zorgovereenkomst niet-klinische ggz

Download Report

Transcript zorgovereenkomst niet-klinische ggz

3
komen overeen als volgt:
Artikel 1 – Definities
1. Hoofdbehandelaar: ggz-zorgverlener werkzaam in de praktijk, die behoort tot in ieder geval
een van de volgende beroepsgroepen: psychiater, klinisch psycholoog of BIG-geregistreerde
psychotherapeut.
2. Medebehandelaar: een zorgverlener met een van de beroepen uit de CONO-beroepentabel
voor de ggz, niet zijnde de hoofdbehandelaar.
3. CONO-beroepentabel: de beroepenstructuur van het Coördinerend Orgaan Nascholing en
Opleiding in de GGZ (CONO) waarin die beroepen zijn opgenomen, die bevoegd en bekwaam
zijn om een rol te vervullen in de (individuele diagnosegerichte) behandeling van patiënten in
de ggz.
4. GGGZ: gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg ggz.
5. Praktijk voor Kinder- en Jeugd GGGZ: een praktijk waarbij tenminste 80% van het
cliëntenbestand jonger dan 18 jaar is.
6. LSKS: Landelijke Samenwerkingsverband Kwaliteitsstandaarden in de GGz.
7. Consultatie: raadpleging van een specialist of andere behandelaar door een behandelaar ten
behoeve van de diagnostiek en/of behandeling van de cliënt.
8. Onderlinge dienstverlening: de zorg als bedoeld in artikel 1, Wmg, die door een
zorgaanbieder wordt verleend als onderdeel van een door een andere zorgaanbieder uit te
voeren prestatie. De eerstgenoemde zorgaanbieder wordt in dit kader aangeduid als
‘uitvoerende zorgaanbieder’. De laatstgenoemde zorgaanbieder wordt in dit kader aangeduid
als de ‘opdrachtgevende zorgaanbieder’.
9. Verwijsbrief: hierin staat tenminste vermeld: de NAW gegevens en de AGB-code van de
verwijzer, de NAW-gegevens en geboortedatum van de cliënt, een korte beschrijving van de
klacht/aard van de aandoening, de reden van verwijzing en, voor zover van toepassing, de
relevante voorgeschiedenis.
Artikel 2 – Inhoud van de zorgovereenkomst
1. Op deze zorgovereenkomst zijn tevens de Algemene Inkoopvoorwaarden Multizorg VRZ van
toepassing. De zorgaanbieder verklaart een exemplaar van deze voorwaarden te hebben
ontvangen en daarvan te hebben kennisgenomen.
2. De volgende bijlagen maken deel uit van deze zorgovereenkomst:
Bijlage 1: Zorgverzekeraars 2014
Bijlage 2: DBC Tarieven en prestaties Zorgovereenkomst Gespecialiseerde ggz
Vrijgevestigden 2014.
Artikel 3 – Zorg
1. De zorgaanbieder verleent aan de verzekerden van de zorgverzekeraars Gespecialiseerde
geestelijke gezondheidszorg zoals omschreven in artikel 2.4 van het Besluit zorgverzekering,
telkens voor zover het gaat om prestaties vermeld in bijlage 2.
2. De zorg wordt verleend door de hoofdbehandela(a)r(en) die werkzaam is (zijn) in de
praktijk.
3. De zorgaanbieder zal bij het verlenen van zorg handelen conform het “Convenant gepast
gebruik van zorg”, waarmee de zorgaanbieder zich bekend verklaart. Het Convenant is te
raadplegen op de website van Multizorg VRZ.
4. De zorgaanbieder zal verder rechtmatig handelen en gepast gebruik bevorderen door zich te
houden aan hetgeen gesteld in de rapporten “Geneeskundige GGZ (deel 1 respectievelijk
deel 2)” van het College voor Zorgverzekeringen, waarmee de zorgaanbieder zich bekend
verklaart. De rapporten zijn te raadplegen op de website van Multizorg VRZ.
5. De hoofdbehandelaar levert de zorg zelfstandig en persoonlijk, tenzij sprake is van een
opleidingssituatie of waarneming (Algemene Inkoopvoorwaarden Multizorg VRZ artikel 3,
4
lid 4) of de hoofdbehandelaar levert de zorg met een beperkte inzet van medebehandelaren
conform het gestelde in artikel 6 van deze zorgovereenkomst.
6. Als ten behoeve van de diagnostiek en/of behandeling van een cliënt advies van of
medebehandeling door een andere zorgaanbieder noodzakelijk is, maakt deze consultatie
c.q. zorg deel uit van het behandeltraject en wordt op basis van onderlinge dienstverlening
verrekend.
