aCTion - De Jonge Specialist

Download Report

Transcript aCTion - De Jonge Specialist

de JONGE
1
º
SPECIALIST
Jaargang 3 - maart 2016
Hét magazine voor medisch specialisten in opleiding
DE ARTS ALS
REGISSEUR
pag 10 -11
Het ziekenhuis als helende omgeving | Hoeveel keuzevrijheid kan een patiënt aan? | Aios in
Kaapstad | Gecombineerd lidmaatschap DJS en juniorverenigingen | Droomkunst op de kinderafdeling |
Dat beloof ik: documentaireserie over aios | Pensioenaftopping: minder geld in de toekomst? | Wat zegt
je specialisme over je karakter? | Aios geknipt voor stress?
seminar ‘de
financiële jungle
voor de startende
medisch specialist’
Uw bestaan als arts in opleiding zit er bijna op. Gaat
u daarna als jonge klare werken in het vrije beroep?
Kiest u voor een baan in loondienst in een algemeen
of academisch ziekenhuis? De keuze is aan u.
Om u bij deze belangrijke keuze te helpen, verzorgt
Sibbing & Wateler c.s. op 9 april 2016 in Burgers’ Zoo te
Arnhem het seminar ‘De financiële jungle voor de startende medisch specialist’. Belangrijke financiële
en juridische aspecten komen deze ochtend aan bod.
Uw gezin is op deze dag van harte welkom voor een
bezoek aan Burgers’ Zoo.
eerstvolgende
seminar:
9 april 2016
schrijf u nu in!
Kijk op www.sibbing.nl voor een inschrijfformulier
en meer informatie over het seminar.
praktijkvestiging
financiële planning
telefoon: (0318) 544 044 - www.sibbing.nl
assurantiën
• colofon •
• voorwoord •
Redactie
Tanca Minderhoud, hoofdredacteur
Hanneke Verheijde
Daniël Dresden
Davy Sudiono
Susanne Korsse
Berber Piet
Eva Stortelder
Ilona Dekkers
Sajjad Rahnama’i
Eindredactie
Liza Leijenhorst, Prescripts
voorwoord
llustratie
Ilona Dekkers
Vormgeving
Marjanne van Bentum, studio Parvenu
Coverfoto
Shutterstock
Redactieadres
Postbus 20057, 3502 LB Utrecht
[email protected]
Centraal Bestuur De Jonge Specialist
Chella van der Post
Thomas Schok
Richard Schol
Nurah Hammoud
Jesse Habets
Ben Tomlow
Alexej Kuiper
Fleur van den Heijkant
Edin Hajder
Paul de Laat
Marjolein Kremer
Davy Sudiono
Adreswijzigingen
Adreswijzigingen kunnen worden doorgegeven aan
De Jonge Specialist.
Uitgever
De Jonge Specialist
Drukwerk
Centrum Drukwerk, Maartensdijk
Basisontwerp
IJzersterk, Rotterdam
Adverteren
Neem hiervoor contact op met De Jonge Specialist:
[email protected]
Magazine De Jonge Specialist
De Jonge Specialist is hét magazine voor medisch
specialisten in opleiding. Het tijdschrift wordt vier
keer per jaar uitgegeven door De Jonge Specialist.
Oplage 3.000, ISSN: 2352-3670 Jaargang 3
© 2016 DJS. Alle rechten voorbehouden. Artikelen geven de mening weer van auteurs en niet
noodzakelijkerwijs van De Jonge Specialist. Niets uit
dit magazine mag openbaar worden gemaakt door
middel van druk, microfilm of welke wijze dan ook,
zonder toestemming van de uitgever.
And…action!
Ondanks zijn vele eerdere nominaties,
mocht Leonardo DiCaprio dit jaar pas
voor het eerst een Oscar in ontvangst
nemen. Voor zijn rol in The Revenant
moest hij zo’n zes maanden lang afzien in
de vrieskou en de modder en moest hij
zelfs zijn vegetarische principes aan de
kant schuiven door een rauwe bizonlever
weg te werken. De regisseur omschreef
de set als een slagveld. Maar medelijden
met de acteurs? Nee, dat niet, want deze
regisseur werkte doelbewust naar het
ultieme resultaat. En dat leverde ook hém
een Oscar op.
Mooie stap vooruit
Het gaat te ver om de opleiding te
vergelijken met een slagveld. Toch denk
ik dat veel aios het harde werken onder
niet altijd ideale omstandigheden zullen
herkennen. In dit nummer van De Jonge
Specialist staat het nemen van de regie,
op allerlei manieren, centraal. Je krijgt
niet alleen een kijkje in de keuken van
een échte regisseur die een documentaire over aios heeft gemaakt, je kunt ook
lezen hoe De Jonge Specialist een steeds
grotere rol pakt. Wij zetten ons in 2016
weer in voor meer zeggenschap voor aios
en betere kansen op de arbeidsmarkt. Een
eerste, grote stap is al gezet: de komende
jaren zullen we het gecombineerde
lidmaatschap met alle juniorverenigingen
gaan bestendigen waardoor De Jonge
Specialist veel meer aios gaat vertegen-
woordigen. Dat betekent concreet dat we
een sterke poot krijgen aan de onderhandelingstafels. Een mooie stap vooruit!
Pensioenaftopping
Verder blijven de perikelen rondom
de pensioenaftopping bestaan. In veel
algemene ziekenhuizen is de pensioenaftopping nog niet goed geregeld en
worden medisch specialisten in loondienst (indirect) gekort op hun salaris. In
dit nummer vind je hierover een update.
Juist voor ons als aios zijn dit belangrijke
ontwikkelingen, die grote consequenties
kunnen hebben voor onze toekomst.
Goed om dit te volgen!
Banen
Daarnaast blijft het spannend of er überhaupt wel banen zijn als we klaar zijn. Dat
terwijl we na jarenlang hard werken en
offers brengen (zie de resultaten van onze
werkomstandigheden-enquête) eigenlijk
ook wel een ‘Oscar’ verdiend hebben.
Dit is en blijft een belangrijk punt van
aandacht in 2016.
Rest mij nog je veel leesplezier toe te
wensen. En dan nu: Action!
Chella van der Post, voorzitter De Jonge
Specialist
4
• inhoudsopgave •
10, 11
15
20, 21
Hoofdrol voor aios
Geneeskunst
Aios in Zuid-Afrika
Interview Helmie Stil
Dromen op de
kinderafdeling
Interview Mirthe
van der Valk
Vacature redactielid en fotograaf voor De Jonge
Specialist magazine
Heb je het gevoel dat jouw schrijfkunsten niet goed tot hun recht komen bij ontslagbrieven? Zijn
OK-verslagen jouw kans om een epos te schrijven? Dan ben jij misschien wel op zoek naar ons! Het
redactieteam van De Jonge Specialist magazine is namelijk op zoek naar een enthousiaste schrijver, die
meer uit zijn talent wil halen.
Ben je niet zo van het schrijven, maar
meer van de foto’s? Een beeld zegt
meer dan duizend woorden, daarom
zoeken we ook een fotografietalent
voor ons magazine.
Stuur je CV en motivatie op naar
[email protected]
De Jonge Specialist - maart 2016
5
• inhoudsopgave •
Oogopslag
22, 23
Arbeidsmarkt
Update jonge klaren
6, 7
Gecombineerd lidmaatschap
8, 9
Documentaireserie over aios
10, 11
Casus: verkorting opleiding
12, 13
Bekentenissen van een jonge klare
14
Kinderdroomkunst
15
Uitslag aios-enquête
16, 17
Shared decision making
18, 19
Aios in Zuid-Afrika
20, 21
Update jonge klaren 22, 23
Healthy building syndrome 24, 25
Aios en pensioenaftopping 26
Column
27
Rubrieken legenda
Oogopslag
Opleiding
Toekomst & Innovatie
In consult
Gezondheid
Buitenland
Vrije tijd
Geneeskunst
6
• oogopslag •
g
oogopsla
s
s en feitje
Kort nieuw
I’m pretty sure you can’t accurately
describe what I do in just 6 words.
Have a seat. I’ll happily explain.
#specialitiesin6words Internist
tweet: @skipbidder
Digitale revolutie van het ePortfolio?
“In een tijd waarin visite wordt gelopen
met tablets en waarin we voor medische
formules een app gebruiken, ontbreekt
er bij vrijwel alle portfolio’s een slim
dashboard met een overzicht van alle
mogelijkheden.” [MC 2015, 37. Tomlow,
Louter en Olsthoorn]
zIeKJE
Vrest zag dit als een prikkel om het
gebruiksgemak van het ePortfolio te
verbeteren en heeft nu als eerste ePortfolio-aanbieder de Vrest App ontwikkeld..
Nachtdiensten voor de interne geneeskunde in een groot randstedelijk
ziekenhuis kunnen spoken. En vooral de
laatste in rij valt de arts-assistent vaak
zwaar. Daarom mag je jezelf tijdens zo’n
dienst verwennen met lekker en veel eten.
Onder mijn vrouwelijke collega’s is chocolade favoriet. En dan met name die van
dat ene merk met knaloranje wikkel. Gewapend met zo’n reep was één van mijn
collega’s laatst ook naar het ziekenhuis
gekomen voor haar laatste nachtdienst.
Twee acute patiënten met een varicesbloeding gooiden die nacht echter roet in
het eten. “Ik had me zo verheugd op een
one night stand met Tony!” vertelde ze.
“Maar ik ben drie minuten op de assistentenkamer geweest. Het werd alleen een
vluggertje...”
Auteur: Susanne Korsse
De Jonge Specialist - maart 2016
Met deze overzichtelijke app kunnen
gebruikers alle acties rond het invullen,
registreren, ondertekenen en anderszins
afhandelen van onder andere korte klinische beoordelingen (kkb’s) gemakkelijk en
snel uitvoeren. Een grote vooruitgang!
De Vrest App is gratis te
downloaden, er zijn versies voor IOS,
Android en Windows-devices.
• oogopslag •
Het
meerjarenplan
(2016 – 2019)
van De Jonge
Specialist
Ben jij ook benieuwd wat de speerpunten van De Jonge Specialist zijn voor de
komende jaren? Lees dan op www.dejongespecialist.nl ons nieuwe meerjarenplan
dat op 3 februari is vastgesteld door de
Ledenraad.
