Notitie Campagne - FNV Horecabond

Download Report

Transcript Notitie Campagne - FNV Horecabond

Voortgang campagne Koopkracht en Echte Banen
We hebben als FNV een succesvolle manifestatie achter de rug als aftrap van de campagne voor
Koopkracht en echte banen (30 november). Tijdens de deelbijeenkomsten hebben toen duizenden
leden met elkaar gesproken over hoe we de komende tijd met elkaar meer koopkracht en echte banen
gaan binnenhalen.
De uitkomst van de deelsessies sluit aan bij onze eigen agenda. daarbij centraal het verhaal van
onze leden uit de sectoren. Koopkracht en echte banen is het overkoepelende thema waar we voor
samen in beweging komen, maar de invulling daarvan is aan de sectoren zelf. De campagne is
daaraan ondersteunend.
Op dit moment wordt er op vier terreinen hard gewerkt aan koopkracht en echte banen:
1. Arbeidsvoorwaardencoördinatie. Inzet op koopkracht en echte banen zoals uitgewerkt in de
Arbeidsvoorwaardenagenda 2014.
2. Gemeenteraadsverkiezingen (19 maart). FNV Lokaal vraagt via debatten aandacht voor FNVstandpunten. Daarnaast richten we ons op 4 gemeenten waar we landelijk enkele thema’s
(aanbesteding, verdringing werk) op de kaart willen zetten.
3. Europese verkiezingen (22 mei). Focus ligt op deelname aan de Europese demonstratie op 4 april.
4. Den Haag: waar logische verbinding ligt met koopkracht en echte banen: bijvoorbeeld bij de aanpak
van schijnconstructies, versnelde verhoging aow-leeftijd, de participatiewet, de wet werk en bijstand.
Van essentieel belang voor deze campagne is dat we laten zien dat als werknemers in beweging
komen, mooie resultaten mogelijk zijn. Dat zien we in de logistiek, waar acties bij DSV er toe geleid
hebben dat werknemers er de komende twee jaar 5% op vooruit gaan en er meer echte banen bijkomen
voor mensen die nu onzekere contracten hebben. In de metaal, waar acties tot een flinke loonsverhoging
hebben geleid. En zowel bij de gevangenissen als in de zorg blijft er meer werkgelegenheid doordat onze
leden in beweging zijn gekomen.
Centraal bij de activiteiten in het kader van de campagne zal onze Arbeidsvoorwaardenagenda 2014
staan. In die agenda is verder uitgewerkt wat we precies over koopkracht en echte banen willen
binnen halen. De campagne heeft als doel om die inzet te realiseren.
1. Koopkracht (jan-feb)
Koopkracht speelt op verschillende manieren in onze sectoren en kan daarom ook op meerdere
manieren ingevuld worden: een loonsverhoging conform onze looneis, gelijk werk gelijk loon en een
zeker inkomen. Aan het begin van de campagne zal de nadruk vooral op koopkracht liggen. In een
aantal cao’s worden hierop de komende weken mooie resultaten verwacht. Bij Philip Morris is het
eerste succes binnen. Voor onze planning betekent dat dat we tot vlak voor de
gemeenteraadsverkiezingen koopkrachtsuccessen kunnen vieren. Tot die tijd richten we de aandacht
vestigen op sectoren die actievoeren voor meer koopkracht. Daarbij benadrukken we steeds dat die
strijd samen gevoerd wordt en brengen we kaderleden met elkaar in contact om zo elkaars acties ook
te kunnen ondersteunen.
Februari staat dus volledig in het teken van onze strijd voor meer koopkracht. Sectoren die niet de 3%
gaan halen, moeten in hun communicatie wel het belang van koopkracht benadrukken. Meer
koopkracht komt namelijk niet alleen door een procentuele loonstijging, maar ook door gelijk loon voor
gelijk werk.
Daarnaast kijken we alvast welke april-contracten ook rond de 3% uit kunnen komen, zodat we daar
alvast extra aandacht aan kunnen geven. Op die manier laten we zien dat een fatsoenlijke
loonsverhoging wel degelijk mogelijk is.
Fatsoenlijke loonsverhoging in de publieke sector
Binnen onze strijd voor meer koopkracht zoeken we binnen de publieke sectoren de verbinding. Dat is
nodig, want ondanks dat formeel de nullijn van tafel is, stelt het kabinet pas in 2015 weer geld
beschikbaar om een fatsoenlijke loonsverhoging af te spreken. In 2014 moet een eventuele
