Post op Stelten 11 maart 2016

Download Report

Transcript Post op Stelten 11 maart 2016

Post op Stelten vrijdag 11 maart
Vanuit de directie
Overzicht Cito- toetsen
De leerlingen van de groepen 3 t/m 8 hebben gisteren hun rapportmap mee naar huis
gekregen. Hierin vindt u een uitdraai van de resultaten van de laatste cito-toetsen. Wanneer
de leerkracht het wenselijk vindt om hierover met u in gesprek te gaan ontvangt u een
uitnodiging hiervoor. Wanneer u als ouder graag een gesprek wilt kunt u dit kenbaar maken
aan de leerkracht en zal er een gesprek worden ingepland.
Oudertevredenheidspeiling
Hierbij willen we de ouders bedanken die ondanks de technische problemen de moeite
hebben genomen de oudertevredenheidspeiling in te vullen. Het is voor ons als school een
van de middelen die we in kunnen zetten om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren.
Helaas is het aantal ingevulde peilingen niet representatief voor ‘de ouders’ van de Bernardus.
We hebben van enkele ouders die de peiling hebben ingevuld feedback gekregen op de
samenstelling van de vragen. Deze peiling bestond uit algemene vragen die stichtingsbreed
zijn uitgezet. Over twee jaar komt er een nieuwe peiling en zullen we de vragen specifieker
maken. De individuele opmerkingen zullen in het team besproken worden. Aangezien de
enquête anoniem is ingevuld is voor ons niet achterhalen van wie de opmerkingen komen,
mocht u behoefte hebben aan een gesprek dan bent u altijd welkom. Opmerkingen m.b.t. de
lunchclub zijn reeds met hen besproken. Het onderdeel specifieke leerlingbegeleiding zullen
we met het team in het kader van gepersonaliseerd leren verder gaan uitwerken.
Scores per onderdeel (schaal 1- 4)













Onderwijsleerproces: leefklimaat in de groep
Onderwijsleerproces: leerklimaat in de groep
Onderwijsleerproces: afstemming
Onderwijsleerproces: leerstofaanbod
Onderwijsleerproces: onderwijstijd
Planmatige ondersteuning: Leerlingenondersteuning
Planmatige ondersteuning: leefklimaat op school
Samenwerking met ouders: cultuur
Samenwerking met ouders: informeren
Organisatiemanagement: personeel
Organisatiemanagement: huisvesting en voorzieningen
Imago: presentatie
Imago: resultaten van het onderwijs
3,5
3,4
3,4
3,3
3,6
3,1
3,2
3,4
3,3
3,6
3,5
3,4
3,4
1
Bernardusschool: talenten in ondernemen
Afgelopen weken hebben de groepen 8 van de Bernardusschool meegedaan aan het
project BIZworld, jong ondernemen. Het project sluit goed aan bij de huidige maatschappij
en het bedrijfsleven. De kinderen van groep 8 hebben ieder gesolliciteerd naar een
directiefunctie binnen een bedrijf. Nadat de teams waren samengesteld, konden de
bedrijven van start. Er is hard gewerkt om de verkoop van een product te kunnen realiseren.
Ze hebben nu meer inzicht in het ondernemerschap: financiering, risico’s bij leningen &
aandelen, marketing, productielijnen en verkooptechnieken. Dit project heeft een bijdrage
geleverd aan de ontwikkeling van hun talenten en stimuleerde een ondernemende houding.
Het samenwerken is een belangrijke motor geweest in een succesvol bedrijf.
We hebben deze week hulp gehad van verschillende ondernemers uit Best. Mede door hun
inzet en inspiratie is dit project een succes geworden. We willen graag Hans van Houtum
bedanken van Best Architecten, Rutger Koppen van aannemersbedrijf Gebr. Koppen,
Lonneke Keuten van Goudsmid Atelier Oranjestraat, Harm Hermans van Holmatro, Bert
Spierings van VLCS architecten, Roger van Gestel van NPG Energy en Bart Withagen van
Flexfirst. We zijn ervan overtuigd dat tussen de groep 8 leerlingen toekomstige, succesvolle
ondernemers zitten!