De Jonge Specialist is in 2014 opgericht
en heeft in de afgelopen jaren grote stappen gemaakt ten aanzien van profilering,
positionering en professionalisering.
In de jaren 2016-2019 wil De Jonge
Specialist naast de lopende dossiers,
haar functie als belangenbehartiger
en vertegenwoordiger van aios verder
bekrachtigen en professionaliseren. Het
beleidsplan is opgesteld aan de hand
van twee algemene speerpunten die een
grote rol zullen spelen.
Ten eerste zullen we de komende jaren
het nieuwe gecombineerde lidmaatschap
met alle juniorverenigingen gaan bestendigen. Hierover ook meer op pag 8-9 van
dit nummer.
Daarnaast gaat De Jonge Specialist een
‘training academie’ opzetten voor alle
aios. Dat zal een landelijk platform bieden
voor discipline-overstijgende competenties, zoals medisch management,
leiderschap en kwaliteitszaken. Verder
zijn er doelstellingen geformuleerd die
onderverdeeld zijn per portefeuille. De
uitwerking daarvan vind je terug in het
nieuwe meerjarenplan op onze website.
De AIOS Upgrade In
een notendop:
•
•
•
Bijna 300 bezoekers!
Nummer 20 trending topics op Twitter
Nederland
Voorbeeld workshop titels (keuze uit 20
verschillende workshops):
– Excellent onderhandelen
– Virtual Reality
– Ontdek je talent
– Beroepsgeheim
AIOS Upgrade:H@ck your healthcare
De AIOS Upgrade had dit jaar als thema ‘eHealth: H@ck your healthcare’. En dat sloeg
aan: onder de hashtag #aiosupgrade werd de jaarlijkse aios-dag in no time trending
topic op Twitter. In het programma zelf was eHealth de rode draad. Zo zorgde
Mobile Doctors Live
voor een spectaculaire opening en werd er uitgebreid ingegaan op de mogelijkheden
van Big Data, 3D Printing, Serious Gaming, Telemedicine en Robotica. Of de zorgrobot
al snel op grote schaal in de operatiekamer te zien is, is afwachten, maar over één ding
waren aios het eens: de gevolgen van dit soort technologische ontwikkelingen op de
lange termijn worden nog onderschat.
Opleidingsprijs
Dr. Watske Smit, opleider interne geneeskunde in het Jeroen Bosch Ziekenhuis, mag
zich opleider van het jaar 2015 noemen! De Opleidingsprijs, die voor de zevende keer
werd uitgereikt, stond dit jaar in het teken van eHealth.
eHealth blog
De eHealth blog van De Jonge Specialist is feestelijk gelanceerd en is sindsdien online
te vinden op www.djsehealth.nl. Op deze blog kun je op de hoogte blijven van de ontwikkelingen op eHealth gebied in Nederland en daarbuiten. Innovaties die interessant
zijn voor aios worden uitgelicht en er worden achtergrondartikelen gepubliceerd om
een beter beeld te krijgen van ICT in de zorg.
7
8
• toekomst en innovatie •
Gecombineerd lidmaatschap
De Jonge Specialist en
Auteurs
•Edin Hajder, aios plastische chirurgie
en bestuurslid DJS
• Davy Sudiono, aios radiologie en bestuurslid DJS
2016 wordt een belangrijk jaar voor De Jonge Specialist (DJS).
Het lidmaatschap wordt voortaan gecombineerd aangeboden
met dat van de juniorverenigingen. Dat betekent dat aios straks
meer te vertellen hebben aan de onderhandelingstafels. Twee
voorzitters van juniorverenigingen, Caroline Brackel en Joost
Masselink, leggen uit waarom alle aios hier beter van worden.
Foto: Rob Nelisse
Twee jaar geleden ontstond DJS uit een
fusie van De Jonge Orde en de Landelijke
Vereniging van Medisch Specialisten in
opleiding (LVAG). Zo ontstond een landelijke beroepsvereniging voor aios. Nadat
in het eerste jaar de focus met name lag
op de nieuwe vereniging en bestuurlijke
fusie, kon DJS zich in het tweede jaar
als dé belangenbehartiger van alle aios
in Nederland op de kaart zetten. “Een
beroepsvereniging kan ervoor zorgen dat
je als beroepsgroep gehoord wordt door
andere relevante partijen”, vindt Joost
Masselink, voorzitter van de Vereniging
Apothekers in opleiding tot Ziekenhuisapothekers (VAZA). “Het is daarbij wel
belangrijk om met alle 32 specialismen
één stem te vormen.”
Een logische stap
DJS heeft drieduizend leden, de helft van
alle aios, terwijl DJS wel de belangen van
álle aios behartigt. Het gaat daarbij niet
alleen om cao-onderhandelingen, maar
ook om het bespreken van opleidings-
gerelateerde zaken binnen verschillende
raden. Dat is een bijzondere situatie; alle
medisch specialisten zijn wel lid van de
Federatie Medisch Specialisten. Daarnaast
is het voor externe partijen, zoals het
Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en
Sport (VWS), belangrijk om te weten dat
een beroepsvereniging spreekt namens
de hele achterban. “Als de helft van de
aios in Nederland geen lid is van DJS, dan
heeft DJS ook geen recht om te spreken
namens de aios van Nederland”, zegt
Masselink. Mede om die reden kwamen
DJS en de Federatie overeen dat DJS een
toehoorderschap krijgt binnen de FMS,
mits DJS alle aios vertegenwoordigt.
Meer slagkracht
Omdat vrijwel alle aios lid zijn van hun
eigen juniorvereniging (JV) is er voor
gekozen om het lidmaatschap gecombineerd aan te bieden. Zo word je dus
lid van zowel de juniorvereniging als van
DJS. Caroline Brackel, voorzitter van de
juniorafdeling van de Nederlandse Ver-
De Jonge Specialist - maart 2016
eniging voor Kindergeneeskunde (NVK)
stelt: “Voor de slagkracht van DJS, onder
andere aan de onderhandelingstafels voor
de cao’s, bij de Raadvergaderingen van de
Federatie en bij het Ministerie van VWS is
een volledige dekkingsgraad van belang.
Dan moet je naar een gecombineerd
lidmaatschap. Bij de aios kindergeneeskunde is dat besef er al: 70% van de aios
kindergeneeskunde waren aanwezig bij
de Algemene Ledenvergadering (ALV) en
het gecombineerde lidmaatschap werd
door 98% van de aanwezigen gesteund.”
Masselink vult aan: “Het is de taak van
DJS, maar ook van de juniorverenigingen,
om de meerwaarde van DJS te laten zien
zodat het vanzelfsprekend wordt dat je als
aios lid wordt”. Enkele JV’en, waaronder
de VAZA en juniorafdeling van de NVK,
hebben de papieren al rond, de rest zal
zeker volgen. De intentie van alle 32 specialismen is ten slotte al uitgesproken bij
eerdere vergaderingen.
9
• toekomst en innovatie •
vergroot zeggenschap van aios
jouw Juniorvereniging samen
Ledenraad
Om de juniorverenigingen een grotere
stem te geven binnen DJS wordt de
ALV vervangen door de Ledenraad als
het hoogste inspraakorgaan binnen de
vereniging. De Ledenraad bestaat uit
afgevaardigde bestuursleden van de
juniorverenigingen van de 32 erkende
specialismen. Hieronder vallen zowel
specialisten met als zonder artsentitel,
zoals de ziekenhuisapothekers. Het aantal
stemmen dat een sectie in de Ledenraad
krijgt, is afhankelijk van het aantal leden.
Het bestuur wordt op deze manier beter
geïnformeerd over wat er speelt, gezien
een slecht bezochte ALV vervangen wordt
door een Ledenraad waarin elk specialisme vertegenwoordigd is. “Tijdens de
Ledenraad worden belangrijke besluiten
genomen en onderwerpen besproken.
Het is beter dat degenen die stemmen,
aios zijn die het best ingelezen zijn in
de onderwerpen en daardoor de meest
overwogen beslissing kunnen nemen,”
vertelt Brackel. Masselink voegt hier aan
toe: “Deze vertegenwoordigers hebben
mandaat van de JV gekregen om daar te
zitten, en daarom wordt ook verwacht dat
ze aanwezig zijn op de Ledenraad. Tijdens
een vergadering wordt direct duidelijk of
er draagvlak is bij alle specialismen voor
de plannen van DJS”.
Gelijke belangen
Op de vraag wat het voordeel van de
Ledenraad is voor de eigen achterban en
JV antwoordt Masselink: ”Door deel te
nemen aan de Ledenraad krijgt de VAZA
ontzettend veel informatie waar we als
zelfstandige vereniging mee verder kunnen. Neem bijvoorbeeld de jonge klaren
problematiek en de Opleidingsetalage.
DJS pakt deze problemen op, maar met
de informatie die gedeeld wordt tijdens
de Ledenraad kunnen de juniorverenigingen ook zelf aan de slag om onze doelen
te bereiken.” Dit geldt ook voor Brackel:
“Wij kunnen veel leren van problemen
waar andere JV’en in het verleden op
gestuit zijn.”
In de gevarieerde groep met grotendeels
artsen, maar bijvoorbeeld ook klinisch
fysici en ziekenhuisapothekers, zijn er veel
gedeelde algemene belangen. Dit zorgt
voor een belangrijke interdisciplinaire
samenwerking. Brackel: “Nu we voorbij
het ‘of’ en ’hoe’ we gaan samenwerken zijn, kunnen we ons richten op het
‘wat’ we gaan bereiken. De jonge klaren
problematiek, het bewaken van de arbeidsomstandigheden en de invloed van
de bedrijfsvoering op de opleiding zijn
thema’s die absoluut niet mogen ontbreken op de agenda van het komende jaar.”
Masselink heeft nog een boodschap voor
alle aios: “Blijf onthouden dat wij de jonge
generatie in de gezondheidszorg zijn, een
beetje schoppen tegen de gevestigde
orde moet kunnen. Doe dit dan ook! Zo
zet je veranderingen in gang en zorg je
dat de verbetering van de opleiding in
beweging blijft!”
