Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014-2016

Download Report

Transcript Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014-2016

Preventie- en
Handhavingsplan
Alcohol 2014-2016
Voorkomen overmatig alcoholgebruik en handhaven
Drank- en Horecawet en exploitatie horeca
Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014 – 2016
1
Colofon
Het Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014 – 2016 is opgesteld door:
Afdeling Maatschappij
Gonda Neddermeijer | Indra Gharbharan | Elize Manschot
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand,
of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën,
opnamen of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de gemeente
Waddinxveen.
Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014 – 2016
2
Inhoudsopgave
1. Inleiding
4
2. Kader: wet- en regelgeving
2.1. Wijziging Drank- en Horecawet
2.2. Integraal beleid preventie- en handhaving alcohol
2.3. Doelgroepen van het Preventie- en Handhavingsplan
5
5
6
7
3. Probleemanalyse
3.1. Analyse lokale situatie
3.2. Cijfers alcoholgebruik regio Hollands- Midden
3.3. Omgevingsfactoren en drinklocaties
3.4. Toezicht en handhaving
3.5. Pilot toezicht 2014
8
8
8
9
11
12
4. Speerpunten en indicatoren preventie en handhaving
4.1. Speerpunten preventie
4.2. Speerpunten toezicht en handhaving
4.3. Activiteiten en indicatoren 2014 - 2016
13
13
13
14
5. Uitvoeringsprogramma
16
Bijlage 1: Wet- en regelgeving
17
Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014 – 2016
3
1. Inleiding
Voor u ligt het Preventie- en Handhavingsplan alcohol 2014-2016 van de gemeente Waddinxveen. In de
Drank- en Horecawet (hierna DHW) is de verplichting voor gemeenten opgenomen om een Preventie- en
Handhavingsplan alcohol op te stellen. Uiterlijk 1 juli 2014 dient de gemeenteraad het Preventie- en
Handhavingsplan te hebben vastgesteld (artikel 43a DHW). In dit plan moeten doelstellingen worden
beschreven, met name op het gebied van het voorkomen van overmatig alcoholgebruik onder jongeren.
Dit eerste Preventie- en Handhavingsplan bestrijkt een periode van 2,5 jaar (in plaats van vier jaar). In de
Drank- en Horecawet is geregeld dat het Preventie- en Handhavingsplan gelijktijdig met het
Gezondheidsbeleid moet worden vastgesteld, zoals bedoeld in artikel 13 van de Wet publieke gezondheid,
(met uitzondering van deze eerste keer). De beleidsperiode van dit Preventie- en Handhavingsplan is
gekoppeld aan de looptijd van de nota Lokaal Gezondheidsbeleid 2014-2016. De nota Lokaal
Gezondheidsbeleid volgt de looptijd van de huidige nota Regionaal Gezondheidsbeleid 2013-2016. Vanaf
2016 zullen beide plannen integraal worden aangeboden.
In dit voorliggende plan worden de kaders beschreven voor de preventie- en handhavingsactiviteiten met als
primaire doelen:
 het overmatig alcoholgebruik met name onder jongeren terug te dringen dan wel te verminderen;
 het toezicht op en de handhaving van de Drank- en Horecawet en de exploitatie van de horeca op
adequate wijze in te richten.
Het Preventie- en Handhavingsplan alcohol is gebaseerd op een integrale beleidsvisie. Een integrale en
daadkrachtige samenwerking tussen de partners wordt, samen met de regierol van de gemeente, gezien als
de belangrijkste randvoorwaarden voor dit Preventie- en Handhavingsplan. Na vaststelling van dit plan zal
een uitvoeringsprogramma alcohol 2014-2016 gerealiseerd worden. In het uitvoeringsprogramma (dat door
de betreffende portefeuillehouder(s) wordt vastgesteld) worden acties opgenomen waarvoor draagvlak is bij
partners en waarvoor partners hun verantwoordelijkheid nemen om deze acties te initiëren of bevorderen.
Leeswijzer
Hoofdstuk 2 beschrijft de recente wijzigingen van de Drank- en Horecawet, de integrale beleidsvisie en de
specifieke doelgroepen van het Preventie- en Handhavingsplan. Vervolgens wordt in hoofdstuk 3 de actuele
situatie in Waddinxveen beschreven op het gebied van het gebruik van alcohol als ook de handhaving van
de Drank- en Horecawet. Dit leidt in hoofdstuk 4 tot een aantal concrete speerpunten op het gebied van
preventie en toezicht op de Drank- en Horecawet en exploitatie in de periode 2014-2016. En wordt er een
aanzet gegeven tot activiteiten op het gebied van preventie en handhaving. Tot slot wordt in hoofdstuk 5
beschreven op welke wijze het uitvoeringsprogramma 2014-2016 vormgegeven gaat worden.
Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014 – 2016
4
2. Kader: wet- en regelgeving
De Drank- en Horecawet (hierna DHW) is de laatste jaren meerdere malen gewijzigd. Onderstaand wordt
een opsomming gegeven van de wijzigingen van deze wet per 1 januari 2013 en per 1 januari 2014. De
wijzigen hebben zowel betrekking op preventie als ook op toezicht en handhaving.
2.1. Wijziging Drank- en Horecawet
Per 1 januari 2013 is de gewijzigde DHW in werking getreden1. Op 1 januari 2014 is deze wet op een aantal
punten aangepast. De DHW heeft als doel om overmatig alcoholgebruik onder jongeren terug te dringen,
alcoholgerelateerde verstoring van de openbare orde aan te pakken, een bijdrage te leveren aan het
verminderen van administratieve lasten voor ondernemers en oneerlijke concurrentie tussen horeca en
paracommerciële rechtspersonen tegen te gaan.
Met de vernieuwde wet heeft de gemeente meer ruimte gekregen om haar eigen beleid te bepalen. Met
deze beleidsruimte is de gemeente beter in staat sturing te geven aan een effectieve aanpak van de
alcoholgerelateerde problematiek. De gemeente staat dicht bij de lokale problematiek en kan daardoor
gericht actie ondernemen. Daarnaast biedt de DHW kansen om verschillende beleidsvelden meer te
integreren, zoals alcoholmatiging en gezondheid, openbare orde en veiligheid en toezicht en handhaving.
Sinds de inwerkingtreding van de gewijzigde DHW op 1 januari 2013 is de gemeente verantwoordelijk voor
het toezicht op de DHW. Voorheen werd deze taak uitgevoerd door de Nederlandse Voedsel- en
Warenautoriteit (NVWA). De Drank- en Horecawet geeft gemeenten nieuwe bevoegdheden, taken en
verantwoordelijkheden bij het toezicht en handhaven van alcoholbeleid. De nieuwe Drank- en Horecawet
voorziet daarnaast ook in een uitgebreid handhavingsinstrumentarium: schorsen of intrekken van de
vergunning, opleggen van een dwangsom of bestuursdwang, sluiting van een horeca-inrichting, verwijderen
van bezoekers, opleggen van een bestuurlijke boete en toepassen van de ‘three strikes out’ maatregel.
In de Drank- en Horecawet van 1 januari 2013 zijn de volgende wijzigingen opgenomen:
 De burgemeester is belast met de uitvoering van de DHW en kan gemeentelijke toezichthouders
aanwijzen voor lokaal toezicht.
 Jongeren onder de 16 jaar die in het bezit zijn van alcoholhoudende drank in de openbare ruimte en
in voor het publiek toegankelijke ruimten, zoals horecagelegenheden, zijn strafbaar.
