Transcript Klik hier voor de Powerpoint.

Welkom
Voorganger: ds. H. Torenbeek
Ouderling van dienst:
Organist: J. Bredewout
Schriftlezingen: Genesis 3:22-24
Marcus 1: 12-15
Zeeklank zingt voor de dienst:
Jacobsladder
Welkom
Voorganger: ds. H. Torenbeek
Ouderling van dienst:
Organist: J. Bredewout
Schriftlezingen: Genesis 3:22-24
Marcus 1: 12-15
Mededelingen
Intochtslied
Psalm 136
Psalm 136
Psalm 136
Stilte, opening en groet
Gebed om ontferming:
Koor en Samenzang:
Stil mijn ziel wees stil:
Koor:
Stil, mijn ziel wees stil en wees niet bang
voor de onzekerheid van morgen.
God omgeeft je steeds, Hij is erbij in je
beproevingen en zorgen.
refrein: Samenzang
God, U bent mijn God en ik vertrouw op
U en zal niet wank-len.
Vredevorst, vernieuw een vaste geest
binnen in mij die rust in U alleen.
Koor:
Stil, mijn ziel weer stil en dwaal niet af,
dwars door het dal zal Hij je leiden
Stil, vertrouw op Hem en hef je schild
tegen de peilen van verleiding.
2x refr: samenzang
Stil, mijn ziel wees stil en laat nooit los
de waarheid die je steeds omarmd
heeft, wacht, wacht op de Heer, de
zwartste nacht verdwijnt wanneer het
daglicht doorbreekt.
Woorden van leven
Zeeklank zingt : 10 Geboden
Hoor Israel. de Heer Uw God, de Heer is
één. Die uit Egypte u bevrijdt,
Naar ‘t land van de belofte leidt. Tien
woorden heeft Hij u gegeven,
daarmee mag u in vrijheid leven.
Hoor Israel de Heer uw God, de Heer is
één.
Dien geen God behalve Mij. Ik duld geen
and’-ren aan mijn zij. U zult daarnaast
geen beelden maken, van hemelse of
aardse zaken.
Buig nooit meer voor een beeld van
hout, en wordt geen slaven van het goud.
Gedenk vol vreugde Mijn gebod, en
spreek met eerbied van uw God.
De Sabbat is aan u gegeven, om één dag
vrij van werk te leven.
Gezuchte u in slavernij, de Here maakte
jullie vrij.
Hoor Israel, de Heer uw God, de Heer is
één.
Aanvaard van ouders het gezag, en toon
respect van dag tot dag.
Mijn rijk volgroeid door de geslachten,
van mensen die mijn heil verwachten.
Zij die naar mijn geboden leven, zal ik ´t
beloofde land eens geven.
In ´t land dat ik u allen schenk, wordt van
geen mens een haar gekrenkt.
De naaste trouw en samen delen, ik geef
genoeg voor nog zo velen.
In woorden en in uw gedachten, zult gij
uw naaste hoger achten.
Hoor Israel, de Heer Uw God, de Heer is
één.
Gun ook een ander zijn geluk, en maak
niets door jaloersheid stuk.
Ik heb het allemaal gegeven, daarvan
mag jij in voorspoed leven.
En samen met de ander zingen, De Heer
deed ons zeer grote dingen
Hoor Israel de Heer uw God, de Heer is
één.
Gebed
Kinderen naar de kindernevendienst
Bijbellezing: Genesis 3:22-24
Toen dacht God, de Heer: Nu is de mens
aan ons gelijk geworden, nu heeft hij
kennis van goed en kwaad. Nu wil ik
voorkomen dat hij ook vruchten van de
levensboom plukt, want als hij die zou
eten, zou hij eeuwig leven. Daarom
stuurde hij de mens weg uit de tuin van
Eden om de aarde te gaan bewerken,
waaruit hij was genomen.
Bijbellezing: Genesis 3:22-24
En nadat hij hem had weggejaagd,
plaatste hij ten oosten van de tuin van
Eden de cherubs en het heen en weer
flitsende, vlammende zwaard. Zij
moesten de weg naar de levensboom
bewaken.
Lied 806: Zomaar te gaan 1
Zomaar te gaan met een stok in je hand
zonder te weten wat je zult eten
Zomaar te gaan met een stok in je hand
Eindeloos ver is ‘t beloofde land
Lied 806: Zomaar te gaan 2
Zomaar te gaan, wordt het leven of dood
Altijd maar banger, duurt het nog langer
Zomaar te gaan, wordt het leven of dood
In de woestijn worden kinderen groot
Lied 806: Zomaar te gaan 3
Zomaar te gaan met zijn woord als bewijs
Altijd maar lopen, altijd maar hopen
Zomaar te gaan met zijn woord als bewijs
Straks wonen wij in een paradijs.
