December 2013 - Rural Alliances

Download Report

Transcript December 2013 - Rural Alliances

Nieuwsbrief
Nummer 2
December 2013
Dit project wordt
medegefinancierd door het
Europees Fonds voor Regionale
Ontwikkeling via het INTERREG IVB
NWE-programma ter bevordering van
sterke en welvarende gemeenschappen.
www.rural-alliances.eu
Twitterfeed: @RuralAlliances1
Sociale media website: ruralalliances.ning.com
Rurale vitaliteit herleeft dankzij
grensoverschrijdende samenwerking
Demografische transitie eist een zwaar tol op het
platteland van West-Europa. Jongeren vertrekken naar
de stad om daar te studeren of werk te zoeken, en velen
komen niet terug. De autoriteiten hebben moeite, geld vrij
te maken voor basale diensten zoals openbaar vervoer,
gezondheidszorg en openbare faciliteiten zoals toiletten,
telefooncellen, postkantoren en informatiecentra, zodat
het bestaan daarvan wordt bedreigd. De gemiddelde
leeftijd van de plattelandsbevolking blijft stijgen.
In 2013 werden twee grensoverschrijdende
uitwisselingsontmoetingen gehouden. Beide keren werden
er workshops gehouden, waar samenwerkingsverbanden
van het ontvangende partnerland situaties in de praktijk
gebruikten ter illustratie van goede praktijken of van
problemen op het gebied van bezuinigingen waarmee
alle partners te maken hebben. De deelnemers wisselden
vervolgens ervaringen met elkaar uit en spraken samen
over mogelijke oplossingen.
Europese landen in Noordwest Europa gaan in op de
uitdagingen van demografische transitie op een manier
die wordt uiteengezet in de agenda van Lissabon en 2020:
meer onderwijs, meer innovatie, meer duurzaamheid,
meer concurrentie. De 12 partners uit 6 verschillende EUlanden in het project Rural Alliances (mede gefinancierd
door het INTERREG IVB NWE-programma van het Europees
Fonds voor Regionale Ontwikkeling) nemen actief
deel aan bedrijfs- of gemeenschapsgroepen die we
‘samenwerkingsverbanden’ of ‘allianties’ noemen. Door
middel van grensoverschrijdende uitwisselingsontmoetingen,
een sociale netwerksite en gerichte groepsuitwisselingen
met specifieke thema’s worden partners en leden van
de samenwerkingsverbanden aangemoedigd, samen
aan bepaalde dingen te werken die helpen, rurale
gemeenschappen in alle partnerregio’s nieuw leven
in te blazen.
Samenwerkingsverbanden en partners werken samen aan een oplossing voor
duurzame energie in Lochem
Rural Alliances Newsletter Issue 2
De eerste ontmoeting vond plaats in Lochem
(Nederland) in maart. De focus lag op veranderingen
in de huidige democratie, doordat meer mensen zich
inzetten voor openbare diensten en zodoende waarde
aan hun plattelandsgemeenschappen toevoegen.
De titel van de conferentie was ‘De kracht binnen
de maatschappij’ en er waren 150 deelnemers, een
teken van de blijvende steun en belangstelling van de
verschillende samenwerkingsverbanden. De volgende
grensoverschrijdende uitwisselingsontmoeting werd
gehouden in Killarney, South Kerry (Ierland) in oktober,
met ongeveer 170 deelnemers, waaronder veel
samenwerkingsverbanden uit de partnerlanden. Zij
ontmoetten elkaar om te netwerken, goede praktijken
uit te wisselen en blijvende banden te smeden.
De focus van deze uitwisselingsontmoeting was
Efficiënt gebruik van middelen, met workshops over
duurzame energie, verschillende manieren om
projecten te financieren, optimaal gebruik van natuurlijke
bronnen, en het platteland als focus voor bedrijven en
gemeenschappen die samen aan gemeenschappelijke
doelen werken. Meer informatie over elementen
van deze samenkomsten is te vinden op
www.rural-alliances.eu eu en elders in deze nieuwsbrief.
Deelnemers aan de 4e grensoverschrijdende uitwisselingsontmoeting,
Killarney – okt 2013
Maak optimaal gebruik van mensen en middelen!
Op 13 en 14 maart werd in de Nederlandse gemeente
Lochem een boeiende grensoverschrijdende
uitwisselingsbijeenkomst gehouden onder de titel De kracht
binnen de maatschappij. Thijs de la Court, wethouder in
Lochem en vanaf het begin bij Rural Alliances betrokken,
presenteerde het gebeuren en speelde een actieve rol
in de leiding van Energie binnen de maatschappij, de
workshop over de benadering die in Lochem wordt gebruikt
om samenwerkingsverbanden te beheren. Op de tweede
dag kwam hij in zijn hardloopkleding de presentaties van
keynote-sprekers inleiden, waarbij hij de vergelijking van
een atleet gebruikte
als illustratie van de
moeilijke start, de
zware inspanning en
daarna het goede
gevoel dat je krijgt
door de endorfines
die je lichaam
aanmaakt wanneer
je prestaties behaalt
in het kader van
het Rural Alliances
project. Zo zie je
maar dat het de
moeite loont om vol
Wethouder Thijs de la Court in zijn
te houden.
hardloopkleding
2
Thijs legde verder uit dat de gemeente het ambitieuze
doel heeft gesteld, zijn CO2-voetafdruk te verkleinen.
Daarvoor is een strategie aangebracht om het aantal
duurzame-energieprojecten uit te breiden en ze te
ondersteunen. Een belangrijke rol in het bereiken van
deze rol wordt gespeeld door samenwerkingsverbanden
van gemeenschappen en bedrijven.
Nils Roemen, een inspirerende gastspreker, introduceerde
zichzelf als een ex-consultant en huidig co-creator. Hij
intrigeerde het publiek door te zeggen dat hoewel hij
was uitgenodigd om te spreken, hij niet om een bepaald
bedrag vraagt. In plaats daarvan vraagt hij de mensen
om hem te betalen wat hij volgens hen waard is. Hij
vertelde dat mensen heel goed in staat zijn om te geven,
maar dat ze vaak bang zijn om te worden beschouwd
als iemand die heeft gefaald. Zijn twee gouden regels
zijn: “durf te vragen” en
“durf te falen”. Hij was
geïnspireerd door een
initiatief in Estland, Let’s do
it genaamd, dat 7 miljoen
vrijwilligers had gerekruteerd
voor 84 eendaagse
schoonmaakacties in Azië,
Afrika, Noord-Amerika, ZuidNils Roemen inspireert deelnemers
Amerika en Europa.
in Lochem
December 2013
Hij vertelde dat in Nederland een heleboel gebouwen
leegstaan, terwijl er ook daklozen zijn die onderdak nodig
hebben. Hij heeft uitgerekend dat als alle leegstaande
gebouwen voor daklozen zouden worden opengesteld,
er per dakloze 400 vierkante meter beschikbaar zou zijn.
Dit voorbeeld vormt een illustratie voor het geval van
“beschikbare middelen, maar op de verkeerde plek.” Nils
daagde zijn publiek uit, om hulp en om dingen te vragen
en om niet bang te zijn om te falen als het antwoord
“nee” is. Hij gaf een duidelijk voorbeeld voor project Rural
Alliances. Hij houdt schriftelijk bij welke vaardigheden
mensen hebben en wat ze te bieden hebben. Als hij dan
iemand nodig heeft om hem te helpen, kan hij opzoeken
wie hij moet vragen. Hij daagde de partners van Rural
Alliances uit om “verlanglijstjes te maken, ze beschikbaar
te maken en dan te zien wat er gebeurt”.
De Rural Alliances partners werken momenteel samen
aan een gezamenlijk ontwerp van een methode om
de vaardigheden van mensen in kaart te brengen
en ervan gebruik te maken door ze te koppelen aan
bepaalde behoeften binnen gemeenschappen
en samenwerkingsverbanden op het platteland.
Samenwerkingsverbanden in alle partnerregio’s
worden aangemoedigd, dit middel te gebruiken en
zodoende optimaal gebruik te maken van de menselijke
vaardigheden die in hun gemeenschappen beschikbaar
zijn en gebieden aan te wijzen waarop meer training nodig
is om de projectplannen van de gemeenschappen uit
te kunnen voeren. De 4e versie van dit hulpmiddel wordt
binnenkort in de partnerregio’s uitgetest. Aan de hand van
gebundelde feedback en evaluatie kan het verder worden
ontwikkeld worden en aan anderen beschikbaar worden
gesteld. Een testversie van de Skills Plotting Tool is te vinden
op www.rural-alliances.eu/media/7443/skills plotting tool.pdf.