Bridgediploma’s
Ook dit schooljaar zijn we weer van start gegaan met de uitdagers voor kids. Dit is een groep
kinderen die extra uitdaging buiten de groep aangeboden krijgt. Dit jaar verzorgt Leo Curvers
met een aantal vrijwilligers een module bridgelessen voor de bovenbouw. De lessen variëren
van voorbereidend bridgen tot mini-bridge 2. De lessen zijn succesvol afgesloten met een
examen en natuurlijk een diploma! Gefeliciteerd!
2
Sommige kinderen hebben nog niet genoeg van het bridgen en zijn zich nu aan het
voorbereiden op het NK bridgen 10 maart in Utrecht. We gaan met 4 teams naar Utrecht om
te strijden voor de titel Nederlands Kampioen! We wensen jullie alvast een hele fijne dag.
Uit de werkgroep jaarthema:
Vorige week woensdag hebben we het jaarthema “Wat eten we vandaag?” afgesloten met
een drukbezocht inloopuurtje. Vele ouders, grootouders en andere belangstellenden hebben
kunnen zien hoe alle groepen op hun eigen manier vorm hebben gegeven aan dit thema.
Deze themaweek is mede geslaagd door alle ouders, opa’s, oma’s en anderen die voor ons
een uitstapje mogelijk gemaakt hebben of passende activiteit in de groep aangeboden
hebben. Hiervoor veel dank! Een speciaal woord van dank aan Manon Thoonen. Manon is
gewichtsconsulente in Best en heeft op maar liefst 3 dagen, in 9 verschillende groepen een
activiteit aangeboden rondom gezond voedsel.
3
Dinsdag 1 maart hebben we als MR alweer
onze tweede vergadering van 2016 gehad.
Tijdens de vergadering hebben we het
oudertevredenheidsonderzoek besproken.
De respons was zeer laag, waardoor er
eigenlijk geen conclusies kunnen worden
getrokken over de tevredenheid. Of de lage
respons komt door de problemen rondom
het aanmelden weten we niet. Ook de
duidelijkheid van de vragen liet hier en daar
te wensen over. Dit onderzoek is bij alle
Bestse scholen uitgevoerd en daarom
hebben we de schoolleiding geadviseerd om
ook de ervaringen van de andere scholen te peilen. Verder hebben we geadviseerd om
daarna, eventueel gezamenlijk, het stichtingsbestuur van 'Best Onderwijs' te vragen om bij
een volgend onderzoek dit beter toegankelijk te maken en de vragenlijst eens kritisch onder
de loep te nemen.
Ook het financieel jaarverslag over 2015 is besproken. Hieruit blijkt dat de school haar
administratie op orde heeft en financieel gezond is. Geen reden voor de MR om hier verder
nog opmerkingen over te maken.
Tot slot hebben we het kort gehad over de MR-verkiezing van de oudergeleding. Zoals in de
vorige post op stelten gemeld, komen er na dit schooljaar twee plaatsen vrij binnen de
oudergeleding van de MR. Om die in te vullen hebben we ouders nodig die zich verkiesbaar
stellen. Als dat er meer dan twee zijn, gaan we verkiezingen houden.
Om een indruk te krijgen van wat het aan tijd kost, geven we hier een
korte toelichting. De MR vergadert acht keer per jaar, afwisselend op
een dinsdag of donderdag. De vergaderingen duren over het
algemeen van half acht tot een uur of tien. Een beetje afhankelijk van
de onderwerpen, heb je ook wat tijd nodig om de informatie te lezen.
Daarnaast kan het je nog wat extra tijd kosten als er in de vergadering
wordt afgesproken om wat uit te werken of uit te zoeken. Over het algemeen valt het reuze
mee qua tijdsbeslag. Daarnaast praat je mee over de zaken die te maken hebben met de
visie, financiën en formatie van de school.
Heb je interesse en/ of wil je meer lezen over wat de MR doet, kijk dan op onze website, kom
eens langs bij een MR-vergadering of vraag één van de MR-leden om wat meer te vertellen
over wat het werk inhoudt.
Onze volgende vergadering houden we op donderdag 21 april en ook dan bent u weer van
harte welkom om de vergadering bij te wonen. Daarnaast kunt u natuurlijk altijd de leden van
de MR aanspreken of een mail sturen naar: [email protected], mocht er in
de tussenliggende periode iets zijn / gebeuren dat u met de MR wilt bespreken of delen.
4
Jeugdgezondheidszorg
Wij zijn het team jeugdgezondheidszorg van de GGD van jullie school.
