r n
f - O
^ - VO LfN CM P OVC tr— P O -xt" VO LfN - = t CO O N C M - ï j - VO VO ON t —
cö
i>
trj
•H
ra
U
m
rH
VC
!>
©
r-i CMH r H r H r H r H PO -ÏJ- POCMLTN LfNLfN (T— C— PO
VC
03
O
03
ttO
vo
CM
O
O
O
LTN
rH
LTN
LTN
rH
CVJ
r-O
O
tr—
'ON
tr—
mo
r H CM
C— O
m
O
PO
o
o
LfN
O
O
O
:
oo
:-vi-
,ON
LfN
j
in
VC
©
rH
m
O
CM ^ H CM
Û C O o \ m c \ i o - c o O V H CMo.! t r - V O H o . c n o P O ^ t - c o
CM CM PO VO f~- P O -st" VO CO LTN OCJ ON tr— ON ' O ON CM P O t— O
H O J H r 4 H H H C M m f < 1 C M m r O ! , r N i n V Û C O C O ' ^
'u
ra
, 0 PO
jLTN LTN
LfNC—!
,C-Oj
ON CNP O CM Ir— 0 0 O N r H CMVO tr— VO r H C— P O O CO - ^ j - CO O
CM r O VO IT— P O -^f VO CO LTN. O CN [— ON O ON CM ^ ) - ir— r H P O
C\! H H H H H CM P O P O CM PO P O -=t LfN V u VO ° 0 ON x t
©
O O LfN CO ON PO CM' tr— CO r-i r H O CM V O V O tr— CO r o ^ O VO LfN CM PO VO C— PO -et r H LfN " 3 " CO r H C - 3 " PO VO LfN
r-i
H C M H H H H C M r O - c + r P i ^ i / . L P i r - t - m
jLfN ON;
CM O
tr— tr—
VO 0 \
O
03
ON
CM
CM O . f—
VO LTN O N
PO CM! CO
VO O N ' C\J
O !
o
'CM
O
O
'o
ö
CM
ON
CU
;MD
LfN
IQ-
o
PO LfN
O N CO
LfN CO
O
o
o
LfN
1-0
;CM
;o
co
; 0
CM
CH
O)
cö
u
CM
VC
-p
OOLfNODONPOCMi>-LrNrHrHOLrNVÛVOPOCOON
O VO LfN CM P O VO t — PO 0 0 r H UN - ^ PO r H CM O PO PO
<-{
r H CM r H r H r H r H CM PO - ï f LfN ^ - LfN IT— t — PO
VO
to
d
S
ON
PO
tlO
•H
•H
0)
O
1-
LfN ^ J - ;
r H VC
ON P O 1
ON
O
O
O
LTN
tr—
rn
CO CM'
CM r O C\J tr— CO ONr H CvJVOCOVO r H ir— -^t- o o o o c o c o
m
V Û V Û f - r o ^ V D C O LfNO r O > - 0 \ 0 CM CM ^ j - CO i—I v ß LfN
r H r-i r H r-l r H CvJ f 1 m CM r O r o ^ ^ - V Û VO VC ON ON ^ t
co
.vo
cü
!>
\rn O
c—
vo
rH
o
tr—
O
VC
-P
O
-P
o
VO
0N
3)
O O LfN CO ON r O CM r H LfN H H VO LfN VD tr— PO LTN
O VO LfN CM PO v o tr— C— CO r H u N r-{ PO r H tr— O CM
r-\
r H O j r H r H r H r H .CM PO VO L'-N ^ i - VD IT— PO
TO LfN
ON tr—
tr—
O
O
LfNCO
ON
CM
o
PO
O
tr—
LfN
ON
rH
*=t ^ u
tr-o.
o
PO
LfN CO
O O LfN CO O N P O L f N r H L f N r H H VO LfNLfNtr— PO
O ' O LfN CM PO VO r H C— 'CO r-i ON r H PO PO IT— r~i
r-i
H CMH O : H H CMT t V O L P l L f l V O i ^ l
o
o
O
PO
!
ON
o
o
iON r-i
VO c o
t—i PO
LfN
CM
LfN
CM
,
PO
CM
O
co
CO
LfN
Cl)
CA
CO
.LTN
O
U
CO
LfN
ON
-P
S3
cö
03
TTJ
O
LfN CO ON• s t LfNr H L N V C H VOCO LfNr H
O V D L f N C M P O O r H I r —
rH
C O C T N O N H C O P O O
, H CMCM CM r H M CM x t VO VD LfN PO
i^-ON1
LfN
CO r H , - PO
.