loonsverhoging uit de loonsom komen en is dus een koekje van eigen deeg. Ook in 2015 is de ruimte
zeer beperkt (1,5% waarschijnlijk op basis van het referentiemodel). Het is daarom belangrijk dat we
gecoördineerd onderhandelen en een goed voorbeeld neerzetten waar de rest op mee kan liften.
2. Echte banen (tweede helft maart-mei)
Naast koopkracht zetten we stevig in op afspraken over echte banen. Steeds meer werkenden
hebben te maken met onzeker werk, waardoor er ook onzekerheid is over het inkomen. Werkgevers
lijken zich alleen te willen houden aan het wettelijk kader, terwijl we meer hebben afgesproken rondom
het verbeteren van de positie van werknemers. Die afspraken over echte banen moeten we in onze
onderhandelingen scherp naar voren brengen.
Wat echte banen precies betekenen, verschilt per sector. Daarom is het essentieel om leden hier
invulling aan te laten geven. Waar in de ene sector de werkdruk hoog ligt doordat er veel flexkrachten
steeds weer ingewerkt moeten worden, heeft de andere sector juist te maken met veel administratieve
rompslomp waardoor werknemers geen kwaliteit kunnen leveren. De gemene deler is dat er meer
waardering voor werknemers moet komen. Dat doen we door afspraken te maken over echte banen.
Wanneer in de cao afspraken gemaakt worden over het terugdringen van onzekere contracten dan is
van belang dat zowel de vakbondsbestuurder als de kaderleden/werknemers een beeld hebben hoe
het zit met onzekere contracten en gelijk werk, gelijk loon. Daarbij is ook van belang dat waarschijnlijk
op 1 juli 2014 de nieuwe wet werk en zekerheid van kracht is. Van belang is dat afspraken die worden
gemaakt in lijn zijn met deze wet, dan wel een aanscherping van de wet. Reeds bestaande cao
afspraken ten aanzien van flex, onzeker werk moeten wellicht op basis van de nieuwe wetgeving
worden bijgesteld.
Aanbestedingen, instroombanen en verdringing
Binnen “Echte banen” zetten we extra in op aanbestedingen, instroombanen en verdringing. Het
aanbesteden van werk breidt zich steeds verder uit. Doordat daarbij vaak alleen de prijs telt, wordt er
enerzijds gedrukt op de kwaliteit van het werk (vakmanschap) en anderzijds op de kwantiteit: hetzelfde
werk moet met steeds minder collega’s gedaan worden. Deze manier van aanbesteden leidt ertoe dat
het water naar het laagste putje stroomt, een race to the bottom. De werknemers die het uiteindelijk
werk uitvoeren doen dit voor de laagste prijs en vallen vaak niet onder een cao of moeten het werk
zelfs doen met behoud van uitkering.
De gemene deler hier is dat de kwaliteit van werk en respect voor vakmanschap steeds meer onder
druk komt te staan. Voor ons staat centraal dat gelijk werk gelijk beloond dient te worden en dat er
altijd een perspectief moet zijn op een echte baan. Dat geldt voor werknemers die hun beloning en
kwaliteit van werk achteruit zien gaan, maar net zo goed voor werklozen die er alles aan doen om
weer aan de slag te komen, maar nu zonder perspectief op een echte baan aan het werk moeten.
Koopkracht en echte banen komen hier dus samen.
Met een aantal sectoren die hier mee te maken hebben stellen we samen een lijst met eisen op.
Daarbij gaat het er bijvoorbeeld om dat er niet op prijs, maar op kwaliteit wordt aanbesteed, dat
werkgevers gewoon goed werk bieden, dat aanbestedingen voor een lange tijd zijn en dat niet altijd de
EU-regels worden gebruikt.
Dat lijstje gebruiken we als inzet richting lokale politici. Voor de verkiezingen kunnen de sectoren met
die lijst lokale politici vragen dit te ondertekenen. Na de verkiezingen kan het dan als middel worden
gebruikt om de lokale afspraken ook te checken op onze voorwaarden en kunnen we zo gericht
opdrachtgevers aanspreken op onze eisen over echte banen.
Tegelijkertijd hebben we zo de tijd om met de sectoren die met aanbestedingen, instroombanen en
verdringing te maken hebben een inhoudelijke slag te maken en een eenduidige insteek vinden. Dat is
nodig omdat we nu vaak met dezelfde problemen te maken hebben, maar nog onvoldoende dezelfde
oplossingen voorstellen.