Transcript Maandblad
Genoeg is beter Het ledenblad van de Nederlandse Akkerbouw Vakbond Maart 2016 Collectief onderzoek keert terug De Brancheorganisatie Akkerbouw (BO) heeft een Algemeen Verbindend Verklaring (AVV) aangevraagd om geld te kunnen innen voor collectief onderzoek voor de akkerbouwsector. Minister Kamp heeft aangekondigd aan de Eerste en Tweede Kamer dat hij van plan is deze AVV goed te keuren. Dat houdt in, dat u als akkerbouwer weer heffingen zult moeten gaan betalen. Is nu het oude systeem van het Productschap weer terug? Nee, dat denken wij niet en we leggen u graag uit waarom. Topsectoren Onderzoek voor onze sector gebeurt alleen nog binnen de zogenaamde Topsectoren van de overheid waar Agri&Food er één van is. Hierbij worden projecten uitgevoerd, waarbij het bedrijfsleven (in de brede zin, van boer tot verwerker, veredelaar of supermarkt) de helft van het geld moet inbrengen. Dus er is geen landbouwkundig onderzoek meer alleen op kosten van de overheid, zoals voorheen bij PPO/WUR. Dat wil zeggen dat wij als sector ofwel dit onderzoek zelf moeten zullen laten uitvoeren ofwel geld zullen moeten inbrengen in de Topsectoren projecten. De NAV is van mening, dat onafhankelijk onderzoek en innovatie essentieel zijn om de toppositie van de akkerbouwsector in de toekomst te behouden. Daarenboven is het ook helder dat dit onderzoek, dat ten voordele van alle boeren is, niet op vrijwillige basis gefinancierd kan worden. Uit een NAV-ledenpeiling vlak voor het opheffen van het Productschap bleek dat driekwart van degenen die de peiling invulden vond dat het collectief gefinancierde onderzoek moet blijven en dat tweederde vond dat boeren het onderzoek moeten aansturen. Andere invulling De NAV maakt zich hard voor een grotere rol van de akkerbouwers bij de besteding van het geld uit de heffingen en nog een paar veranderingen ten opzichte van ‘vroeger’. Ten eerste konden alle akkerbouwers onderzoekwensen indienen. Ten tweede wordt het opgebrachte geld in zijn geheel besteed aan onderzoek en niet zoals in het verleden aan de mensen en bedrijfsvoering van de organisatie zelf. Ten derde heeft de eerste beoordeling van de wensen plaatsgevonden door een pool van ruim 100 akkerbouwers, waarvoor wij een oproep hebben geplaatst in het ledenblad. Deze akkerbouwers hebben duidelijk aangegeven welke onderzoekswensen wel en welke geen prioriteit hebben. Alleen de wensen met hoge prioriteit zijn uitgewerkt. Hierin stemt de Sectie Teelt van de BO ook af met onder andere de Sectie UHV (Uitgangsmateriaal, Handel en Verwerking) om overlap in onderzoek te voorkomen. Vervolgens heeft de Sectie Teelt, waarin de NAV ook zit, de uitgewerkte voorstellen heel kritisch bekeken op hun nut voor de sector. Een behoorlijk aantal voorstellen heeft het daarbij niet gehaald of moet worden aangepast en dan opnieuw beoordeeld. De bepalende rol van de Sectie Teelt geeft volgens ons goed weer dat het hier om boerengeld gaat waar boeren over beslissen. Uitvoering Wanneer een project goed aansluit bij een project in de Topsectoren, dan zullen zaken gecombineerd worden en moet het worden uitgevoerd door erkende partijen zoals de WUR of Proeftuin Nummer 3 24ste jaargang Zwaagdijk. In de Topsectoren wordt in feite het geld uit de heffingen door de overheid verdubbeld voor het betreffende onderzoek, waardoor er meer kan worden gedaan. In alle andere gevallen is de BO vrij om het onderzoek uit te laten voeren door wie in haar ogen dit het beste kan doen, rekening houdend met prijs