 Als een winkelier drie keer in één jaar het verbod op de verkoop van alcohol aan 16-minners
overtreedt, kan de burgemeester een ontzegging van de verkoopbevoegdheid opleggen voor een
periode van 1 tot maximaal 12 weken (three strikes out).
 De gemeenteraad kan toegangsleeftijden koppelen aan sluitingstijden horeca.
 De gemeenteraad kan extreme prijsacties verbieden.
 Het vergunningstelsel voor ondernemers is vereenvoudigd.
 De gemeente is verplicht om in een verordening regels te stellen aan het schenken van alcohol door
paracommerciële horeca, zoals buurthuizen, sportverenigingen en studentenverenigingen.
1
Ook de Tabakswet is per januari 2014 gewijzigd. Aan jongeren onder de 18 jaar mag geen tabak meer verkocht worden.
De Tabakswet valt niet onder de reikwijdte van dit Preventie- en Handhavingsplan.
Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014 – 2016
5
Per 1 januari 2014 zijn de eerdergenoemde wijzigingen in de Drank- en Horecawet aangevuld met twee
nieuwe bepalingen. Deze zijn:
 Verhoging van de leeftijdsgrens alcoholhoudende drank van 16 naar 18 jaar.
Vanaf 1 januari 2014 ligt de leeftijdsgrens voor de verkoop van alle alcoholhoudende drank bij 18
jaar. Aan jongeren onder de 18 mag geen alcoholhoudende drank verkocht worden. Dit geldt voor
zowel zwakalcoholhoudende- als sterk alcoholhoudende drank. Jongeren onder de 18 jaar, die in
het bezit zijn van alcoholhoudende drank op de openbare weg en in horecagelegenheden, zijn
strafbaar.
 Het verplicht opstellen van een Preventie- en Handhavingsplan alcohol.
Op basis van artikel 43a DHW moet de gemeenteraad uiterlijk zes maanden na inwerkingtreding
(uiterlijk 1 juli 2014) voor de eerste maal een Preventie- en Handhavingsplan alcohol vaststellen.
Daarna dient er elke vier jaar een Preventie- en Handhavingsplan te worden vastgesteld in relatie
met het lokaal gezondheidsbeleid. Het Preventie- en Handhavingsplan moet naast de hoofdzaken uit
het beleid met betrekking tot preventie van alcoholgebruik met name onder jongeren, ook
beschrijven op welke manier er invulling wordt gegeven aan de handhavingstaken die op grond van
de Drank- en Horecawet zijn verkregen. De uitvoering van, het toezicht op en handhaving van de
Drank- en Horecawet vallen bij de gemeente onder de bevoegdheid van de burgemeester.
In het Preventie- en Handhavingsplan alcohol wordt in ieder geval aangegeven:
 Wat de doelstellingen zijn van het preventie- en handhavingsbeleid alcohol;
 Welke acties worden ondernomen om alcoholgebruik, met name onder jongeren, te voorkomen, al
dan niet in samenhang met andere preventieprogramma’s als bedoeld in artikel 2, tweede lid,
onderdeel d, van de Wet Publieke Gezondheid;
 De wijze waarop het handhavingsbeleid wordt uitgevoerd en welke handhavingsacties in de door het
plan bestreken periode worden ondernomen;
 Welke resultaten in de door het plan bestreken periode minimaal behaald dienen te worden.
In 2013/2014 is projectmatig en vanuit verschillende beleidsvelden van de gemeente (jeugd,
gezondheidszorg, economie, veiligheid, vergunningverlening, handhaving en communicatie) gewerkt aan de
implementatie van de DHW.
2.2. Integraal beleid preventie- en handhaving alcohol
Als het gaat om alcoholpreventie en effectief alcoholbeleid, dan is een integrale benadering op de
beleidsterreinen Lokaal Gezondheidsbeleid (voorlichting en bewustwording), Integraal Veiligheidsbeleid
(beleid en handhaving) en Jeugdbeleid noodzakelijk.
Wetenschappelijke studies laten zien dat een integrale benadering van de problematiek rondom alcohol een
cruciaal kenmerk is van effectief alcoholbeleid (Reynolds, 2003). Recent onderzoek van het RIVM Centrum
voor Gezond Leven, het Nederlands Instituut voor Alcoholbeleid STAP en het Trimbos-instituut bevestigt dat
beleid op het gebied van alcoholmatiging het meest effectief is als het integraal wordt aangepakt (Mulder,
Bovens, Franken & Sannen, 2013).
Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014 – 2016
6
Het Preventie- en Handhavingsplan alcohol is gebaseerd op een integrale beleidsvisie. De belangrijkste
pijlers waarop alcoholbeleid dient te zijn gebaseerd, zijn regelgeving (grenzen stellen), handhaving (grenzen
bewaken) en publiek draagvlak (grenzen overdragen), figuur 1.
Handhaving
Regelgeving
Preventie
Educatie en
bewustwording
Figuur 1: Integraal beleidsmodel voor effectief lokaal alcoholbeleid (Reynolds, 2003)
Het creëren van bewustwording bij alcoholverstrekkers en opvoeders is een noodzakelijke voorwaarde voor
gedragsverandering bij jongeren, die ingegeven wordt door een helder beleid over alcoholpreventie. Door
het versterken van de handhaving via de mogelijkheden in de Drank- en Horecawet kunnen er aanvullende
effecten bereikt worden op het terugdringen van de beschikbaarheid van alcohol voor jongeren. Dit is ook
het uitgangspunt van het landelijke alcoholpreventiebeleid. Naast het voorkomen van schadelijk
alcoholgebruik vanuit het perspectief van de volksgezondheid en het jeugdbeleid, is het landelijke beleid ook
gericht op het terugdringen van criminaliteit en verstoringen van de openbare orde.
Een andere wijze waarop integraliteit wordt bewerkstelligd is het combineren van toezicht en handhaving
Drank- en Horecawet en exploitatie van Horeca waarvoor de regelgeving in de APV is vastgelegd.
Overigens is er meer wet- en regelgeving van toepassing. In bijlage 1 is een niet-limitatieve opsomming
gegeven van alle relevante wet- en regelgeving in het kader van horeca (exploitatie), vergunningverlening en
preventiebeleid.
2.3. Doelgroepen van het Preventie- en Handhavingsplan
Het Preventie- en Handhavingsplan alcohol moet de hoofdzaken uit het beleid met betrekking tot preventie
van alcoholgebruik met name onder jongeren beschrijven. In dit Preventie- en Handhavingsplan richten wij
ons op een bredere doelgroep en worden in ieder geval de volgende doelgroepen onderscheiden:
 Jongeren (voorkomen van drankmisbruik);
 Volwassenen (voorkomen van drankmisbruik, voorlichting opvoeders);
 Bezoekers horeca (voorkomen van drankmisbruik, voorkomen doorschenken);
 Horeca-ondernemers (kennis en naleving van de nieuwe wet- en regelgeving);
 Paracommerciële rechtspersonen (kennis en naleving van de nieuwe wet- en regelgeving);
 Detailhandel (kennis en naleving van de nieuwe wet- en regelgeving).
Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014 – 2016
7
3. Probleemanalyse
In dit hoofdstuk is de actuele situatie beschreven op het gebied van het gebruik van alcohol als ook de
handhaving van de Drank- en Horecawet. Daarnaast zijn in dit hoofdstuk ook de locaties in Waddinxveen
beschreven waar alcohol verkocht, geschonken en / of gedronken wordt.
3.1. Analyse lokale situatie
Om de doelstellingen van dit Preventie- en Handhavingsplan te kunnen formuleren is het noodzakelijk om
een probleemanalyse uit te voeren. Deze analyse geeft antwoord op de volgende vragen:



Doen er zich in Waddinxveen problemen voor op het gebied van overmatig alcoholgebruik en
toezicht en handhaving?
In welke mate zijn deze problemen te herleiden tot het naleefgedrag door burgers en bedrijven?
Wat zijn de - zichtbare en niet-zichtbare - effecten van overmatig alcoholgebruik en het niet naleven
van regels?
Om de probleemanalyse uit te voeren is een inventarisatie gemaakt van resultaten van de regionale
gezondheidspeiling, de mogelijke effecten van het verhogen van de leeftijdsgrens alcoholverstrekkers,
overlastgebieden en eventuele overlastmeldingen, het toezicht in de afgelopen jaren, de exploitatie van
afhaalrestaurants en evenementen gericht op jongeren.
3.2. Cijfers alcoholgebruik regio Hollands- Midden
In Hollands-Midden drinkt 85% van de 19-plussers alcohol, 90% van de mannen en 80% van de vrouwen.
Het percentage drinkers is iets hoger onder volwassenen (86%) dan onder ouderen (82%). Gemiddeld
drinken de drinkers ruim acht glazen alcohol per week, volwassenen acht glazen en ouderen tien glazen.
Mannen drinken gemiddeld meer glazen alcohol per week dan vrouwen (11 tegen 6). Van alle inwoners van
19 jaar en ouder is 9% een overmatige drinker (mannen minstens 21 glazen per week en vrouwen minstens
14 glazen per week). De groep overmatige drinkers is onder volwassenen en ouderen even groot. Meer
mannen (11%) dan vrouwen (8%) zijn een overmatige drinker2.
In het najaar van 2013 heeft GGD Hollands-Midden een gezondheidspeiling onder jongeren in het
voortgezet onderwijs in de regio Hollands Midden3 uitgevoerd.
De resultaten uit de gezondheidspeiling, zoals verwoord door de GGD, zijn:


Er is een ruime daling van het percentage jongeren, 11-18 jaar, dat ooit of recent alcohol heeft
gedronken. Ooit alcohol gedronken: in Zuid Holland Noord (hierna ZHN) van 59% naar 43%, in
Midden-Holland (hierna MH) van 56% naar 44%. Recent alcohol gedronken: in ZHN van 47% naar
33%, in MH van 42% naar 32%.
Twee van de vijf jongeren van 11-18 jaar in Hollands-Midden (43%) heeft wel eens alcohol gedronken, in

Onder de groep jongeren die nog geen 16 jaar is, heeft drie van de tien jongeren wel eens alcohol
2008 was dit nog drie van de vijf.
gedronken. Onder de groep jongeren van 11 t/m 13 jaar is dit 15%, bij 14/15-jarigen is dit 44%.


Het percentage jongeren dat in Hollands Midden aan bingedrinken heeft gedaan stijgt met de leeftijd
(1% 11-13 jaar, 19% 14-15 jaar en 53% 16-18 jaar).
Het percentage jongeren (11-18 jaar) dat recent aan bingedrinken heeft gedaan (vijf of meer glazen
bij één gelegenheid) is in de gemeente Waddinxveen lager dan in Hollands Midden, 20% ten
opzichte van 22%.
2
Volwassenen- en ouderenpeiling 2012 GGD HM: tabak en alcohol
3
Regio Hollands Midden: betreft de gemeenten van Zuid Holland Noord en Midden-Holland
Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014 – 2016
8



Van de Waddinxveense4 jongeren, 11-18 jaar, heeft 41% ooit alcohol gedronken ten opzichte van
43% in Hollands Midden.
In de gemeente Waddinxveen geeft 56% van de ouders/verzorgers aan het goed te vinden dat hun
kind alcoholhoudende drank drinkt of zeggen er niets van. Dit percentage komt overeen met de regio
Hollands-Midden.
Gemiddeld aantal glazen per week onder de jongeren van 11-18 jaar is in Waddinxveen: 6,2 ten
opzichte van het aantal glazen per week in de regio: 5,3. Onder de Waddinxveense 14-15 jarigen is
dit: 4,4.
Uit de kerncijfers volwassenen- en ouderenpeiling 2012 Waddinxveen kunnen de volgende resultaten
worden weer gegeven:


In Hollands-Midden is het gemiddelde percentage ouderen (65+) dat alcohol drinkt (82%) hoger dan
in Nederland (77%). In Waddinxveen is dit 79% ten opzichte van 82% in de regio Hollands Midden.
Onder volwassenen vertoont het percentage overmatige drinkers een dalende trend, van 19% in
2000/2002 naar 9% in 2012. Er is een daling zichtbaar onder het aantal volwassenen van 30 t/m 64
jaar dat overmatig alcohol gebruikt. Onder ouderen (65+) en onder volwassenen van 19 t/m 29 jaar
is geen daling zichtbaar.
3.3. Omgevingsfactoren en drinklocaties
Jongeren worden in hun omgeving voortdurend met alcohol geconfronteerd via reclame, in cafés,
supermarkten, drankketen, op school of thuis. De locaties waar jongeren alcohol drinken veranderen
naarmate ze ouder worden. De 12- en 13-jarigen drinken voornamelijk thuis alcohol. Vanaf 14 jaar verschuift
dit naar uitgaansgelegenheden zoals een discotheek of club, hokken en/of ketens of bij vrienden. Veelal
wordt aangenomen dat jongeren door de verhoogde prijzen in de horeca vaker 'indrinken' in hokken, keten
of thuis. Gevolg is dat 'indrinkers' aan het eind van de uitgaansavond gemiddeld meer hebben gedronken
dan jongeren die dat niet doen. Zij veroorzaken hierdoor meer overlast tijdens het uitgaan.
De volgende omgevingsfactoren, in willekeurige volgorde, zijn van invloed op het drinkgedrag van jongeren:
 De prijs van alcohol;
 Het beschikbare assortiment;
 Het aantal verkooppunten;
 De leeftijdsgrenzen en naleving en handhaving daarvan;
 De aanwezige promotie van alcohol;
 De normen in de sociale omgeving van het individu (bijvoorbeeld van vrienden of opvoeders);
 Het overheidsbeleid.
4
GGDHM: Kerncijfers jongerenpeiling 2013 Waddinxveen
Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014 – 2016
9
Op de volgende typen locaties wordt in Waddinxveen alcohol verkocht, geschonken en / of gedronken. De
aantallen worden weergegeven in onderstaande tabel.
Soort onderneming
(Sport)café
Restaurant
Afhaalrestaurant/Cafetaria’s
Overige horeca
Hotel
Paracommerciële
rechtspersoon
Supermarkt
Overige detailhandel
Slijterij
Discotheek
Totaal
Aantal
11
13
17
3
1
26
5
3
3
0
81
Figuur 2: Overzicht van alcoholverstrekkers in Waddinxveen (peildatum april 2014)
In de periode 2012-2014 is een belangrijk deel van de drank- en horecavergunningen geactualiseerd. Dit
traject heeft geleid tot herziening van enkele tientallen vergunningen. Met de opening van het nieuwe
centrum eind 2014 zal het aantal locaties toenemen. Deze nieuwe horecalocaties zijn nog niet opgenomen
in bovenstaande tabel.
Een korte beschrijving van een aantal typen locaties waar alcohol wordt verstrekt of wordt genuttigd wordt
hieronder weergegeven.
 Detailhandel
Waddinxveen kent 11 winkels die alcohol verkopen, te weten 5 supermarkten, 3 slijterijen en 3 overige
detailhandel. Jongeren kopen graag alcohol in supermarkten. Voor dergelijke verkooppunten geldt geen
vergunningsplicht, de bepalingen van de DHW zijn echter wel van toepassing. In 2009-2010 heeft de
gemeente vooruitlopend op de laatste wetswijziging van de DHW afspraken gemaakt met een aantal
supermarkten over de verkoop van alcohol aan jongeren. Twee supermarkten hebben destijds al de regel
ingesteld dat alleen nog alcohol verkocht wordt aan jongeren vanaf 18 jaar.
De supermarkten hanteren de afspraak dat van iedereen die er jonger uitziet dan 25 jaar en die alcohol wil
kopen het ID-bewijs gecontroleerd wordt. Zo kunnen ze beter garanderen dat ze geen alcohol verkopen aan
jongeren onder de 18 jaar.
Waddinxveen kent een aantal winkels waarbij de verkoop van alcohol specifiek is uitgesloten. Dit geldt
bijvoorbeeld voor tankstations, drogisterijen, bouwmarkten en videotheken. In 2013 heeft eenmaal
handhaving plaatsgevonden binnen een categorie waarbij de verkoop van alcohol specifiek is uitgesloten.
 Horecagelegenheden
Er zijn circa 20-25 horecagelegenheden gevestigd in Waddinxveen. Het merendeel van de
horecagelegenheden bestaat uit cafés en (afhaal)restaurants. De horecalocaties zijn verdeeld gelegen in
Waddinxveen. Enkele horecabedrijven zijn geconcentreerd in het gebied rondom de Nesse
(horecaboulevard).
Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014 – 2016
10
Waddinxveen heeft in de periode 2012-2013 een beperkt aantal overlastmeldingen ontvangen over
horecagelegenheden. Dit betreft enkele (afhaal)restaurants en cafés aan de Brederolaan, de Eikenlaan,
Kerkweg-West en de Nesse. In samenwerking met de politie hebben gesprekken met de ondernemers
plaatsgevonden en is waar nodig handhavend opgetreden.
Uit de actualisatie van vergunningen is gebleken dat een aantal afhaalrestaurants niet voldeed aan de
vergunningplicht of aan de voorwaarden in de exploitatievergunning. Dit heeft geleid tot handhaving en / of
sluiting bij een aantal afhaalrestaurants. Ook is gebleken dat het verloop van leidinggevenden en eigenaren
bij dit type restaurants groot is. Om deze reden vraagt het toezicht op met name de exploitatievergunning
extra aandacht.
 Paracommerciële rechtspersonen
Waddinxveen heeft een rijk verenigingsleven. Waddinxveen kent circa 45-50 paracommerciële
rechtspersonen, waarvan circa 20 gerelateerd zijn aan sportactiviteiten.
Enkele verenigingen hebben het beheer van het verenigingsgebouw (vastgoed) en de kantine (horeca)
ondergebracht in een beheersmaatschappij (BV). In dit geval kan het voorkomen dat de verenigingskantine
gekenmerkt moet worden als commerciële horeca. Dit betreft dan géén paracommerciële rechtspersoon. In
verenigingsgebouwen en kantines is over het algemeen veel jeugd aanwezig, toezicht op het schenken aan
minderjarigen is derhalve gewenst.
 Openbare ruimte
In elke buurt geven buurtbewoners aan overlast van jeugd te ervaren (Wijkanalyses Waddinxveen 2012). Dit
hoeft niet alcoholgerelateerde overlast te zijn, maar kan wel verband met alcoholgebruik hebben.
Waddinxveen kent een aantal hotspots met betrekking tot overlast door jeugd in de openbare ruimte. Deze
plekken zijn bekend bij de veiligheids- en jeugdregisseur van de gemeente, het jongerenwerk en de politie.
Toezicht op plekken waar jongeren elkaar graag ontmoeten is mede in het kader van de nieuwe DHW
gewenst.
 Evenementen gericht op jongeren
Waddinxveen is de afgelopen jaren geconfronteerd met spontaan georganiseerde feesten voor een jong
publiek. Dit betreft feesten die soms op een zeer laat moment bekend werden bij de gemeente en/of
waarvoor niet tijdig de benodigde vergunningen waren aangevraagd. Een integrale aanpak bij dit soort
feesten is gewenst om te kunnen beoordelen op aspecten van brandveiligheid, verkeersveiligheid, openbare
orde en veiligheid, bestemmingsplan etc. Het is wenselijk om deze evenementen eerder in beeld te krijgen,
zodat onze focus kan verschuiven van ad hoc vergunningverlening naar preventie, meedenken en adviseren
vooraf.
3.4. Toezicht en handhaving
Doel van het toezicht en de handhaving is het verbeteren van het naleefgedrag van enerzijds
alcoholverstrekkers (horeca, supermarkten, paracommerciële instellingen, etc.) en anderzijds
alcoholgebruikers (jongeren én volwassenen). Een andere doelstelling van toezicht en handhaving is het
verminderen van overlast.
Tot 1 januari 2013 werden controles van de Drank- en Horecawet uitgevoerd door de Nederlandse Voedselen Warenautoriteit (hierna NVWA). In de periode 2009 t/m 2011 heeft de NVWA 44 leeftijdsgrenzencontroles
uitgevoerd, waarvan 26 handhavingsinspecties en 18 verkenningen. Er hebben geen vergunninginspecties
of inspecties op verkoopverboden plaatsgevonden. De handhavingsinspecties richtten zich op het opsporen
van overtredingen van leeftijdsgrenzencontroles (artikel 20 DHW). Verkenningen werden anoniem
uitgevoerd en hadden als doel de hot spots na te gaan en te achterhalen op welke dagen en tijdstippen een
handhavingsinspectie zinvol is. In de genoemde periode zijn geen overtredingen geconstateerd.
Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014 – 2016
11
In maart 2012 is bij een leeftijdsgrenzencontrole een overtreding geconstateerd bij een café aan de Nesse.
In dit geval heeft handhaving plaatsgevonden door middel van een bestuurlijke boete. Over het toezicht op
de verkoop van alcohol aan jongeren in supermarkten is nauwelijks tot geen informatie bekend.
3.5. Pilot toezicht 2014
In 2013 heeft reeds handhaving plaatsgevonden op grond van de gewijzigde DHW. Daadwerkelijk toezicht
zal plaatsvinden vanaf 2014.
Zoals gebleken is in de vorige paragraaf, heeft de gemeente Waddinxveen op dit moment geen goed beeld
van het naleefgedrag. De eerste helft van 2014 is derhalve gebruikt om een goed beeld te verkrijgen van het
naleefgedrag. Hiertoe worden in de vorm van een pilot controles uitgevoerd bij alcoholverstrekkers en in de
openbare ruimte. De controles vinden plaats op basis van een steekproef van 25% van het aantal
alcoholverstrekkers. De steekproef omvat daarmee circa 25 alcoholverstrekkers. Hiervan wordt de helft in de
avonduren uitgevoerd. Op basis van de resultaten van deze controles zal in de tweede helft van 2014 het
uitvoeringsprogramma voor het aspect handhaving ingevuld worden en / of de lokale regelgeving aangepast
worden. Daarnaast leveren de controles informatie op voor de concreet uit te voeren acties in samenwerking
met de diverse partners om het naleefgedrag positief te beïnvloeden. In deze pilot wordt tevens het toezicht
en handhaving van de exploitatie van horecabedrijven en het signaaltoezicht in relatie tot
kansspelautomaten meegenomen.
De resultaten van deze pilot zijn nog niet bekend ten tijde van vaststelling van dit Preventie- en
Handhavingsplan.
Uitvoering
Controles kunnen alleen uitgevoerd worden door speciaal daartoe opgeleide buitengewoon
opsporingsambtenaren. Voor het uitvoeren van de controles wordt een samenwerking met de gemeente
Gouda aangegaan. Het zelf in dienst nemen van een toezichthouder is gegeven het aantal controles en de
benodigde specifieke kennis niet verstandig; een regionale samenwerking biedt hierbij een werkbare
aanpak. Het uitvoeren van eventuele bestuursrechtelijke handhavingstrajecten wordt in 2014 opgepakt
binnen de bestaande formatie (cluster juridische zaken). Ditzelfde geldt voor het regisseren van de toezichtsen handhavingsactiviteiten (handhavingsregisseur APV en bijzondere wetten).
Budget
Omdat toezicht en handhaving Drank- en Horecawet een nieuwe taak en nieuw beleid betreft, is bij de Burap
van november 2013 aanvullend budget verkregen voor 2014. De kosten van de controles inclusief het
opstellen van boeterapporten zijn geraamd op maximaal € 5.000. Voor de tweede helft van 2014 / 2015 en
verder zal structureel budget aangevraagd worden.
Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014 – 2016
12
4. Speerpunten en indicatoren preventie en handhaving
In dit hoofdstuk worden de speerpunten op zowel preventie als toezicht en handhaving beschreven. Deze
speerpunten vloeien voort uit de probleemanalyse zoals uiteengezet in hoofdstuk 3. Daarnaast wordt per
doelgroep de uit te voeren preventie- en handhavingsactiviteiten en indicatoren beschreven. De ambitie van
de gemeente Waddinxveen is om een doorbraak te bereiken in het anders denken over alcoholgebruik met
als resultaat ander gedrag, namelijk minder gebruik van alcohol. De combinatie van preventieactiviteiten en
handhavingsacties is het fundament van deze aanpak.
4.1. Speerpunten preventie
Hoofddoelgroep van dit Preventie- en Handhavingsplan alcohol zijn jongeren en jongvolwassenen van 12-25
jaar. Het accent ligt nadrukkelijk op de groep onder de 18 jaar, hun opvoeders en omgeving. Jongeren onder
de 18 jaar zijn fysiek nog niet volwassen en met name de hersenen zijn nog volop in ontwikkeling. Voor 1825 jarigen gaat het vooral om het voorkomen van overmatig alcoholgebruik. Naast gezondheidsproblematiek
is veiligheidsproblematiek een belangrijk aandachtspunt in deze leeftijdsgroep.
Op basis van de Drank- en Horecawet heeft gemeente Waddinxveen de volgende speerpunten
geformuleerd:
 Afname alcoholgebruik en de schadelijke gevolgen van alcoholgebruik onder de 18 jaar.
 Jongeren en hun opvoeders zijn op de hoogte van de risico’s van overmatig alcoholgebruik.
 Alcoholverstrekkers zijn zich bewust van de risico’s van alcoholgebruik onder jongere onder de 18
jaar.
 Terugdringen van de beschikbaarheid van alcohol voor jongeren.
 Afname dronkenschap met name tijdens uitgaansavonden in het publieke domein.
 Het intensiveren van vroeg signalering en kortdurende interventies bij hoog risicogroepen.
 Inzicht krijgen in het gebruik van alcohol onder jongeren van 12-25 jaar.
4.2. Speerpunten toezicht en handhaving
Het uitvoeren van toezicht en handhaving is geen doel op zich, maar is gericht op verbetering van het
naleefgedrag. Een belangrijk uitgangspunt is dat de verantwoordelijkheid voor naleving van regels in eerste
instantie bij burgers en bedrijven zelf ligt. Een ander uitgangspunt is dat er zoveel mogelijk per geval wordt
beoordeeld welke acties effectief zijn om het gewenste (naleef)gedrag te bewerkstelligen.
Vooruitlopend op de resultaten uit de pilot toezicht 2014 worden de volgende speerpunten gehanteerd voor
toezicht en handhaving:
 Toezicht op het schenken aan minderjarigen in horecagelegenheden en bij paracommerciële
rechtspersonen waar veel jeugd aanwezig is (sportkantines).
 Toezicht op risicovolle evenementen gericht op jong publiek zoals feesten.
 Toezicht op voorschriften exploitatie- en drank- en horecavergunning met als aandachtspunten:
aanwezigheid leidinggevenden, sluitingstijden en het kunnen tonen van vergunningen.
 Toezicht op de exploitatie van afhaalrestaurants.
 Toezicht op bestaande, bekende overlastplekken gericht op aanwezig hebben en drinken van
alcohol.
Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014 – 2016
13
4.3. Activiteiten en indicatoren 2014 - 2016
Doelgroep
Jongeren < 18
Speerpunten
Afname
alcoholgebruik en de
schadelijke gevolgen
van alcoholgebruik
Indicatoren
Het percentage jongeren onder de 18 jaar dat alcohol
heeft gedronken daalt de komende jaren verder van
41% naar 35%.
Aantal incidenten overtreding APV, specifiek
alcoholverbod (Politie incidentcode 3.7.3, BVH F0010).
Aantal handhavingstrajecten per jaar.
Jongeren 18-23
Afname dronkenschap
Ervaring met binge drinken, % aantal jongeren (RIVM).
En het aantal handhavingstrajecten per jaar
Afname
alcoholgebruik en de
schadelijke gevolgen
van alcoholgebruik
Aantal incidenten overtreding APV, specifiek
alcoholverbod (Politie incidentcode 3.7.3, BVH F0010).
Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014 – 2016
Mogelijke acties
• Toezicht op verkoop van alcohol aan minderjarigen
(detailhandel).
• Toezicht op het schenken aan minderjarigen in
horecagelegenheden en bij paracommerciële
rechtspersonen waar veel jeugd aanwezig is
(sportkantines).
• Toezicht op risicovolle evenementen gericht op jong
publiek zoals feesten.
• Toezicht op het aanwezig te hebben of voor
consumptie gereed te hebben van alcohol (publiek
toegankelijke inrichtingen).
• Brief sturen aan ouders bij overtreding
leeftijdsgrenzen (verkoop) en artikel 45 DHW.
• Brief sturen aan ouders bij overtreden alcoholverbod
door jongeren.
• Voorlichting over gebruik alcohol door jongerenwerk
op de middelbare school.
• Programma dat door GGD op scholen wordt
aangeboden in het kader van voorlichting alcohol,
drugs en tabak.
• Afspraken maken met horecaondernemers over
deurbeleid.
• Afspraken maken met supermarkten over
maatregelen.
• Aansluiten bij landelijke campagnes ( bijvoorbeeld de
BOB campagne).
• Voorlichting over gebruik alcohol door jongerenwerk
op de middelbare school en in de wijk.
• Toezicht op de door het college aangewezen
gebieden waar het alcoholverbod van toepassing is.
14
Afname dronkenschap
Horecaondernemers
Legitieme
bedrijfsvoering
Detailhandel
Legitieme
bedrijfsvoering
Paracommercie
Legitieme
bedrijfsvoering
Openbare ruimte
Leefbaarheid
Het percentage jongeren van 18 t/m 23 jaar dat dronken
was daalt de komende jaren verder.
Kanttekening: de leeftijdsgroep 18-23 wordt niet geheel
bereikt aangezien een deel na 18 niet meer (in
Waddinxveen) naar school gaat of voor het
jongerenwerk te vinden is.
Het jaar 2014 zal gebruikt worden om inzicht te krijgen in
het naleefgedrag door middel van de pilot toezicht 2014.
Aan de hand van deze uitkomsten worden de te behalen
resultaten geformuleerd in vorm van het aantal
handhavingstrajecten per jaar en/of per ondernemer.
Het jaar 2014 zal gebruikt worden om inzicht te krijgen in
het naleefgedrag door middel van de pilot toezicht. Aan
de hand van deze uitkomsten worden de te behalen
resultaten geformuleerd in vorm van het aantal
handhavingstrajecten per jaar en/of per ondernemer.
Het jaar 2014 zal gebruikt worden om inzicht te krijgen in
het naleefgedrag door middel van de pilot toezicht. Aan
de hand van deze uitkomsten worden de te behalen
resultaten geformuleerd in vorm van het aantal
handhavingstrajecten per jaar en/of per
paracommerciële rechtspersoon.
Aantal bekeuringen (Art 45 DHW, APV 2.48, APV 2.29,
WvSr 453) per jaar
Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014 – 2016
15
• Toezicht op het schenken aan minderjarigen in
horecagelegenheden.
• Toezicht op voorschriften exploitatie- en drank- en
horecavergunning met als aandachtspunten:
aanwezigheid leidinggevenden, sluitingstijden en het
kunnen tonen van vergunningen.
• Toezicht op verkoop van alcohol aan minderjarigen
door supermarkten en overige winkels.
• Toezicht op de exploitatie van afhaalrestaurants.
• Toezicht op het schenken aan minderjarigen bij
paracommerciële rechtspersonen waar veel jeugd
aanwezig is (sportkantines).
• Toezicht op voorschriften exploitatie- en drank- en
horecavergunning met als aandachtspunten:
aanwezigheid leidinggevenden, sluitingstijden, het
organiseren van bijeenkomsten van persoonlijke aard
en het kunnen tonen van vergunningen.
• Toezicht op bestaande, bekende overlastplekken
gericht op aanwezig hebben en drinken van alcohol.
• Toezicht op de door het college aangewezen
gebieden waar het alcoholverbod van toepassing is.
5. Uitvoeringsprogramma
In dit hoofdstuk wordt beschreven op welke wijze het uitvoeringsprogramma 2014-2016 vormgegeven gaat
worden. Essentieel onderdeel van de integrale aanpak is het in gesprek gaan met partners om concrete
maatregelen vorm te geven en zodoende de doelstelling van dit Preventie- en Handhavingsplan te bereiken.
In het uitvoeringsprogramma worden acties opgenomen waarvoor draagvlak is bij partners en waarvoor
partners hun verantwoordelijkheid nemen om deze acties te initiëren of bevorderen.
Een integrale en daadkrachtige samenwerking tussen de partners wordt, samen met de regierol van de
gemeente, gezien als de belangrijkste randvoorwaarden voor dit Preventie- en Handhavingsplan. Het belang
van die integrale en daadkrachtige samenwerking komt ook terug in de missie en visie van de organisatie
van de gemeente Waddinxveen. Daarin is onder andere verwoord dat de organisatie dienstbaar is aan de
samenleving, effectief, efficiënt, betrokken en resultaatgericht te werk gaat. De organisatie wil daarbij als
slagvaardige partner een brug slaan naar de samenleving. Een effectieve uitvoering van het Preventie- en
Handhavingsplan verlangt dat op alle thema’s en beleidsvelden nadrukkelijk wordt gehandeld in de geest
van deze missie en visie.5
In dit kader kunnen de volgende externe en interne partijen als belangrijke partners van de gemeente
worden beschouwd (niet limitatief):
Externe partners