Sociale mediasite Rural Alliances: kracht in aantallen
318 leden, 298 foto’s, 59 video’s, 32 gesprekken, 93
events, 26 blogposts: Dit zijn de basisstatistieken van
de sociale mediawebsite van Rural Alliances. Via
deze website wordt regelmatig gecommuniceerd
door allerlei verschillende leden, waaronder partners,
samenwerkingsverbanden, andere EU-projecten,
organisaties voor rurale ontwikkeling, en verschillende
afdelingen van financiële en beleidsorganen van de EU.
Bijgewerkte bibliotheek op de sociale mediasite
De bibliotheek is verbeterd. Hij ziet er nu meer uit als een
bibliotheek met boekenplanken. De titels van de boeken
zijn zichtbaar en bij het lezen van de boeken moet je nu
‘bladzijden omslaan’. De bibliotheek maakt gebruik van
informatie van andere Interreg-projecten, waaronder
COLLABOR8, CURE, MANDIE en Vital Rural Areas. Verder
zijn er publicaties te vinden van het European Rural
Development Network en de Carnegie Trust. Bovendien
kun je er alle factsheets vinden.
De sociale mediawebsite heeft een hele reeks
features. Er is een onderdeel waar je discussiegroepen
kunt opstarten, er is een lijst met evenementen en
conferenties in verband met rurale ontwikkeling, en er
worden regelmatig foto’s en video’s opgeladen over
het werk van partners of over interessante onderwerpen
in verband met dat werk. Er is een deel voor blogs met
nieuws en opinies en een Twitterfeed met de nieuwste
chats. In een ander deel kunnen leden hun eigen
groepen oprichten. Ook is er een overzicht van alle
samenwerkingsverbanden en de plaats waar ze zich
bevinden, met een tool die ‘The Brain’ wordt genoemd,
een soort mind map met alle links tussen de verschillende
samenwerkingsverbanden en partners. De serviceprovider
voor de website is Ning. Om een nog breder publiek aan
te spreken heeft Rural Alliances ook een pagina
op Facebook. Sluit je daarbij aan als je dat
nog niet hebt gedaan:
http://ruralalliances.ning.com/.
3
Rural Alliances Newsletter Issue 2
De Skills Plotting Tool voor samenwerkingsverbanden
“Ik wist niet dat je een toneelopleiding hebt gedaan!
Dat is fantastisch! Wij hebben iemand nodig voor de
hoofdrol in een openluchtvoorstelling waarin we onze
historische gebeurtenis naspelen. Kun je dat?” Dit is een
typische uitkomst van een bijeenkomst waar mensen
over hun interesses, hobby’s en werkervaring praten.
Marieke verhuisde vanuit het drukke stadsleven naar een
dorpje om haar kinderen op te voeden in eenzelfde
omgeving als waarin zijzelf was opgegroeid. Ze gaf
haar baan bij het theater op om meer tijd voor haar
gezin te hebben en ze verwachtte niet dat ze haar
toneelvaardigheden zou kunnen gebruiken in het dorp.
De samenwerkingsverbanden die momenteel veel
worden gevormd en die onderlinge steun binnen de
gemeenschap combineren met zakelijke belangen,
maken gebruik van allerlei uiteenlopende vaardigheden
en ervaringen. Vroeger kende iedereen op het platteland
elkaar, heel goed zelfs, doordat mensen samen werkten
op de boerderij of elkaar ontmoetten op veilingen, in
het dorp en op school. Iedereen hielp elkaar en was
betrokken in de ‘lappendeken’ van plattelandsactiviteiten.
Tegenwoordig is dat niet meer zo!
Vandaag de dag bestaan rurale gebieden uit een
mix van oude boerenfamilies en nieuwkomers.
De nieuwkomers werken vaak in de stad of thuis.
Ze gaan niet naar de boerenmarkt of de veiling.
Wanneer uit de rijke mix en diversiteit van de huidige
plattelandsbevolking nieuwe samenwerkingsverbanden
worden samengesteld, hebben de leden vaak
weinig mogelijkheden om elkaar te vertellen welke
vaardigheden en ervaring ze te bieden hebben.
De partnership Rural Alliances wees op dit gebrek en
ontwikkelde een concept voor het in kaart brengen
van vaardigheden en ervaring binnen groepen op het
platteland. Er werd besloten, samen aan innovatieve
manieren te werken om mensen ertoe aan te zetten,
elkaar te vertellen wat hun talenten zijn, en of deze
gebaseerd zijn op hun interesses of op ervaring.
“Wij willen mensen niet afschrikken door hen te vragen
wat ze graag doen of waar ze goed in zijn,” was een van
de eerste opmerkingen die tijdens een workshop werd
gemaakt. Daarom werd besloten dat de methode leuk
en niet overrompelend moest zijn, en ook redelijk simpel.
4
Praktijktest met versie 3 in Scherpenheuvel-Zichem (België), oktober 2013
De twee universiteitspartners Trinity Saint David in Wales
(VK) en Philipps-Universität Marburg (Duitsland) werkten
samen met partners en samenwerkingsverbanden
aan verschillende prototypes en tests om een ‘tool’ te
ontwikkelen voor het in kaart brengen van de beschikbare
vaardigheden en ervaringen en het koppelen ervan aan
de behoeften en trainingsmogelijkheden binnen het
samenwerkingsverband.
Deelnemers aan de 4e grensoverschrijdende uitwisselingsontmoeting testen en
beoordelen versie 3, Killarney (Ierland), oktober 2013
December 2013
De 3e versie die was gemaakt, werd in oktober
De feedback en suggesties die werden
2013 uitgereikt aan alle deelnemers van de
ontvangen, zijn sindsdien genoteerd
4e grensoverschrijdende ontmoeting in South
en geanalyseerd, waarna een nieuwe,
Kerry. Er werd een workshop gehouden waar
vierde versie van de ‘Skills Plotting
de nieuwe versie van het ‘spel’ door ruim 120
Tool’ werd ontworpen. Een van de
deelnemers werd uitgetest in 12 groepen van
beslissingen die sinds deze samenkomst
10. De groepen vormden elk een denkbeeldig
is genomen, was de wijziging in de
samenwerkingsverband met een eigen naam en
naam van ‘spel’ naar ‘tool’. De reden
een gemeenschappelijk doel. Vervolgens werd
is dat het niet zomaar een spelletje is,
de Skills Plotting Tool binnen iedere groep gebruikt
maar een serieus en nuttig middel om in
om de beschikbare (echte) vaardigheden en
een van de vroege ontwikkelingsstadia
bekwaamheden te beoordelen in het kader
van het samenwerkingsverband te
van de behoeften binnen het denkbeeldige
gebruiken. De laatste, vierde versie
samenwerkingsverband. Er werd vurig over de
is onlangs gepubliceerd op www.
Tool gedebatteerd en de algemene feedback
Versie 4 van de Skills Plotting Tool
rural-alliances.eu/media/7443/skills
was dat men het jammer vond dat men niet
plotting tool.pdf en de partners zullen
‘verder mocht spelen’. Vervolgens werd in een plenaire
in 2014 nog meer praktijktests uitvoeren binnen hun
sessie feedback gegeven, met name over de timing,
samenwerkingsverbanden. Voor meer informatie kun je
instructies, aanpassingen aan de lay-out / volgorde, en de
terecht bij Lindsey Gilroy op [email protected].
koppeling van hobby’s aan vaardigheden.
Samen video’s maken om succes vast te leggen en
stakeholders te beïnvloeden
In MEDEFI (FR) ontstond het idee, een promotiemiddel
te creëren met een serie voorlichtingsfilmpjes (cartoons
en video’s). De bedoeling ervan is, te laten zien hoe een
idee ontstaat en tot een samenwerkingsverband uitgroeit
dankzij de luisterbereidheid, steun, goede wil en inzet van
mensen die zich willen inzetten voor het welzijn en de
ontwikkeling van hun gebied.
MEDEFI heeft voor video gekozen om het publiek te
helpen begrijpen dat iedere burger wordt geacht, zich
voor plaatselijke ontwikkeling in te zetten.
Het horen en zien van goede voorbeelden en prestaties
kan zeer inspirerend en stimulerend werken. MEDEFI
nodigde enkele leden van samenwerkingsverbanden
uit om over hun ervaringen te komen praten en
zo samen na te denken over de essentie van het
samenwerkingsverband. De ontwikkeling, spirit en
prestaties van hun samenwerkingsverbanden werd op
video vastgelegd. Ook gebruikten ze het in Nederland
ontwikkelde Brabant-model om uitleg te geven over
Rural Alliances en het ontwikkelingsproces van de
samenwerkingsverbanden.