10
• opleiding •
Auteur
Daniel Dresden, arts en journalist
Dat beloof ik
Een kijkje in het leven van de arts
In een longitudinaal filmproject worden zeven jonge artsen vanaf het moment van afstuderen gevolgd
in hun professionele en persoonlijke ontwikkeling. Uit de reacties blijkt dat de frisse, open en directe
manier waarop de zeven jonge artsen over hun eigen ervaringen vertellen, de kijkers raakt. Regisseur/
producent van deze serie, Helmie Stil, vertelt.
De rode draad door de documentaireserie is de vraag in hoeverre het gemotiveerde jonge mensen lukt om de waarden en
wensen waar zij aan het begin van hun loopbaan voor staan, kunnen en willen vasthouden. Openhartig praten de zeven artsen
over hun ervaringen op het werk, maar ook thuis, en over hun
persoonlijke ervaringen.
Het meest opvallende in de serie vindt Helmie de ontwikkeling
van allemaal. “In de beginperiode waren ze nog vrij onzeker en
aan het einde vond ik ze sterk. Ik vind het ontzettend knap hoe
ze zo’n drukke opleiding kunnen combineren met een gezin. Het
is ook voor henzelf lastig, om daar een balans in te vinden.”
Trilogie
In deze serie is iedere drie jaar een portret van de zeven artsen
gemaakt. De eerste documentaire uit 2008 omvatte het eerste
jaar vanaf de dag van afstuderen. Vervolgens zijn ze in de drie
jaar daarna (2009-‘11) gevolgd. Langzamerhand verwierven ze
een opleidingsplek of maakten andere carrièrekeuzes. In deel
twee is te zien dat ook in de privésfeer het een en ander veranderde: Eva trouwde, Stephan werd weer single en Susan kreeg
drie kinderen. De derde en vooralsnog laatste documentaire
is opgenomen in de periode 2012-‘14. Eva is in 2012 bevallen
van haar eerste kind en Roy is in die periode begonnen met zijn
chirurgieopleiding.
Diverse opleidingen, maar geen huisarts
Het initiatief voor deze documentaireserie werd zes jaar geleden genomen door Ingrid-Emilie Wouterlood-van Cleeff,
destijds senior docent medische gespreksvoering en reflectie in
de basisopleiding geneeskunde van het UMC Utrecht. De film
wordt tegenwoordig ingezet binnen het onderwijs van jaar 6 in
Utrecht. De deelnemers zijn allemaal opgeleid in dat ziekenhuis,
maar verschillen in hun taakopvatting, idealen, opvoeding, sekse,
leeftijd, culturele achtergrond, maatschappelijke en persoonlijke situatie en vooral in de keuze van hun vervolgopleiding.
“We krijgen wel eens de vraag waarom er geen huisarts bij zit”,
laat Helmie weten. “In het begin zaten twee van de zeven daar
nog over te twijfelen. Ik had dus verwacht dat waarschijnlijk wel
eentje de huisartsenkant op zou gaan, maar dat is niet gebeurd.
Vandaar dat er uiteindelijk geen huisarts in de documentaire zit.”
Het project is nu afgerond, wat primair met de financiële middelen te maken heeft. “Het lijkt me heel mooi om ze over tien jaar
nog allemaal een keer te filmen”, vindt Helmie. Ook de kijkers
geven aan nieuwsgierig te zijn naar het vervolg, om te bekijken
of het deze zeven artsen lukt om hun dromen en ambities waarover ze vertellen, waar te maken.
Reflecteren
De documentaire is bruikbaar als aanzet voor discussie en reflectie over verschillende thema’s die op een andere manier niet
altijd zo makkelijk bespreekbaar zijn, zoals de ambities en dromen van (jonge) artsen, de angst om fouten te maken, bewaren
van het evenwicht tussen afstand en betrokkenheid, omgaan met
de onzekerheden van dit beroep, het uitspreken van twijfels en
het hebben en houden van inspiratie.
Helmie hoopt dat als geneeskundestudenten deze serie zien,
ze gaan nadenken over bepaalde levensvragen en inspiratie
krijgen, om levenslang te leren en te reflecteren op wat je doet
en wil doen. “Je moet proberen de balans tussen werk en privé
te vinden.”
De Jonge Specialist - maart 2016
• opleiding •
De zeven artsen in Dat beloof ik
Eva heeft eerst een paar jaar als tropenarts gewerkt in Malawi,
waar ze beviel van haar dochter Blonde. Terug in Nederland is
ze gestart met de opleiding chirurgie.
Mienke heeft een tijd onderzoek gedaan in San Diego. Ze
verdeelt haar werk als anesthesist tussen onderzoek doen en
werken op de OK.
Anna heeft nadat ze was gestopt met haar opleiding tot
patholoog, verschillende banen gehad. Ze werkt nu als Hoofd
Donorarts bij Sanquin bloedbank.
Susan heeft haar opleiding tot revalidatiearts afgerond. Ze
heeft inmiddels drie kinderen. Onlangs is bij haar een autoimmuunziekte vastgesteld. In de serie beschrijft ze hoe het
voelt om als arts patiënt te zijn.
Dawi heeft een tijd in de psychiatrie gewerkt en doet nu een
stage neurologie, allemaal om zoveel mogelijk kennis te
vergaren voor het werk als geriater. Zijn passie voor snowboarden is in de film te zien.
Roy zit volop in zijn opleiding tot chirurg. Ook hij heeft de rol
van patiënt ervaren. Terwijl hij normaliter zelf de operaties uitvoert, werd hij dit keer zelf geopereerd, aan zijn amandelen.
Stephan is zo goed als klaar met de opleiding neurologie. Hij
heeft de afgelopen jaren veel geleerd en is nu klaar voor het
specialist zijn. Afgelopen jaar is hij vader geworden van zijn
zoon Manuel.
Dat beloof ik De trilogie kan besteld worden voor 45,00 euro + 7,50 euro
verzendkosten of 1 dvd voor 17,50 euro + 5,50 euro verzendkosten.
Interesse? Stuur een mail naar [email protected].
11
12
• in consult •
Auteurs
Ingrid van Kinschot, arbeidsrechtjurist bij het
Kennis- en Dienstverleningscentrum/LAD
Ramon van den Berg, projectleider RIO/
Federatie Medisch Specialisten
Korting op de
opleidingsduur
Wat als de opleider geen korting op de opleidingsduur wil geven
terwijl je zelf van mening bent dat je daar wel recht op hebt? En
wat moet je doen als je graag in een andere opleidingskliniek een
van de differentiatieonderdelen wilt gaan doen maar de opleider
hier niet aan mee wil werken?
Met deze twee vragen wendde een aios
zich tot het Kennis- en Dienstverleningscentrum. De aios vertelde dat zij de eerste
drieënhalf jaar van de opleiding met goed
gevolg had doorlopen. Haar resultaten
waren steeds als bovengemiddeld bestempeld. Door haar opleider was haar
te kennen gegeven dat zij in aanmerking
zou kunnen komen voor verkorting van de
opleiding. Hierop was de aios zich gaan
oriënteren op de mogelijkheden voor het
vijfde en zesde jaar van de opleiding. Haar
belangstelling ging uit naar een meervoudige differentiatie, bestaande uit twee
onderdelen van twaalf maanden. Voor
het volgen van een van de twee onderdelen moest zij uitwijken naar een andere
opleidingskliniek. Al heel snel slaagde
zij erin een andere opleidingskliniek te
vinden voor het volgen van een van de
differentiatieonderdelen. Om daar daadwerkelijk aan de slag te kunnen moest
zij snel beschikbaar zijn. Hierop nam zij
contact op met haar opleider en vroeg
hem akkoord te gaan met verkorting van
het basisgedeelte van de opleiding en in
te stemmen met de door haar gewenste
stage in een andere opleidingskliniek. De
opleider weigerde in te stemmen met een
korting van de opleiding en wijziging van
het opleidingsschema voor het volgen
van een van de differentiatieonderdelen.
Uit de gesprekken die zij met de opleider
voerde, werd niet duidelijk met welke
argumenten de opleider haar verzoek
meende te kunnen afwijzen.
Geschil
Hierop nam de aios contact op met een
jurist van het KDC. De jurist vertelde haar
dat er sprake is van een geschil als de
opleider niet instemt met haar verzoek
en dat daarop de geschillenregeling van
toepassing is. Met verwijzing naar regelgeving uit onder andere het Kaderbesluit
en de geschillenregeling, adviseerde de
jurist haar nogmaals te proberen in gesprek te gaan met de opleider om tot een
oplossing te komen. Zou dat niet lukken
dan zou zij de opleider moeten vragen
om zijn weigering in te stemmen met haar
verzoek schriftelijk kenbaar te maken. Zij
zou dan eerst de Centrale Opleidingscommissie (COC) kunnen vragen in het
geschil te bemiddelen. Mocht dat niet
lukken, dan zou ze een procedure bij de
De opleider weigerde in te stemmen
met een verkorting van de opleiding
De Jonge Specialist - maart 2016
13
• in consult •
Geschillencommissie aanhangig kunnen
maken. De juristen van het KDC zouden
haar bij de procedures kunnen ondersteunen. De jurist wees de aios er op dat
het hele traject (COC en Geschillencommissie) helaas geruime tijd in beslag zou
nemen. Het zou dan ook mooi zijn als
de COC voor een oplossing zou kunnen
zorgen. Hierop verzuchtte de aios dat zij
van andere aios had begrepen dat zij van
de bemiddeling van de COC niet veel
hoefde te verwachten.