CM LfN CM
,
•-.!- ^ PO
O
O
O
LfN
VO
tr—
U-N
ÖD-3
ö ©
• H 'T)
Ö ©
CD
b0
,M &
03 - P
iH
0 Ö
pq ©
•H
N
CO
03 ö LfN
£ - H ON
CD
SP
cd
O N r H L f N P O P O O N t — O N O N C N i H CO L T N P O O N P O O L f N O ONON^ t r O -^)- CO r H
- ^ tr— O L f N r H O H C — O O C O V O - ^ t O r - H r H P Otr— LfN LfN O O L f N V O - ^ - C M
L f N P O ^ r O CMc— O ir—rH t— ONc o v o tr—LTNc o r-i ^4-co CMC— CM tr— POo c o
c 'M
©
r H C M r H C M r H C M C M ^ t V O V O L f N i r — C— C O C O C O O N O N O O r H C M C M
rH -P
cd - P
0
Ö 03
•H U
B CD
03 ^
©
O S
P4 I
LfNVC C—0 0 ONO r-i CM o O - x j - L f N V O tr—CO O N O r H CMr O - d - L T N V O IT—CO O N O
• e t . ^ t - N t M - ^ t L f N L f N L f N LTN/U-N LfNLfN LfN LfNLfNVD V O V O V C V C V O V Q V O V O V Q Ir—
r H 1 L f N V O I > - c r O O N O r-H CMP O ^ f - L f N V O tr—CO O N O r H CMppT-xf-LTNVO tr— CO ON
^^^-^-^LrNL^L^LrNLnLOLrNUNLfNLfNVOVûVûVOVOVOVOVOVOVO
»ij
CO
-P
0
b-i
u
0
ft
H
n
03
O
-P
II
r-i
•H
•^
U
-P
m
TTJ
fi
O ri
m xi
U
0 ©
> r-i
ta
U ö ra
cö •H U
•H pH S ©
© U
C ©
%$
03 ©
© ü U
© in - p - p
II
m -p r-i ra
3 ©
•HT-J
X! ö
O CÖ
CQÂ1
CÖ - P
CÖ
O
© ©
i-s - P > C M
rH rH
ÎH Cj
Grafiek1
9000
•
/ 'iiiA
"iMiÜj
;
8000
•
lM||!ii
/•
7000
f 1!
IM
-
i l Ü Ü l i l 4 + U - \•
>
^
Il \
Ü1
6000
\
*
-
\
/
\
5000
•
4000
\l; V
V
'/
\ \\
ƒ//
hé
3000
-
Jy
n%XfïlT•0
-
si
A
\
s.
i
>
2000
-
« • • '
'—.^
~_Patf'
—
1000
- • • < • " ",*
* • '
_.-•-•
i___
1945/46
46/47
47/48
48/49
49/50
50/51
51/52
_ _ _ _ _ import
52/53
53/54
54/55
55/56
56/57
toename eerste hands trekkerpark
Ii111111111 schroot
57/58
P
e
toename tweede hands trekkerpark
toename van totale trekkerpark
Grafiek 2
90
-
80
70
8.
bu
£ 50
o
-
L.
dj
o. 40
30
-
20
10
- ^^
n
1945/46
46/47
47/48
48/49
49/50
50/51
51/52
52/53
53/54
54/55
55/56
56/57
57/58
periode
toename tweede hands trekkers in % vantoename totale trekkerpark
tekno L11006.00 {&&•
Grofiek 3
MU.UUU
70.000
60.000
50.000
5 40.000
o
c
o
o
30.000
20.000
10.000
1949
1950
1951
1952
1953
1954
1955
1956
1957
1958
1959
oontal werklozen ingeschreven bij de arbeidsbureau's
Grafiek 4
50
40
•^v
30
/
£
\
20
•
\
\
\
\
\
. —+~~~
, ^ _
\
10
•^-'
•s
.->--
\
~ ^ -
\
0
-5
-10
/
/
P-—
\ "•"""'
^»
•'
• ^
v
•
48/49
49/50
50/51
51/52
52/53
53/54
54/55
55/56
56/57
57/58 periode
^ ^ _ _ _ akkerbouwbedrijven
weidebedrijven
gemengde bedrijven
tek.no.L1.1006.01
jaren
Grafiek 5
70
Indexcijfers inkomen overige bedrijfstakken en sectoren minus
indexcijfers inkomen landbouw (inkomen tegen foctorkosten)
opgoande lij nen =•. argrarisch inkomen blijft in ontwikkeling
—
60
da ende lijm >n = qrgr arisch ink omen nee n t snelle • toe
dan overig in «omen
50
•
e «o
t*-
'ü
•
X
<D
•D
£ 30 -
-
u
M
l_
* 20 -
10
0
-5
•
-10
1948
1949
1950
1951
1952
1953
1954
1955
1956
1957
1958 jaren
Grafiek 6
70
Indexcijfers landarbeiders lohen minus indexcijfers trekkerprijzen
opgaande lijnen - snellere stijging van de lonen t.o.v. de stijging resp.
daling van de trekkerprijzen
dalende lijnen - snellere stiiaina van de trekkerpriizen t a v . de
stijgi ng van de landarbe dersionen
60
•
50
40
•
•> 30
•
20
10
X
\
L—%
.
-
N
\ I
-10
-20
1946
1947
1948
1949
1950
1951
1952
1953
1954
1955
1956
1957
1958
1959 jaren
tek.no. L1.1006.02
ûffi>
Grofiek 7
14.000
12.000
10.000
£ 8.000
6.000
UJIlJJIlJJilUllllilJLLililL.illiill lilLLLLilililiil.iliilli.JLlilLlL.ililLLi.liiilli lii
4.000
2.000
58/59
59/60
60/61
61/62
62/53
, import
111! 11 1111 ! schroot
63/64
64/65
65/66
66/67
67/68
68/69
69/70
periode
toename eerste hands trekkerpark
toename tweede hands trekkerpark
toenome vantotale trek.kerpark
tek.no. L1.1006.03
0&