Het doel van deze video (die nog niet helemaal af
is), is stakeholders op verschillende niveaus en over
verschillende onderwerpen te beïnvloeden.
De andere projectpartners toonden veel belangstelling
voor deze ontwikkeling. Als de video af is, wil MEDEFI
een workshop houden voor zijn RA-partners. Dat wordt
een ‘voorvertoning in besloten kring’ voor een select
gezelschap van RA-partners. Het is de bedoeling, de
ervaring van MEDEFI door te geven en andere partners uit
te nodigen om hetzelfde te doen, of anders om samen
op dezelfde manier aan andere video’s te werken of
interviews met leden van samenwerkingsverbanden op te
nemen. Dit zal gebeuren in het voorjaar van 2014.
5
Rural Alliances Newsletter Issue 2
Demografische uitdagingen gedeeld met studenten
Eenmaal per jaar, tijdens het wintersemester, geeft de
faculteit Aardrijkskunde van de Philipps-Universität Marburg
een cursus met lezingen en seminars over de geografie
van afgelegen / rurale gebieden. De cursus omvat
locatietheorieën, modellen voor bevolkingsontwikkelingen
zoals de tweede demografische transitie, en concepten
in verband met economische aardrijkskunde.
Project Rural Alliances biedt een platform voor gesprekken
over de uitdagingen van rurale gebieden in Noordwest
Europa, in het bijzonder de demografische transitie
in Europese landen en theorieën over aanvoer naar
afgelegen gebieden. Het demografische transitiemodel
toont het ontwikkelingspad van tegenwoordige
geïndustrialiseerde landen zoals Frankrijk, Duitsland en
de VS, die als landbouweconomie zijn begonnen maar
zich tot een industriële of diensteneconomie hebben
ontwikkeld. Het laat de ontwikkeling zien van een hoog
geboortecijfer en een hoog sterftecijfer naar zeer lage
geboorte- en sterftecijfers. De allerlaatste fase, fase
5, laat zien dat als het geboortecijfer tot onder het
sterftecijfer daalt (zoals in Duitsland in de jaren 1970), er
verschillende problemen ontstaan. Plattelandsgebieden
krijgen te maken met vergrijzing, leegloop en
achteruitgang van de (harde en zachte) infrastructuur of
aanvoer naar afgelegen gebieden. In die context wordt
de achteruitgang van plattelandsgebieden zichtbaar in
een zogenaamde doom loop.
En tijdens de laatste grensoverschrijdende ontmoeting
in Killarney, Ierland (oktober 2013) werd een sessie
gehouden waar de studenten het volgende moesten
doen:
•vijf groepen vormen rondom een bepaald thema en
een regio:
1) Economische ontwikkeling – South Kerry, Ierland
2) Cultureel erfgoed – de Merode, België
3) Mobiliteit – Bretagne, Frankrijk
4)Duurzaamheid – Gemeente Lochem, Nederland
5)Toerisme – Brecon Beacons National Park,
Wales, Verenigd Koninkrijk
•de Alliance Building Monitoring Templates
(informatiebladen over bepaalde
samenwerkingsverbanden) doorlezen
• de informatie ‘in een notendop’ samenvatten
•de resultaten presenteren aan de hand van de
‘5 W’s en 1 H’: wie, wat, waar, wanneer, waarom
en hoe, en het bijzondere van hun onderwerp,
samenwerkingsverband(en) en regio.
Vervolgens werd een groepsgesprek gehouden over de
volgende vragen:
1)Wat zijn de huidige problemen en vraagstukken in
De voorbeelden van project Rural Alliances zijn ideaal
om aan studenten uit te leggen welke problemen
in plattelandsgebieden worden ervaren, zoals zorg
voor ouderen, detailhandel, sociale infrastructuur en
veranderingen in de landbouw.
de plattelandsgebieden van
(Noordwest) Europa?
2)Wat zijn de verschillen en overeenkomsten
van de verschillende projecten en
samenwerkingsverbanden?
3) Wat kunnen we daarvan leren?
Tijdens het seminar werden de instellingen,
kernactiviteiten, focusgebieden en regionale context
van de verschillende projectpartners aan de studenten
gepresenteerd. Bijkomende aspecten van bepaalde
rurale kwesties werden geïllustreerd aan de hand van
voorbeelden binnen Rural Alliances.
Tijdens deze cursus met lezingen en seminars namen
ruim 200 studenten deel aan groepsgesprekken waarin
op bepaalde vraagstukken werd ingezoomd, vooral
de manier waarop de gevolgen van de (tweede)
demografische transitie in rurale gebieden kunnen
worden opgevangen.
Neem voor meer informatie contact op met Florian
Warburg ([email protected]).
6
December 2013
Nieuw lichtpunt voor vuurtoren Valentia
dankzij Rural Alliances
De werkende vuurtoren op het eiland Valentia vormt
de focus van het nieuwe rurale samenwerkingsverband
Valentia Island in het Ierse South Kerry. Deelnemers
aan de grensoverschrijdende uitwisselingsontmoeting
van oktober bezochten het eiland, waar leden van
het samenwerkingsverband vertelden over hun
ontwikkelingsplan voor het hele eiland en vroegen om
ideeën over hoe ze sommige van hun doelen het best
kunnen bereiken.
Het bezoek van Rural Alliances omvatte een sessie waarin
aan de deelnemers werd gevraagd, ideeën en input
over plannen voor het hele eiland te geven. De voorzitter
van de Valentia Island Development Association, Anthony
O’Connell, zei: “Het is ons een eer, onze partners in
Rural Alliance hier in Valentia welkom te heten… Ze
geven ons veel waardevolle input over de mogelijke
managementstructuren die we kunnen aanbrengen om
dit project op de lange termijn draaiende te houden, de
manieren waarop we de extra fondsen kunnen werven
die nodig zijn om deze extra projectfasen te ontwikkelen,
en extra elementen die we in deze toekomstige
ontwikkelingen kunnen opnemen.”
“De kans om met mensen en groepen uit andere delen
van Europa te spreken over de ontwikkeling van een
project zoals dit, is een van de grote voordelen van
betrokkenheid bij een project als Rural Alliances. Er is
veel dat we van deze groepen kunnen leren over wat bij
hen heeft gewerkt en wat niet werkte bij gelijkaardige
projecten in de regio. We kunnen die lessen gebruiken
bij onze inspanningen om onze projecten succesvol te
maken. We zien er naar uit, hen in 2014 te bezoeken en
meer over enkele van hun projecten te leren.”
EU-samenwerkingsverbanden geven suggesties voor vuurtorenproject in Kerry
Rural Alliances van Interreg IVB NWE zorgde voor een
‘nieuw lichtpunt’ voor dit samenwerkingsproject, dat op
termijn waarschijnlijk grote voordelen voor het gebied zal
opleveren. Men is erin geslaagd, een lange-termijnlease
te bemachtigen voor de vuurtoren Cromwell Point.
Het is de bedoeling, de toren te gebruiken als een
toeristische attractie die een duurzame inkomstenbron
zal vormen voor zowel de regio als de leden van
samenwerkingsverband Community Development
Association. Het is een opvallend gebouw van historisch
belang in een prachtige omgeving, en is daarom ideaal
om toeristen naar het eiland te lokken.
Als gevolg van deze uitwisselingsontmoeting werden
contactgegevens van alle deelnemers uitgewisseld.
Voor 2014 worden nu bilaterale bezoeken georganiseerd
met geïnteresseerde partijen in het Nederlandse
Brabant, zodat we dieper kunnen ingaan op bepaalde
onderwerpen die tijdens het bezoek ter sprake kwamen.
Neem voor meer informatie contact op met Sean de
Buitlear:([email protected]).
Het project werd mogelijk gemaakt doordat een heel aantal
groepen zich via South Kerry Development Partnership Ltd bij
dit samenwerkingsverband heeft aangesloten, waaronder
Kerry County Council, Commissioners of Irish Lights, Crown
Paints, The Rural Social Scheme, TÚS, plus een aantal
plaatselijke ondernemingen en de plaatselijke Community
Development Association.
