ons jaarverslag 2013 - Huis van het Nederlands | West

Download Report

Transcript ons jaarverslag 2013 - Huis van het Nederlands | West

Jaarverslag 2013
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 1
INHOUDSTAFEL
1. Inleiding
2. Basiswerking (Nederlands Leren)
2.1
2.2
2.3
2.4
2.5
2.6
2.7
Wervingskanalen en gesprekken
Bereikte doelgroep
Testen
Advies en Oriëntatie
Inschrijvingen
Knelpunten
Regisseursrol wooncode
3. Taalpromotie / Nederlands Oefenen
4. Taalbeleid
5. Uitdagingen en perspectieven
6. Bronnen
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 2
1.
Inleiding
Met dit jaarverslag trachten we een zo volledig mogelijk beeld te geven van onze werking
van het jaar 2013.
Eerst geven we een overzicht van onze basiswerking (Nederlands leren), van intake tot
inschrijving bij de centra. We nemen hierbij de deelaspecten apart onder de loep.
De registratietool matrix laat ons toe om hiervoor ruimschoots gebruik te maken van
cijfermateriaal. De cijfers van de KBI zijn dan ook onze voornaamste bron. Het juist
interpreteren van het cijfermateriaal is van groot belang. Daarom trachten we, waar
mogelijk, tussen de vele grafieken door een zo objectief mogelijke verklaring te geven.
Naast de reguliere werking werkt HvN ook rond oefenkansen (Nederlands oefenen). Voor
taalpromotie kregen we terug een projectsubsidie voor een 0,5 VTE.
Een derde deel is nieuw. Sinds dit jaar ondersteunt HvN partners bij het opzetten van een
taalbeleid. Dit gebeurt in nauwe samenwerking met deSOM.
Ook dit laatste luik is heel belangrijk want het is niet alleen de anderstalige die Nederlands
moet leren en oefenen, er moet ook een kader geschapen worden dat mensen bewust
maakt van hoe men bij voorkeur met een anderstalige communiceert. Dit kader kan via
een taalbeleidsproces worden opgezet.
Onderstaand beeld vat de 3 deelluiken van HvN nog eens samen.
Nederlands
leren
Taalbeleid
Nederlands
Oefenen
Tot slot blikken we vooruit naar de toekomst en geven we de voornaamste trends en
uitdagingen mee.
Kurt Debuyck
Coördinator Huis van het Nederlands West-Vlaanderen vzw.
Een bijzondere dank gaat uit naar onze stafmedewerker, Mohammed Rabhi, voor het
aanleveren van de vele cijfers.
Maart 2014
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 3
2. Basiswerking (Nederlands Leren)
2.1 Wervingskanalen en gesprekken
In dit deel rond de basiswerking houden we de chronologische volgorde van het
oriëntatieproces aan. Daarom gaan we, vooraleer we het aantal contacten bekijken, eerst
eens na welke organisaties anderstaligen naar ons toeleiden.
Fig.1 geeft de spreiding onder de wervingskanalen weer.
Om deze cijfers zo scherp mogelijk in beeld te krijgen wordt tijdens het intake-gesprek
expliciet gevraagd of men door OCMW, Vdab, Inburgering of het Asielcentrum is
doorverwezen.
Fig 1.
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 4
Fig.2 toont ons het totaal aantal contacten verdeeld over de verschillende antennes en
opgesplitst in nieuwe en oude contacten.
Fig 2
Op provincieniveau kunnen we spreken van een lichte stijging. Vorig jaar was er nog een
status-quo.
Opvallend is de significante stijging van de antenne Oostende en vooral Kortrijk en de
fikse daling in de antenne Westhoek.
Fig. 3 toont de evolutie van het totaal aantal contacten voor de laatste 4 jaar.
werden terug meer contacten geregistreerd.
In 2013
Fig 3
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 5
Fig. 4 geeft de nieuwe contacten weer in functie van de tijd. 2013 kende dus een vrij grote
groei aan nieuwe contacten.
Fig 4
Fig.5. toont de verdeling per antenne. Kortrijk blijft met voorsprong de grootste antenne.
Let wel onder een antenne vallen ook loketten.
Voor Kortrijk is dat, naast het loket Kortrijk zelf, ook nog het loket Waregem, Menen en
Avelgem.
Voor Antenne Brugge : Brugge, Blankenberge, Knokke en Torhout.
Voor Antenne Roeselare : Roeselare, Tielt en asielcentrum Wingene
Voor Antenne Oostende : Oostende en Middelkerke
Voor Antenne Westhoek : Ieper, Koksijde, Diksmuide en Wervik
Fig 5
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 6
Fig 6 geeft het aantal contacten per loket.
