Transcript Lees meer
De feiten over cholesterol: Cholesterol is een vetachtige stof die het menselijk lichaam nodig heeft als bouwsteen voor lichaamscellen en hormonen. Het meeste cholesterol wordt aangemaakt in de lever. Een klein gedeelte komt in het lichaam via voeding. In 2 gevallen kan cholesterol het risico op hart- en vaatziekten vergroten: als het cholesterolgehalte te hoog is en als de verhouding tussen de soorten LDLcholesterol en HDL-cholesterol scheef is. Vooral een scheve verhouding geeft een hoger risico. Verder heeft cholesterol in voedingsmiddelen, zoals in eieren, orgaanvlees, paling en garnalen, een klein effect op het cholesterolgehalte in het bloed. Daarom adviseert het Voedingscentrum niet meer dan 3 eieren per week te eten (of niet meer dan 4 als je vegetarisch eet). Het gevaar van cholesterol: Het bloed vervoert cholesterol door het aan eiwitten te binden. Deze verbindingen heten lipoproteïnen. Er zijn verschillende soorten lipoproteïnen: HDL (Hoge Dichtheid Lipoproteïne) en LDL (Lage Dichtheid Lipoproteïne): LDL vervoert cholesterol van de lever naar de rest van het lichaam. Een beetje LDL is nodig om bijvoorbeeld beschadigingen in weefsels te herstellen. Maar deze verbindingen kunnen zich ook vastzetten in de binnenwand van bloedvaten. Een teveel aan LDL blijft plakken aan beschadigingen van de vaatwanden. Deze beschadigingen kunnen het gevolg zijn van roken, verhoogde bloeddruk of ouderdom. De bloedvaten slibben daardoor langzaam dicht en het bloed kan er steeds moeilijker doorheen stromen. Dit staat bekend als slagaderverkalking (arteriosclerose). Op deze manier draagt LDL bij aan het ontstaan van hart- en vaatziekten. De verbinding van LDL en cholesterol noemen we LDL-cholesterol. HDL neemt cholesterol uit het bloed weg en voert het af naar de lever, waar hetwordt afgebroken. Vervolgens verlaten deze afbraakproducten het lichaam via gal en de ontlasting. Door het afvoeren van cholesterol beschermt HDL het lichaam tegen hart- en vaatziekten. De verbinding van HDL en cholesterol noemen we HDL-cholesterol. Een ezelsbruggetje om te onthouden welk cholesterol beschermt tegen hart- en vaatziekten is: LDL-cholesterol is een Loser (verliezer) en HDL-cholesterol is een Hero (held). Gezondheidseffecten: Er bestaan 2 relevante cholesterolwaarden: het totaalcholesterolgehalte en de cholesterolratio. Voor beide geldt: hoe hoger de waarde, hoe hoger het risico op (sterfte aan) een hartziekte. De cholesterolratio is de beste voorspeller voor het krijgen van hart- en vaatziekten. Hieronder vertellen we meer over totaalcholesterol, de cholesterolratio, de oorzaken van een te hoog cholesterol en welke producten het LDL-cholesterol verhogen en verlagen. Totaalcholesterol: Een bloedonderzoek geeft aan hoe hoog het cholesterolgehalte is in millimol per liter bloed (mmol/l). Het cholesterolgehalte in het bloed kan nogal schommelen. Daarom is het raadzaam het cholesterolgehalte meerdere keren te onderzoeken. Bij een verhoogd cholesterolgehalte moet er namelijk sprake zijn van een constante verhoging. Een overzicht van mogelijke uitslagen van het bloedonderzoek: Totaal cholesterolgehalte in mmol/l Conclusie lager dan 5,0 mmol/l normaal tussen 5,0 en 6,4 mmol/l licht verhoogd tussen 6,5 en 7,9 mmol/l verhoogd hoger dan 8,0 mmol/l sterk verhoogd Cholesterolratio en hart en vaatziekten: De verhouding tussen LDL en HDL noemen we de cholesterolratio. Een ‘scheve’ verhouding met te veel LDL vormt een belangrijk risico voor hart- en vaatziekten. De cholesterolratio wordt berekend door het totaal cholesterolgehalte (LDL + HDL) te delen door het HDL. De ratio hoort kleiner dan 5 te zijn. Een voorbeeld: het totaal cholesterol is 6,5. Stel dat LDL 5,5 en het HDL 1 is. De cholesterolratio is dan 6,5 gedeeld door 1. Dat komt uit op 6,5. Dat geeft aan dat de kans op hart- en vaatziekten is verhoogd. Stel dat LDL 4,5 en het HDL 2 is. De ratio is dan 6,5 gedeeld door 2. Dat komt uit op 3,25. Dit geeft aan dat de kans op hart- en vaatziekten niet verhoogd is. Belangrijke grenswaarden hierbij zijn: LDL-cholesterol: minder dan 2,5 mmol/l = optimaal, LDL-cholesterol: meer dan 3,5 mmo/l = te hoog HDL-cholesterol: minder dan 0,9 mmol/l = te laag Ratiototaal / HDL-cholesterol: minder dan 5 = goed Triglyceriden (een andere vetachtige stof in het bloed die samen met LDLen HDL-cholesterol in het bloed vervoert): meer dan 2,1 mmol/l = te hoog Oorzaken van een te hoog cholesterolgehalte: De lever zorgt gewoonlijk voor een evenwicht tussen de hoeveelheid cholesterol die de lever maakt en het gehalte cholesterol in het bloed. De hoeveelheid cholesterol die de lever maakt, wordt beïnvloed door de leefstijl. Roken, weinig lichaamsbeweging en een eetpatroon met veel verzadigt vet kunnen het evenwicht verstoren. Daardoor kan een ongewenste verschuiving plaatsvinden naar meer LDL. Onverzadigd vet in de voeding zorgt juist voor minder LDL-cholesterol. Naast voedingsgerelateerde oorzaken spelen ook erfelijke factoren een rol. In Nederland heeft bijvoorbeeld 1 op de 300 personen aanleg voor een sterk verhoogd LDL-cholesterol gehalte in het bloed. Andere oorzaken van een hoog cholesterolgehalte zijn overgewicht, diabetes type 2 en een traag werkende schildklier. U heeft nu een beetje inzicht gekregen in wat cholesterol precies is en waarom de ontwikkelaars van een nieuw “Functional Food” (dat is voeding die een positieve werking op de gezondheid van de mens heeft) Cholfitty kaas voor ogen hebben. U kunt dit overzicht afsluiten en terug naar de website gaan om de bedrijfsfilm over Cholfitty te bekijken.