7
Rural Alliances Newsletter Issue 2
Het ontstaan van een samenwerkingsverband: van
bedreigingen naar mogelijkheden
Ondernemingen in de Franse landstreek Coëvrons
vinden het steeds moeilijker om mensen met
bepaalde professionele profielen te werven, vooral
managers en gespecialiseerde technici. Meer en
meer plattelandsgebieden verliezen hun jongeren,
die naar de stad trekken voor studies en zelden naar
hun dorp terugkeren nadat ze hun studie hebben
afgerond. De gemeente Coëvrons en enkele
plaatselijke ondernemingen hebben daarom een
samenwerkingsverband opgericht om professionals over
te halen, in de dorpen en stadjes in dit gebied te komen
wonen en werken. Het samenwerkingsverband bestaat uit
15 personen, die samen de voornaamste problemen van
het gebied zullen aanduiden en innovatieve manieren
willen ontwikkelen om aan een oplossing te werken.
Het doel van het samenwerkingsverband is, ‘de Coëvrons
aantrekkelijker te maken’ en in het bijzonder ‘jongeren
met de benodigde vaardigheden naar de Coëvrons te
trekken, door een volledige service te bieden die helpt
met het zoeken naar werk en het kennismaken met de
streek voordat ze zich hier vestigen’.
Laval Mayenne Technopole (LMT), een van de Rural
Alliances partners, ondersteunt deze groep door de
maandelijkse vergaderingen voor te zitten, innovatieve
methoden en middelen aan te reiken en hulp te bieden
met netwerken en het leggen van links met andere
organisaties en EU-partners.
De ondersteunende rol van LMT ligt onder andere
in het aanreiken van innovatieve methoden en
middelen die ook worden gebruikt voor innovatieve
ontwikkeling van beginnende bedrijfjes. Ook biedt
LMT hulp met het optimaliseren van het gebruik van
de netwerken, kennis, ervaring en goede praktijken
van Rural Alliance partners.
Het proces van het project dat tot dusver is gevolgd,
en van alle projecten die door LMT worden geleid
en die met een ‘leeg blad’ beginnen, wordt
afgebeeld in dit diagram:
Dit is het verhaal van het samenwerkingsverband tot
nu toe. Allereerst kwamen de leden – mensen die de
gemeenschap goed kennen – bijeen om met elkaar te
praten over hun visie op hun gebied of situatie, om te
brainstormen en het gebied gedetailleerd te beschrijven,
d.w.z. gevoelens erover, voornaamste stakeholders en
beslissers, economische sectoren, identiteit van het gebied,
voordelen en zwakke punten, enz. Eén van de middelen
die ze hiervoor gebruikten was de mindmapping software
Xmind. Dit is gemakkelijk te gebruiken, zeer interactief en het
kan ideeën en plannen vastleggen en visueel organiseren.
In het volgende stadium koos het samenwerkingsverband
een of meerdere onderwerpen om aan te pakken en
tot een of meer projecten uit te werken. Eerst werd een
lijst met projecten of ideeën opgesteld, die door de
leden van het samenwerkingsverband werd besproken.
Vervolgens koos men een of meerdere projecten door
erover te stemmen, een discussie te houden of een meer
gestructureerd proces te volgen, bijvoorbeeld een keuze
op basis van specifieke criteria.
Vervolgens werd het project nauwkeuriger omschreven.
Hier ondersteunde LMT het samenwerkingsverband met
middelen die voor de ontwikkeling van innovatieve start-ups
worden gebruikt – zoals de ‘klantervaring’ en het ‘Business
Model Canvas’ – en met deskundig advies (bijv. voor
design-thinking tools…).
Brainstormsessies
over een gemeenschappelijke visie
Keuze van een
project (of meerdere
sub-projecten)
Business model
Uiteenzetting van
het plan &
toewijzing
van taken
Uitvoering van
het project
Stroomdiagram van
het projectproces
8
Omschrijving
van het project
(met gebruik van
innovatieve
middelen)
December 2013
Customer Experience Journey
Need Generation
Usage
Searches internet
Proactive maintenance
Follow up on trouble ticket
Trouble ticket generation
Cycling billing
Starts using the service
Initial Consideration
Call contact centre
Calls a channel partner
Before
Delivery / Installation
Training
Testing
Invoice Raise
Installation
Actual delivery
After
Loyalty
curve
Moment of Purchase
Signs contract
Final Presentation
De ‘klantervaring’ is een proces waarbij in kaart wordt
gebracht welke ervaringen, gedragingen, emoties en
services bij de klanten te zien zijn en waarbij tevens
wordt gezocht naar mogelijkheden om nieuwe klanten
aan te trekken (bijv. communicatie, nieuwe diensten).
Vervolgens hielden de leden van het
samenwerkingsverband een workshop om ideeën
te bedenken voor de verbetering en ontwikkeling
van hun samenwerkingsverband. De rol van het
samenwerkingsverband is doelen aan te duiden en een
projectomschrijving op te stellen.
Daarnaast reikt LMT middelen aan waarmee het heeft
geëxperimenteerd tijdens eerdere ervaringen of projecten,
bijvoorbeeld in het Europese project Open Innovation. Er
werd een online uitdaging opgesteld, imayen’Action, waarin
aan alle inwoners van Mayenne werd gevraagd om ideeën
voor te stellen voor manieren om nieuwe inwoners naar
During
Engagement
First Interaction
Subsequent Interactions
Solution Presentation
Submission of Quote
Evaluation
Studies proposal
Calls in case of a query
Het ‘Business Model Canvas’ is een creatieve
tool die wordt gebruikt om te omschrijven hoe het
samenwerkingsverband zijn aanbod voor ‘klanten’
organiseert, hoe waardevol het project is, met welke
partners men contact moet zoeken, en wat o.a.
hun voornaamste activiteiten of middelen, hun
kostenstructuur en inkomstenstroom zijn.
de streek te trekken en ze te helpen zich hier te vestigen. Er
werden 57 ideeën verzameld en de beste 3 werden door
een parlementariër beloond tijdens een ceremonie die 2
radio-interviews en een hoop andere publiciteit opleverde.
Zolang het project nog niet nauwkeurig is omschreven, is
het samenwerkingsverband nog een kleine werkgroep.
Dit zal later de leidende groep voor het project worden,
die plaatselijke deelnemers
en partners in het project zal
integreren en zal zorgen dat de
oorspronkelijke spirit bewaard blijft.
9
Rural Alliances Newsletter Issue 2
Initiatief Totally Locally helpt de plaatselijke economie
te stimuleren
Door plaatselijk te kopen, draag je bij aan de
plaatselijke gemeenschap, economie en toekomst.
Die boodschap is bij alle partners van Rural Alliances
duidelijk te horen. Rural Alliances werd dan ook opgericht
om plattelandsstreken nieuw leven in te blazen door
plaatselijke mensen te ‘helpen om elkaar en zichzelf te
helpen’!
Crickhowell is een heel bijzondere plaats. Toen we over
‘Totally Locally’ hoorden, wisten we dat het hier zou
werken.”
Totally Locally Crickhowell wordt gesteund door project
Rural Alliances, Crickhowell Resource and Information
Centre (CRiC), CBMT en veel enthousiaste plaatselijke
ondernemers. In Hay-on-Wye wordt nu een soortgelijk
initiatief op poten gezet.
Kijk voor meer informatie over Totally Locally op:
http://ruralalliances.ning.com/profiles/blogs/totally-locally
http://totallylocallycrickhowell.co.uk en
http://www.totallylocallyhay.co.uk.
Totally Locally gelanceerd in Crickhowell, een afgelegen stadje in Wales
Een nieuw initiatief dat deze boodschap in praktijk brengt,
Totally Locally, werd in oktober 2013 gelanceerd in
Crickhowell in nationaal park Brecon Beacons. “Als iedere
volwassene in de streek Crickhowell slechts £5 per week
zou uitgeven in een zelfstandige plaatselijke winkel in
plaats van online of bij een van de grote supermarkten,
zou dat £1,4 miljoen EXTRA per jaar opbrengen voor de
plaatselijke economie.” En dat betekent: meer banen,
betere faciliteiten en een prettiger woonplek.
Totally Locally Crickhowell is een initiatief van Crickhowell
& Black Mountains Tourism (CBMT), bedoeld om
ondernemingen en handelaars te ondersteunen die
gezamenlijk iets willen doen om de plaatselijke economie
te stimuleren en hun zelfstandige winkels en bedrijven te
promoten.
CBMT-vertegenwoordiger en winkelier Emma Corfield
Walters vertelt: “Wij hebben veel geluk dat we geen
lege winkels in onze hoofdstraat hebben. Met de hulp
van onze gemeenschap en bezoekers hopen we het
zo te houden! Het komt steeds minder voor dat een
klein stadje zoveel zelfstandige familiebedrijven heeft.