Fig 6
Zoals gesteld kende het loket Kortrijk in 2013 een spectaculaire groei, in Brugge was er
een lichte afname.
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 7
2.2 : Bereikte doelgroep
In dit hoofdstuk nemen we de bereikte publiek onder de loep.
We kunnen dit vanuit verschillende invalshoeken doen. Wij kozen voor een opdeling per
moedertaal, per nationaliteit, per herkomstland, per leeftijd, per scholingsgraad, per
perspectief en o.b.v. inburgeringscontract.
We maken verschillende opdelingen zowel op provinciaal als op antenne-niveau en geven
telkens de voornaamste trend aan t.o.v. vorig jaar.
Opdeling o.b.v. moedertaal
Fig 7
De top-5 is dezelfde als vorig jaar, ook de volgorde bleef behouden.
Portugees is nieuw in deze top-15.
Opdeling o.b.v. nationaliteit
Fig 8
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 8
Ook dit is de zelfde top-5 als vorig jaar, alleen wisselden Roemenië en Afghanistan van
plaats.
Opdeling o.b.v. herkomstland
Hieronder richten we ons op het herkomstland en niet op de nationaliteit omdat we op die
manier menen een juister beeld te bekomen van de doelgroep.
Dit beeld ziet er enigszins anders uit als we dit per herkomstland bekijken, dan komt Polen
bovenaan.
T.o.v. vorig jaar is Afghanistan van plaats 3 naar plaats 5 gezakt.
Fig 9
Onderstaande tabellen geven de opdeling per herkomstland per antenne.
Ook voor Brugge nam het aantal contacten uit Afghanistan fel af.
Fig 10
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 9
In Kortrijk wisselden Frankrijk en Polen van plaats
Fig 11
In Oostende zien we dan weer het omgekeerde fenomeen : hier is er een groter aandeel
Afghanen (België en Afghanistan wisselden van plaats). Ook zien we een toename van het
aandeel Irakezen.
Fig 12
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 10
Roeselare vertoont dan weer exact dezelfde top-5 (ook qua volgorde) als vorig jaar.
Fig 13
En dit geldt ook voor de Antenne Westhoek.
Fig 14
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 11
Indeling o.b.v EU-burgerschap
Fig. 15 geeft de verhouding EU/niet EU-burgers weer.
Fig.16 en Fig.17 tonen aan dat hier een verschuiving plaatsvindt.
In verhouding komen er steeds meer mensen uit de EU naar België en minder uit de nietEU-landen. Deze trend zette zich vorig jaar al door en is nog versterkt, in zoverre zelfs
dat in bepaalde antennes het aantal EU-burgers bijna gelijk is aan het aantal niet-EU
burgers.
Wellicht is dit te verklaren door het strengere asiel- en migratiebeleid maar ook door de
economische crisis die de landen binnen de EU treft en een grotere intra-europese migratie
teweeg brengt.
Fig 15
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 12
Het aantal EU-burgers neemt vrijwel overal toe t.o.v. vorig jaar.
Fig 16
Het aantal niet-EU-burgers is stabiel of neemt eerder af.
Fig 17
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 13
Indeling o.b.v. leeftijd
85% heeft een leeftijd tussen 18 en 45 jaar.
Fig.18
Indeling o.b.v. scholing
De tendens is dat ongeveer 40% van de kandidaat-cursisten minder dan 12j
(lager + secundair onderwijs) had, voor Kortrijk is dat zelfs 50%.
scholing
Fig 19
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 14
Indeling o.b.v. perspectief
Fig. 20 geeft het perspectief waarmee anderstaligen Nederlands willen studeren. Meestal
is het perspectief een combinatie van meerdere perspectieven. Maar onze consulenten
vragen steeds naar het meest uitgesproken perspectief.
Deze verdeling is stabiel t.o.v. andere jaren.
Fig. 20
Indeling o.b.v. inburgeringscontract
Fig 21
Deze cijfers zijn gelijkaardig aan voorgaande jaren, hoewel het cijfer voor Oostende erg
hoog is.
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 15
2.3 : Testen
Hvn neemt verschillende soorten testen af : een overzicht.
Covaartesten
De covaartest is een objectieve, wetenschappelijk onderbouwde test die de leervaardigheid
meet van de cursist en zo een sterk bepalende factor is bij de adviesbepaling.
Het aantal covaartesten t.o.v. het totaal aantal nieuwe intakes ligt op 68,7% (3082 t.o.v.