Compromis
Om de arts te kunnen worden die je wilt
zijn, is het belangrijk dat er in je opleiding
tot medisch specialist aandacht en ruimte
is voor jouw individuele ambities en
kwaliteiten. Het in 2014 gewijzigde Kaderbesluit maakt het mogelijk om zo lang als
mogelijk en zo kort als verantwoord op te
leiden. Vanuit de Federatie ondersteunen
we aios, opleiders en andere betrokkenen om dit te vertalen naar de dagelijkse
praktijk. Dit doen we vanuit het samen-
werkingsverband Specialistenopleiding
Op Maat (SOM), waar ook DJS deel van
uitmaakt. Om in de praktijk individueel
op te kunnen leiden is het belangrijk dat
de aios zijn doelen en ambities duidelijk
aangeeft en de opleider ruimte biedt en
meedenkt over de haalbaarheid van deze
plannen. Daarbij kan het voorkomen dat
de een de mogelijkheden anders inschat
dan de ander. Je wilt echter voorkomen
dat dit leidt tot spanning tussen opleider en aios of zelfs aanleiding is tot een
geschil. Dat kan door in een gesprek te
onderhandelen over de consequenties. In
deze casus lijkt de bereidheid aanwezig,
maar zet de eis om ‘snel beschikbaar’ te
zijn voor de differentiatiestage druk op
die bereidheid. De aios kan inhoudelijk
misschien wel in staat zijn om opleidingsonderdelen versneld af te ronden, maar
dat betekent niet automatisch dat dit per
direct geregeld kan zijn. De opleider en
aios zouden hier bijvoorbeeld de mogelijkheid kunnen onderzoeken van een
latere startdatum voor de differentiatiefa-
se. De aios laat daarmee zien bereid te
zijn om mee te denken met de opleider,
terwijl de opleider de ruimte krijgt om
zaken geregeld te krijgen.
Een inventarisatie die we onlangs gehouden hebben onder COC-voorzitters laat
zien dat de COC’s voorbereid zijn op het
adviseren aan opleiders en aios over dit
soort casussen. De mate waarin aios en
opleider bereid zijn gebruik te maken
van de bemiddelingsrol van de COC’s
lijkt echter beperkt. Het zou goed zijn de
drempel te verlagen, waardoor COC’s
opleiders en aios beter kunnen ondersteunen bij het zoeken naar oplossingen
en het voorkomen van geschillen.
eb je nog vragen over dit
H
onderwerp, bel dan met de
Infodesk op 030-6702710.
14
• jonge klare •
Bekentenissen
van een
jonge klare
Ben je of ken je een jonge
klare die (anoniem) wil
vertellen over haar/ zijn
eerste ervaringen:
mail ons dan:
[email protected]
Of je de eindstreep nu met angst tegemoet ziet, of er juist reikhalzend naar uitkijkt, als aios komt er een dag dat je je registreert
tot medisch specialist. Medisch-inhoudelijk zijn we hier allemaal op
voorbereid. Maar wat komt er allemaal kijken bij je eerste dienst
als achterwacht, het plotse besef van de eindverantwoordelijkheid,
of een klacht van een patiënt waarbij je geen opleider achter je
hebt staan? In deze rubriek vertellen jonge klaren over hun eerste
ervaringen als specialist.
De eerste dienst
als internist
Vier maanden geleden ben ik begonnen als internist in een groot perifeer
ziekenhuis, met een groep van zo’n 20
internisten en ongeveer 25 arts-assistenten. Na de algemene introductie van het
ziekenhuis, liep ik een tijdje mee met mijn
directe collegae, om de logistiek van het
ziekenhuis te leren kennen. Ik nam gelukkig maar één poli over van een collega,
en kon verder mijn eigen poli opbouwen.
Dat laatste is erg prettig, want patiënten
overnemen vergt altijd veel voorbereiding
en glimlachen op het juiste moment.
Verbijsterende diensten
Als je zelf net assistent-af bent, denk je
nog vrij weinig te kunnen bijdragen aan
de opleiding van aios en anios, maar
ik kwam er al snel achter dat ik wat dat
betreft de zesjarige opleiding tot internist
had onderschat. Je schijnt toch iets te leren in die paar jaar, en dat kan ik nu mooi
overbrengen naar de jongere collega’s.
Na mijn eerste achterwachtdienst was ik
totaal verbijsterd. Niet zozeer medischinhoudelijk, als wel door de kwantiteit
van het contact. Dit was iets heel anders
dan wat ik de laatste jaren van mijn eigen
assistentschap had ervaren. Aan het eind
van je opleiding (tot internist) bel je niet
meer dan één á twee keer je achterwacht,
maar ik werd hier maar liefst 21 keer gebeld, waarvan acht keer tussen twaalf uur
’s nachts en zes uur ’s ochtends. We besloten thuis dus per direct dat ik tijdens mijn
diensten in de logeerkamer zou bivakkeren. Van die 21 keer was het overigens 20
keer een relevant overleg.
Verantwoordelijkheid
Ook het verschil tussen arts-assistenten
is enorm; ervaring speelt natuurlijk een
grote rol maar ook persoonlijkheid. De
ene assistent presenteert je in sneltreinvaart een kant-en-klaar verhaal waarbij je
nog nét de kans krijgt om “oké” te zeggen, terwijl de ander om drie uur ‘s nachts
uitgebreid met je gaat filosoferen. Ook de
boodschap: “Ik bel even om te zeggen
dat iedereen stabiel is”, kan ik nu wat minder waarderen dan toen ik zelf aios was.
De hoeveelheid beslissingen die je neemt
De Jonge Specialist - maart 2016
in een kort tijdsbestek, en waarvoor je
de eindverantwoordelijkheid hebt, is iets
waar ik erg aan moet wennen en waarvan
ik soms even op adem moet komen. Maar
hoe meer ik weer op adem ben, hoe meer
de assistent aan de andere kant van de
lijn mijn differentiaaldiagnoses, uiteenzettingen en overwegingen moet aanhoren.
Arme assistenten.
Om je zeker te voelen als jonge klare, heb
je absoluut je ‘vlieguren’ nodig, maar als
je die eenmaal op zak hebt, is het heel
leuk om eindelijk te doen waar je ongeveer de helft van je leven naar toe hebt
gewerkt.
‘Na mijn eerste
achterwachtdienst
was ik totaal
verbijsterd’
• genees.kunst •
Kinderdroomkunst
Auteur Berber Piet, aios longgeneeskunde
Ziekenhuis OLVG in Amsterdam heeft een speciale stichting opgezet om creatieve vormgeving en kunst voor de
kinderafdeling te kunnen financieren: Stichting Kinderdroomkunst OLVG. Met hulp van donaties en speciale
acties werft deze stichting de middelen om projecten te
ondersteunen die de nieuwsgierigheid en fantasie van
kinderen prikkelen. Dit zorgt niet alleen voor een fijnere
omgeving voor de jonge patiënten, de ontspanning of
stimulatie kunnen ook bijdragen aan hun herstel.
Kunstenares Iris le Rütte kreeg van de stichting het verzoek
het uitzicht van de kinderafdeling op het dak van de centrale
hal op te vrolijken. Hiervoor ontwierp zij een 130 meter lang
kunstwerk van tientallen dartelende dierfiguren, die een
soort fantasierijke tegenhanger vormen voor de menselijke
levendigheid in de lichtstraat onder hen. Door elk raam van
de kinderkamers kijk je nu op minstens één dier uit. Als de
volwassenen in de hal beneden een deel van hun vroegere
verwondering voor de wereld hebben weten te behouden,
kunnen ze van het schouwspel meegenieten als ze naar
boven kijken.
15
16
• opleiding •
Auteurs
Introverte reumatologen,
onverstoorbare gynaecologen
Fleur van den Heijkant, aios
urologie en bestuurslid
De Jonge Specialist
Ben Tomlow, aios longgeneeskunde en bestuurslid
De Jonge Specialist
Chella van der Post, aios
pathologie en voorzitter
De Jonge Specialist
Uitslag Nationale
AIOS-enquête
Chirurgen zijn arrogant, internisten zijn slim, kinderartsen zijn lief en alle artsen doen het voor het
geld. Vooroordelen over artsen zijn alom aanwezig en vaak te horen in de wandelgangen van het
ziekenhuis. Hebben aios dezelfde karaktertrekken als hun ‘bazen’? En kies je je specialisme naast de
inhoud ook uit op je (toekomstige) collega’s?
De Jonge Specialist bekeek in 2015, in samenwerking met de
LAD, Artsen Stichting Nederland en onderzoeksbureau Triple-I,
de werkomstandigheden van aios en hoe zij hun toekomst zien.
Alle arts-assistenten in Nederland hadden de mogelijkheid om
online de landelijke aios-enquête in te vullen. Uiteindelijk hebben
ruim 1200 aios (20%) deze ingevuld. Hierbij een klein overzicht.
Voor een uitgebreider verslag van de enquête en de huidige
werkomstandigheden van aios, kun je terecht op onze website.
Ook worden de resultaten gepubliceerd in Medisch Contact en
krijgen de juniorverenigingen een eigen overzicht met resultaten
van hun specialisme.
afronden van zijn vervolgopleiding. Bij de vraag in wat voor
betrekking een aios wil werken antwoordde ruim 49% het liefst
in dienstverband te werken, 15% bij een medisch-specialistisch
bedrijf en 36% weet het (nog) niet. Als medisch specialisten in de
toekomst gedwongen in dienstverband moeten werken, vindt
ruim 54% van de aios dat geen probleem, dit deel vindt de inhoud van het vak belangrijker. Zo’n 19% houdt zich hier nog niet
mee bezig en 27% vindt dit een zorgelijke ontwikkeling.
Vriendelijk en nauwgezet
Daarnaast hebben we in het onderzoek gekeken naar de karaktereigenschappen van aios van verschillende specialismen. In
de enquête werden 5 verschillende persoonlijkheidskenmerken
Gezond en gelukkig
Er zijn ruim 1200 respondenten van 33 verschillende specialismen vergeleken. De scores zijn bepaald op basis van een 0-5 punten
score systeem. Wat betreft openheid, vriendelijkheid en nauwgeafkomstig uit alle opleidingsregio’s. De aios is gemiddeld 32 jaar
en ongeveer 1/3 van alle aios heeft één of meerdere kinderen. Uit zetheid zijn er geen duidelijke verschillen tussen de verschillende
ons onderzoek blijkt dat de aios zijn/ haar geluksniveau waardeert specialismen. Met name op vriendelijkheid en nauwgezetheid
scoren aios gemiddeld hoog. Wel waren er duidelijk meer
met een 7,9. Ruim 92% van de aios ziet zichzelf als gezond en
introverte en meer extraverte specialismen aan te wijzen. Ook
95% van de aios is trots op zijn of haar vak. Kortom: gelukkig,
gezond en trots gaan we de toekomst tegemoet. Wat wil een aios emotionele stabiliteit (de mate waarin iemand een gespannen
persoon is en snel van zijn stuk wordt gebracht) verschilt onder
nog meer?