10
Emma Corfield-Walters promoot de waarde van ‘lokaal kopen’
December 2013
Koop lokaal en red je eigen dorp!
Steeds meer samenwerkingsverbanden maken
gebruik van de vraag naar plaatselijk geproduceerde
levensmiddelen. In Noord-Brabant werd ‘afgekeken’ van
de initiatieven van andere partners, zoals Kempen Goed,
Pure Kempen, merk de Merode en ‘Totally Locally’ om
een merk ‘Brabant’ te creëren.
Door plaatselijk geproduceerde levensmiddelen te
kopen, help je veel mensen in je woonomgeving.
Het kopen van plaatselijke producten is goed voor
plaatselijke ondernemers en het moedigt hen aan
om meer te investeren en meer te produceren. Het is
ook goed voor de gemeenschap, omdat plaatselijke
ondernemers ermee worden geholpen, wat leidt tot
meer werkgelegenheid. Bovendien blijft het geld binnen
de plaatselijke gemeenschap. En door van plaatselijke
producenten te kopen, bouwen klanten een relatie op
met die producent. Plaatselijke producten worden onder
het merk ‘Brabant’ gecertificeerd om te waarborgen
dat ze uniek zijn en blijven. Het merk zal op plaatselijk
en internationaal niveau worden gepromoot en er zijn
ruim veertig plaatselijke brouwerijen die van dit initiatief
willen profiteren. Als je meer informatie wenst, neem dan
contact op met: [email protected].
Noord-Brabant (Nederland) wordt lokaler; het werkt
aan een provinciemerk: Brabant
Volgende grensoverschrijdende uitwisselingsontmoeting:
Leuven, 25 t/m 28 maart 2014
Financial engineering en Samenwerkingsnetwerken
opbouwen worden de hoofdthema’s van de 6e
grensoverschrijdende uitwisselingsontmoeting, die in
Leuven zal worden gehouden. De twee ontvangende
Belgische partners zijn de Boerenbond en de Vlaamse
Landmaatschappij. De bijeenkomst zal master-classes
en workshops bevatten over het opbouwen van
samenwerkingsverbanden, over de Rural Vibrancy
Measuring Index (plattelandsvitaliteits-index) en over
innovatieve financiële technieken.
Ook zal er samen worden nagedacht over vraagstukken
in verband met rurale ontwikkeling, in workshops met
groepsgesprekken over specifieke thema’s zoals erfgoed,
gezondheidszorg, energie, toerisme en demografische
uitdagingen. Deelnemers die bepaalde kwesties
willen bespreken, zullen in groepen worden ingedeeld
bij anderen met dezelfde interesses, zodat mensen
worden gestimuleerd zo gericht en nuttig met elkaar te
netwerken, zowel tijdens de bijeenkomst als na afloop.
11
Rural Alliances Newsletter Issue 2
Inclusie, een levenslijn in rurale gebieden
Tijdens de grensoverschrijdende uitwisselingsbijeenkomst
in het Ierse Killarney besloten de Ierse gemeente Mayo
en de Franse Rural Alliances-partner MEDEFI samen
een master-class en workshop te ontwikkelen over de
vraagstukken rondom rurale inclusie.
In de dorpen en stadjes van Mayo zijn onder de naam
Community Futures wijkplannen uitgevoerd door een
partnerschap van gemeenschappen en organisaties.
Het doel daarbij is:
•mensen te aanmoedigen om actiever te zijn in hun
gemeenschap;
•plaatselijke wijkorganisaties te versterken
of te ontwikkelen, bijvoorbeeld door
samenwerkingsverbanden op te richten;
•gemeenschappen in staat te stellen om
prioriteitsprojecten en –acties aan te duiden en te
stimuleren;
•gemeenschappen in staat te stellen, hun belangen
doeltreffend te behartigen op plaatselijk, gemeenteen nationaal niveau.
Dit proces wordt door groepen in de gemeenschap
gebruikt voor de beoordeling van bijvoorbeeld
huisvesting, banen en werkgelegenheid, tastbare en
immateriële activa. Ook wordt het gebruikt om de mix
van mensen in de gemeenschap te onderzoeken
en eventuele zorgpunten aan te duiden. Het project
Community Futures zet gemeenschappen aan
het denken over hun toekomst en helpt te bepalen
met welke projecten en prioriteiten de vitaliteit en
Deelnemers bundelen hun gedachten aan het einde van
de workshop over rurale inclusie
12
duurzaamheid van hun streek, dorp of stadje kan worden
behouden en verbeterd. Het proces omvat onder andere
een evaluatie van vraagstukken in verband met inclusie.
Na een masterclass waarin uitgebreid uitleg werd
gegeven over Community Futures, met allerlei case
studies en anekdotes die als illustraties werden gebruikt,
namen de deelnemers deel aan een workshop waarin
uitdagingen aan hen werden voorgesteld die ze
gezamenlijk moesten oplossen.
Het eerste vraagstuk was: “Hoe kunnen we
gemeenschappen en bedrijven bij elkaar betrekken?”
De aangedragen ideeën waren onder andere:
gezamenlijk een festival organiseren, robuuste
governancestructuren opstellen en een dynamisch
netwerk beheren; gezamenlijke ontwikkelingsplannen en
-projecten met beide sectoren opstellen, zorgen voor
goede participatie- en consultatieprocessen en zorgen
voor open en regelmatige communicatie.
Het tweede vraagstuk was: “Hoe kunnen we nieuwkomers
verwelkomen?” Enkele suggesties waren: een
welkomstpakket met stalen van plaatselijke producten
en coupons voor plaatselijke activiteiten en diensten,
een vrijwilligersdienst die nieuwkomers verwelkomt
en begeleidt, een jaarlijks welkomstfeest, zakelijk
netwerken, informatieverstrekking over de geschiedenis
en cultuur, een volledige lijst services en bedrijven voor
nieuwkomers, een rondleiding, een goede website met
een welkomstpagina, en het bakken van een cake als
welkomstgeschenk!
Een ander groeiend probleem op het platteland
is gebrek aan vervoer. Enkele oplossingen die
werden aangedragen waren: een plaatselijke
vervoersdienst, het aanmoedigen van georganiseerd
liften, betere faciliteiten voor afstands- en thuiswerk,
gezamenlijke werkplekken, (veilige) fiets- en voetpaden,
autodeelprogramma’s en betere informatievoorziening
en -kanalen.
Er kwamen nog veel meer ideeën naar voren tijdens deze
workshop, waaronder manieren om zich op verschillende
leeftijdsgroepen te richten en om vrijwilligerswerk te
ondersteunen. De lessen van deze workshop worden
samen met lessen uit de praktijk volop door de Rural
Alliances partners doorgegeven en ontwikkeld. Neem
voor meer informatie contact op met Mary Wrafter
[email protected].
December 2013
Zorgcoöperatie
Welk prijskaartje kun je op ‘zorg’ plakken? Het is van
onschatbare waarde! Veel EU-landen kampen echter
met stijgende kosten in de zorgverlening, doordat
de bevolking vergrijst en de vraag naar medische
behandelingen en services van goede kwaliteit
toeneemt, vooral op het platteland.
Een positieve reactie op de uitdaging om zorg van
goed niveau te leveren, was de oprichting van een
zorgcoöperatie door de inwoners van Oisterwijk. De
stichting wil plaatselijke mensen en diensten inschakelen
voor onmiddellijke zorg wanneer dat nodig is. De zorg
wordt plaatselijk en gezamenlijk geregeld, wat het
goedkoper en persoonlijker maakt. In veel gevallen
wordt de zorg verleend door vrijwilligers. Het type
zorgverlening wordt in kaart gebracht, er wordt bekeken
wat door vrijwilligers (familie, buren en vrienden) kan
worden gedaan en voor welke dingen specialistische
zorg nodig is. Deze wordt dan aangeschaft waar en
wanneer dat nodig is. Er zijn openbare bijeenkomsten
over zorgcoöperaties gehouden, die veel belangstelling
hebben gewekt en die de aanzet voor dit initiatief
vormden.
Laval Maynne Technopol, een Franse partner in het
project Rural Alliances, kampt met een soortgelijke
problematiek. In de streek Coëvron is het heel moeilijk,
medische professionals zoals artsen, tandartsen
en verpleegkundigen ertoe te bewegen, in een
plattelandsgebied te komen wonen en werken.
