Transcript Zonder haven ligt Sabic plat

© Copyright 2013 Dagblad De Limburger / Limburgs Dagblad.
Het auteursrecht, ook ten aanzien van artikel 15 AW, wordt
uitdrukkelijk voorbehouden. Vrijdag, 05 december 2014
ECONOMIE
De Natte A2
Vergeet asfalt, water heeft de
toekomst. Vrachtvervoer via de
binnenvaart - vooral per container - zal de komende jaren exploderen. De Limburgse Maasroute en het Belgische Albertkanaal worden nu als cruciale
spil voor de havens van Rotterdam en Antwerpen voor meer
dan een miljard euro toekomstbestendig gemaakt. In de serie
De Natte A2 belicht deze krant
de scheepvaart.
Vandaag aflevering 4: talloze bedrijven in Limburg zijn voor
hun transport en logistiek sterk
aangewezen op de Maasroute.
Dat geldt in de overtreffende
trap voor petrochemiegigant
Sabic in Geleen.
Tekst: Vikkie Bartholomeus en
Laurens Schellen
De Maasroute is voor
legio bedrijven in
Limburg van levensbelang. Sabic in
Geleen bijvoorbeeld.
De petrochemiereus
kan geen dag zonder
de haven in Stein.
Het concern verscheept daar jaarlijks
meer dan een
miljoen ton aan
producten en
halffabrikaten.
STEIN
M
Zonder haven ligt Sabic plat
et zijn 110 meter
lengte en ranke
voorkomen heeft
hij iets statigs, de
Aventura. De binnenvaarttanker uit Zwijndrecht, gespecialiseerd in chemische transporten, dobbert deze vrijdagavond geruisloos langs de kade van de haven in Stein. Meer bepaald de overslaghaven van Sabic, de petrochemische multinational die op het naburige bedrijventerrein Chemelot in
Geleen twee grote naftakrakers en
een hele serie polymerenfabrieken
heeft staan.
Sabic heeft in Stein twee eigen overslagkades tot zijn beschikking: een
voor gasvormige stoffen en, ruim
achthonderd meter verderop, eentje voor vloeibare producten en
halffabrikaten, verreweg de drukste
van de twee.
Het is in de vloeistofhaven dat
de Aventura al uren bezig is met
het innemen van een paar duizend
ton benzeen. Vannacht vaart het
schip met zijn vracht naar het Duitse Krefeld, waar het goedje bij een
vaste Sabic-klant wordt gelost.
Het beladen van chemicaliëntankers blijkt een tijdrovende klus, zo
wordt al snel duidelijk. „Daar is al
gauw zo’n tien tot veertien uur
mee gemoeid”, zegt John van Olffen (43), operationeel manager logistiek bij Sabic. „Van buiten zie je
het niet, maar zo’n schip heeft een
hele serie ladingtanks, strikt van elkaar gescheiden. Om veiligheidsredenen moeten die heel langzaam
worden gevuld. Eén voor één. Daarbij komen ook chemische dampen
vrij. Die worden door een speciale
installatie op de kade (de Vapour
Recovery Unit - red.) weggezogen
en hergebruikt. Kortom, een behoorlijk ingewikkeld proces. En tja,
dat is nou eenmaal niet in een
kwartiertje gepiept”, weet Van Olffen, die zijn functie in jip-enjanneketaal omschrijft als ‘logistiek
huisbaas’ van de petrochemiereus.
Het belang van de binnenvaart
voor Sabic in Limburg is groot. Immens zelfs, corrigeert Van Olffen
zichzelf. ,,Zonder de haven in Stein
zou Sabic hier in no time plat liggen. Net als drie kwart van de andere bedrijven op Chemelot trouwens. Zonder overdrijven: de Maasroute is onze levensader.”
Ben Engelbert van Bevervoorde,
manager inkoop logistiek, valt zijn
collega bij en staaft diens boude uitspraak met wat relevante cijfers.
,,Op de Chemelot-site krijgen we
bij Sabic jaarlijks zo’n drie miljoen
ton grondstoffen aangevoerd, voor
het leeuwendeel via pijpleidingen.