Dromend over de rest van onze loopbaan hebben we wel twijfels specialismen. Gelukkig zijn aios in het algemeen mentaal stabiel
te noemen als we de gemiddelde score bekijken. Staat jouw
en zorgen. Circa 36% van de aios heeft eens of vaker getwijfeld
specialisme in een top-5? Kijk snel!
om te stoppen met de opleiding. De grootste reden voor twijfel
was een verstoorde werk-privé balans en een (te) hoge werkdruk. Achter de scores staat vermeld hoeveel aios uit het betreffende
specialisme de enquête hebben ingevuld.
Ook maken we ons zorgen over onze toekomstperspectieven op
de banenmarkt: 40% van de aios ziet een krappe werkgelegenheid voor medisch specialisten als een reële dreiging. Slechts
Ben je benieuwd naar meer resultaten uit de enquête? Kijk dan
24% zegt zeker te weten wel een baan te kunnen vinden na het
op www.dejongespecialist.nl.
De Jonge Specialist - maart 2016
• opleiding •
Top 5 meest extraverte aios (gemiddelde score 3,6):
1.
Heelkunde 3,8 (n=71)
2.
Urologie 3,8 (n=56)
3.
Gynaecologie en verloskunde 3,7 (n=84)
4.
Kindergeneeskunde 3,7 (n=151)
5.Maag-darm-leverziekten 3,7 (n=33)
Top 5 meest introverte aios:
1.
Reumatologie 3,2 (n=14)
2.
Geriatrie 3,3 (n=26)
3.
Radiotherapie 3,3 (n=14)
4.
Pathologie 3,4 (n=47)
5.
Psychiatrie 3,4 (n=87)
Top 5 minst snel van zijn/ haar stuk te brengen (gemiddelde
score 2,5):
1.
Gynaecologie en verloskunde 2,2 (n=84)
2.
Heelkunde 2,2 (n=71)
3.
Klinische chemie 2,2 (n=11)
4.
Plastische chirurgie 2,3 (n=14)
5.
Cardiologie 2,4 (n=42), kindergeneeskunde 2,4 (n=151), orthopedie 2,4 (n=42) en urologie 2,4 (n=56)
Top 5 meest snel van zijn/ haar stuk te brengen:
1.
Radiotherapie 2,9 (n=14)
2.
Revalidatiegeneeskunde 2,9(n=29)
3.
Psychiatrie 2,8 (n=87)
4.
Klinische genetica 2,8 (n=19)
5.
Klinische geriatrie 2,7 (n=26)
17
18
• opleiding •
Auteur reactie Ankana Spekkink M.A. & Jasmijn de Lange, M.A.
Auteur casus Sajjad Rahnama’i, aios urologie
Patiënten en keuzes;
de toekomst of een
schijnwerkelijkheid?
Steeds vaker wordt van de patiënt verwacht dat hij eigen regie voert over
zijn behandeling en zelf gaat kiezen. Shared Decision Making (SDM) lijkt
hierin een welkom concept Maar wat is nu goede zorg op het moment dat
er besluiten moeten worden genomen? Precies deze vraag onderzochten
Ankana Spekkink en Jasmijn de Lange, beiden zorgethica. De Jonge Specialist vroeg ze te reageren op een casus uit de dagelijkse praktijk.
Casus
De 69-jarige Henk Visser* komt op de poli vanwege een verhoogd PSA. Hij heeft geen klachten en zijn PSA is bij een routine
bloedcontrole door de huisarts bepaald. Er volgen prostaatbiopten waarbij prostaatkanker wordt gediagnostiseerd Na het
slechtnieuwsgesprek vragen meneer en mevrouw Visser aan de
dokter welke behandeling nu aangewezen is.
behandelopties
De uroloog legt uit dat meneer Visser voor bijna alle soorten
prostaatkankerbehandeling in
aanmerking komt: opereren, bestralen en observeren. Hij legt uit
wat de nadelen en risico’s van een prostaatoperatie kunnen zijn.
Hij vertelt over de specifieke risico’s, zoals impotentie en urineincontinentie. Ook bestraling is een optie. Over het algemeen
heeft bestraling dezelfde specifieke risico’s als een operatie
maar daarbij komt het risico op eventuele bestralingseffecten
op de endeldarm. De minste bijwerkingen zijn er, als je geen
behandeling toepast en de patiënt nauwlettend opvolgt, met
zogenaamde active surveillance of actief opvolgen. Eén van de
actieve behandelingen kan daarbij alsnog op een later tijdstip
worden toegepast als dat nodig is. Dit voorkomt of verlaat behandelingsrisico’s en bijwerkingen.
Moeilijke keuzes
komen zij samen met hun zoon terug op de poli. Zij hebben nog
een paar vragen. Mevrouw Visser denkt dat actief opvolgen de
beste oplossing is omdat dat zeker geen bijwerkingen geeft.
“Opereren kan altijd nog, nietwaar dokter?” Meneer Visser vindt
‘niets doen’ een eng idee: “Ik heb toch kanker dokter, moeten
we daar dan niets aan doen?”. Zijn zoon vraagt waarom de
uroloog de robot-geassisteerde operatie niet aanbeveelt. Dat is
toch een innovatieve behandelmethode met weinig bijwerkingen en risico’s? Meneer Visser zelf twijfelt; brachytherapie - zoals
zijn buurman heeft gehad – lijkt hem ideaal. “Hij heeft geen last
gehad van bijwerkingen”.
De uroloog legt uit dat er ook bij een robotoperatie en brachytherapie een kans op bijwerkingen en complicaties is. Bij
actief opvolgen is de kans dat een curatieve operatie te laat
komt of dat er uitzaaiingen komen, inderdaad erg klein. Maar het
is niet onmogelijk. Na een lang gesprek vraagt meneer Visser:
“Dokter, Wat zou u doen? U heeft er voor geleerd. Ik volg uw
advies op.”
Als uroloog in spe vraag ik me af of dit het doel is van samen
keuzes maken. Is het eerlijk om na een gesprek van een paar
minuten en het meegeven van een folder, de patiënt zelf te laten
kiezen? Kunnen we dit wel van ze vragen?
Meneer en mevrouw Visser horen alle opties aan. Na een week
De Jonge Specialist - maart 2016
*gefingeerde naam
• opleiding •
Reactie Ankana Spekkink en Jasmijn de Lange:
Uit ons onderzoek (Spekkink & de Lange, 2015) komt naar voren
dat er bij SDM van patiënten wordt verlangd rationeel keuzes te
maken, terwijl dit niet altijd aansluit bij de geleefde werkelijkheid
van patiënten. Op het moment dat ziekte binnendringt in het leven
van de patiënt wordt hij radicaal vervreemd van het vertrouwde
leven. Er is sprake van ongeloof en er is nog geen beleving van een
ziek lichaam. De realiteit van de patiënt omvat vervreemding, chaos
en hoop, zie figuur 1. Niets is wat het lijkt, waardoor keuzes maken
uiterst moeilijk en onveilig is. Binnen die onveiligheid zoekt de patiënt houvast waardoor keuzes worden gevormd. Daarnaast is er de
realiteit van de naasten, de kanker heeft ook sterke invloed op hun
leven. Hun realiteit is anders dan die van de patiënt, vaak rationeler
en gericht op de toekomst.
Conclusie en aanbevelingen
Terug naar de vraag van de uroloog in spe: “Kunnen we dit wel van
ze vragen?” Als we kijken naar ons onderzoek blijkt dat er geen rationele keuzes gemaakt worden binnen de realiteit van de patiënt. Dit
vraagt van de zorgverlener om zijn eigen idee van wat goed is (zoals
SDM) even opzij te zetten en ruimte te maken om in de schoenen
van de patiënt te gaan staan. Hoe ziet zijn wereld er uit? Is er sprake
van chaos, hoop en vervreemding? Waar heeft hij baat bij? Wanneer
dit duidelijk wordt kan de zorgverlener werkelijk aansluiten bij de
patiënt, de houvast bieden die de patiënt nodig heeft en kan een
juiste vorming van het besluit tot stand komen.
figuur 1
Beschouwing casus
In deze casus wordt meneer Visser volledig geïnformeerd over alle
behandelopties, voordelen, nadelen en risico’s. Dit lijkt vanuit ons
onderzoek niet aan te sluiten bij de ervaring van chaos, vervreemding en hoop. Tijdens het volgende bezoek deelt meneer Visser
zijn angst over het beleid van actief opvolgen. Niets doen lijkt voor
hem geen optie: het staat gelijk aan opgeven en is gevaarlijk. Actief
een behandeling vormgeven, voedt de hoop op genezing. Hij zoekt
naar houvast binnen de chaos en vindt dat in dit geval in een goede
ervaring van de buurman. De chaos en onduidelijkheid zijn compleet
als de patiënt, zijn vrouw en zijn zoon allemaal iets anders lijken te
prefereren. Daarna volgt de vraag: “Dokter, wat zou u doen?”
Schijnwerkelijkheid
De gedachte dat het goed is om iemand zijn keuzes zonder beïnvloeding van buiten, zelfstandig te laten maken, past erg bij het
huidige westerse ideaal van de autonome mens. De patiënt weet
zelf het beste wat goed voor hem is, is de gedachte. In de praktijk
blijkt dat er niet altijd actief, rationeel, op een bewust moment
wordt gekozen door de patiënt. Besluiten worden onopgemerkt
gevormd gedurende het zoeken naar houvast binnen de chaos en
vervreemding. Houvast wordt gevonden in vertrouwde elementen
en binnen de relatie met professionals en naasten. Te zien is dat er
een schijnwerkelijkheid kan ontstaan waarin iedereen doet alsof de
patiënt zelfstandig keuzes maakt, terwijl dit niet zo is. De schijnwerkelijkheid wordt in stand gehouden; wat er werkelijk met iemand
gebeurt ‒ wat nodig is en waar iemand echt baat bij heeft ‒ wordt
mogelijk niet gezien. Hierin schuilt het gevaar dat de patiënt alleen
wordt gelaten, zich niet gezien voelt en hij niet de houvast en steun
vindt die hij nodig heeft.
