Een politicus die niet streeftnaar een vergaande

Download Report

Transcript Een politicus die niet streeftnaar een vergaande

01 maart 2014 © Het Financieele Dagblad
Non-fictie
Een politicus die niet streeft naar een vergaande
politieke integratie van Europa bedriegt zijn kiezers
Marcel de Boer
Volgens de jonge Vlaming
Jonathan Holslag maken
de verschillende Europese
landen zonder Europa
geen schijn van kans.
ILLUSTRATIE: RHONALD BLOMMESTIJN
H
De kracht van het paradijs,
Jonathan Holslag, De Bezige
Bij, 608 blz., € 34,99.
et verhaal lijkt glashelder.
De euro, en eigenlijk die
hele bureaucratische santenkraam van de Europese
Unie, heeft ons alleen maar ellende opgeleverd. We zijn de vrijheid kwijtgeraakt
om zelf onze toekomst uit te stippelen
en het enige wat we ervoor terug hebben gekregen is een hoge rekening. De
oplossing ligt voor de hand: we stappen
eruit. Zonder Brussel zijn we veel beter
af, zeggen politici en opiniemakers als
Geert Wilders, Thierry Baudet en Ewald
Engelen. Het is een boodschap die er in
Nederland in gaat als koek.
De eurofielen die hiertegenover staan,
hebben het moeilijk. Een pleidooi voor
Europa laat zich niet in enkele soundbites vatten. Om uit te leggen dat Europa
onontbeerlijk is, heb je nu eenmaal een
boek van algauw zeshonderd pagina’s
nodig, wordt vaak gezegd. Wel, dat boek
is er nu, een kloek werk van 608 pagina’s
welteverstaan. Een snijdende analyse
van wat er mis is in de Europese landen,
hoe het zover heeft kunnen komen en,
ten slotte, wat eraan gedaan kan worden.
Zonder Europa maken de verschillende Europese landen in ieder geval
geen schijn van kans, schrijft de jonge
Vlaming Jonathan Holslag (1981) in De
kracht van het paradijs. Of sterker, ook
als Europa blijft voortmodderen zoals
het nu al jaren doet, is het met de regio
spoedig gedaan. Slechts een Europa dat
ondubbelzinnig kiest voor een federaal
model, dat zijn status als grootmacht bevestigt met een sterke krijgsmacht en alles doet om de economie naar een hoger
groeipad te duwen, maakt nog een kans
in de Aziatische eeuw. Maar dan moet die
keuze wel snel gemaakt worden.
In soms ronkende zinnen maakt Holslag, die in het dagelijks leven leiding
geeft aan het Brussels Institute of Contemporary China Studies en bovendien
professor is aan de Vrije Universiteit
Brussel, duidelijk dat we nog altijd in een
paradijs wonen, maar op het punt staan
er hardhandig uit gegooid te worden.
‘In de nieuwe wereldorde lijkt Europa
op een pedante postmodernistische
vuurtoren en wordt de klif waarop hij is
gebouwd langzaam van onderen weggevreten door de ruwe zee’, aldus Holslag.
We moeten onder ogen zien dat Europa links en rechts wordt ingehaald door
andere landen. Onze concurrentiekracht
neemt snel af. In sectoren waarin we ons
sterk wanen, zoals telecom, dienstverlening en duurzame technologie, liggen
we al hopeloos achter op de Amerikanen
en Chinezen. Innovaties komen slecht
van de grond en onze macht om mondiale standaarden te stellen is verdampt.
Slechts door ons almaar dieper in de
schulden te steken, weten we de illusie
van voorspoed in stand te houden. Maar
hier komt een keer een einde aan en dan
zal de politiek moeten erkennen dat de
verwachtingen te hooggespannen waren.
Eigenlijk is dat proces nu al bezig,
zo laat Holslag zien. Veel mensen zien
hun baan verdwijnen naar het buitenland, begrijpen dat het werk dat ervoor
terugkomt saai en onbevredigend is en