en kwaliteit. De BO heeft een modelcontract opgesteld, waarin uitvoerders van onderzoek gehouden worden aan het leveren van resultaten en het duidelijk communiceren erover richting de boeren. Ook worden er begeleidingscommissies bestaande uit boeren ingesteld die een stem hebben in de uitvoering. Op die manier verwachten we dat het onderzoek meer dan in het verleden resultaten zal opleveren die kunnen worden toegepast door de boeren die het ook betaald hebben. Bij meerjarige projecten zal echte toepassing wel pas na meer dan een jaar plaatsvinden. Hoogte van de heffing De tarieven zoals wij die vorige maand publiceerden liggen vast voor de duur van de AVV, dus er zal geen tussentijdse tariefsverhoging plaatsvinden. In de praktijk kan het zo zijn, dat wanneer er geen zinnige besteding is voor het opgebrachte geld, de heffingen lager uitvallen of korter zullen worden opgelegd. Het is uitdrukkelijk niet de bedoeling dat er een reserve wordt opgebouwd met uw geld! Het is natuurlijk mogelijk dat u het er niet mee eens bent dat er weer heffingen komen. Met de huidige voorwaarden, invulling en wijzigingen ten opzichte van vroeger vindt de NAV dat het een goede zaak is dat er weer collectief onderzoek komt. Wij hopen dat u ons de kans zult geven om dat te bewijzen. Equivalente maatregelen ter beoordeling van de staatssecretaris Bedrijven komen in aanmerking voor equivalente maatregelen als de verruiming van stikstof- en fosfaatnormen op bedrijfsniveau gecompenseerd wordt, zodat het milieu niet extra belast wordt. Twee van de drie voorstellen van LTO en NAV liggen nu ter goedkeuring bij de staatssecretaris. Het eerste voorstel betreft voor zowel zand als klei verruiming van stikstofnormen, indien hoger dan gemiddelde opbrengsten gehaald worden. In ruil hiervoor moet de drijfmestgift beperkt blijven tot 100kg N per hectare op bedrijfsniveau en mag er geen drijfmest meer na 1 juli uitgereden worden. De kleiteler kan hiervan uitgezonderd blijven als hij voor de huidige N-differentiatie blijft kiezen (de zgn. biet- en frietregeling). Daarnaast is er het voorstel om gebruik te maken van de aanvoer van extra fosfaat, indien ook hier voor bepaalde gewassen bovengemiddelde opbrengsten gehaald worden. Hier geldt de extra beperking van de drijfmestgift niet. Het tweede voorstel is om voor rijenbemesting in mais alleen voor het zand een extra stikstofgift mogelijk te maken, omdat daar de huidige gebruiksnorm onder de adviesgift ligt en met deze maatregel minder stikstofverlies zal optreden. Er ligt nog een voorstel van LTO en NAV om de mogelijkheid te bieden aan telers die nog minder drijfmest willen toedienen om ook die een hogere gebruiksnorm voor stikstof toe te staan. Het Ministerie wil deze mogelijkheid alleen bieden, indien dit alleen met kunstmest of mineraalconcentraat gecompenseerd wordt. Lees verder op pagina 2 GENOEG IS BETER 1 Van de Voorzitter Kijkend naar de kalender met daarbij de eerste tekenen van de natuur met schraal weer en terugkerende trekvogels bewijst dat het voorjaar in aantocht is. Daarmee komt er ook een einde aan het winterse vergaderseizoen en kan iedere boer straks weer de akker op om te proberen een rendabele oogst binnen te halen. Op onze eigen NAV-regioavonden stonden de bemestingsnormen centraal. Inzet van de kant van de akkerbouw is om de bodemvruchtbaarheid en opbrengstpotentie op langere termijn te waarborgen door de bemestingsnormen van stikstof en fosfaat hierop aan te passen. Dit traject is op moment van schrijven nog steeds