Het team van de jeugdgezondheidszorg van de GGD van basisschool Bernardus stelt zich
hierbij graag voor.
Petra Boot is assistente, Renée van den Doel is jeugdarts en Ingrid Winters is
jeugdverpleegkundige.
Tijdens de hele periode waarin uw kind leerplichtig is en naar school gaat, kunt u met ons te
maken krijgen vanuit de GGD.
In de basisschoolleeftijd zijn er twee momenten dat u automatisch een oproep krijgt voor een
gezondheidsonderzoek van uw kind. Dat is als uw kind 5/6 jaar is en als uw kind 10/11 jaar is.
Tijdens dit onderzoek is er aandacht voor de lichamelijke ontwikkeling, zoals bv ogen, lengte
en gewicht. Ook is er aandacht voor de sociale en geestelijke ontwikkeling. Voorbeelden
van vragen die dan aan de orde komen zijn onder meer hoe het thuis gaat en op school
gaat, hoe verlopen sociale contacten, op welke wijze vindt vrije tijdsbesteding plaats en hoe
u als ouder de opvoeding ervaart. Uiteraard kunt u dan ook zelf met vragen terecht die u
heeft.
Natuurlijk kunt u ook vragen hebben over de ontwikkeling van uw kind op andere
momenten. U hoeft dan niet te wachten tot u een volgende keer een oproep van ons krijgt.
Bij vragen of zorgen mag u altijd contact met ons opnemen via het centrale nummer van de
GGD, 088 0031 100. U wordt dan naar een van ons doorverbonden of u kunt een mailtje voor
ons achter laten zodat wij u later terug kunnen bellen.
Daarnaast is Ingrid Winters een van de personen in Best die Licht Pedagogische Hulp
verlenen, een Beste Betsy zoals dat ook wel heet in Best. Als ouder kunt u bij haar terecht als u
vragen heeft over de opvoeding. Het kan dan gaan om onderwerpen als
- zindelijkheid
- sociale contacten van uw kind
- niet lekker in zijn vel zitten en hoe daarmee om te gaan als ouder
- mogelijke reacties van uw kind na een scheiding of een overlijden
- wat te doen als uw kind veel boosheid laat zien
- slecht luisteren van uw zoon of dochter.
5
Als u vragen heeft over de opvoeding bespreekt u dat waarschijnlijk meestal eerst met de
mensen om u heen. Maar soms blijf je zorgen houden of krijg je geen grip op het gedrag van
je kind. Dan is het goed om er samen eens naar te kijken en een plan te maken hoe u als
ouder er verder mee aan de slag kunt.
Mocht u een afspraak willen over de opvoeding kunt u Ingrid rechtstreeks bellen op 088 0031
352 of mailen naar [email protected]
Ook op de site van de gemeente over opvoeding kunt u informatie vinden, kijk op de site:
www.cjgbest.nl
Wij hopen u en uw kind te zien en te spreken, zeker als er vragen en/of zorgen zijn!
Groet van Petra, Renée en Ingrid.
6
7
Belangrijke data:
-
17 maart Kangoeroewedstrijd
25 maart Paasactiviteit
29 maart studiedag
8
Invloed televisie en games
Een leuke tijdsbesteding
De meeste televisiekijkers en spelers van computerspelletjes hebben één ding gemeen. Of ze nu veel of weinig
voor het scherm zitten, als ze kijken vinden ze dat leuk en gezellig. En dat is heel duidelijk een positieve invloed
van de media. Kinderen laten zich, net als volwassenen, onderhouden door wat het beeldscherm te bieden heeft;
het ontspant, informeert en brengt vermaak. Allerlei series en quizzen leveren veel gezelligheid: samen rond de
buis zitten en praten over gekke, spannende of ingrijpende dingen op televisie. Spelletjes, op hun beurt, leveren
spanning: wie haalt het snelst de meeste punten?
Gemakkelijk beïnvloedbaar
Ouders en leerkrachten weten ook heel goed dat kinderen zich gemakkelijk laten beïnvloeden door de televisie
en computerspelletjes. Veel meer dan door een boek kunnen ze er zichtbaar plezier aan beleven en laten ze er
hun spelgedrag door leiden. Maar van de televisie en computer kunnen ze ook eerder onrustig worden of zich
wilder of agressiever gaan gedragen. Kinderen kijken nu eenmaal nog niet met dezelfde ogen als volwassenen;
soms gaan de programma’s nog te snel voor ze (ondertiteling!!); soms kunnen ze nog niet voldoende onderscheid
maken tussen fantasie en werkelijkheid; en soms weten ze nog te weinig van de grote mensenwereld om alle
informatie goed te kunnen plaatsen.
