Zen en bidden, een inspirerende combinatie Leo Oosterveen in

Download Report

Transcript Zen en bidden, een inspirerende combinatie Leo Oosterveen in

Zen en bidden, een inspirerende combinatie
Leo Oosterveen in gesprek met Marianne Verbakel
Zen en bidden zijn niet hetzelfde, maar maken wel beide op hun eigen manier je open
voor het mysterie en tegelijkertijd voor de alledaagse realiteit. Een bidder die ook aan
zen doet, heeft daar alleen maar baat bij.
Leo: Marianne je geeft zenmeditatie en je bent zeer betrokken bij een parochie. Je bent ook
ziekenhuispastor geweest. Kun je iets vertellen over de weg die je bewandeld hebt?
Marianne: Van huis uit katholiek was bidden voor mij aanvankelijk vooral het
formulierengebed doen. Tegelijkertijd werd ik, reeds als kind, getrokken door het mysterie in
de kerk. Later, toen ik kinderen kreeg, kwam ik wat verder van de kerk af te staan, totdat ik
eind jaren 80 in Dominicaans verband het geloof en de bijbel herontdekte. Via dominicanen
als Leo de Jong en Chris Smoorenburg kwam ik tezelfdertijd op de weg van zenmeditatie; ook
de zenleraar Ton Lathouwers speelde voor mij een belangrijke rol. Na de pastorale school van
het bisdom Rotterdam hield ik me veel met liturgie bezig en ging ik theologie studeren in
Utrecht in 1993. Daarna werkte ik een aantal jaren als geestelijk verzorger in een groot
ziekenhuis en bleef ik betrokken bij het pastoraat en de liturgie in de parochie.
In 1994 richtte Leo de Jong o.p. in Rotterdam het Leerhuis Spiritualiteit op en vanaf het begin
heb ik daar deel van uit gemaakt.
Sinds 2003 geef ik vanuit Het Leerhuis samen met anderen Zen meditatie aan een groep
mensen.
Leo: Zen, wat betekende en betekent dat voor jou en hoe past(e) het bij je werk en je geloof?
Marianne: Zen is allereerst gewoon zitten, heel gedisciplineerd, en iedere keer tracht je zó te
gaan zitten, alsof het de eerste keer is. De Japanner S. Suzuki benoemt dat als “zen mind,
beginners mind”.
Ik zit op mijn knieën op een kussen, het lichaam in een bepaalde houding. Za zen, het zitten in
stilte, is een heel actieve vorm van doen, waarbij je jezelf leeg maakt en je aandacht traint. Je
sluit dat af met een buiging naar de grond. Daarnaast is er loop meditatie, kin hin, waarbij je
hetzelfde al lopende doet.
Net als in de liturgie zijn gebaren en lichaamshouding belangrijk. En we hebben ontdekt, dat
een lijf meer onthoudt dan een hoofd! Door je in een bepaalde houding te zetten, kun je
vanzelf in een gelovige en spirituele sfeer komen. Mede doordat ik in Dominicaans verband
met Zen in contact kwam, was voor mijzelf de relatie tussen Zen en geloven vanzelfsprekend.
Leo: Kun je nog iets meer zeggen over de betekenis van zen voor jou in relatie tot je geloof en
werk?
Marianne: Zen is zitten, in- en uitademen en kritisch nagaan wat er gebeurt in jezelf. Ik heb
ontdekt dat dit ook pastoraal van belang is. Zen creëert aandacht en openheid. Bij mijn werk
in het ziekenhuis, waarbij ik soms vanuit een vergadering opeens naar een stervende moest
gaan, heb ik er veel aan gehad, dat ik bekend was met de zit- en loopmeditatie. Je moet als
pastor een bepaalde leegte van binnen hebben om goed te kunnen luisteren en bidden bij
iemand.