Bijbellezing: Marcus 1: 12-15
Meteen daarna dreef de Geest hem de
woestijn in. Veertig dagen bleef hij in de
woestijn, waar hij door Satan op de
proef werd gesteld. Hij leefde er te
midden van de wilde dieren, en engelen
zorgden voor hem. Nadat Johannes
gevangen was genomen, ging Jezus naar
Galilea, waar hij Gods goede nieuws
verkondigde.
Bijbellezing: Marcus 1: 12-15
Dit was wat hij zei: “De tijd is
aangebroken, het koninkrijk van God is
nabij: kom tot inkeer en hecht geloof
aan dit goede nieuws.”
Zeeklank zingt : Veertig jaren
Veertig jaren van bezinning, eenzaam in
de zandwoestijn,
Om onzeker vol van twijfel, helemaal
alleen te zijn. Veertig jaren,
Duizend vragen, veertig jaren zonder
land, om dan eindelijk te weten:
Niet mijn kracht, maar door Uw hand.
Veertig jaren om te worden,
Toonbeeld van zachtmoedigheid. Veertig
jaren om te leren, dat alleen Ik ben
bevrijdt.
Veertig jaar met open ogen, veertig jaren
ziende blind,
God komt in de braamstruik spreken in
een helder brandend licht.
Veertig dagen zal eens Jezus, vasten in de
zandwoestijn,
En verzocht door Satans listen, steeds de
overwinnaar zijn Veertig jaren om te
worden,
Toonbeeld van zachtmoedigheid. Veertig
jaren om te leren, dat alleen Ik ben
bevrijdt.
Verkondiging
Lied 538 vers 3
Een mens te zijn op aarde
in deze wereldtijd,
dat is de dood aanvaarden,
de vrede en de strijd,
de dagen en de nachten,
de honger en de dorst,
de vragen en de angsten,
de kommer en de koorts.
Lied 538 vers 4
Een mens te zijn op aarde
in deze wereldtijd,
dat is de Geest aanvaarden
die naar het leven leidt;
de mensen niet verlaten,
Gods woord zijn toegedaan,
dat is op deze aarde
de duivel wederstaan.
Kinderen komen terug
Kinderlied ELB 450
Jesus' love is very wonderful
Jesus' love is very wonderful
Jesus' love is very wonderful
O, wonderful love
So high you can't get over it
So deep you can't get under it
So wide you can't get around it
O, wonderful love
Kinderlied ELB 450
Jesus' love is very wonderful
Jesus' love is very wonderful
Jesus' love is very wonderful
O, wonderful love
So high you can't get over it
So deep you can't get under it
So wide you can't get around it
O, wonderful love
Koor: Onderweg
Ik loop de wedloop naar Gods grote morgen.
Ben onderweg het doel nog niet bereikt.
Met elke stap voel ik me meer geborgen
Omdat mijn God geen duimbreed van mij
wijkt.
Eens komt de dag dan zal ik voor U buigen.
“U zij de Lof” de woorden die ik zeg.
Met mijn broeders, zusters zal ik juichen. Ik
ben thuis en nooit meer onderweg.
Koor: onderweg
Soms gaat mijn weg door hele diepe
dalen, maar ondanks vrees en ondanks
angstgevoel,
Eens komt de dag dan zal ik voor U
buigen. “U zij de Lof” de woorden die ik
zeg.
Met mijn broeders, zusters zal ik juichen.
Ik ben thuis en nooit meer onderweg.
Weet ik met elke stap “Ik zal niet
falen”want Jezus leidt mij veilig naar mijn
doel.
Koor: onderweg
Ik loop de renbaan van mijn aardse leven,
gebruik mijn kennis en talenten wijs.
Tot hulp van ieder op mijn weg gegeven,
en aan het eind wacht mij de ereprijs.
Eens komt de dag dan zal ik voor U
buigen. “U zij de Lof” de woorden die ik
zeg.
Met mijn broeders, zusters zal ik juichen.
Ik ben thuis en nooit meer onderweg.
Gebeden
Opwekking 733 Koor
Opwekking 733 Samenzang
Opwekking 733 Koor
Opwekking 733 Samenzang
Opwekking 733 Koor
Opwekking 733 Samenzang
Opwekking 733 Samenzang
Collecte
Liedboek 939 1, 2 door koor 3 in samenzang
Liedboek 939 Koor
Liedboek 939 Koor
Liedboek 939 Koor
Liedboek 939 vers 3 in samenzang
Liedboek 939 in samenzang
Zegen