4485 nieuwe intakes). Dit cijfer ligt zowat een 10% hoger dan voorgaande jaren. De
reden hiervoor is de toepassing van het nieuwe oriëntatiekader voor adviesbepaling, die de
Huizen samen ontwikkelden. Hierdoor legt iedereen die geen bachelordiploma behaalde
een covaartest af, ongeacht het herkomstland.
Lees –en schrijftesten
Deze testen worden uitgevoerd bij twijfel over de alfabetiseringsgraad van de cursist. Na
het afleggen van de lees-en schrijftest valt de cursist onder één van volgende categorieën
: niet gealfabetiseerd, zwakgealfabetiseerd en gealfabetiseerd.
In 2013 werden 444 dergelijke testen afgelegd.
Instapniveaubepalingstesten
HvN heeft de bevoegdheid om instapniveaubepalingstesten af te nemen t.e.m.
instapniveau 4.2.
Ook de centra zelf kunnen nog testen afnemen. Dit gebeurt soms nog wel in de
piekperiode maar de meeste testen worden nu door HvN afgenomen. De consulenten
werken hierbij vaak op afspraak. In de dalperiode worden ook testafnames gedaan op
dagen van algemene permanentie.
Er zijn afgelopen jaar amper heroriëntaties van niveaubepaling geweest.
Hieronder vindt u de verdeling van de afgenomen testen per antenne
Fig 22
774 niveautesten is een toename van 88% t.o.v. 2012 (in dit jaar werd wel pas vanaf mei
getest).
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 16
Sneltesten
De sneltest is een korte, mondelinge test die we uitvoeren in het kader van de regieopdracht van HvN voor het decreet Vlaamse Wooncode. Het is de bedoeling dat HvN dit
werk in de toekomst delegeert naar de huisvestingsmaatschappijen. Hiervoor organiseert
het HvN reeds vormingen. Er werden in 2013 450 dergelijke testen uitgevoerd.
COC-testen
Het HvN organiseert ook testen voor kandidaat-tolken. Dit is een opdracht die HvN
uitvoert in regie van het COC (Centrale Ondersteuningscel voor sociaal tolken).
Deze testen zijn zeer arbeidsintensief (duurt ongeveer 2 tot 3 uur per test) en vragen heel
wat organisatie maar zijn vergelijkbaar met de instaptesten bij CVO voor RG4.
Tot voor kort werden de afnames van deze testen zoveel mogelijk op één dag
geconcentreerd maar onlangs is vastgelegd om dit in 2 antennes te organiseren op heel
regelmatige basis. Zo kan men voor deze test om de 3 weken aansluiten bij de afname
van de instaptesten zowel in Brugge als Kortrijk.
In 2013 werden 25 dergelijke testen afgenomen door HvN.
Andere testen
HvN wordt ook gevraagd om andere testen af te leggen voor uiteenlopende doeleinden.
Een overzicht van waar we als HvN wel of niet een mandaat voor hebben vindt u als
bijlage bij het provinciaal afsprakenkader (PAK).
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 17
2.4 : Advies en oriëntering
Advies en doorverwijzing
Ongeveer de helft van de kandidaat-cursisten krijgt een advies ‘CVO120’ en een 20%
advies ‘CBE’. De rest krijgt het advies ‘CVO80’ of ‘CVO180’. Dit betekent echter niet dat
men ook effectief die doorverwijzing krijgt (zie hieronder).
Een kleine groep krijgt het advies ‘zonder vervolg’ : dit zijn inburgeraars of
sociaalhuurders die worden vrijgesteld.
Naar het NT2-aanbod bij Vdab en Syntra wordt nauwelijks doorverwezen.
Ons publiek zijn dan ook voornamelijk ‘starters’. Om in een Vdab of Syntra-traject in te
stappen moet je minstens een aantal niveau’s hebben afgelegd.
Uit onderstaande grafiek zou je kunnen concluderen dat er nood is aan CVO180 en CVO
80 (geringere doorverwijzing t.o.v. adviesbepaling). De ervaring leert echter dat de
aantallen CVO180 in bepaalde regio’s gewoon te klein zijn om een groep op te starten.
Wat betreft CVO80 is het zo dat cursisten ondanks deze adviesbepaling vaak om
praktische redenen voor het minder intensieve CVO120 kiezen.
In ieder geval worden deze cijfers permanent maar ook periodiek opgevolgd (in de NT2overleggen) i.h.k. van onze decretale opdracht ‘afstemmen van vraag en aanbod’.
Fig.23
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 18
We maken dezelfde oefening voor alle antennes.
We gaan de verhouding advies/doorverwijzing hieronder ook per antenne na.