Vergadering van de zorgcoöperatie, Oisterwijk 25 sept. 2013
Door te vertellen hoe ze met samenwerkingsverbanden
werken, dragen de partners bij aan een
algemene blauwdruk voor de oprichting van een
samenwerkingsverband. Op deze manier worden de beste
ideeën uit elk samenwerkingsverband doorgegeven aan
andere rurale gebieden in Noordwest Europa.
Partners van MEDEFI en LMT (Frankrijk) en van Lochem,
Kempenland en HGW&DM (Nederland) zijn van plan, in
februari twee dagen bijeen te komen, waarbij de ene
dag gewijd zal zijn aan gezondheidszorg en de andere
aan duurzame energie. Wie meer informatie over dit plan
wenst, kan contact opnemen met:
[email protected].
Sustainable Valley Alliance
‘>4<’ de winnende formule ‘More for less!’ (meer voor
minder). Vier verschillende organisaties hebben de handen
ineengeslagen om onder de naam Duurzaamheidsvallei
duurzamheidsprojecten te ontwikkelen in de buurt van
de rivier Voorste Stroom bij Oisterwijk (Nederland). Het
samenwerkingsverband richt zich op het verbeteren van het
platteland door middel van een duurzame-energieproject
(waterkracht) en toerisme. Het samenwerkingsverband wil
jongeren en ouderen betrekken bij de bewustmaking over
deze kwetsbare vallei en bij de maatregelen die genomen
kunnen worden om hem te beschermen. De leden van
het samenwerkingsverband evalueren de goede praktijken
en methoden die door andere samenwerkingsverbanden
binnen het partnership worden gebruikt, vooral die
in verband met duurzame energie, toerisme en
natuurbehoud. Al je meer informatie wenst, mail ons dan
op: [email protected].
Duurzaamheidsvallei: langs de rivier
13
Rural Alliances Newsletter Issue 2
Efficiënt bronnengebruik: een focus van de 4e
grensoverschrijdende uitwisselingsbijeenkomst
De strategie Europe 2020 voor slimme, duurzame en
inclusieve groei omvat het bevorderen van efficiënt
bronnengebruik op het platteland, met een focus op het
faciliteren van de toevoer en het gebruik van duurzame
energie, het beschikbaar maken van fondsen voor
projecten in de gemeenschap en het gebruikmaken van
de ervaring en tijd van vrijwilligers, ondernemingen en
personeel van openbare diensten om dorpen en stadjes
nieuw leven in te blazen.
Op 8 en 9 oktober 2013 werd in Killarney, Ierland, de
4e grensoverschrijdende uitwisselingsbijeenkomst van
Rural Alliances gehouden onder leiding van South
Kerry Development Partnership. Het hoofdthema was
de versterking van de grensoverschrijdende relaties
tussen partners en samenwerkingsverbanden, met
een focus op efficiënt bronnengebruik. Bij de opening
van het evenement werden videotoespraken van de
Europarlementariërs Phil Prendergast en Sean Kelly
vertoond, waarin zij hun steun voor het werk van project
Rural Alliances uitspraken en het belang onderstreepten
van dit door de EU medegefinancierde project om rurale
gebieden in Noordwest Europa nieuw leven in te blazen.
De uitwisselingsbijeenkomst trok meer dan 170
deelnemers, waaronder veel vertegenwoordigers van
samenwerkingsverbanden in de 6 partnerlanden.
Ter illustratie van een belangrijke vereiste voor
samenwerkingsverbanden, namelijk de beschikking over
financiën, werden twee Ierse modellen van een alternatieve
bron van financiën gepresenteerd. Jim Boyle vertelde
namens Clann Credo over de financiële hulp die deze
organisatie biedt aan gemeenschappen die er niet in zijn
geslaagd, elders fondsen te werven voor hun projecten.
Clann Credo biedt leningen zonder zekerheid voor
gemeenschapsprojecten. Hun aanpak is gebaseerd op het
idee dat gemeenschappen over het algemeen stabiel zijn,
lang standhouden en er prat op gaan dat ze hun leningen
afbetalen. Daarnaast kwam dhr. John Knox namens de
League of Credit Unions uitleggen hoe ondernemingen en
leden van de gemeenschap bijdragen aan een fonds dat
geld aan gemeenschapsprojecten uitleent tegen rente. Het
Credit Union–concept sprak de andere partnerleden aan.
Zij zien het als een waardevolle manier om gemeenschapsen zakelijke groepen te financieren. De verwachting is dan
ook dat de Credit Unions in de komende periode steun en
advies aan deze partners zullen bieden.
14
De deelnemers bekijken meters waarmee elektriciteit wordt opgewekt bij een
voormalige wolfabriek aan de rivier Sheen, Kenmare.
De volgende samenwerkingssessies werden gehouden:
toegang tot de hoogste berg in de republiek Ierland,
in de Macgillycuddy’s Reeks, die deels in eigendom is
van particuliere boeren; de renovatie en ontwikkeling
van een voormalige wolfabriek; maatschappelijke en
zakelijke kansen bij de ontwikkeling van de vuurtoren van
Valentia als een toeristische attractie; de ontwikkeling
van windmolens in gemeenschappelijk eigendom van
de gemeenschap en plaatselijke ondernemingen.
Deze bezoeken en workshops bracht een schat
aan goede ideeën op, aangedragen door de
samenwerkingsverbanden en projectpartners. Bovendien
werden er contacten gelegd en afspraken gemaakt
om samen te werken en opvolgbezoeken te regelen
ter voortzetting van de samenwerking die dankzij deze
grensoverschrijdende uitwisselingsbijeenkomst is ontstaan.
December 2013
Grensoverschrijdende samenwerking nog intensiever
dankzij bilaterale bezoeken
Van 26 tot en met 28 augustus 2013 bracht een
delegatie van actieve leden en functionarissen van
samenwerkingsverbanden een driedaags bilateraal
uitwisselingsbezoek aan nationaal park Brecon Beacons
in Zuid-Wales, onder leiding van wethouder Thijs de la
Court van de Nederlandse gemeente Lochem. De twee
thema’s waren duurzame energie en toerisme, twee
thema’s die normaal gezien niet zo vaak samengaan.
Er werd bekeken hoe deze thema’s beter met elkaar
kunnen worden gecombineerd in de vorm van duurzame
initiatieven van samenwerkingsverbanden.
De medewerkers van het nationaal park vertelden op
hun beurt over hun Sustainable Development Fund,
dat steun verleent aan projecten voor duurzame
energie in de gemeenschap, en de programma’s
Ambassador en Green Business Tourism. Ook werden de
dorpjes Crickhowell, Hay-on-Wye, Talgarth en Talybonton-Usk bezocht, waar men kennismaakte met het
autodeelprogramma en het initiatief voor duurzaam
toerisme, dat inhoudt dat toeristen elektrische voertuigen
kunnen huren van plaatselijke ondernemingen.
Nederlandse en Welshe deelnemers aan het bilaterale uitwisselingsbezoek
aan nationaal park Brecon Beacons.
Mr Chips, die rijdt op gerecyclede frituurolie, kan online worden geboekt door
leden van het autodeelprogramma van Talybont-on-Usk.
De deelnemers vormden een bijzondere mix van
vertegenwoordigers uit zowel de openbare als de
privésector, die elkaar normaal gezien niet vaak
ontmoeten. De ontmoeting leidde tot innovatieve
uitwisselingen en ideeën voor toekomstige samenwerking.
De politieke vertegenwoordigers, managers en
medewerkers van het nationaal park kregen van
wethouder de la Court uitgebreid uitleg over de
ambitieuze strategie van de gemeente Lochem,
die een CO2-neutrale agenda nastreeft.
Eén resultaat van het bezoek was dat de
vertegenwoordigers van de toeristische sector in Lochem
werden aangespoord, hun eigen merkstrategie op te
stellen aan de hand van de strategie voor ecotoerisme in
Talybont-on-Usk.