niet tot een afronding gekomen. Vanuit de overheid worstelt men nog met theoretische modellen en politieke doelstellingen tegenover een praktische noodzaak. Vergroening in 2016 Het NAV-bestuur heeft een gesprek gehad met RVO over praktische zaken. Een aantal zaken kunnen we u hierbij melden. Zo kan de Gecombineerde Opgave vanaf nu alleen nog digitaal worden gedaan. Om vastlopen van het systeem in mei zo veel mogelijk te voorkomen, roept RVO u op om het intekenen van de percelen nu al te doen, in ieder geval voor 1 april. Op onze inbreng van klachten over het intekenen werd aangegeven dat de tekenapplicatie is verbeterd en dat RVO-medewerkers u ook op afstand kunnen helpen hiermee. In de weken voor 15 mei zijn er op de RVO locaties Assen, Utrecht en Roermond ook mogelijkheden voor hulp op het RVO-kantoor. De veranderingen in de Gecombineerde Opgave dit jaar zijn: 1. De emissieaangifte moet tegelijk plaatsvinden; 2. Kaslocaties moeten worden opgegeven; 3. Binnen het GLB vraagt u betalingsrechten aan, de private overeenkomsten zijn niet meer nodig; 4. Er komt aan het einde een samenvatting van gewasdiversificatie en vergroening. U moet zelf uitrekenen hoeveel hectares vergroening (EA) u moet invullen om aan de 5% EA te komen en dan kunt u dat vergelijken met wat er in de samenvatting staat. De NAV heeft er op aangedrongen dat er in de samenvatting ook een percentage wordt gegeven, maar de vraag is of dat dit jaar lukt. Overigens adviseert RVO nog steeds om het hele bedrijf op te geven voor de vergroening en later de percelen te kiezen. De zaaidatum die geldt is wat u opgeeft, maar u kunt het niet in het verleden opgeven, dus het gaat in op de dag dat u het opgeeft of op de dag die u in mei opgeeft. RVO heeft ook uitgelegd waarom de betalingen zo lang op zich laten wachten: er zijn in 2015 hele ketens van private overeenkomsten ingeleverd, die allemaal moeten worden gecontroleerd voor- 2 GENOEG IS BETER Vooruit! Deze tegenstelling van theorie of zelfs ideologie tegenover de praktijk en zelfs wetenschap doet zich op meerdere fronten voor. Zo blijkt fosfor in onverklaarbaar hoge concentraties in oppervlaktewater voor te komen juist buiten de gebieden waar veelal organische mest gebruikt wordt en blijkt in weerwil van de modellen een hoger organische stofgehalte in de bodem wel degelijk uitspoeling van stikstof te beperken! Maar ook in de discussie over gewasbeschermingsmiddelen is de praktijk weerbarstiger dan de theorie om langs natuurlijke evenwichten ziekten en plagen te kunnen bestrijden. Voor quarantaineziektes en epidemische kwalen als Phytophthora kunnen we enkel de nul-norm hanteren, waarbij bijvoorbeeld in granen en suikerbieten best met een schadedrempel te werken valt. Het is duidelijk: plantenziekten laten zich niet keren door een overtuiging. Maar we zullen als akkerbouwsector wel alle moderne technieken moeten gebruiken om de afhankelijkheid van chemische gewasbescherming te verminderen middels snellere veredelingstechnieken en toepassing van biologische middelen. Alleen op deze manier kunnen we zowel emissie en dat één partij in die keten betaald kan worden. Gelukkig is dat eenmalig geweest. NAV-punten De NAV heeft een meer praktische afhandeling van de korte verhuur gevraagd: bij verhuur aan bijvoorbeeld tulpentelers telt de vergroening na de tulpenoogst nu standaard voor de tulpenboer, terwijl het land alweer in gebruik is bij de verhuurder. Men neemt het mee. Een aantal beleidspunten die wij al eerder noemden zijn ook weer