Toelichting bij het OPP (groeidocument) Voor iedere

Download Report

Transcript Toelichting bij het OPP (groeidocument) Voor iedere

maart 2014
Toelichting bij het OPP (groeidocument)
Voor iedere leerling die meer ondersteuning krijgen dan vanuit de basisondersteuning mogelijk is,
moet vanuit de wet passend onderwijs binnen 6 weken na toelating een
Ontwikkelingsperspectiefplan (OPP) worden vastgesteld, nadat er een OOGO (Op
Overeenstemming Gericht Overleg) geweest is met ouders en leerling. Voor zittende leerlingen
moet dit plan er voor 1 augustus zijn.
Scholen moeten vanaf 1 augustus 2014 in het Basisregister Onderwijs (BRON) aangeven wanneer
een leerling een OPP heeft. De onderwijsinspectie ziet daar op toe.
Het SWV Sterk VO heeft het groeidocument en het OPP samengevoegd en vereenvoudigd.
Het OPP bestaat nu uit 2 delen:
1.
Deel 1: overzicht en analyse
2.
Deel 2: Handelingsdeel
Deel 1: Dit deel is bedoeld om een beeld te krijgen van een leerling die extra ondersteuning nodig
heeft. Het is een inventarisatie van de informatie van de leerling, de school en de thuissituatie.
Deze informatie is onderverdeeld in stimulerende factoren en belemmerende factoren. Deze
kolommen zijn vooral ondersteunend bij het proces om te komen tot het herkennen van de juiste
ondersteuningsbehoefte (de derde kolom). Het invullen is geen doel op zich. Het OPP laat duidelijk
zien welke informatie (al) is verzameld, welke nog ontbreekt en waar mogelijk nog nieuwe
informatie moet worden verzameld. Niet ieder vakje zal relevant zijn, dus niet in ieder vakje hoeft
informatie te staan.
Bij de eerste signalering (zie ondersteuningsroute) begint de school gegevens op het OPP in te
vullen. De visie van ouders en leerling worden ook meteen in het document vastgelegd. Bij iedere
volgende stap uit de ondersteuningsroute wordt de informatie aangevuld en wordt bekeken welke
relevante informatie nog ontbreekt en hoe deze verzameld kan worden om een leerling passend te
ondersteunen en als dat nodig is te komen tot één integraal ondersteuningsplan (1 kind 1 gezin 1
plan). Hiervoor zullen de kernpartners van de school ook informatie aanleveren (vooral in de
domeinen gezondheid, veiligheid en verzuim, thuissituatie en vrije tijd).
Zodra de gegevens worden gebruikt om in het ZAT te bespreken is er toestemming van de ouders/
leerling nodig. Het ingevulde OPP is samen met het aanvraagformulier in OT de basis voor het
aanvragen van ondersteuningsarrangementen bij het loket passend onderwijs. Voor het invullen
van het OPP kan gebruik worden gemaakt van de checklist (deze is te zien als er op een vakje
wordt geklikt en ook als los document op de website).
Deel 2: In het handelingsdeel staat wat de beginsituatie is, aan welke doelen er gewerkt wordt,
hoe en door wie dit gaat gebeuren en wanneer dat geëvalueerd gaat worden.
Wanneer moet het OPP ingevuld worden?
De start van het OPP kan liggen bij het eerste signaal dat een leerling mogelijk niet voldoende zal
hebben aan de basisondersteuning van de school. Dit kan voor de ene leerling dus al bij aanname
op de school zijn en voor een andere leerling blijkt dat pas na verloop van tijd. In de
ondersteuningsroute staat aangegeven wanneer het OPP ingezet kan worden. Het OPP moet in
ieder geval ingevuld worden voor leerlingen die in de basisplusondersteuning van de school
vallen en voor iedere leerling voor wie een individueel arrangement (licht, medium of
intensief) wordt aangevraagd. Voor deze laatste groep moet ook een OKR (via een aanmelding in
OT) worden ingevuld.
Voor LWOO leerlingen is het nu een wettelijke verplichting om een handelingsplan op te stellen.
Dit zal op termijn ook vervangen worden door het OPP. Het handelingsplan kan daarom ook nu al
vervangen worden door het OPP.
Gebruiksaanwijzing
Na het eerste blok met de gegevens van de leerling en het verwachte uitstroomniveau/
vervolgonderwijs, volgt het deel waarin de stimulerende en belemmerende factoren worden
verzameld. Dit is bedoeld om gegevens over een leerling samen te vatten, dit kan dus met korte
zinnen of steekwoorden. Er kan verwezen worden naar onderliggende informatie uit het
leerlingendossier (onderzoeksgegevens, observaties, verzuimregistratie, incidentenregistratie,
handelingsplannen, toetsen etc.). Niet alle vakjes zijn altijd relevant, weeg wel steeds af of het
nodig is om daar actief informatie over te verzamelen. Betrek ouders hier vanaf het begin bij en
vraag hen en de leerling naar hun visie. Gebruik altijd de relevante info van de
kernpartners/magister ((ziekte)verzuim ed.)
LET OP: zet in iedere kolom die je invult de datum waarop de informatie wordt ingevoerd en indien
van toepassing de bron van de informatie. De meest recente informatie komt steeds bovenaan te
staan.
In de derde kolom van deel 1 moet de informatie uit de kolommen stimulerende en belemmerende
factoren omgezet worden in wat een leerling, wat de school of wat de thuissituatie/vrije tijd nodig
heeft aan ondersteuning: Op welke gebieden is er ondersteuning nodig en welke ondersteuning
moet dat zijn? Ook hierover kunnen de leerling en ouders hun visie geven.
De ingevulde vakjes vormen gezamenlijk de basis van het OPP. In het vak samenvattende analyse
wordt de informatie kernachtig weergegeven. Als er een ondersteuningsarrangement nodig is, dan
kan dat worden georganiseerd in de vorm van een arrangement op schoolniveau (basisplus
arrangement) of op individueel niveau (licht arrangement binnen regulier onderwijs of medium
arrangement als wordt afgeweken van het normale curriculum (OPDC), of een intensief
arrangement als onderwijs op een VSO school nodig is).
LET OP: het gaat hierbij om leerlingen die voldoen aan de criteria die hieronder zijn geformuleerd.
Deel 2 is het handelingsdeel. Per domein (nrs.1 tot en met 6) wordt aangegeven wat de
beginsituatie is, wat het doel is waaraan gewerkt gaat worden, welke acties worden ondernomen
en door wie om dat doel te bereiken, welke middelen er nodig zijn en er wordt een datum
vastgesteld voor een (tussen)evaluatie. Na de evaluatie wordt het resultaat weergegeven en of het
doel al dan niet behaald is. Een OPP wordt minimaal één keer per jaar besproken met ouders en
leerling, zij tekenen dan voor gezien. Als een OPP na evaluatie wordt bijgesteld, wordt het opnieuw
met leerling en ouders besproken en wordt er opnieuw getekend voor gezien.
BIJLAGE
Criteria voor leerlingen met een specifieke onderwijs-ondersteuningsbehoefte vanwege:
een emotionele stoornis, een gedragsstoornis of een ontwikkelingsstoornis
2. Er is sprake van integrale problematiek (school, thuis, vrije tijd)
3. Er heeft hulpverlening gericht op het gedrag plaatsgevonden of er is een verklaring
waarom dat niet heeft plaatsgevonden
4. Uit het OPP (en onderliggende documenten) blijkt dat de school handelingsverlegen is en
dat de leerling niet voldoende heeft aan de sterke basis van de school.
5. De ondersteuningsroute binnen de school is aantoonbaar gevolgd
Criteria voor leerlingen met een specifieke onderwijs-ondersteuningsbehoefte vanwege:
Een verstandelijke handicap (zeer moeilijk lerend of syndroom van Down) of
Een lichamelijke handicap (een of meer stoornissen in structuur of functie, die gepaard
gaan met motorische beperkingen) of
Een meervoudige handicap (lichamelijke handicap in combinatie met IO lager dan 70 of IQ
lager dan 35) of
Langdurig somatisch ziek zijn (chronisch lichamelijke, neurologische of psychosomatische
stoornis).
1. Er is sprake van een structurele beperking in de onderwijsparticipatie blijkend uit
leerachterstanden of het ontbreken van algemene leervoorwaarden.
2. Er is onvoldoende effect door extra zorg vanuit van zorg- en hulpverleningsinstanties.
3. Uit het OPP (en onderliggende documenten) blijkt dat de school handelingsverlegen is en
dat de leerling niet voldoende heeft aan de sterke basis van de school.
4. De ondersteuningsroute binnen de school is aantoonbaar gevolgd.