15
Rural Alliances Newsletter Issue 2
Universitaire samenwerking
De voordelen van grensoverschrijdende
uitwisselingsbijeenkomsten kunnen niet worden
overschat. Tijdens de uitwisselingsbijeenkomst van
oktober in South Kerry presenteerden Ted van de
Wijdeven en Laurens de Graaf, beiden onderzoeker
aan de Tilburgse School voor Politiek en Bestuur (NL),
hun bevindingen over een uitgebreid onderzoek met
case studies, waarin ze probeerden te ontdekken
wat de cruciale mechanismen zijn in het ‘zorgen dat
rurale samenwerkingsverbanden succesvol zijn’. Vier
Brabantse plattelandsgemeenschappen werden een
jaar lang grondig bestudeerd: Burgerinitiatief Mooi
Straten, Coöperatie Biest-Houtakker, SPILL Liempde
en Leefbaarheidsgroep Gemonde. Dit zijn allemaal
initiatieven waarin burgers en/of ondernemers de motor
vormen. De voornaamste kenmerken zijn een doe-hetzelf houding, een netwerkorganisatie en ‘productieve
wanorde’. Deze samenwerkingsverbanden worden
aangedreven door vier elementen: (1) mensen; (2)
plaatselijke verankering en sociale ondersteuning; (3)
onderlinge verbanden; (4) contact & communicatie. In
hun presentatie gingen de onderzoekers dieper op elk
van deze vier factoren in en suggereerden ze enkele do’s
and don’ts.
Na afloop van de presentatie kwamen medewerkers
van de 4 aanwezige universiteiten bijeen om een
gezamenlijke module over rurale ontwikkeling op poten te
zetten, die ze voor studenten willen openstellen in 2014.
Het gaat om Lindsey Gilroy en Emma-Jayne Abbots van
de Universiteit van Wales, Trinity Saint David (VK), Brendan
O’Keeffe van Mary Immaculate College in Limerick (IE)
en Florian Warburg van de faculteit Aardrijkskunde van
de universiteit van Marburg (D). Zij willen samen met
de universiteit van Tilburg werken aan de ontwikkeling
van een gemeenschappelijke lesmodule die een
semester (ongeveer 3 maanden) in beslag neemt, met
een curriculum dat in verband staat met belangrijke
aspecten van project Rural Alliances. Eén sessie hierover
werd reeds gehouden in november 2013, met meer
dan 150 studenten aardrijkskunde van Marburg. Een
ander resultaat van de uitwisselingsbijeenkomst was
dat Universiteit Tilburg en Philipps-Universität Marburg
hebben afgesproken, volgend jaar samen met de
Nederlandstalige Rural Alliances een symposium
over de Rural Vibrancy Measuring Index te houden.
Deze samenwerkingsverbanden en gezamenlijke
ontwikkelingen gaan verder dan aan het begin
van het project werd verwacht en daaruit blijkt de
toegevoegde waarde van grensoverschrijdende
uitwisselingsbijeenkomsten en van het combineren van
het onderzoek en de ervaring van vier universiteiten in vier
Noordwest-Europese landen. Neem voor meer informatie
contact op met Florian Warburg:
[email protected].
De Rural Vibrancy Measuring Index wordt nu volop getest!
Er is een gezegde: “If you can’t measure you can’t
manage!” (“Wat je niet kunt meten, kun je niet managen.”)
De levensvatbaarheid van rurale gebieden in Noordwest
Europa loopt gevaar. Dorpen en stadjes verliezen hun
winkels, cafés, postkantoren, telefooncellen, vervoer,
scholen, jongeren, medische diensten en zelfs openbare
toiletten. Veel aspecten van de achteruitgang op het
platteland zijn zichtbaar, maar andere vallen minder
op. De Rural Vibrancy Measuring Index (RVMI) (of
plattelandsvitaliteits-index) wordt momenteel door
de partners ontwikkeld en getest als middel om de
verschillende rurale gemeenschappen en initiatieven te
meten en daardoor beter te begrijpen wat tot succes leidt
en waar steun nodig is. De index is bedoeld als middel
om basislijngegevens en bewijzen aan te reiken, goede
16
praktijken met andere rurale gebieden uit te wisselen,
modelbenaderingen voor te stellen en beleidsbeslissingen
te beïnvloeden. De index wordt momenteel in de
partnergebieden uitgetest. In South Kerry waren meer dan
86 groepen betrokken bij het testen van dit gezamenlijk
ontworpen hulpmiddel, dat kernvragen bevat voor alle
partnergebieden en daarnaast vragen over plaatselijke
ontwikkelingsvraagstukken en onderwerpen die van
bijzonder belang zijn voor South Kerry. De eerste resultaten
wijzen erop dat er veel vrijwilligers zijn die tijd en energie
steken in het in leven houden van rurale gebieden. De
ontwikkeling van de RVMI is een proces dat uit verschillende
stadia bestaat. Na deze tests wordt de methode in de
winter van 2013/14 verder verfijnd. In het voorjaar van 2014
zullen de partners de bijgewerkte versie uittesten.
December 2013
Consensus, voorbeelden en bewijzen leiden tot
invloed op beleidsmakers
Rurale ontwikkeling is een gevarieerd en divers onderdeel
van openbare beleidsvorming. Er valt van alles onder, van
onderwijs- en gezondheidszorgvoorzieningen voor rurale
bevolkingsgroepen tot het beheer van nationale parken
en uitdagingen binnen de landbouwsector. Bovendien
verschilt de problematiek per land: de vraagstukken en
uitdagingen van plattelandsbewoners in Ierland verschillen
van die in Vlaanderen en de rurale gebieden van Frankrijk.
Het belang van inzicht in deze verschillen wordt door
de EU erkend in de vorm van subsidies aan een brede
en diverse reeks initiatieven in rurale gebieden. Project
Rural Alliances vertegenwoordigt rurale gebieden in het
Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Ierland, Nederland en België.
Hoewel ze met verschillende vraagstukken te maken
hebben, zijn er ook gemeenschappelijke demografische
trends: inwijking, vergrijzing, de toenemende overheersing
van hogere inkomstengroepen en groeiende sociale en
culturele diversiteit. Andere gemeenschappelijke trends
omvatten de verdere achteruitgang van plaatselijke
diensten en een groeiende verscheidenheid in de
bedrijfstypes in rurale gebieden.
De Rural Alliances-partners hebben zichzelf tot taak
gesteld, invloed op de rurale beleidsvorming uit te
oefenen naarmate problemen ontstaan en wanneer de
consensus en de feiten erop wijzen dat wijzigingsvoorstellen
aan beslissers op verschillende regeringsniveaus van groot
belang zijn. Beleidsmakers en politici die rurale gebieden
besturen, hebben kennis nodig van de voornaamste
vraagstukken en van innovatieve maar beproefde en
rigoureuze aanpakken van die vraagstukken.
Het Policy Influence Plan van Rural Alliances helpt met
het aanduiden van beleidsmakers en beslissers in
sleutelposities en van belangrijke terreinen waarop we
beleidsvoorstellen willen aanreiken. Naarmate er steeds
meer samenwerkingsverbanden worden gevormd en
ondersteund en veel gemeenschappelijke vraagstukken
worden besproken, bijv. inclusie, financial engineering,
governance en efficiënt gebruik van bronnen en
middelen, worden er ook voorbeelden aangeduid van
uitdagingen voor de rurale ontwikkeling, zoals:
•het overhalen van jonge medische professionals om in
rurale gebieden te komen werken en wonen
•het betrekken van ouderen bij de verlening van
diensten en accommodatie, zodat ouderen en
invaliden in hun dorp kunnen blijven wonen
•het stroomlijnen van wetten en regels, zodat
duurzame-energieprojecten in de gemeenschap
sneller kunnen worden uitgevoerd en de bureaucratie
wordt teruggedrongen
•het ondersteunen van samenwerkingsverbanden
die diensten op het platteland overnemen van
de openbare sector en andere instellingen, zoals
het onderhoud van wegen en bermen, toiletten,
postkantoren, transport enz.
Gemeenschappelijke
wens
Bewijs
Gewenste
veranderingen van
stakeholders door
consensus en bewijs
Lobbystrategie
Aanduiding van
beleidsmakers en
beslissers
Beleidsdoelen
Hulpmiddelen
Context en kans
Communicatie
Communicatie
Plan voor
beleidsbeïnvloeding
Deze uitdagingen worden besproken door de
partners, samenwerkingsverbanden, leden
die helpen met beleidskwesties en advies,
stakeholders, beleidsmakers en beslissers en
organisaties die zich met de problematiek
rondom rurale ontwikkeling bezighouden.
Naarmate er meer gegevens worden
aangeleverd voor de beleidsbeïnvloeding,
kunnen de partners op plaatselijk, regionaal,
nationaal en Europees niveau gebruik maken van
de tools, relaties en mogelijkheden wanneer dit
gepast is en binnen de
juiste context. Dit wordt
ook wel het pad van
de beleidsbeïnvloeding
genoemd.
17
Rural Alliances Newsletter Issue 2
Kunnen erfgoed en stilte tot economische
ontwikkeling leiden?
