Transcript Inleiding en vraagstelling Chirurgische correctie

DE FLEXIBILITEIT VAN DE THORACALE WERVELKOLOM NA
POSTERIEURE RESECTIES VOLGT DE WET VAN DE VERMINDERDE
MEEROPBRENGST
Nederlandse Orthopaedische Vereniging (NOV) Jaarcongres 2015
R.M. Holewijn (1), T.P.C. Schlösser (2), A. Bisschop (1), A.J. van der Veen
(1), A. Stadhouder (1), B.J. van Royen (1), R.M. Castelein (2), M. de
Kleuver (1)
1: Vrije Universiteit Medisch Centrum Amsterdam 2: Universitair Medisch
Centrum Utrecht
Inleiding en vraagstelling
Chirurgische correctie van de scoliotische wervelkolom vereist
flexibiliteit van de wervelkolom om de deformiteit in het coronale,
axiale en sagittale vlak te corrigeren. Hiervoor worden vaak
posterieure spinale structuren verwijderd (Ponte-osteotomie).
Echter, het is onbekend hoe uitgebreid de osteotomie, met
bijbehorende risico’s, moet zijn. In deze studie analyseerden wij de
toename in flexibiliteit/range of motion (ROM) na stapsgewijze
verwijdering van posterieure structuren.
Methode
Tien vers ingevroren humane thoracale wervelkolommen, (T6-T11)
inclusief 5 cm rib, werden met ±2,5 Nm belast in flexie, extensie,
lateraalflexie en axiale rotatie. De ROM werd gemeten van de
intacte wervelkolom en na de stapsgewijze resectie van het
ligamentum inter- en supraspinale (LIS), inferieure facet,
ligamentum flavum, superieure facet en de ribben op T7-T11.
Resultaten
De ROM nam significant toe na:
1. LIS-resectie in flexie (+10,2%) en axiale rotatie (+3,1%);
2. inferieure facetectomie in flexie (+4,1%), lateraalflexie (+3,8%)
en axiale rotatie (+7,7%);
3. ligamentum flavum-resectie in flexie (+9,1%) en axiale rotatie
(+2,5%);
4. superieure facetectomie in flexie (+6,3%);
5. ribresectie in flexie (+6,3%), lateraalflexie (+4,5%) en axiale
rotatie (+13,0%).
Conclusie
Posterieure spinale resecties resulteerden in een ROM-toename.
Echter, deze toename volgde de wet van de verminderde
meeropbrengst: na LIS-resectie en inferieure facetectomie gaf een
aanvullende superieure facetectomie (Ponte-osteotomie) slechts
een beperkte toename in flexie (t.b.v. kyfosecorrectie) en geen
toename in axiale rotatie (t.b.v. de-rotatie) of lateraalflexie (t.b.v.
coronale correctie). In combinatie met een verhoogd operatierisico
bij uitgebreide resecties kan geconcludeerd worden dat het
reguliere gebruik van de Ponte-osteotomie in scoliosechirurgie is af
te raden.