7. De zorgaanbieder biedt op verzoek van de cliënt de mogelijkheid om een deel van de
behandeling via e-health toepassingen plaats te laten vinden. De hoofdbehandelaar is daarbij
verantwoordelijk voor het monitoren van het deel van de behandeling dat plaatsvindt door
middel van de e-health toepassing. De daarmee gepaard gaande tijd wordt geschreven
binnen de oorspronkelijke DBC.
8. Als de praktijk een erkende opleidingsplaats heeft, verleent de zorgverlener in opleiding zorg
onder directe supervisie van de opleider.
Artikel 4 – Verwijzing
1. Voor Gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg is een verwijzing nodig zoals vermeld in
de polis van de verzekerde.
2. Voor de behandeling start overtuigt de zorgaanbieder zich ervan dat de verwijzing op
adequate wijze is gebeurd, bij voorkeur doordat de verwijzer gebruik heeft gemaakt van een
landelijk erkend screeningsinstrument.
3. De originele verwijsbrief dient aanwezig te zijn in het dossier dat de zorgaanbieder van de
betreffende cliënt aanlegt, en moet op verzoek van de zorgverzekeraar overlegd kunnen
worden.
Artikel 5 – Kwaliteit
1. De zorgaanbieder voldoet aan de kwaliteitsvereisten zoals deze zijn opgesteld door de
Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie (NVvP) en/of de Nederlandse Vereniging van
Vrijgevestigde Psychologen en Psychotherapeuten (NVVP) en/of het Nederlands Instituut
voor Psychologen (NIP).
2. De zorgaanbieder stelt op verzoek van de zorgverzekeraar informatie beschikbaar over de
scores met betrekking tot de door het LSKS vastgestelde prestatie-indicatoren indien deze
voor 2014 zijn vastgesteld.
3. De beroepsbeoefenaar neemt deel aan kwaliteitsbevorderende activiteiten, zoals intervisie en
intercollegiale toetsing.
4. De zorgverleners werkzaam binnen de praktijk, hebben gemiddeld tenminste 12
cliëntencontacten per week.
5. De zorgaanbieder staat ervoor in dat de praktijk voldoet aan de inrichtingseisen zoals die
door de beroepsverenigingen NVvP en/of NVVP en/of NIP zijn opgesteld.
6. De zorgaanbieder volgt, bij overdracht van een cliënt aan een andere zorgverlener c.q.
samenwerking met een andere zorgaanbieder bij de behandeling van een cliënt, de
aanbevelingen van het rapport “Handreiking Verantwoordelijkheidsverdeling bij
samenwerking in de zorg”, waarmee de zorgaanbieder zich bekend verklaart. Het rapport is
te raadplegen op de website van Multizorg VRZ.
7. De zorgaanbieder maakt bij minimaal 40% van nieuwe cliënten in het behandelproces (start
behandeling - eind behandeling) gebruik van Routine Outcome Monitoring (ROM) op basis
van wetenschappelijk gevalideerde meetinstrumenten (zoals door de beroepsgroep
geaccepteerde vragenlijsten), waarmee de effectiviteit van de behandeling wordt getoetst.
8. Uitkomsten van ROM worden met cliënten besproken waardoor de vragenlijsten integraal
deel uitmaken van de behandeling.
9. De zorgaanbieder levert zijn ROM-gegevens aan bij Stichting Benchmark GGZ (SBG). Indien
dit niet mogelijk is stelt de zorgaanbieder op verzoek de gegevens beschikbaar voor
zorgverzekeraars.
10. De zorgaanbieder werkt binnen de regio waarin hij gevestigd is, aantoonbaar samen met
huisartsen en tenminste één andere ggz-zorgaanbieder.
5
Artikel 6 - Inzet medebehandelaar
1. Bij de behandeling mag de hoofdbehandelaar beperkt medebehandelaren inzetten. Daarbij
moet het gaan om functies zoals die zijn opgenomen in de CONO-beroepentabel voor de ggz.
Medebehandelaren mogen zelfstandig tijd schrijven binnen de door de hoofdbehandelaar
geopende DBC. De behandeltijd door medebehandelaren bedraagt maximaal 20% van de
totaal binnen de DBC geregistreerde tijd.
2. Voor praktijken voor Kinder- en Jeugd GGGZ geldt dat de behandeltijd door
medebehandelaren maximaal 50% van de totaal binnen de DBC geregistreerde tijd bedraagt.
3. De zorgverlener in opleiding wordt niet beschouwd als medebehandelaar.
Artikel 7 - Praktijkomvang
1. De maximale omvang van een na 1 januari 2012 gestarte praktijk is vier fte
hoofdbehandelaren.
