Transcript CAN-bus meting 3

Prakticum
CAN-bus
CAN-bus meting (1)
Benodigd materiaal
-elektronica prakticumset
-oscilloscoop
-multimeter
-losse (oude) computer moduul (bijv. airbag moduul)
-12V voeding
De CAN-bus zelf is niets anders dan 2 draden die door afsluitweerstanden van 120 Ω met elkaar
zijn verbonden. We kunnen deze dus gemakkelijk nabouwen met de elektronicaset. Zie:
fig. 1 en 2.
aan te sluiten moduul
aan te sluiten moduul
120 Ohm
120 Ohm
Ohmmeter
aan te sluiten moduul
aan te sluiten moduul
draadbreuk
CAN-high
120 Ohm
120 Ohm
Ohmmeter
aan te sluiten moduul
CAN-low
aan te sluiten moduul
120 Ohm
120 Ohm
Ohmmeter
Fig. 1
Fig. 2
Opdracht 1:
Bouw het circuit van fig.1 na en meet de weerstand in de drie getekende situaties:
a. De weerstand wanneer de CAN-bus is correct bedraagt ............................ Ω
b. De weerstand wanneer de CAN-bus is onderbroken bedraagt .....................Ω
c. De weerstand wanneer de CAN-bus is kortgesloten bedraagt .......................Ω
d. Verklaar nu de gemeten waarden.
Ep Gernaat
Timloto
Prakticum
CAN-bus
Opdracht 2
Sluit nu de losse moduul met CAN-aansluiting aan. In het voorbeeld wordt een airbagmoduul
gebruikt. De moduul moet aangesloten worden op een 12V voeding, waarna de inwendige CANcontroller onmiddellijk begint te zenden. We kunnen nu met een voltmeter en de oscilloscoop gaan
meten. Zie fig. 3
+12V
voltmeter
airbagmoduul
oscilloscoop
CAN-h
120 Ohm
120 Ohm
CAN-low
Fig. 3
A. Meting met de voltmeter
Meet de spanning op de CAN-bus met de voltmeter.
a. Aansluiting voltmeter tussen CAN-high en de min.
We meten dan: wat meer / wat minder dan 2,5 V.
b. Aansluiting voltmeter tussen CAN-low en de min.
We meten dan: wat meer / wat minder dan 2,5 V.
c. Aansluiting voltmeter tussen CAN-high en CAN-low
We meten dan ongeveer ....................V
d. Geef een de hand van de meting een verklaring waarom men een onderscheidt maakt tussen
CAN-high en CAN-low.
B. Meting met de oscilloscoop
Meet de spanning op de CAN-bus met de oscilloscoop.
a. Aansluiting oscilloscoop tussen CAN-high en de min.
b. Aansluiting oscilloscoop tussen CAN-low en de min.
c. Aansluiting oscilloscoop tussen CAN-high en CAN-low
d. Bepaal de baudrate van het CAN-signaal.
e. Verklaar hoe het signaal bij vraag c ontstaat uit de signalen verkregen onder vraag a en b.
f. Valt nu de (beperkte) aanwijzing van de voltmeter te verklaren uit de oscilloscoopbeelden?
Ep Gernaat
Timloto