Toen ik als geestelijk verzorger in het ziekenhuis afscheid heb genomen, ben ik me
inhoudelijk veel meer gaan verdiepen in Zen, in Boeddhisme en de geschiedenis ervan. Zo
1
ontdekte ik veel raakvlakken met de christelijke mystieke tradities, bijvoorbeeld tussen
bepaalde boeddhistische soetra’s1 en teksten van de middeleeuwse mysticus Meester Eckhart
of ook Bijbelteksten.
Leo: is er een verband tussen bidden en Zenmeditatie?
Marianne: absoluut. Om dit duidelijk te maken wil ik beginnen met een wat langer citaat uit
het werk van de theoloog en priester Henry (Harrie) Nouwen uit 1971. Het gaat over het
gebed, is zeer inspirerend, ook in relatie tot Zen.
“Bidden is je handen openen voor God. Het is een langzaam opgeven van de
krampachtigheid, waarmee je je handen dichtgeknepen hield en een toenemende bereidheid je
bestaan te aanvaarden, niet als een bezit dat verdedigd, maar als een gave die ontvangen
moet worden. Bidden is allereerst een levenshouding die je in staat stelt te midden van deze
wereld een stilte te vinden waarin je ontvankelijk wordt voor de beloften van God en hoop
vindt voor jezelf, je medemens en de gemeenschap waarin je staat. Biddend ervaar je God in
de zachte bries, in de nood en vreugde van je medemens, in de eenzaamheid van je eigen hart.
Het gebed geeft je ogen om nieuwe paden te ontdekken en oren om nieuwe toonsoorten te
herkennen. Het gebed is je levensadem, die je de vrijheid geeft te gaan en te staan waar je
wilt en de vele tekenen te vinden die de weg wijzen naar een nieuw land.”2
Bidden is in relatie treden tot God als de kern, de Adem, het Mysterie van je bestaan waarvan
je je afhankelijk weet en waardoor je open leert staan voor heel de werkelijkheid. Zo’n
afhankelijkheidsgevoel veronderstelt een besef van deemoed en van de samenhang tussen alle
dingen. En het in- en uitademen in de Zen brengt je daar dichterbij.
Ik neem vaak een zin mee op de beweging van de adem: Bij de inademing “Nieuw uit U”, bij
de uitademing “Terug in U”en dan “Rust in U”. In het in- en uitademen komt de deemoed tot
U tot uitdrukking en het belang van stilte en rust. En bij de afsluitende buiging “Ik leg het
voor aan U of ik leg het voor U neer” raak je aan bidden, volgens mij. Zen heeft mij geleerd
naar binnen te gaan, tot bij het Mysterie, tot bij ‘U’. Ik ben katholiek en geen boeddhist, maar
Zen biedt wel een toegangsweg tot het geloof. Het brengt me dichter bij God en medemens.
En ik ben er meer zielzorger door geworden.
Leo: Maar er is toch een verschil tussen bidden en Zen, al was het maar vanwege het meer
persoonlijke Godsbeeld in de christelijke traditie?
Marianne: Zeker. Maar wat ik naar voren wil brengen is dat Zen je diepe zelf in relatie
brengt met wat dat zelf overstijgt. Zelf sta ik meer in de traditie van het Chinese
zenboeddhisme (Ch’an) en in die traditie komen we ook in aanraking met de figuur van
Kwan-Yin, Een vrouwelijk gelaat. Zij die luistert naar de noodkreten, een barmhartig omzien
naar….– een beetje te vergelijken met de rol van Maria in het katholicisme. 3 Dit type Zen is
niet zo van de rigoureuze, strakke, objectloze meditatie, zoals in sommige Japanse scholen het
geval is. In deze Chinese variant is de stap van mediteren naar ‘U zeggen’ niet zo groot. Bij
bidden is belangrijk dat je ook bidt voor mensen of voor bepaalde zaken. Zoals ik al zei, Zen
maakt je juist gevoeliger voor andere mensen en hun noden. Want Zenmeditatie is allerminst
navelstaarderij. Zen opent het engagement met de ander, het zet een veranderingsproces op
1
Soetra’s zijn toespraken, toegeschreven aan de Boeddha of verhalen over hem.