Negatieve effecten
Televisie kijken en computeren kun je moeilijk combineren met andere vrijetijdsbestedingen zoals lezen of
sporten. En als kinderen kijken of computer spelletjes spelen, spelen ze niet buiten met vriendjes, slapen ze niet
of helpen ze niet met het huishouden. En steeds tot in de kleine uurtjes achter een beeldscherm zitten is ook niet
gunstig voor de concentratie op school. Elke ouder weet dat, maar het kan geen kwaad om daar van tijd tot tijd
eens bewust bij stil te staan. Andere negatieve effecten van televisie hebben niet zo zeer te maken met hoe lang
kinderen kijken of computeren, maar met wat ze zien of wat ze spelen. Volgens wetenschappers staat het nu wel
vast dat geweldbeelden kinderen kunnen schaden. Hoe groot het effect van het geweld is, hangt vooral af van de
kinderen, en van hoe het mediageweld wordt getoond. Mediageweld kan drie soorten effect hebben: 1) angstig
reageren, 2) afstompen, en 3) gewelddadig gedrag vertonen.
Bang voor de grote wolf
De meeste ouders zullen beamen dat angstreacties na geweldbeelden zorgelijk zijn. Een beetje bang zijn is
helemaal niet erg, maar soms wordt het voor kinderen te gortig. Nachtmerries, slecht slapen of bedplassen
komen dan ook regelmatig voor als kinderen met programma’s of spelletjes worden geconfronteerd waar ze
eigenlijk nog niet aan toe zijn. Bij het kijken of spelen zitten ze dan misschien zenuwachtig te friemelen. Een dag
later spelen ze dan opvallend ruw of juist heel stil. Het zijn effecten die voor elke ouder of leerkracht makkelijk
waarneembaar zijn. Volgens Nederlands onderzoek is 7% van de basisschoolkinderen wel eens zo bang van
vervelende televisiebeelden, dat ze er dagen later nog last van hebben.
Als kinderen ergens bang door zijn, komt dat omdat ze de beelden nog niet goed kunnen begrijpen. Ze ervaren
de dingen in hun fantasie als echt, of denken dat de gevaren ook dicht bij hen in de buurt kunnen voorkomen.
Hele jonge kinderen denken dat veel dingen op televisie echt zijn of zelfs in het toestel zitten. Zo kan een peuter
al uit zijn doen worden gebracht door een eenvoudige ruzie in een poppen- of tekenfilm.
Oudere kinderen kunnen bang worden van oorlogsbeelden, honger in arme landen, werkloosheid of het
broeikaseffect. Maar gespeelde ‘enge` dingen in politieseries en griezelfilms kunnen hen ook beangstigen.
Kinderen weten wel dat de programma`s slechts gemaakt zijn, maar door de muziek en techniek kunnen
9
sommige beelden toch nog heel indrukwekkend overkomen. Zeker beelden van situaties die voor kinderen
herkenbaar of voorstelbaar zijn.
Wat kan dat nou voor kwaad?
Als kinderen vaak geweldbeelden zien, kan het ertoe leiden dat ze gaan wennen aan geweld. Agressief gedrag
wordt dan als een gewoon middel gezien om een probleem op te lossen; kinderen stompen dan af. Overigens
treedt dat effect niet alleen bij kinderen op. Ook volwassenen gaan geweld minder erg vinden als ze het vaker
zien.
Geweld is geen spelletje
Wanneer kinderen mediageweld gewoon gaan vinden, is het een kleine stap om zich dan ook gewelddadig te
gaan gedragen tijdens het spelen met vriendjes of gewoon op straat. Omvangrijke wetenschappelijke studies
hebben aangetoond dat kinderen inderdaad beïnvloed kunnen worden. Het effect van mediageweld op de kleine
agressie, zoals schoppen, slaan, pesten en vechten, is tamelijk groot. De kans dat kinderen zich zo gaan
gedragen na het zien van televisiegeweld is 1 op 10. Meestal gaat het om korte termijn effecten. Direct na het
zien van een programma of het spelen van een computerspel imiteren kinderen de geweldacties, of zijn ze zo
opgewonden dat ze ´vergeten´ zich aardig te gedragen.