hebben het gevoel dat hun kinderen het
moeilijker krijgen dan zij. Het is deze
groep teleurgestelden die politiek asiel
zoekt bij Wilders en consorten. Maar
in landen die de grenzen dichtgooien
ontwikkelen zich geen innovatieve en
creatieve nieuwe sectoren. Daar blijven
slechts verouderde industrieën over, die
geen waarde toevoegen en die onvoldoende geld verdienen om de welvaartsstaat in stand te houden.
Vergelijk het met de Italiaanse stadstaten ten tijde van Niccolò Machiavelli
(1469-1527). Die staten dachten dat ze
de grootmachten konden uiteenspelen,
maar uiteindelijk waren het de grootmachten die speelden met de stadstaten.
Florence, Pisa, Milaan en Genua werden
Toekomst
Als Europa zo blijft
voortmodderen, is
het volgens Holslag
met de regio spoedig
gedaan
irrelevant, verloren hun macht en dynamiek en kwamen er pas weer bovenop
toen ze opgingen in de Italiaanse staat.
Alleen door de Europese samenwerking veel verder op te voeren, kunnen de
lidstaten het lot van de Italiaanse stadstaten ontlopen. Wie met een andere oplossing komt, is in de ogen van Holslag
een bedrieger. Die brengt zijn kiezer van
de regen in de drup. Europa moet streven naar de combinatie van een Scandinavische levensstandaard, een Duits
hightechmodel en een spontaniteit zoals
die kenmerkend is voor het Middellandse Zeegebied. Dit is het grote verhaal dat
politici hun achterban moeten vertellen.
Door veel beter samen te werken, echte
Europese arbeids- en productmarkten te
creëren en een Europese bankensector
op te tuigen die ten dienste staat van de
reële economie, is het te realiseren.
Tegelijkertijd dient Europa zich als
de grootmacht te gedragen die het op
basis van de omvang van zijn economie
nog steeds is. Zo kan het ook weer een
lichtend voorbeeld voor de wereld worden en succesvol zijn waarden uitventen.
Het belang dat Europeanen hechten aan
mensenrechten, aan eerlijk zakendoen
en bijvoorbeeld aan een schoon milieu
kan slechts worden geëxporteerd als Europa zijn respect herwint, stelt Holslag.
Daartoe zal de eurocrisis — waarvan
om te beginnen al niemand begreep
waarom het rijke Europa een klein probleem zo uit de hand heeft kunnen laten
lopen — definitief opgelost moeten
worden. En bovendien zal Europa een
strategie moeten ontwikkelen voor zijn
achtertuin. De Arabische Lente moet
weer een hoopvol project worden. Want
als het niet lukt om perspectief te bieden, zal de onrust in de Arabische wereld
zich onherroepelijk naar Europa uitbreiden, onrust waar een verzwakt Europa
vermoedelijk geen antwoord op heeft.
Europa moet in de huidige multipolaire wereld een strategie van een mammoettanker uitstippelen, stelt Holslag,
maar de Vlaming is realist genoeg om te
beseffen dat het moeilijk wordt. ‘Europa
is als een zeilschool, een troepje optimistjes waarvan de schippers meer oog
hebben voor elkaars achtersteven dan
voor wat er opdoemt aan de horizon.’
Met zijn boek probeert Holslag Europa wakker te schudden en daarin slaagt
hij glansrijk. De onderbouwing van
zijn politieke manifest is ondertussen,
ondanks de vele mooie metaforen, van
een academische degelijkheid. Als hij
zich al ergens in verliest zijn het de vele
opsommingen. Gelukkig slaagt hij erin
zijn boek toch toegankelijk te houden
door de lezer veelvuldig mee te nemen
op ‘journalistieke reportage’ naar alle
uithoeken van de wereld. Al met al een
belangwekkend boek.
Marcel de Boer is redacteur van
het FD. [email protected]