ingebracht: we willen het verbod op grazen in akkerranden tijdens de 10 weken periode opgeheven zien, het percentage van minimaal 30% beheerde akkerrand in het akkerbouwstrokenpakket willen we lager, soja moet toegevoegd worden als eiwitgewas en de oude dijken moeten ook meetellen als landschapselement. We hebben aangedrongen op monitoring van het herbicidengebruik in de volgteelten van vanggewassen om zo (waarschijnlijk) aan te tonen dat een eenmalige bespuiting in de herfst minder belastend is voor het milieu en daardoor hopelijk toegestaan gaat worden. Wat betreft het verzoek om op zware klei 8 weken te hanteren voor vanggewassen was men duidelijk: het moet in de hele EU 10 weken zijn, ook bij Veldleeuwerik wordt dit aangepast. Het was een gesprek over praktische zaken waar RVO zelf iets aan kan doen en over beleidsmatige zaken die zowel RVO als de NAV zullen bespreken met de beleidsmakers. Het wordt vervolgd. Inspraak De EU heeft besloten om weer een inspraakronde te houden over de vergroening. De NAV zal zeker haar punten inbrengen, maar u kunt ook zelf suggesties voor verbetering indienen op https://ec.europa.eu/eusurvey/runner/ greeningfirst-year?surveylanguage=nl. Let op: dit kan tot 8 maart. uitspoeling van middelen voorkomen en tegelijk onze gewasopbrengst en kwaliteit op peil houden. Dezelfde tegenstelling tussen zeg maar de ‘fundi’s’ en de ‘realo’s’ doet zich voor op het gebied van markt en marktbescherming. Bij een redelijk afzetseizoen voor aardappelen en uien lijkt het al weer gauw dat de markt altijd zijn werk doet. Deze lijn doortrekkend zou een vrijhandelsverdrag met de VS ons gouden bergen opleveren. Het beste tegenbewijs is wel de ‘powerplay’ vanuit Jumbo om leveranciers -en daarmee ook de boeren- het vel over de neus te trekken… Ook een vrijhandelsverdrag met Amerika houdt niet in, dat er toegang komt naar de VS-markt voor bijvoorbeeld pootaardappelen. Terwijl we in Europa maar al te zeer de nadelen van dit soort onderhandelingen middels het ‘Blairhouse Akkoord’ hebben ondervonden, waarin bescherming van Europese eiwitteelt uitgeruild werd tegen bank- en verzekeringswezen. Nee, boeren moeten op alle fronten, op het bedrijf, in de markt en richting bedrijfsontwikkeling beide voeten in de (droge) klei houden! Teun de Jong Kort verslag van de ALV Op de Algemene Ledenvergadering heeft het bestuur het jaarverslag, de financiële jaarrekening 2015 en de begroting 2016 voorgelegd aan de leden. Alles werd zonder wijzigingen goedgekeurd. De vergadering heeft ook de voorgestelde statutenwijziging, nodig voor de Algemeen Verbindend Verklaring, goedgekeurd. Tijdens de vergadering traden Klaas Hoekstra en Joop van de Wiel onder dankzegging voor hun inzet af. Martin de Ruiter en Geert Dubben werden met algemene stemmen gekozen als nieuwe bestuursleden. U kunt het jaarverslag vinden op www.nav.nl. vervolg van pagina 1 Equivalente maatregelen ter beoordeling van de staatssecretaris LTO en NAV hebben te kennen gegeven dat dit zal leiden tot een ongewenste situatie voor de bodemvruchtbaarheid en dat toediening van organische meststoffen met een lage stikstofwerkingscoëfficiënt en veel organische stof mogelijk zou moeten blijven. LTO en NAV hebben de Tweede Kamer benaderd om de staatssecretaris te overtuigen van deze compensatie mogelijkheid. Het is de bedoeling dat deze maatregelen, wanneer de staatssecretaris ze goedkeurt, nog met terugwerkende kracht per 1 januari 2016 ingaan. Er is haast geboden, omdat het groeiseizoen binnenkort van start gaat