Eenmaal verwerkt tot producten
en halffabrikaten, worden ze per
schip, trein en vrachtauto naar onze klanten vervoerd.”
Die uitgaande stroom - hoofdzakelijk plastic, granulaatkorrels, vloeistoffen en gassen - bedraagt eveneens circa drie miljoen ton. Daarvan verscheept het bedrijf jaarlijks
meer dan een miljoen ton over de
Maasroute, via de haven in Stein.
Hoeveel Sabic daarvoor moet neertellen, is bedrijfsgeheim. In elk geval gaat het om ‘vele miljoenen’, bevestigen beide managers. ,,Het leeuwendeel van de producten die we
in Stein verschepen, heeft als bestemming de havens van Rotter-
dam en Antwerpen. Om van daaruit verder te worden getransporteerd naar alle delen van Europa”,
zegt Engelbert van Bevervoorde.
Voor de vraag waarom Sabic nou
zo zwaar leunt op de binnenvaart,
heeft hij weinig bedenktijd nodig.
„Lichters (vakjargon voor vrachtschepen, red.) hebben geen last van
files. Ze varen op tijd en volgens
strakke schema’s. Voor ons belangrijk. Om maar niet te zeggen cruciaal. Bovendien is de maatvoering
van een binnenvaartschip voor onze meeste producten ideaal.”
Feit is dat één schip van 1500
ton evenveel vracht kan vervoeren
als zeventig vrachtwagens over de
weg. „De meeste petrochemische fabrieken in de wereld liggen aan de
kust. De aan- en afvoer gebeurt
daar met mammoettankers. Chemelot ligt een stuk landinwaarts,
dat betekent dus extra transportkosten. Door op grote schaal gebruik
te maken van de relatief goedkope
binnenvaart, compenseren we dat
nadeel. Bovendien levert dit ten opzichte van het wegvervoer flinke
milieuvoordelen op”, benadrukt
Engelbert van Bevervoorde. Een
snel rekensommetje leert dat een
vrachtschip van pakweg 1350 ton
vier tot zeven keer minder brandstof verbruikt dan vrachtauto’s.
Een eigen vloot heeft Sabic nièt.
䊳 Petrochemiegigant
verscheept jaarlijks meer
dan een miljoen ton aan
producten in haven Stein.
Het concern huurt de binnenvaarttankers op grote schaal in via gecertificeerde scheepvaartondernemingen in binnen- en buitenland. Sommige schepen zijn speciaal voor het
bedrijf ontworpen en gebouwd.
„Bij de aanbesteding letten we
vooral op drie factoren: snelheid,
betrouwbaarheid en uiteraard veiligheid. Afgezien van de strenge
wetgeving stellen we zelf nog aanvullende milieu-eisen aan de schepen die we inhuren.” Voorbeeldje:
Sabic doet bij voorkeur zaken met
transportbedrijven die hun schepen hebben uitgerust met motoren
die draaien op de schone brandstof
LNG (vloeibaar aardgas). Dat is
minder evident dan het lijkt, want
vervuilende stookolie en diesel zijn
in de branche nog steeds de regel.
Overigens kondigt het kabinet op
dit punt nieuwe maatregelen aan.
Hoewel de voor Sabic varende
vrachtschepen uitsluitend chemische producten vervoeren, blijft
het aantal ongelukken, milieuverontreinigingen en calamiteiten nog
altijd binnen de perken. „De veiligheidseisen voor chemieschepen
zijn zeer strikt en worden voortdurend aangescherpt (via de Wet Vervoer Gevaarlijke Stoffen - red.). Dat
geldt trouwens ook voor onze haven. Die is onder meer uitgerust
met geavanceerde gasdetectoren en
andere hightech-apparatuur. Bij een
lekkage wordt de haven meteen afgesloten en schoongemaakt”, zegt
Van Olffen. „Ik werk intussen al
meer dan vijftien jaar bij Sabic en
voordien DSM. Over die hele periode is het aantal incidenten nagenoeg nul. Dat zegt wel iets, toch?”
Impressies van de Sabic-haven in Stein.
foto’s Ermindo Armino
De Natte A2