We vinden telkens hetzelfde patroon terug. Bij CBE en CVO120 zijn er steeds meer
doorverwijzingen dan adviezen, bij CVO180 en CVO80 is dat net omgekeerd.
Fig. 24
Fig. 25
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 19
Fig 26
Fig. 27
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 20
Fig 28
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 21
2.5 : Inschrijvingen
Inschrijvingen per niveau
Fig.29 toont de spreiding over de verschillende niveaus aan. 37% van alle inschrijvingen
zijn ‘starters’ (alfa of 1.1). Voor 1.2 is dit 24% en voor 2.1 14 %.
Let wel, één persoon kan hier meermaals in worden opgenomen. Iemand die bv. een
verkort traject volgt schrijft zich om de paar weken in een nieuwe module in.
Fig 29
Startmomenten
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 22
Fig 30
Fig 31
Fig 32
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 23
Intensiteit
Fig 33
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 24
2.6 : Knelpunten
Met de laatste figuren pogen we nog een aantal knelpunten aan te tonen.
Uitval
Het meten van uitval behoort tot onze decretale opdracht. We proberen die dan ook zo
scherp mogelijk in kaart te brengen.
Met uitval bedoelen we hier het aantal cursisten dat naar een concrete cursus
doorverwezen werden maar zich nooit voor inschrijving in het betrokken centrum
aanmeldde.
Het meten van uitval kan voorlopig vrij makkelijk bij CVO omdat we op die cursussen
kunnen reserveren.
Bij CBE ligt dat moeilijker omdat we niet kunnen reserveren en omdat de wachttijden ook
een stuk langer zijn.
Fig. 34 toont ons de uitval bij CVO per antenne.
Fig.34
Hierbij merken we op dat er nog geen onderzoek werd gedaan naar de reden van die
uitval.
Uitval kunnen we verder ook nog definiëren als ingeschrevenen die nooit aan de cursus
deelnamen of die die cursus niet afwerken. Deze uitvalcijfers kan door de CVO aan HvN
worden doorgegeven maar dit werd hier echter niet in rekening gebracht.
We merken op dat indien er gestreefd wordt naar éénloketfuncties bv. bij groepscreenings
voor Vdab dat de uitvalcijfers veel lager liggen.
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 25
Wachtlijsten
De wachttijden en wachtlijsten zijn voor bepaalde groepen nog vrij lang, vooral dan in de
alfatrajecten. HvN zoekt samen met CBE en Vdab naar oplossingen. Vdab is bereid
(eenmalig) in te zetten op intensievere trajecten.
Een heikel punt blijft de structureel onvoldoende middelen die CBE ter beschikking hebben
en de geringe schuifmogelijkheden t.a.v. geletterheidsaanbod gezien CBE al grotendeels
op NT2 inzet.
Onder impuls van HvN deed CBE een beroep op CVO’s, met onderwijsbevoegdheid CBE,
om cursussen op CBE-niveau te organiseren zodat de wachtlijst kon worden ingekort of
weggewerkt.
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 26
2.7 : Regisseursrol HvN i.h.k. van het decreet Vlaamse Wooncode
HvN heeft een regie-rol over anderstaligen die in aanmerking komen voor een sociale
huurwoning. Onderstaande tabel heeft een overzicht van de ondernomen acties voor
2013.
Fig. 35
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 27
3.Taalpromotie / Nederlands oefenen
Context :
Taalbeleid en taalpromotie is een opdracht die o.b.v. van het nieuwe decreet Inburgering
en Integratie zal toekomen aan deSOM.
Vooralsnog is dit decreet nog niet in werking en financiert de Overheid taalbeleid (in 5
provincies, niet in West-Vlaanderen) en taalpromotie via projectmiddelen.
Opdracht en middelen:
HvN kreeg voor 2013 van de Vlaamse Overheid 0,5 VTE toegewezen voor het opzetten van
acties rond taalpromotie.
HvN kreeg in 2013 ook een projectsubsidie van de provincie West-Vlaanderen voor het
opzetten van taalstages.
3.1. Taalpromotie
Vormingen ‘duidelijk gesproken en geschreven taal’
Ook in 2013 werden weer heel wat vormingen gegeven, een 30-tal in totaal.
Deze werden gegeven aan Kind&Gezin, CVO’s, OCMW’s, Resoc,….
Ook voor 2014 staan al heel wat vormingen op stapel o.m. voor Vdab.
De projectmedewerkster taalpromotie kan voor ondersteuning en opleiding beroep doen
op de diensten van een gemeenschappelijke taalpromotiecoach die opereert vanuit HvN
Brussel.
Ook is er regelmatig overleg tussen de verschillende projectmedewerkers van alle Huizen
voor expertise-uitwisseling en opleiding.