2. Het aantal locaties van een na 1 januari 2013 gestarte praktijk bedraagt maximaal drie. Per
behandellocatie is tijdens ten minste 80% van de openingsuren een hoofdbehandelaar
aanwezig.
3. Per fte hoofdbehandelaar bedraagt het maximaal aantal werkzame uren op jaarbasis 2080
(52 weken x 40 uren). Hiervan wordt tenminste 5% (= 104 uur) ingezet in behandelingen
die vallen in de generalistische basis ggz. Het maximaal aantal declarabele uren binnen de
DBC-registratie van de praktijk bedraagt per fte hoofdbehandelaar 120% x 1976 uren =
2371 uren.
4. Voor praktijken voor Kinder- en Jeugd GGGZ geldt een maximaal aantal declarabele uren per
fte hoofdbehandelaar van 150% x 1976 uren = 2964 uren.
Artikel 8 – Prestaties en tarieven
1. Alleen prestaties die opgenomen zijn in bijlage 2 kunnen worden gedeclareerd.
2. Van toepassing zijn de tarieven vermeld in bijlage 2.
Artikel 9 - No-show tarief
De zorgaanbieder kan in het geval een cliënt niet op zijn afspraak komt en dit niet ten minste 24
uur voor het tijdstip van de afspraak heeft gemeld, de tijd die hij niet anders kan besteden niet
registreren in de DBC-systematiek. De zorgaanbieder kan wel rechtstreeks de cliënt een
rekening sturen voor de verloren tijd. De zorgaanbieder dient hierover zijn cliënten van te voren
te informeren.
Artikel 10 - Controle verzekeringsrecht
In aanvulling op artikel 6 lid 2 van de Algemene Inkoopvoorwaarden geldt het volgende:
Bij de start van een DBC èn op het moment van declareren voert de zorgaanbieder een controle
op het verzekeringsrecht (COV) uit. Als peildatum wordt de openingsdatum van de DBC
gehanteerd. Voor de controle op verzekeringsrecht maakt de zorgaanbieder gebruik van
VECOZO.
Artikel 11 – Informatie en registratie
1. De zorgaanbieder beschikt over een actuele beschrijving van de wijze waarop DBCregistratie wordt gevoerd, declaratie plaatsvindt en invulling wordt gegeven aan de controle
daarvan. Uit deze beschrijving blijkt dat de meest recente Regeling gespecialiseerde GGZ
van de NZa en de meest recente Spelregels van DBC-Onderhoud zijn gevolgd.
2. De zorgaanbieder registreert binnen de DBC conform het gestelde in de meest recente
Regeling gespecialiseerde GGZ van de NZa.
3. Declaraties worden opgesteld conform het gestelde in de meest recente Regeling
gespecialiseerde GGZ van de NZa.
6
4. De
a.
b.
c.
d.
e.
f.
zorgaanbieder stelt op verzoek van Multizorg VRZ informatie beschikbaar betreffende:
bereikbaarheid;
openingstijden;
e-mailadres;
website;
aandachtsgebieden;
doelgroepen.
Artikel 12 - Materiële controle
In aanvulling op artikel 12 Materiële controle zoals opgenomen in de Algemene
Inkoopvoorwaarden Multizorg VRZ gelden de volgende bepalingen:
a. De zorgaanbieder zal declaraties die door de zorgverzekeraar zijn teruggevorderd op grond
van geconstateerde ondoelmatige zorg danwel onterechte declaraties niet alsnog in rekening
brengen bij de verzekerde.
b. De zorgaanbieder dient declaraties waarvan op grond van een materiële controle
is vastgesteld dat deze moeten worden gecorrigeerd zelf te corrigeren binnen een termijn
van één maand.
c. Indien de zorgaanbieder niet binnen de hiervoor genoemde termijn tot correctie overgaat,
zal de zorgverzekeraar de declaraties corrigeren op kosten van de zorgaanbieder.
Artikel 13 – Duur en einde van de zorgovereenkomst
1. De zorgovereenkomst is van kracht vanaf 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2014.
2. Wijzigingen in de samenstelling van de praktijk gedurende het jaar hebben geen gevolgen
voor deze zorgovereenkomst, tenzij de wijziging als gevolg heeft dat niet langer aan de
voorwaarden van deze zorgovereenkomst wordt voldaan. De zorgaanbieder neemt in dat
geval direct contact op met Multizorg VRZ en deze zorgovereenkomst vervalt met ingang van
de datum van de wijziging in de praktijksamenstelling.
Aldus in tweevoud opgemaakt te IJsselstein, <datum>.
Namens de zorgverzekeraars,
Multizorg VRZ B.V.,
namens de zorgaanbieder,
I.C. Castricum
Directeur a.i.
naam:
functie: