Coördinator Consultvoering mw drs HHM Hegge UMCG

Download Report

Transcript Coördinator Consultvoering mw drs HHM Hegge UMCG

Coördinator Consultvoering
mw drs HHM Hegge
UMCG
interne geneeskunde
tel.: 361 2090
e-mail: [email protected]
Het contact tussen arts en patiënt heeft vrijwel altijd de vorm van een medisch consult.
Om een goed medisch consult te kunnen voeren zal de dokter moeten beschikken
over medische kennis en de juiste vaardigheden. Hij zal moeten kunnen
communiceren. Daarbij hoort ook de regie over het gesprek en contact met de patiënt.
Verder zal de dokter een adequaat lichamelijk onderzoek moeten kunnen doen en een
gepast beleid bedenken. Na het consult zelf volgt het (gestructureerd) vastleggen van
de bevindingen (de modelstatus) en eventueel de communicatie met een verwijzer (
brief)
De eerste week van iedere periode in het klinisch trainingscentrum is voor het
onderwijs in de lijn Consultvoering. De eerste periode 2 weken ( de weken C1a en
C1b); de perioden erna 1 week ( C1c, C1d en C1e).
In C1a en C1b zijn er introducties en komen de eerste praktische vaardigheden aan de
orde. In de weken C1d t/m C1e staat training in de consultvoering (gespreksvoering,
klinisch redeneren en lichamelijk onderzoek) centraal. Daarnaast is er per periode een
extra aandachtspunt (volledig algemeen onderzoek en terminologie; behandelen,
aanvragenschrijven, de acute patiënt). Bij de consultvoering werken we met
simulatiepatiënten. Veel voorkomende praktijkproblemen komen aan bod.
Studenten trainen zich in het voeren van een “modelconsult” zoals beschreven in het
boek “Medische consultvoering” en die ook in de Bachelorfase is onderwezen bij CVO.
Tevens oefenen studenten in het schrijven van een Modelstatus. Met dit lijnonderwijs
in de C1-weken gaan studenten verder in de aansluitende blokweken in het klinisch
trainingscentrum, waarin nieuwe vormen van stagespecifiek lichamelijk onderzoek en
stagespecifieke consultsituaties aan bod komen.
Ook wordt er aandacht besteed aan het zelf formuleren van ontwikkelpunten zodat die
tijdens een volgende stage gericht geoefend kunnen worden.
De student is in week C1e in staat om een volledig (model-) consult uit te voeren
(inclusief lichamelijk onderzoek, nadenken over diagnostisch en/of behandelbeleid en
verslaglegging) bij een breed scala aan patiënten met een breed scala aan problemen
en zorgvragen.
De lijn wordt afgesloten met een selectieve toets, de spreekuurtoets. De
affiliatieziekenhuizen moeten er in het tweede jaar van de masteropleiding op kunnen
rekenen dat de coassistenten in staat zijn om adequaat consulten te voeren, statussen
te maken en te leren van hun ervaringen.