De toespraak van Professor Gregory Ashworth tijdens de
openingsconferentie van Rural Alliances in Cardiff (Wales)
in juni 2012 zette de partners aan het nadenken over de
vraag of ‘erfgoed’ economische ontwikkeling teweeg
kan brengen. Hij vond dat ‘erfgoed’ iets is dat door
mensen wordt bedacht; het bestaat niet zonder context,
politiek en opvattingen. De delegatie van een van de
opkomende leden die zich met erfgoed bezighoudt en de
projectmedewerkers van de Vlaamse Landmaatschappij
werden door deze uitdaging aangezet tot de oprichting
van een samenwerkingsverband met het thema ‘Erfgoed
en stilte in de Merode’.
Het samenwerkingsverband brengt het plaatselijke
erfgoed tot leven door middel van activiteiten voor de
plaatselijke bewoners. Ook werkt het aan het opbouwen
van de gemeenschap van mensen die zich bewust zijn
van de kwaliteiten van deze regio. Twee van de leden
van dit erfgoedsamenwerkingsverband namen deel
aan de grensoverschrijdende uitwisselingsbijeenkomst in
Oisterwijk (Nederland) in oktober 2012, waar ze inspiratie
opdeden voor het ontwikkelen van erfgoedactiviteiten
om de Merode tot één gemeenschap te smeden. Hierbij
gebruikten ze het Oisterwijk-model voor het opstellen
van samenwerkingsverbanden en de bezoeken aan
samenwerkingsverbanden als uitgangspunt. Sinds het
begin van Rural Alliances werden de communicatie
en financiering van 30 activiteiten van het plaatselijke
samenwerkingsverband voor erfgoedevenementen
gesteund. Deze erfgoedactiviteiten versterken de
5 verhaallijnen van de place branding voor de
gemeenschap van mensen die in de Merode
wonen en werken of het bezoeken. Voorbeelden van
erfgoedevenementen zijn: literaire wandelingen in de
Demervallei, festivals met oude ambachten, workshops
over lokaal erfgoed voor basisscholen, begeleide
fietstochten langs routes die belangrijk waren voor de
economische ontwikkeling en geanimeerde avonden met
interactieve entertainment met oude films en traditionele
muziek en zang.
Een tweede erfgoedsamenwerkingsverband houdt zich
bezig met de samenstelling, productie en verspreiding
van erfgoedpublicaties voor domein de Merode. Dit
samenwerkingsverband houdt zich bezig met twee
concrete producten die het verhaal van de Merode
vertellen. In Kerry werd dit samenwerkingsverband door
de partners geholpen om innovatieve voorstellen te
ontwikkelen voor de financiering van het drukken en zo wijd
mogelijk verspreiden van het erfgoedboek.
Een derde erfgoedsamenwerkingsverband is een groep
mensen die ‘stilte’ als erfgoedwaarde omarmt en een
bredere gemeenschap van mensen wil bouwen. Stilte
en kalmte zijn waarden die met rurale gebieden worden
geassocieerd. Als gevolg van de demografische transitie
in rurale gebieden wonen steeds meer mensen ver bij
hun werkplek vandaan en leiden ze een druk, stressvol
bestaan. De leden van het samenwerkingsverband
voor stilte zijn ervan overtuigd dat het bouwen aan
een stiltegemeenschap in de Merode een krachtbron
zal vormen voor individuen en gemeenschappen. Dit
samenwerkingsverband organiseert activiteiten als stille
wandelingen, jaarlijkse stilteplatforms en schrijfworkshops.
Erfgoed kan misschien niet altijd economische
ontwikkeling teweegbrengen, maar de
erfgoedsamenwerkingsverbanden voegen zeker sociaal
dynamisme, integratie en rurale vitaliteit toe.
Evenement met inwoners, georganiseerd door
erfgoedsamenwerkingsverband, levert meer vitaliteit op voor de Merode (BE)
18
December 2013
Jaarevenement Interreg IVB Noordwest Europa
500 mensen namen deel aan het jaarevenement
van INTERREG Noordwest Europa op 14 november in
Roubaix (Frankrijk). Leden van het NWE-programma en
professionals uit 9 landen wisselden informatie en ideeën
uit over de gewenste resultaten van het programma
voor 2014-2020, dat focust op innovatie, verlaging
van de CO2-uitstoot en efficiënt gebruik van bronnen
en materialen. Rural Alliances werd op dit evenement
vertegenwoordigd door middel van een pop-up stand,
een poster, kaarten om deelnemers te bewegen zich
voor de sociale mediasites op te geven en een serie
banners met opmerkingen die door burgers en bezoekers
werden gemaakt tijdens een actie voorafgaand aan
het jaarevenement van het INTERREG NWE Programma
van 2008. Dat jaarevenement ging over demografische
transitie, wat heel relevant is voor Rural Alliances. De
opmerkingen op de lintenkaleidoscoop zijn nog even
relevant als toen.
De (voorlopige) thema’s voor het volgende programma zijn:
Het versterken van onderzoek, technologische
ontwikkeling en innovatie: het ontwikkelen van de
innovatiecapaciteit in Noordwest Europa op basis van
het bestaande potentieel en met de gezamenlijke
betrokkenheid van de openbare en de privésector
(in het bijzonder kleine en middelgrote ondernemingen),
evenals academische en eindgebruikers: de
zogenaamde ‘viervoudige helix’. Deze maatregel is
bedoeld om de capaciteitskloven tussen regio’s te
verkleinen en bij te dragen aan de implementatie van de
smart specialisation strategies van deelnemende regio’s.
De verschuiving naar een lage uitstoot-economie in
alle sectoren ondersteunen: investeren in het potentieel
van het gebied om klimaatverandering tegen te gaan,
vermindering van de uitstoot van broeikasgassen,
energiezuinigheid en het aandeel van duurzame
energiebronnen in de verbruiks- en productiemix.
Het milieu beschermen en energiezuinigheid
bevorderen: investeren in eco-innovatie en efficiënt
bronnengebruik. Het doel is, de ecologische voetafdruk
van menselijke activiteiten te verkleinen en de groeicurve
los te koppelen van de verbruikscurve.
Het programma zou eind 2014 moeten worden
goedgekeurd en de eerste oproep om
projectvoorstellen wordt verwacht in het
najaar van 2014.
Banners met opmerkingen van burgers, Luxemburg 2008 –
Foto: NWE Programma
19
Partners
Met Rural Alliances zullen we:
• e
en nieuw soort alliantie tussen
ondernemingen en plaatselijke
gemeenschappen (ondernemings- en
gemeenschapsallianties) vormen en
bewoners van het platteland mobiliseren,
ongeacht hun leeftijd, achtergrond of
woonstatus. Deze allianties helpen onze
gemeenschappen, zich aan te passen
aan de veranderende demografie in de
moderne rurale samenleving.
• V
an de beste kwaliteiten in
ondernemingsprincipes en
gemeenschapswaarden gebruik maken
bij de vorming van deze nieuwe allianties en
daardoor inwoners van plattelandsgebieden
in staat stellen, zelf verandering teweeg te
brengen en aan betere sociale inclusie en
een sterkere concurrentiepositie bij
te dragen.
• N
ieuwe relaties tussen de publieke sector
en rurale gemeenschappen creëren,
zodat zij tezamen de middelen en diensten
in hun gebieden kunnen beschermen
en versterken, waaronder innovatieve
financieringsvormen.
• E
en Rural Vibrancy Measuring Index
(plattelandsvitaliteits-index) opstellen
om mensen te helpen, hun gemeenschap
te evalueren en actiepunten op te stellen
voor het aanbrengen van verbeteringen.
Partners
12 partners in Noordwest Europa:
Maison de l'Emploi
du DEveloppement
de la Formation
et de l'Insertion
du Pays de Redon
Bretagne Sud
( M E D E F I )
Brecon Beacons National Park Authority (UK)
University of Wales, Trinity Saint David (UK)
Boerenbondvereniging voor Projecten vzw (BE)
Vlaamse Landmaatschappij (VLM) (BE)
Stichting Streekhuis Het Groene Woud &
De Meierij (NL)
Huis van de Brabantse Kempen (NL)
Gemeente Lochem (NL)
Philipps Universität, Marburg (DE)
South Kerry Development Partnership Ltd. (IE)
Mayo County Council (IE)
Maison de l’Emploi, du Développement, de la
Formation et de l’Insertion du Pays de RedonBretagne Sud (MEDEFI) (FR)
Laval Mayenne Technopole (FR)