Welke kinderen zijn beïnvloedbaar?
Mediageweld werkt niet automatisch op kinderen in. Sommige kinderen laten zich makkelijker beïnvloeden dan
andere. Uit onderzoek weten we dat de invloed van mediageweld het grootst is bij:
· jongere kinderen (zij kunnen het geweld en de gevolgen nog niet goed in een context plaatsen);
· jongens (die hebben vaak een grotere voorkeur voor geweld en actie en worden minder snel bang);
· kinderen die smullen van geweld (zij leven zich meer in de helden in en keuren het geweld eerder goed);
· minder vaardige kinderen (kinderen die het op school wat minder goed doen en psychisch onzekere kinderen
hebben vaak meer moeite afstand te nemen van het getoonde geweld).
Door welke programma’s en spelletjes?
Uit onderzoek is bekend dat:
· kinderen makkelijker geweld overnemen of gewoon gaan vinden als het getoonde geweld realistisch is, dat wil
zeggen als het in kinderogen serieus en geloofwaardig is. Als kinderen door het geweld heen prikken, zullen zij
het niet snel overnemen in hun gedrag.
· geweld meer effect heeft als het door de helden of ‘goede’ hoofdpersonen wordt uitgeoefend. Met de boeven en
slechteriken gaan kinderen niet snel akkoord.
· er een grotere kans op geweldeffecten is als het mediageweld wordt beloond of als de pijnlijke gevolgen van de
geweldacties buiten beeld blijven. Programma`s die sympathie wekken voor de slachtoffers van geweld, hebben
een tegenovergesteld effect. Kinderen die zo`n programma zien worden juist minder agressief en keuren geweld
eerder af.
· gewelddadige programma’s of spelletjes meer effect hebben als er veel actie, beeldwisselingen, harde geluiden
en opwindende beelden in voorkomen. Kinderen worden daar onrustiger van, waardoor ze hun eigen grenzen
vergeten.
Veel televisieprogramma’s, films en computerspellen zijn zoals hierboven wordt beschreven. En bij de meeste
gewelddadige computerspellen ‘spelen’ de kinderen dan zelf de held die het geweld mag uitoefenen om op een
hoger ‘level’ te komen. Zolang kinderen met beide benen op de grond staan en weten dat het maar een film of
een spelletje is, hoeven opvoeders niet ongerust te zijn. Maar als kinderen die grenzen niet kennen moeten
ouders serieus rekening houden met geweldeffecten.
10
Gelukkig kunnen ouders de effecten van geweldbeelden beïnvloeden. Zo nu en dan een kritische opmerking als
het er wel erg hard aan toe gaat, kan de media-effecten tegengaan. Daarnaast kunnen ouders een oogje houden
op het soort speelgoed dat in huis komt (agressief of niet) en het voorbeeld geven dat er ook niet-agressieve
programma’s en spelletjes zijn.
Ze weten veel meer
Soms wordt wel eens gezegd dat er voor kinderen geen mysteries meer zijn sinds de televisie, (spel-)computer
en internet. Kinderen weten tegenwoordig veel meer over wat er gebeurt in de wereld. Toch betekent dat niet dat
kinderen alles waarmee ze geconfronteerd worden ook even gemakkelijk begrijpen en willen zien. Als het echt te
moeilijk wordt haken kinderen snel af. Aan grof geweld, weinig verhullende erotiek of harde horror hebben
basisschoolkinderen geen boodschap. Als ouders regelmatig met hun kinderen meekijken, zullen zij merken dat
er nog genoeg mysteries overblijven voor kinderen en dat veel programma`s, computerspellen of sites een handig
middel kunnen zijn om van alles te ontdekken.
Kijkwijzer waarschuwt
Kijkwijzer waarschuwt ouders en opvoeders tot welke leeftijd een televisieprogramma of film schadelijk kan zijn
voor kinderen. Kijkwijzer doet dat ten eerste met het geven van een leeftijdsaanduiding: Alle Leeftijden, 6 jaar, 9
jaar, 12 jaar en 16 jaar. Daarnaast zijn er de pictogrammen die de reden van het advies aanduiden: geweld,
angst, seks, discriminatie, drugs- en/of alcoholmisbruik en grof taalgebruik.
Kijk op www.kijkwijzer.nl voor verdere informatie.
11