Bronnen:
Spekkink, A., Lange, J. de (2015). De schijnwerkelijkheid van gezamenlijke besluitvorming; fenomenologische casestudy vanuit
zorgethisch perspectief naar besluitvorming. Zorgehtiek.nu te Utrecht. URL: http://zorgethiek.nu/wp-content/uploads/2015/10/
De-schijnwerkelijkheid-van-gezamenlijke-besluitvorming-versie-oktober-2015.pdf
19
20
• buitenland •
Het beste van
AIOS in het
buitenland
“Ik wilde altijd al graag voor een langere
periode wonen en werken in het buitenland. De mogelijkheid om naar Zuid-Afrika
te gaan was een droom van mij en mijn
vriend.” Een droom waar wel wat voorbereiding aan vooraf ging. Mirthe van der
Valk is in opleiding tot MDL-arts in het
UMC St Radboud (Nijmegen), waar aios
gestimuleerd worden hun eigen opleiding
vorm te geven. Haar opleiders stonden
dan ook open voor haar voornemen. Ze
schreef een gedetailleerd opleidingsplan
dat goedgekeurd moest worden door het
concilium MDL en de RGS. Ze zal in totaal
twee jaar in Zuid-Afrika gaan werken,
waarvan zes maanden meetellen voor haar
opleiding.
Onrust op de poli
Mirthe van der Valk is in opleiding tot Maag-Darm-Leverarts
en doet sinds april 2015 een
deel van haar opleiding in het
Groote Schuur ziekenhuis in
Kaapstad, Zuid-Afrika. Enthousiast en zongebruind vertelt ze via
Facetime over haar ervaringen.
Auteur
•Susanne Korsse, aios maag-darmleverziekten
Het Groote Schuur ziekenhuis is een
publiek ziekenhuis met 700 bedden. Het
ziekenhuis werd in 1967 wereldnieuws
toen daar de eerste succesvolle harttransplantatie werd uitgevoerd. Tegenwoordig
is de patiëntenpopulatie er arm, grotendeels niet verzekerd en vaak afkomstig uit
armere wijken of townships. “Een groot
percentage van onze patiënten is hivpositief”, vertelt Mirthe. “Daarnaast zorgt
de hoge prevalentie van tuberculose voor
diagnostische dilemma’s. Met name het
onderscheid tussen intestinale tuberculose of de ziekte van Crohn is hier moeilijk
te maken.” Niet alleen de patiëntenpopulatie, maar ook de werkwijze verschilt
met die in Nederland. Op de polikliniek
en endoscopie wordt bijvoorbeeld niet
gewerkt met een vast programma. Alle
patiënten die op een dag gezien moeten worden, melden zich om 8.00 uur.
De stapel dossiers wordt met een aantal
collega’s op volgorde van binnenkomst
weggewerkt. “Dat je niet gebonden bent
aan een tijdschema geeft rust”, vindt
Mirthe. “Het is heerlijk om niet steeds op
de klok te hoeven kijken. Als je wat langer
de tijd wil nemen om met een patiënt te
praten, dan kan dat.”
De Jonge Specialist - maart 2016
Uren wachten
Het nadeel van deze werkwijze is dat er
voor de patiënten geen continuïteit van
zorg is en dat de artsen ad hoc moeten
werken. Hierdoor kunnen de wachttijden
voor de patiënten flink oplopen. “Patiënten zitten soms uren te wachten. Dat zijn
ze gewend en daar stellen ze zich ook
op in bij een bezoek aan het ziekenhuis”,
legt ze uit. Maar zo nu en dan worden de
patiënten het zat en wordt het onrustig
op de polikliniek. “Dan komt één van de
MDL-artsen naar buiten en roept ‘Stop
rioting in front of our offices!’”, lacht ze.
Ook opvallend is het gebrek aan privacy
voor patiënten. Op de poli- of scopiekamer lopen collega’s continu bij elkaar naar
binnen om te overleggen, even mee te
kijken of gewoon voor de gezelligheid.
Of er nou een patiënt binnen is of niet.
“In het begin was ik daar verbaasd over
en irriteerde het me zelfs een beetje. Nu
doe ik het zelf ook.” Patiënten lijken dit
niet vervelend te vinden, maar klagen ook
weinig. “En al helemaal niet tegen de
dokter”, legt Mirthe uit. “Enerzijds kan dat
komen door het aanzien dat een dokter
hier geniet. Maar mensen zijn ook niet
gewend om tegen autoriteit in te gaan.”
Boventallig
Mirthe is niet de enige buitenlandse
aios op de afdeling; ze heeft ook een
collega uit Zimbabwe en een uit Sudan.
“Wij zijn de supernumerary registrars,
Patiënten zitten soms
uren te wachten.
21
• buitenland •
twee werelden
letterlijk ‘boventalligen’.” Daarnaast
zijn er twee Zuid-Afrikaanse aios. “Ik
ben onder de indruk van de kennis en
vaardigheden van mijn Zuid-Afrikaanse
collega’s”, zegt Mirthe. Als aios hier aan
de MDL-opleiding beginnen, hebben ze
al veel werkervaring. Dat komt door de
langere opleidingsduur in vergelijking met
Nederland. Ze moeten vóór hun MDLopleiding twee jaar internships doen,
vervolgens een jaar verplichte community
service, en dan een vierjarige opleiding
tot algemeen internist. “Ik kwam hier na
mijn vooropleiding interne geneeskunde
met twee jaar klinische werkervaring. Dat
verschil merkte ik wel. Bovendien ontwikkelen artsen hier een scherpe klinische
blik door de beperkte beschikbaarheid
van medische hulpmiddelen.” Zelfs een
computer is niet vanzelfsprekend; op
de polikliniek is er voor alle artsen één
computer beschikbaar om onderzoeksuitslagen op te zoeken. “In Nederland zit je
altijd achter een computer mét internet
en kun je tussen twee patiënten door snel
even een richtlijn opzoeken. Hier word je
gedwongen veel uit je hoofd te weten.”
Daarnaast merkt Mirthe dat ze sneller zelfstandig mag werken. Gastroscopieën doet
ze bijvoorbeeld al alleen. “De ‘see one,
do one, teach one’ mentaliteit zit er hier
nog wel in. Maar ik heb nooit het gevoel
dat ik er alleen voor sta en er is altijd een
supervisor in de buurt.”
Medicijntekorten
Het vakgebied MDL is in Zuid-Afrika
beperkter dan in Nederland, mede omdat
er maar zo’n 75 specialisten zijn in het
land. Deelgebieden die in Nederland
ook tot het takenpakket van de MDL-arts
behoren, zoals oncologie en galwegpathologie, vallen daar van oudsher onder
de chirurgie. En leverziekten worden op
een aparte afdeling behandeld door de
hepatoloog. “Naast algemene maagdarmziekten houden wij ons met name
bezig met inflammatory bowel disease
(IBD)”, vertelt Mirthe. Alle endoscopische
en radiologische diagnostiek is mogelijk
in het Groote Schuur ziekenhuis, en er is
een kleine afdeling om patiënten op te
kunnen nemen. Maar de beschikbaarheid
van medicatie is er niet vanzelfsprekend.
“We hebben zo’n 1500 IBD-patiënten
onder controle. Momenteel hebben we
geen beschikking over mesalazine, in
Nederland de hoeksteen van de behandeling voor colitis ulcerosa. We schrijven
nu noodgedwongen sulfasalazine voor.
Daarnaast kunnen we vanwege de hoge
kosten maar 14 patiënten van de hele populatie behandelen met TNF-a-remmers.
Met als gevolg meer complicaties van de
ziekte en een hoog percentage patiënten
dat chirurgie nodig heeft.”
Halal ziekenhuiseten
Het zal wennen zijn als ze volgend jaar
weer in Nederland aan de slag gaat.
Met strakke poliprogramma’s, uitgebreide mogelijkheden voor diagnostiek
en behandeling en druilerige zomers.
Maar voorlopig geniet Mirthe nog van
haar tijd in Zuid-Afrika en benut ze het
beste van twee werelden. “Ik doe hier
ontzettend veel klinische ervaring en
endoscopie-ervaring op. En ik eindig
mijn werkzaamheden hier met een
stage hepatologie van zes maanden.”
Een meerwaarde voor haar opleiding,
aangezien het Groote Schuur ziekenhuis een levertransplantatiecentrum is.
“Daarnaast is het fantastisch om in een
land als Zuid-Afrika te wonen en werken.
Naast het heerlijke klimaat biedt het me
de mogelijkheid om te werken in een stad
en ziekenhuis die ontzettend divers zijn.
Er wonen hier mensen uit heel sub-Sahara
Afrika en je hebt te maken met veel verschillende culturen en godsdiensten. Zo
is al het eten in het ziekenhuis halal, dat is
helemaal geen issue. Dat heb ik in Nederland nog niet meegemaakt!”
22
• toekomst en innovatie •
Update jonge klaren
Teleurstellend weinig verbetering
op de arbeidsmarkt
Auteur Marjolein Kremers, bestuurslid De Jonge Specialist
De situatie van jonge klaren op
de arbeidsmarkt is de laatste
jaren nauwelijks verbeterd. In
2016 zet De Jonge Specialist
zich dan ook weer volop in voor
betere arbeidsperspectieven.
Samenwerking is daarbij essentieel.
In mei 2014 heeft DJS de kansen van
jonge klaren op de arbeidsmarkt met de
inmiddels bekende ‘jonge klaren-enquête’ in kaart gebracht. De conclusie was
dat de arbeidsperspectieven van jonge
klaren niet vanzelfsprekend rooskleurig
zijn. We zagen vooral een stijgende trend
van tijdelijke aanstellingen. Ook zochten
steeds meer jonge klaren hun heil in het
buitenland.
woordelijkheid te nemen in het zoeken
naar –of beter nog: creëren van- oplossingen om de kansen op de arbeidsmarkt
voor jonge specialisten te vergroten. Dit
laatste blijkt niet eenvoudig. Ruim anderhalf jaar later lijkt er niet veel veranderd
op de arbeidsmarkt en komen initiatieven
maar moeilijk van de grond. Deels zal
dit te maken hebben met de doorgemaakte veranderingen in de organisatie
en financiering van de zorg, deels met het
feit dat een noodzakelijke cultuurverandering nog niet heeft plaatsgevonden en
deels omdat organisatiestructuren binnen
ziekenhuizen log zijn. Toch zal De Jonge
Specialist zich met medewerking van de
verschillende Junior Wetenschappelijke
Verenigingen in 2016 weer actief inzetten
om verandering in de situatie te brengen.