en telers moeten weten waar ze aan toe zijn. Zodra er een goedkeuring ligt zal de NAV u verder op de hoogte brengen. Pier Vellinga: ‘Meer plantaardig eiwit in voedselpakket’ Geslaagd jaarcongres over klimaatverandering en akkerbouw Op 17 februari hield de NAV in Swifterbant haar jaarcongres met als thema ‘Klimaatverandering: kansen en uitdagingen voor de akkerbouw’. Na een korte introductie door NAV-voorzitter Teun de Jong werd door discussieleider en voorzitter van de NAV-werkgroep Klimaat Klaas Hoekstra gepeild waar de aanwezigen in de zaal aan dachten bij het thema. Men zag de landbouw als een oorzaak van klimaatverandering door kunstmestproductie en veeteelt, voorzag problemen met wateroverlast en droogte, maar men zag ook kansen op hogere productie en nieuwe verdienmodellen. De eerste spreker, Pier Vellinga, voorzitter van Urgenda en tot voor kort werkzaam bij de WUR, wees erop dat de machtsverhoudingen veranderen door het klimaatakkoord van Parijs (COP21), waarbij de macht van de olie-industrie afneemt. Alternatieve energie wordt goedkoper door verbetering van het rendement. De landbouw is voor ongeveer 20% verantwoordelijk voor de CO2 uitstoot, vooral de veeteelt. Vellinga pleitte voor meer organische stof in de bodem waardoor de oxidatie afneemt en voor een verschuiving van de consumptie van dierlijk eiwit naar plantaardig eiwit. Lies Struik van Waterschap Hollandse Delta liet zien dat bemaling bij hevige regenval te langzaam gaat voor de akkerbouw. Uit een evaluatie van afgelopen jaar heeft zijn waterschap geconcludeerd dat zij moeten anticiperen op de weerberichten, de peilmetingen moeten verbeteren en dat automatiseren van de stuwen kan helpen evenals de inzet van noodpompen. Hij riep de boeren op zelf te zorgen voor goede drainage en grondbewerking en zich te verzekeren. En het waterschap zou graag met boeren samen kijken naar de mogelijkheden van waterberging. Cees Jan Vogelaar van HarvestaGG liet zien dat de teelt van gras producten kan opleveren als bio-LNG en pellets voor bemesting en tegelijkertijd het organische stof gehalte in de grond kan verhogen en de aaltjesdruk verlagen. Voor verschillende gronden is het saldo van de grasteelt vergelijkbaar met of net iets hoger dan van graanteelten. Gert de Raaff van COSUN vertelde dat de focus bij COSUN ligt op nieuwe producten, niet op winnen van energie als bio-ethanol. Als agrarische grondstoffen kunnen bestaande gewas- sen of reststromen worden gebruikt. Eén van de concrete producten waar COSUN mee bezig is, is een microvezel uit pulp van bieten of cichorei om mengsels van vloeistoffen beter in oplossing te houden. Hiervoor ziet COSUN al in 2017 praktische toepassingen, waardoor de verwaarding van bietenpulp zal toenemen. Tenslotte liet Frank Wijnands van PPO-AGV zien hoe je als akkerbouwer de ‘CO2 footprint’ (het totaal aan emissie) kunt verlagen. Zo zijn er mogelijkheden als energiebesparing en gebruik van zonne-energie in de bewaring. Bij bewerking is vooral het dieselgebruik lastig te beïnvloeden, maar GPS en precisielandbouw bieden mogelijkheden evenals het combineren van bewerkingen. Bemesting en bodembeheer moeten gericht zijn op verhoging van het organische stofgehalte om emissie te beperken. Al met al gaven de sprekers een goed beeld van de mogelijkheden en kansen voor akkerbouwers en ontstond er nog een levendige discussie in de goed gevulde zaal. De werkgroep Klimaat gaat er mee verder. Alle presentaties zijn terug te vinden op www.nav.nl. Levendige regioavonden in