Bijt-in-kalender Oostende
HvN ontwikkelt een kalender voor de ‘Bijt in je vrije tijd Oostende’. Daarvoor hebben we in
2013 heel wat verkennende gesprekken gevoerd met de integratiesector en de
vrijetijdssector in Oostende.
Project ‘Nederlands leren, samen proberen’ in Roeselare
HvN nam deel aan de stuurgroep ‘Nederlands leren, samen proberen’, project rond
oefenkansen van stad Roeselare in kader van Managers van Diversiteit
Ondersteuning steden en gemeenten
I.h.k. van het project talenplan voor de Stad Kortrijk zit HvN mee in verschillende
werkgroepen. Dit talenplan wordt in 2014 verder uitgewerkt.
3.2 Oefenkansen
Inleefstages
Sinds 2008 organiseert en begeleidt HvN een oefenkans o.v.v. een taalstage bij een
externe partner.
In 2013 volgden zo 7 mensen een intensieve stage van 120u.
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 28
De externe partners zijn CVO’s, bibliotheken, Sociale Huizen…waar men meestal een
administratieve taak krijgt. Ondertussen zijn er een 10-tal structurele partners en wordt
de lijst nog uitgebreid.
Uiteraard wordt er gewaakt over een voldoende oefenkans Nederlands voor de stagiair.
Let wel, dit is een oefenkans voor mensen die minimum een 2.2-certificaat hebben.
In 2014 wil HvN ook oefenkansen uitwerken voor lagere niveau’s.
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 29
4. Taalbeleid
Meer en meer vragen komen binnen rond het opzetten van een taalbeleid.
Zoals gesteld gaat deze opdracht naar deSOM.
Maar de expertise voor het opzetten van dergelijk beleid zit vooral bij de Huizen van het
Nederlands, vooral dan in Brussel en Antwerpen.
In West-Vlaanderen heeft zowel deSOM als HvN slechts een klein team dat op dit thema
werkt. Daarom werd, met de huidige context in het achterhoofd, beslist om de handen in
elkaar te slaan en samen deze vragen te beantwoorden.
De taakverdeling is duidelijk : deSOM trekt het hele proces terwijl HvN heel specifiek
wordt ingeschakeld voor de taalkundige aspecten.
Zo is HvN momenteel aan de slag in Menen voor zowel het gemeentebestuur als het
OCMW. Er is een duidelijk kader en stappenplan uitgewerkt. Dit is een proces dat zowat
een jaar zal duren en dus een intensief traject is.
Ondertussen komen nieuwe vragen binnen o.m. in De Panne.
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 30
5. Uitdagingen en perspectieven
Tot slot werpen we blik naar de toekomst.
De legislatuur is bijna om. We kregen het bericht dat er geen fusie met de Consortia meer
komt binnen deze termijn.
De plannen zijn wel niet definitief opgeborgen maar natuurlijk zal het van de nieuwe
coalitie afhangen hoe dit verhaal verder verloopt.
Niettemin staat HvN voor flink wat uitdagingen in 2014.
Er is de ombouw naar de nieuwe kruispuntbank Inburgering die ‘live’ zal werken en
toegankelijker zal zijn voor partners als OCMW en Vdab.
Vanaf 1 september 2014 wordt het taalniveau voor inburgeraars verhoogd tot niveau 1.2.
Dit zal ongetwijfeld invloed hebben op de werking van HvN en de programmatie van het
aanbod.
Voorts kunnen vanaf februari 2014 de nieuwe opleidingsprofielen voor het secundair
volwassenenonderwijs worden gebruikt. Ook dat zal zeker de werking HvN beïnvloeden,
denk maar aan de flexibilisering van het aanbod of de opmaak van nieuwe
instapniveautesten.
De centra gaven echter al aan nog te wachten tot september 2015 wanneer het gebruik
van de opleidingsprofielen verplicht wordt, er zijn momenteel immers nog geen
leerplannen.
Ook intern zijn er in het beleidsplan een aantal doelstellingen opgenomen die we in 2014
willen realiseren zoals : het bieden van oefenkansen op de lagere niveau’s, het
digitaliseren van de niveautesten, een kwalitatievere uitbouw van de intake,
groepsscreenings voor homogene groepen, een duidelijkere afstemming van vraag en
aanbod, de organisatie van een provinciaal NT2-overleg, een nauwere samenwerking met
het Onthaalbureau, reservatie voor CBE…
6.Bronnen
Alle cijfermateriaal is afkomstig uit KBI.
Jaarverslag 2013 Huis van het Nederlands vzw
Pagina 31