Bureau Jeugdzorg/Jeugd- en Preventieteam

Jeugd- en jongerenwerk

Ondernemersvereniging Waddinxveen

Openbaar Ministerie arrondissementsparket ’s-Gravenhage

Nationale Politie, Regionale eenheid Den Haag

Onderwijs

GGD/CJG

HALT

Opvoeders

Horeca en paracommerciële rechtspersonen

Regiogemeenten Midden-Holland
Interne partners

Gemeenteraad, portefeuillehouder en directie

Afdeling Maatschappij op het gebied van preventie, zorg, handhaving, sociale- en fysieke veiligheid,
vergunningverlening, sociale zaken, welzijn, jeugd en onderwijs.

Afdeling Ruimte op het gebied van economie, verkeer, milieu, ruimtelijke ordening en gebied van
wijk- en buurtbeheer.

Afdeling Publieksplein op het gebied van leefbare wijken.
Met bovenstaande partners worden in het derde kwartaal van 2014 werksessies belegd om met elkaar te
komen tot integrale activiteiten. Deze activiteiten zullen voortvloeien uit de benoemde activiteiten in
indicatoren zoals in paragraaf 4.3 van dit plan. Hierbij wordt eigen initiatief en het nemen van
verantwoordelijkheid door partners en opvoeders gestimuleerd.
5
Integraal Veiligheidsbeleid 2012-2015
Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014 - 2016
16
Bijlage 1: Wet- en regelgeving
Wetgeving
De volgende wetgeving is relevant in het kader van dit Preventie- en Handhavingsplan:
 Drank- en Horecawet
Op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet is het verboden zonder daartoe strekkende vergunning
van de burgemeester het horecabedrijf of slijtersbedrijf uit te oefenen. In deze wet hebben horecabedrijf en
slijtersbedrijf betrekking op lokaliteiten waar alcoholhoudende drank wordt verkocht.
Op grond van artikel 35 van de Drank- en Horecawet kan de burgemeester ten aanzien van het verstrekken
van zwak-alcoholhoudende drank en op aanvraag ontheffing verlenen voor speciale gelegenheden zoals
evenementen.
 Milieu: Activiteitenbesluit
Horecabedrijven belasten in mindere mate het milieu. Voor de meeste horecabedrijven geldt dat zij de
exploitatie van een horecabedrijf moeten melden aan de gemeente (melding milieubeheer) en dienen te
voldoen aan algemene milieuvoorschriften als gesteld in het Activiteitenbesluit. Deze voorschriften hebben
onder meer betrekking op zaken als geluidhinder, terrassen, geurhinder, indirecte hinder en afvalstoffen.
Ook wanneer men van plan is een horecabedrijf uit te breiden of te veranderen, is men meestal verplicht dit
te melden. Overtredingen van de voorschriften worden gehandhaafd op grond van de Wet algemene
bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en het Activiteitenbesluit.
 Brandveiligheid: Bouwbesluit
Om een gebouw of ander bouwwerk brandveilig te gebruiken, moet een aantal maatregelen worden
genomen. Zo moeten bedrijven en inrichtingen zich houden aan het Bouwbesluit 2012. In bepaalde gevallen
is het noodzakelijk om te beschikken over een omgevingsvergunning voor brandveilig gebruik of een
gebruiksmelding te doen.
Naar aanleiding van de brand in Volendam is er veel aandacht voor de controle van horecaondernemingen.
Er bestaan wettelijke voorschriften voor onder andere brandmeld- en ontruimingsalarminstallaties,
blusmiddelen, uitgangen en vluchtroutes, installaties voor verwarming en kookdoeleinden, stoffering en
versiering en verlichtingsinstallaties en -toestellen. Overtredingen van de voorschriften worden gehandhaafd
op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en het Bouwbesluit.
 Wet op de kansspelen
Ondernemers moeten zich houden aan de Wet op de kansspelen. Bij het organiseren van een kansspel
zoals een loterij, een bingo of een prijsvraag, is in bepaalde gevallen een vergunning nodig. Voor het
plaatsen van een gokautomaat of kansspelautomaat in een bedrijf is altijd een aanwezigheidsvergunning
nodig.
Regelgeving
De volgende regelgeving en beleid is relevant in het kader van dit preventie- en handhavingsplan:
 Bestemmingsplannen
De horecafunctie in relatie tot planologisch gebruik is vastgelegd in de bestemmingsplannen van
Waddinxveen. Overtredingen van de voorschriften worden gehandhaafd op grond van de Wabo.
Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014 - 2016
17
De eisen rondom (ondersteunende) horeca wordt in de bestemmingsplannen van Waddinxveen verschillend
beschreven. Het is aan te bevelen om - voor een adequate wijze van handhaving en goede uitlegbaarheid
naar bewoners en bedrijven - in de komende jaren eenduidig beleid te realiseren voor (ondersteunende)
horeca.
De huidige situatie is als volgt:
o Horecafunctie
In planologisch opzicht is er een onderscheid tussen de horecafunctie en de detailhandelfunctie. De Raad
van State heeft hier het volgende over gezegd:
De Afdeling heeft onder meer in haar uitspraak van 1 augustus 1997, no. H01.96.0862, overwogen dat een
wezenlijk kenmerk van een horecabedrijf is dat daar bedrijfsmatig dranken en etenswaren worden verstrekt
teneinde deze ter plaatse te nuttigen. Daarin onderscheidt een zodanig bedrijf zich van inrichtingen c.q.
winkels waar dranken en etenswaren uitsluitend worden verkocht en waar niet door middel van bijvoorbeeld
de aanwezigheid van zitplaatsen uitdrukkelijk de gelegenheid wordt geboden het gekochte onmiddellijk te
nuttigen.
Deze uitspraak houdt in dat een onderneming, waar alleen wordt afgehaald en bezorgd, in planologisch
opzicht niet valt onder horeca, maar onder detailhandel. Tevens bestaat de vraag of een bestemming er voor
kan zorgen dat in sommige panden (bijvoorbeeld een Chinees restaurant) zowel horeca als detailhandel
(‘afhaalchinees’) mogelijk is.