Oplossingen
Het plan van aanpak ziet er als volgt uit:
juniorverenigingen opgeroepen de cijfers
omtrent jonge klaren en aios te delen,
om op deze manier een zo goed mogelijk en actueel overzicht te hebben van
de huidige én voorspelde situatie op de
arbeidsmarkt.
Ook zal er met een afvaardiging van de
juniorverenigingen een aanzet worden
gedaan een eenduidige enquête voor alle
juniorverenigingen op te stellen, opdat
informatie gelijk is en per specialisme
vergeleken kan worden.
Op dit moment lijkt er vooral sprake
te zijn van tijdelijke aanstellingen, in
enkele vakgebieden uitstroom naar het
buitenland, maar lijkt er geen absolute werkloosheid te zijn. Wel maken de
juniorverenigingen zich zorgen over de
toenemende instroom van jonge klaren
ten opzichte van de uitstroom van medisch specialisten.
Hierop heeft DJS ervoor gepleit frequenter ramingen uit te laten voeren door het
Capaciteitsorgaan en minder aios op te
leiden om werkloosheid te voorkomen en.
Ook hebben we de Federatie Medisch
Specialisten en de LAD gevraagd verant-
1. Cijfers
Om continue aandacht voor de positie
van jonge klaren op de arbeidsmarkt te
krijgen, zijn actuele cijfers noodzakelijk.
De Jonge Specialist heeft daarom alle
2. Capaciteitsorgaan
Met behulp van de verkregen cijfers van
een deel van de juniorverenigingen kan
DJS samen met FMS betere input leveren
voor de schattingen van het Capaciteits-
De Jonge Specialist - maart 2016
23
• toekomst en innovatie •
orgaan, om op deze manier de capaciteit
van de medische vervolgopleiding te
kunnen beïnvloeden. Dit heeft echter
pas effect op de arbeidsmarkt van jonge
klaren in 2022.
3. Intensievere samenwerking met
juniorverenigingen
In november 2015 heeft de eerste
bijeenkomst met afgevaardigden van
de juniorverenigingen en dossierhouder
jonge klaren van DJS plaatsgevonden,
gevolgd door een tweede bijeenkomst
in januari 2016. Tijdens deze bijeenkomsten delen de verschillende verenigingen
hun cijfers, input vanuit jonge klaren en
eventuele best practices die een positief
effect op de arbeidsmarkt zouden kunnen
hebben, zoals het aanbieden van een
duobaan, het inleveren van fte’s door zittende medisch specialisten en het creëren
van fellow-plekken. Initiatieven als deze
kunnen wellicht ook in andere specialismes uitgevoerd worden. Het wiel hoeft
dan niet een tweede keer uitgevonden
te worden en goed voorbeeld doet goed
volgen.
4. Inventariseren trainingsbehoefte
Naast het creëren van (vaste) arbeidsplaatsen kan het nuttig zijn laatstejaars
aios te trainen in het solliciteren, cursussen aan te bieden over werken in
dienstverband/MSB of onderhandelingstechnieken. Het Kennis en
Dienstverleningscentrum, BKV en VvAA
hebben aangegeven deze trainingen te
willen verzorgen. Mocht je hierin interesse
hebben, of andere trainingsbehoeften
hebben, laat het ons dan weten!
5. Samenwerking met FMS
Ten aanzien van initiatieven die beweging van de zittende generatie medisch
specialisten vereist, zal specifiek de
samenwerking met FMS gezocht worden.
Eén van de gedachtes is de specialist verder in zijn/haar carrière te motiveren om
bijvoorbeeld naast werkzaam te zijn in de
klinische praktijk, ook te kijken naar mogelijkheden hierbuiten, zoals adviserende
rollen/werkzaamheden in de farmaceutische wereld/management. Met de tijd die
daarmee vrij komt, kan er wellicht ruimte
gemaakt worden voor een jonge klare.
6. Tijdelijke contracten
Vanuit de juniorverenigingen horen we
dat het aantal tijdelijke contracten onder
jonge klaren enorm toeneemt. Tijdelijke
contracten voorkomen mogelijk werkloosheid, maar DJS maakt zich zorgen over de
invulling van deze contracten. We krijgen
signalen dat de beloning niet conform de
cao is, en dat jonge klaren hun vaardigheden niet kunnen onderhouden. Ook lijken
deze contracten zich steeds maar weer op
te volgen zonder dat er uitzicht is op een
vaste aanstelling.
Deze signalen zijn vooralsnog zeer beperkt. De Jonge Specialist hoort dan ook
graag of deze signalen herkend worden.
Als dit zo is, zullen we hierop actie ondernemen.
Mail daarom met informatie naar
[email protected]
24
• gezondheid •
Het heilzame effect van een minder
steriele ziekenhuisomgeving
Healthy building syndrome
De afgelopen vijftig jaar is er veel veranderd in het uiterlijk van de Nederlandse ziekenhuizen. De
grote zalen zijn vervangen door één-, twee-en vierpersoonskamers. Voor bevallingen zijn kraamsuites
gebouwd, kinderafdelingen zijn halve speeltuinen geworden en rond je dotterbehandeling kun je ontspannen in de cardio lounge. Aan deze mooie initiatieven wordt in de media veel aandacht geschonken, maar als je goed kijkt, blijkt een groot deel van het ziekenhuis nog steeds die witte, steriele,
functionele omgeving van vroeger. Een omgeving die je als patiënt gespannen, kwetsbaar en angstig
kan maken. Door culturele ontwikkelingen lijkt de tijd nu rijp voor structurele verandering.
Auteur
•Berber Piet, aios longgeneeskunde
Het predicaat klinisch bestaat niet voor niets: de klassieke ziekenhuisomgeving is onpersoonlijk, gericht op reinheid, veiligheid
en overzichtelijkheid en moet praktisch zijn voor het personeel.
Hij lijkt vooral ontworpen voor de medewerkers als gebruikers.
Wij hebben lang geleefd in een tijd waarin voor patiënten
besloten werd wat goed voor hen was. Naar de beleving van
de intensiefste gebruikers, de patiënten, werd niet gevraagd.
Inmiddels is die cultuur behoorlijk veranderd. Patiënten zijn
mondiger geworden, als wij ze niet centraal stellen dan eísen
ze de aandacht die ze verdienen wel op. En terecht, volgens
de geldende richtlijnen is het de bedoeling dat patiënten de
regie hebben over hun eigen diagnostisch en behandeltraject.
Dat kan alleen als zij zorgvuldig en volledig medisch worden
geïnformeerd. Ook de inzichten over de voorwaarden voor een
genezende ziekenhuisomgeving verschuiven. Langzaamaan
komt er meer aandacht voor factoren die het zelfhelend vermogen van mensen ondersteunen. Een proces waar al langer ruimte
voor is op kinderafdelingen en in de geriatrische zorg. Een goed
voorbeeld hiervan is de animal-assisted therapy, waarbij patiënten fysiek contact hebben met dieren; iets wat uit hygiënisch
oogpunt lange tijd onvoorstelbaar was. De positieve effecten
wegen bij zorgvuldige toepassing echter op tegen het infectierisico. Meerdere studies laten zien dat dit ontspanning geeft, pijn
verlicht en een positief effect heeft op aandacht, oriëntatie en
mobiliteit. Het Slingeland Ziekenhuis in Doetinchem heeft vanuit
die gedachte zelfs een kinderboerderij naast de kinderafdeling
gebouwd.
Helende omgeving
Wat is nu precies een helende omgeving? Als je het aan een
dwarsdoorsnede van de bevolking vraagt, schetst de meerderheid een ruimte die gedomineerd wordt door natuurlijke
elementen. Maar dit is niet de enige component die van belang
is. Alles omvattend gaat het om een fysieke omgeving waarin
bewust de keuze is gemaakt aspecten waarvan bewezen is dat
zij een positieve invloed kunnen hebben op het herstel of het
welbevinden van de patiënt, deel uit te laten maken van het ontwerp. Dit kan dan nog steeds gaan om ‘ouderwetse’ waarden,
zoals maatregelen die de veiligheid voor patiënten vergroten,
door bijvoorbeeld het valrisico te verkleinen. Het welbevinden
kan vergroot worden door een veelvoud aan maatregelen die
stress reduceren, slaap verbeteren of pijn verlichten. Zoals
vergroting van privacy, meer daglicht, sociale ondersteuning of
positieve afleiding. Een speciale plek hierin wordt ingenomen
door therapeutische tuinen. Deze multifunctionele groenvoorzieningen moeten ruimte geven voor privacy, sociale interactie,
lichaamsbeweging en natuurlijke afleiding door water, planten en dieren. De chemotuin in Tergooi ziekenhuis is op deze
beginselen gestoeld. Onderzoek toont aan dat de tuinen een
ontspannende werking hebben en experts in het veld geloven
De Jonge Specialist - maart 2016
25
• gezondheid •
dat geen zorginstelling in de toekomst nog zonder kan. Het
ziekenhuispersoneel kan op zijn beurt in een heilzame omgeving goed en ontspannen zijn werk doen en kan daardoor meer
positieve aandacht en tijd aan de patiënt besteden, wat het
genezingsproces verder bevordert.
Langzaamaan komt
Planetree
voor factoren die het
Eén van de pioniers op het gebied van een heilzaam medisch
klimaat is Angelica Thierot. Zij richtte in 1978 in de Verenigde
Staten de non-profit organisatie Planetree op, genoemd naar
de plataan waaronder Hippocrates zijn studenten geneeskunde
doceerde. Angelica werd als jonge vrouw met een ernstige
infectie opgenomen in het ziekenhuis. De medische zorg was inhoudelijk uitstekend, maar het verblijf in het ziekenhuis was voor
haar een traumatische ervaring. Zij nam zich voor een beweging
voor persoonlijker medische zorg op te zetten, om toekomstige
patiënten onnodig leed te besparen.