Oorspronkelijk in Met open handen. Notities over het gebed (1971). Hier geciteerd naar Speling, jg 2013, nr 1, p. 6-7.
3
Kwan-Yin wordt in het Chinese Boeddhisme ook voorgesteld als een Bodhisattva: ze belooft de eigen volledige verlichting
uit te stellen en telkens opnieuw op aarde terug te keren om iedereen te helpen, tot alle levende wezens verlost zijn.
2
2
gang in jezelf naar de ander toe; datzelfde beoogt bidden ook. Zen is dus allerminst lekker
‘freewheelen’ in een hoekje. Belangrijk is dat zowel in Zen als bij bidden het gaat om de
toegang tot een levende werkelijkheid voorbij alle dogma’s of belijdenissen. En belangrijk bij
beide is ook dat de weg naar binnen altijd een weg naar buiten veronderstelt en omgekeerd,
zoals de Duitse theologe Dorothee Sölle zo mooi aangeeft in haar boek de Heenreis: de weg
naar binnen is geen wereldvlucht, maar leidt uiteindelijk terug naar de wereld.4
En als ik tegenwoordig voor iemand wil bidden, omdat ik er echt niets anders voor kan doen,
zeg ik: “Ik draag je mee in de stilte bij het zitten, opdat de Geest van Wijsheid zich over je
mag ontfermen. Ik weet dat het er absoluut toe doet, al kan ik niet zeggen hoe….”
Leo: Zit de toegang tot deze twee-ene werkelijkheid niet vaak verstopt?
Marianne: Ja. Maar als er zich zo’n ‘verstopping’ voordoet, een blokkade of impasse, dan
leert Zen je om daarvoor niet weg te lopen. Het kan zijn dat je ego zo overvoerd is, dat er
geen plaats is voor iets anders. Je moet het aandurven dat gevoel niet te onderdrukken. Je
moet het even ‘laten’. Je neemt als het ware jezelf op een milde manier bij de hand, totdat
zich weer een opening aandient. En je niet laten ontmoedigen, wanneer je tijdens de meditatie
door allerlei gedachten besprongen wordt. Die gedachten hoef je niet te verdringen, je moet ze
gewoon aankijken. Als je dat doet, dan laat je je er tegelijkertijd niet door in bezit nemen,
maar ben jij degene die aan het stuur zit en kun jij in je meditatie verder.
Bovendien is het goed te beseffen dat Zen meditatie nu niet bepaald een weg van de
ene top-ervaring naar de andere is. Het is een weg van rustig volgehouden discipline (géén
kadaverdiscipline!), een zachtmoedige toewijding in vertrouwen en overgave. En je moet de
meditatie natuurlijk niet laten verslonzen. Je kunt jezelf ertoe zetten om telkens weer te gaan
zitten. Je moet het uithouden met jezelf en dat is op een bepaalde manier hard werken.
Het houdt je gaande op jouw levensweg. Uit ervaring ben ik me zeer bewust geworden: “Het
zitten houdt mij staande!“
Tot slot wil ik opmerken, dat alle meditatiemethoden uiteindelijk relatief zijn. Je mag ze nooit
verabsoluteren!
Marianne Verbakel is theologe en zielzorger. Ze mag zich Zen leraar noemen in de Maha Karuna Ch’an, die
onder leiding staat van Ton Lathouwers.
Ze is staflid van het Leerhuis Spiritualiteit in Rotterdam.
Ze begeleidt mensen op de weg van meditatie en religieuze betekenisgeving in hun leven.
4
Dorothee Sölle, De heenreis. Gedachten over religieuze ervaring, Ten Have 1980 6 .
3