februari Op 8 februari was er in Flevoland een regioavond over bemesting en over de aardappelteelt, met medewerking van Jaap Botma van VTA. Hij riep de aanwezigen op zoveel mogelijk transacties te melden bij VTA. De regio Noord-Klei hield twee avonden, in Groningen en Friesland, met de betreffende waterschappen. Op 9 februari ging het in Roodeschool over bemesting en daarnaast over waterpeil, met medewerking van Bob van Zanten van Waterschap Noorderzijlvest. Er ontstond veel discussie over zowel bemaling als over de emissie-eisen die door dit waterschap worden gesteld. Op 22 februari in Oude Bildtzijl ging het over bemesting en liet Mattie de Vries van Wet- terskip Fryslân resultaten zien van het landelijke netwerk van meetpunten van gewasbeschermingsmiddelen. De grotere wateren in Friesland kennen geen overschrijdingen meer. De gevonden pieken in sloten kunnen niet altijd worden gekoppeld aan het gebruik. De NAV-werkgroep Gewasbescherming gaat met de discussie op beide avonden aan de slag. Tenslotte was er op 24 februari in Jipsinghuizen een avond van regio Noordoost. Naast bemesting ging het hier over AM, met medewerking van Albert Wolfs van het HLB. Hij liet zien dat een rassenkeuzetoets een goed instrument is bij problemen met AM. Ook vertelde hij kort iets over wratziekte en over herbicideschade. Alle avonden kenden een goede opkomst en er werd levendig gediscussieerd door de aanwezigen. De NAV bedankt iedereen voor de aanwezigheid en inbreng. GENOEG IS BETER 3 En wat deed de NAV nog meer in februari? februari • De NAV heeft een zienswijze ingediend over het Natuurbeheerplan voor de Waddenzee. • De NAV heeft deelgenomen aan het vakbondenoverleg en daar de asbestsanering ingebracht (zie elders in dit blad). • De NAV heeft een persbericht geschreven over de zaak Jumbo/HAK en is naar aanleiding daarvan gevraagd een opiniestuk te schrijven in de Boerderij. • De NAV heeft een ochtend gastcollege gegeven bij de HAS Den Bosch over het Europese Landbouwbeleid en belangenbehartiging. • De NAV heeft een brief aan de Tweede Kamer geschreven met het voorstel om een variabel label in te stellen voor groene gewasbeschermingsmiddelen, zodat ook middelen met een matige werking kunnen worden toegelaten zonder dat er valse verwachtingen worden gewekt. • De NAV heeft deelgenomen aan een symposium over chemische en ecologische gewasbescherming. • De NAV heeft een zienswijze geschreven voor het herregistratiedossier van Calypso 480SC. Geslaagde Voedsel Anders Conferentie 2016 Op 12 en 13 februari vond in Wageningen de tweede Voedsel Anders Conferentie plaats. En net als de eerste in 2014, was de conferentie weer een groot succes. Met een aantal nationale en internationale sprekers en met meer dan 60 verschillende workshops trok de conferentie over twee dagen meer dan 1000 bezoekers. Het Voedsel Anders netwerk bestaat uit een groot aantal maatschappelijke organisaties die sterk betrokken zijn bij voedsel en voedselproductie. Zoals de naam al aangeeft willen de meeste betrokken organisaties een verandering van het voedselsysteem. In de workshops is veel aandacht besteed aan vernieuwende initiatieven. Ook de bodem en bodemvruchtbaarheid stonden in de belangstelling, evenals korte ketens. Daarnaast waren er een groot aantal workshops over het landbouwbeleid en wat daarin moet veranderen om het voedselsysteem te kunnen veranderen. De NAV heeft meegewerkt aan een aantal workshops. Het is wel jammer om te moeten constateren, dat het Voedsel Anders netwerk nog weinig