Een Planetree ziekenhuis is niet lawaaiig, ruikt lekker, heeft een
huiselijke sfeer, baadt in het daglicht, is vol van natuurlijke elementen en warme materialen. Patiënt en familie mogen zelf eten
bereiden in de afdelingskeuken en bezoek mag altijd langskomen, want naasten zorgen voor steun en ontspanning. Patiënten
worden uitgenodigd hun medisch dossier te lezen, zo nodig met
de juiste begeleiding en familieleden leren van het verplegend
personeel hoe zij de patiënt in de thuissituatie kunnen verzorgen. Dit klinkt als een utopie, maar een paar ziekenhuizen in
de Verenigde Staten die al jaren met het concept werken, zijn
inmiddels zover. Bemoedigend is dat Nederland buiten Amerika
voorop lijkt te lopen. In 2004 werd hier het eerste internationale
Planetree kantoor gevestigd en in 2010 werd het Flevoziekenhuis in Almere het eerste Planetree gecertificeerde ziekenhuis
van Europa. Toch is er voor de hele breedte van de medische
zorg nog een lange weg te gaan om onze zorginstellingen tot
helende omgevingen om te vormen. Maken wij, als medisch
specialisten van de toekomst -met of zonder Planetree- deze
droom werkelijkheid?
er meer aandacht
zelfhelend vermogen van
mensen ondersteunen
Planetree
Het Planetree model plaatst de patiënt in het middelpunt.
De fysieke ziekenhuisomgeving is belangrijk, maar Planetree
gaat veel verder. Beoogd wordt binnen een gezonde organisatie betere zorg te leveren in een helende omgeving. De
gehele ziekenhuiscultuur wordt vanuit het perspectief van de
patiënt geëvalueerd en voor elk onderdeel wordt bekeken
of het bijdraagt of juist afbreuk doet aan een persoonlijke,
menselijke patiëntbeleving. Kernonderdelen zijn vriendelijke
bejegening, service en autonomie. Informatie toegankelijk
maken voor patiënten is een prioriteit, omdat dit hen in staat
stelt met kennis van zaken betrokken te zijn bij hun eigen
zorg. Al deze interventies hebben een groot effect op het
psychische en fysieke welbevinden van de patiënt, wat weerspiegeld wordt in een lager medicatiegebruik en een stijging
van de patiënttevredenheid in ziekenhuizen die het Planetree
concept omarmen. Helaas is er nog onvoldoende onderzoek
beschikbaar om een rechtstreeks effect van de afzonderlijke
verbeteringen op harde uitkomstmaten als behandelduur,
ligduur, complicaties en tijd tot heropname aan te tonen.
Het Slingeland Ziekenhuis heeft een kinderboerderij naast de kinderafdeling gebouwd.
26
• toekomst en innovatie •
Minder geld in de toekomst?
Aios en pensioenaftopping
Auteurs
•Paul de Laat, aios kindergeneeskunde
en bestuurslid De Jonge Specialist
•Davy Sudiono, aios radiologie en
bestuurslid De Jonge Specialist
De huidige discussie over de
pensioenaftopping bij medisch
specialisten kan ook financiële
gevolgen hebben voor jouw
‘oude dag’. De Jonge Specialist
roept daarom alle aios op om
solidair te zijn met de specialisten bij eventuele acties.
Sinds 1 januari 2015 is het voor werknemers in ziekenhuizen niet meer mogelijk
om onder fiscaal gunstige voorwaarden
pensioen boven de 100.000 euro op te
bouwen via hun werkgever. De premie
voor werknemers en werkgevers wordt
hiermee verlaagd. Werknemers die onder
de Cao UMC werken, krijgen dit weggevallen deel terug via de werkgever. In
algemene ziekenhuizen is dit echter niet
zo geregeld en steken werkgevers het
geld in eigen zak. Werknemers wordt dan
in feite eigen geld ontnomen, omdat het
werkgeversdeel van de pensioenpremie in
feite van de werknemer is.
Onderhandelingen met de Nederlandse
Vereniging van Ziekenhuizen (NVZ) hebben tot onvoldoende resultaat geleid. In
verschillende ziekenhuizen hebben artsen
een ultimatumbrief aan de Raad van Bestuur verstuurd. Er wordt nu gewacht op
een reactie van de Raden van Bestuur. Dit
kan betekenen dat men bij uitblijven van
een oplossing overgaat tot acties.
Solidair
Aios hebben in het kader van deze acties
een bijzondere positie. Zij vallen formeel
niet onder de werkingssfeer van de
AMS (cao voor medisch specialisten) en
worden ook niet direct geraakt door de
pensioenaftopping. Wel hebben ze groot
belang bij het welslagen van de acties,
omdat het ook gaat om hun toekomstige
arbeidsvoorwaarden en pensioen. Aios
kunnen niet zelf actievoeren, maar kunnen
zich wel solidair verklaren. Aios werken
De Jonge Specialist - maart 2016
onder supervisie van de medisch specialist en kunnen het werk alleen uitvoeren
als er ook daadwerkelijk begeleiding
plaatsvindt. In deze omstandigheden is
het niet gepast als de werkgever opdracht
zou geven (‘dienstopdracht’), het werk
van de medisch specialist (deels) over te
nemen (‘besmet werk’). Krijg je wel een
dienstopdracht in dit kader, dan adviseren
wij je direct contact op te nemen met het
AIOS meldpunt ((030) 67 02 710). Aios
hebben groot belang bij het welslagen
van de acties, omdat het ook gaat om
hun toekomstige arbeidsvoorwaarden en
pensioen.
Meer weten? Kijk dan op de
pensioenpagina van de LAD of van
de Federatie Medisch Specialisten
• column •
column
Eva Stortelder, aios chirurgie
Geknipt
voor de
stress?
“Tijdens onze laatste vergadering vroeg
de maatschap zich af of je nog wel gelukkig bent”.
De opleider kijkt me met een schuin
oog aan over mijn portfolio. Het voortgangsgesprek, dat een keer per kwartaal
plaatsvindt, is bijna ten einde. M’n getalletjes zijn op orde, er zijn geen klachten
over me binnen gekomen en ik lig goed
op schema wat betreft het opleidingsplan.
Deze laatste opmerking had ik dan ook
niet verwacht. “Ehm… ja?” zeg ik, terwijl
ik me afvraag of ik er zo ongelukkig uit zie.
“We letten wel op jullie hoor”, zegt mijn
opleider lachend. Ik verzeker hem ervan
dat het goed met me gaat, waarna we het
gesprek beëindigen.
Als ik weer terug loop naar de afdeling
laat de twijfel me toch niet helemaal los.
Hoe weet je precies of je gelukkig bent
in je werk? Ik voel me lekker in elk geval.
Op een congres dat ik recent bezocht,
sprak een psychiater die de zaal om de
oren sloeg met getallen over dreigende
burn-out, depressies en de neiging tot
verslaving bij medisch specialisten. De
meeste getallen waren weliswaar niet afkomstig uit Nederland maar uit de VS, en
daar is alles toch vaak dramatischer dan
bij ons? Evengoed zat er om mij heen een
aantal mensen ongemakkelijk op de stoel
te draaien bij het aanhoren van dit relaas.
Helemaal toen hij vroeg om met degene
naast je kort een probleem te bespreken
waar je mee zat, en op welke manier je
dat dacht op te lossen. Ik keek naast me
naar een strak geklede man met glad haar
en een modieuze bril. Voordat ik iets kon
zeggen forceerde hij een glimlach en zei
snel: “Ik heb geen problemen”.
Nu ik eraan terugdenk zet het voorbeeld
me aan het denken. Wat als je echt op
een burn-out afstevent in ons vak? Hoe
herken je de signalen en hoe kom je
er weer uit? Een kleine zoektocht op
internet levert een enorm aantal hits op
naar recent onderzoek naar het voorkomen van werkstress onder aios en jonge
medisch specialisten, ook in Nederland
dus. Serieuze verantwoordelijkheden
naast een hoge werkdruk en een spagaat
tussen werk en privé, worden als de voornaamste oorzaken genoemd. Maar ook
niet-medische zaken als bestuur en de
financiële kanten van de gezondheidszorg
schijnen veel stress op te leveren. Gezien
het enorme aanbod op internet aan psychologische bijstand en online therapie,
specifiek gericht op de medische sector, is
er een markt voor.
Na het lezen van een aantal artikelen en
websites trek ik de conclusie dat er bij mij
sprake is van een gezonde werksituatie.
Gelukkig. Toch neem ik enkele gegeven
adviezen tegen het ervaren van stress ter
harte: bevlogen in je vak blijven staan,
ervan genieten en aandacht geven aan
de details die voor jou belangrijk zijn. Zo
kwam ik er bijvoorbeeld laatst achter dat
een anesthesist in ons ziekenhuis patiënten op hun lievelingsmuziek in slaap laat
vallen. Hij bespreekt dit met ze vooraf-
gaand aan de
operatie en heeft er speciaal
een speakertje voor bij zich, dat
in verbinding staat met zijn i-Pod. Dat
vond ik echt een mooi idee, dat zowel je
patiënt als jezelf en je collega’s ten goede
komt.
Blijven genieten op je werk, ik ben er nu
meer op aan het letten. Afgelopen week
kwam daar een nieuwe dimensie bij, toen
mijn middagpoli onverwacht niet door
ging. Nadat ik een rondje had gemaakt
langs de patiënten op de afdeling kwam
ik langs de ziekenhuiskapper in de centrale hal. Impulsief liep ik naar binnen. “Heeft
u nog plek voor knippen en drogen?”
vroeg ik haar. “Ja meid ga lekker zitten, je
bent meteen aan de beurt”. Uitnodigend
wees de kapster naar een van de stoelen.
“Lust je trouwens een bakkie? En mocht je
pieper gaan dan kun je die daar opnemen, geen probleem”. Happy hing ik mijn
witte jas aan de kapstok en nam ik plaats
voor de spiegel van de kapster.
SAVE
THE
DATE
AIOS Upgrade
2016
VRIJDAG 28 OKTOBER
IJSSELDELTA CENTER ZWOLLE