Evaluatieformulier stage IZA

Download Report

Transcript Evaluatieformulier stage IZA

Naam student :
Naam mentor van de dag :
Datum :
Opleidingsjaar :
1
2
3
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
1
2
3
4
5
6
7
Dagelijke evaluatie studenten
KENNEN
Student kent zijn/haar basisverpleegkundige handelingen
Student heeft zich voorbereid voor de stage op IZA
Begripkennis zoals CVD, ETT, …
Student kent de door hem/haar toegediende medicatie op IZA
A
B
C
D
E
KUNNEN : steeds in samenwerking met de dagmentor
Student kan de voorgeschreven medicatie correct bereiden
Student kan de basishandelingen met de monitor uitvoeren
Ijken, alarmen instellen, …
Student kan de volgende parameters registreren en interpreteren
A Cardiovasculair (HR, CVD, BD, …)
B Respiratoir (saturatie, beademing, …)
C Renaal (Diurese, …)
D Neurologisch (GCS, pupilreactie, …)
Student heeft inzicht in het gebruik van sondevoeding en de
toedieningswegen (MS, PEG-sonde, …)
Student kan een maagsonde, blaassonde plaatsen
Student neemt actief deel aan de patiëntenoverdracht
Student heeft inzicht in het gebruik van katheters en infuusleidingen
Student kan de infuuspompen (spuit en volumetrisch) bedienen
Student heeft inzicht in de decubituspreventie
Student heeft inzicht in respiratoire zorg bij een niet geïntubeerde patiënt :
A O2 toediening en O2 bevochtiging
B Aspiratie van secreties in naso/orofarynx
C Zorg aan patiënt met NIPPV
Student heeft inzicht in de respiratoire zorg bij een geïntubeerde patiënt
A Zorg aan ETT
B Aspiratie in ETT
C Cuffmanometrie
Student is vaardig, heeft aangeboden technieken snel onder de knie
A
B
C
D
E
ZIJN / ATTITUDE
Student heeft voldoende verantwoordelijkheidsgevoel voor :
A Patiënt
B Veiligheid
C Hygiëne
D Na te komen afspraken
D materiaal
Student heeft inzicht in de patiëntenzorg
Hij/zij kan logische linken leggen tussen de verschillende parameters
Student neemt gepast initiatief
(vraag naar uitleg, aanwezig bij onderzoeken, gebruikt leermomenten, …)
Student is sociaal vaardig (contact arts, vpk, patiënt, …)
Student heeft voldoende zelfkennis (weet wat kan en niet kan)
Student schept orde en netheid in de patiëntenzorg
Student reflecteert eigen beleving naar mentor
A
B
C
D
E
OPMERKINGEN EN WERKPUNTEN
A = sorry, dit doe je nog niet goed
B = Je hebt nog veel begeleiding nodig
C = Met wat begeleiding doe je het goed
D = Dit kan je zelfstandig uitvoeren
E = Wij kunnen van jou bijleren