aansluiting heeft met de praktische, doorgaans gangbare, landbouw. Inhoudelijk was de conferentie sterk gericht op biologische vormen van landbouw en ook de meeste bezoekers hebben voor veruit het grootste deel affiniteit met deze vormen van landbouw. Dat zal ook de reden zijn dat er maar weinig praktische landbouwers de conferentie hebben bezocht. De uitdaging voor de toekomst zal zijn om deze twee werelden bij elkaar te brengen. Want uiteindelijk zijn het zeker geen tegengestelde werelden: ook een gangbare boer wil dat zijn bedrijf ook in de toekomst kansen heeft. En de burgers die voedsel en hoe het geproduceerd wordt belangrijk vinden, snappen dat een boer alleen boer kan blijven bij kostendekkende prijzen. Voordelig kennismaken met de NAV! Nog geen lid van de enige echte, onafhankelijke en sectorale vakbond van en voor akkerbouwers, de NAV? Word dan nu lid. Dat is nu heel aantrekkelijk: tot 1 januari 2017 betaalt u € 100,-. Of: u bent al lid maar uw buurman of vriend nog niet? Help de NAV versterken en overtuig uw collega van het goede en nuttige werk van de NAV. Ook voor uw collega geldt: tot 1 januari 2017 is de contributie € 100,-. De NAV is puur sectoraal voor het akkerbouwbelang en stelt het inkomen van akkerbouwers centraal. Belangenbehartiging kan plaatsvinden zonder concessies te doen aan andere sectoren. De NAV zet zich in voor faire opbrengstprijzen, dat wil zeggen integrale kostprijs (dus inclusief vergoeding voor eigen arbeid en eigen vermogen) plus ondernemersmarge. De vakbond strijdt voor betere toekomstkansen dan degenen die de akkerbouw willen overleveren aan de grillen van de (wereld)markt. U ziet het: de NAV is uniek. Lid worden kan via het inschrijfformulier. Dit kunt u vinden op www.nav.nl of pak de telefoon (0168 - 329 130). Nederlandse Akkerbouw Vakbond Groeneweg 62 4759 BB Noordhoek tel fax 0168 - 329 130 0168 - 328 735 e-mail [email protected] website www.nav.nl @NAV_AkkerBouwer Oproep over asbestsanering Zoals u weet moeten alle asbesthoudende daken uiterlijk 2024 zijn vervangen. De kosten worden gedeeltelijk gecompenseerd door subsidie. Door één van de NAV-leden is er op gewezen dat toen de vergunningen werden afgegeven voor de gebouwen die nu moeten worden gesaneerd, al lang duidelijk was dat asbest schadelijk is. Zijn vraag is, of het dan wel rechtmatig is om boeren nu te dwingen tot saneren zonder álle kosten te vergoeden. De NAV en het betreffende lid hebben juridisch advies ingewonnen en de zaak voorgelegd in het vakbondenoverleg. De NAV heeft niet de middelen om zelf een proefproces te voeren, maar we kunnen wel een oproep doen onder onze leden of ze aan iets dergelijks mee zouden willen doen. De NAV kan een bijeenkomst organiseren met geïnteresseerde leden en juristen. Daarvoor kunt u zich opgeven met vermelding van uw Nederlandse.Akkerbouw.Vakbond lidnummer via [email protected] of 0168-329130. De andere vakbonden zullen deze oproep ook doen. GENOEG IS BETER Voorzitter Teun de Jong 0518 - 400 081 Regio Noord Ytzen Pieter van der Werff 06 - 20 40 42 66 Agenda 16 maart: Vergadering landelijk NAV bestuur 20-25 juni: Week van de Akkerbouw. Voor meer informatie www.weekvandeakkerbouw.nl en het aprilnummer van dit blad. foto voorpagina: Corina Hermus Het eerstvolgende ledenblad verschijnt op 2 april 4 Contactpersonen Regio Noordoost Berend Jansema 0599 - 326 308 Regio Flevoland Keimpe van der Heide 0320 - 213 611 Regio Noord-Holland Tom Koenraadt 06 - 11 47 21 39 Regio Zuid/Zuidwest Kees van Dijk 0167 - 502 211