o Ondersteunende horeca
In het bestemmingsplan Van Station tot Hefbrug is de volgende bepaling opgenomen:
Bij de detailhandelsfunctie is ondersteunende horeca toegestaan, met dien verstande dat maximaal 30% van
het bruto vloeroppervlak van de detailhandelsvestiging mag worden gebruikt ten behoeve van horeca, tot
een maximum van 20 m2.
Ondersteunende horeca wordt daarbij omschreven als: binnen een bestemming waarvan de functie een
andere dan horeca is maar waar men ten behoeve van de hoofdfunctie een ruimte specifiek heeft ingericht
voor de consumptie van drank en etenswaren. Dit betekent dat bijvoorbeeld een cafetaria of afhaalpizzeria
binnen detailhandel past, maar ondergeschikt daaraan ook producten kan verkopen die voor directe
consumptie zijn bedoeld. De ondergeschiktheid is evenwel lastig vast te stellen.
 Exploitatievergunning: Algemene Plaatselijke Verordening6
Op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) dienen horecabedrijven, ook als ze geen alcohol
schenken, te beschikken over een exploitatievergunning. De exploitatievergunning is noodzakelijk voor het
handhaven van de openbare orde.
Het toetsingskader voor de exploitatievergunning staat in artikel 2:27 van de APV:
horecabedrijf: de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof
zij bedrijfsmatig was logies wordt verstrekt of dranken worden geschonken of rookwaren of spijzen voor
directe consumptie worden bereid of verstrekt. Onder een horecabedrijf wordt in ieder geval verstaan: een
hotel, restaurant, pension, café, cafetaria, snackbar, discotheek, buurthuis of clubhuis. Onder horecabedrijf
wordt tevens verstaan een bij dit bedrijf behorend terras en andere aanhorigheden.
6
Conform de model APV van de VNG zal bij herziening van de APV Waddinxveen de terminologie horecabedrijf worden vervangen
door openbare inrichting.
Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014 - 2016
18
In deze definitie is niet vastgelegd dat de voor directe consumptie bereidde spijzen ter plaatse moeten
worden geconsumeerd. Dat betekent dat een onderneming die alleen aan afhalen en bezorgen doet, zonder
tafels om aan te eten, toch een exploitatievergunning nodig heeft (2:28 lid 1 APV), ondanks dat de
onderneming in planologisch opzicht onder ‘detailhandel’ valt.
De exploitatievergunning is ook benodigd voor ondernemingen om openingstijden te hanteren die ruimer zijn
dan de Winkeltijdenwet. Zonder exploitatievergunning zou een detailhandel in Waddinxveen immers niet 's
avonds na 22.00 uur of op zondag open mogen zijn, zo blijkt uit artikel 2 lid 1 van Winkeltijdenwet. In de APV
is geregeld dat horecabedrijven van maandag tot en met vrijdag geopend mogen zijn tussen 06:00 en 00:45
uur. In het weekend is de eindtijd 01:45 uur.
 Paracommerciële horeca: Algemene Plaatselijke Verordening
Paracommerciële rechtspersonen zijn stichtingen, verenigingen en andere organisaties die zich vooral op
het gebied van sport en recreatie inzetten. De precieze definitie is te vinden in artikel 1 van de Drank- en
Horecawet. Een vorm van kantine-exploitatie, die als een normale nevenactiviteit van paracommerciële
instellingen beschouwd kan worden en plaatsvindt tijdens activiteiten binnen het kader van de doelstelling, is
toegestaan.
De Drank- en Horecawet (artikel 4) verplicht gemeenten regels op te stellen voor paracommerciële
rechtspersonen ter voorkoming van oneerlijke mededinging ten opzichte van de reguliere horeca. Hiertoe is
per 1 januari 2014 artikel 2:34a in de APV opgenomen. In dit artikel worden de schenktijden van alcohol
vastgelegd, alsook het verbod op het organiseren van bijeenkomsten van persoonlijke aard en het verbod
om alcoholhoudende drank te schenken tijdens bijeenkomsten die gericht zijn op personen welke niet of niet
rechtstreeks bij de activiteiten van de desbetreffende rechtspersoon betrokken zijn. Voor dit laatste bestaat
een ontheffingsmogelijkheid.
 Standplaatsen: Algemene Plaatselijke Verordening
Gemeente Waddinxveen kent een standplaatsvergunning. In de algemene voorschriften die worden
verstrekt staat dat er geen andere goederen ter verkoop mogen worden aangeboden dan die waarvoor deze
vergunning geldt. Er mag geen alcoholhoudende drank worden aangeboden.
 Beleidsnota horecaterrassen gemeente Waddinxveen
Het doel van de nota terrassenbeleid is helderheid te geven in beleid, regelgeving, uitvoering en handhaving.
Een terras maakt deel uit van het horecabedrijf waarvoor de burgemeester een vergunning verleent of
weigert. Wanneer een exploitatievergunning wordt aangevraagd, dient daarbij te worden aangegeven of er
een terras zal worden geëxploiteerd. De plattegrondtekening van het terras maakt onderdeel uit van de
drank- en horecavergunning en de exploitatievergunning.
 Besluit Verbod Alcoholgebruik Openbare Weg
In een aantal aangewezen gebieden is het verboden op de weg alcoholhoudende drank te vervoeren of te
nuttigen of aangebroken of gesloten flessen, blikjes en dergelijke met alcoholhoudende drank bij zich te
hebben, wanneer daarmee wordt beoogd op de weg alcoholhoudende drank te nuttigen.

Beleidsplan Integraal Veiligheidsbeleid 2012-2015 (IVB) en Uitvoeringsprogramma Integraal
Veiligheidsbeleid 2012-2013
Een aantal thema’s in het IVB zijn gerelateerd aan alcoholgebruik: overlastgevende jeugd, individuele
probleemjongeren en veilig uitgaan. De uitvoering van dit preventie- en handhavingsplan levert een bijdrage
aan de kwalitatieve doelstellingen die binnen genoemde thema’s zijn gesteld. Jongeren die overlast
veroorzaken zijn al jaren een punt van aandacht in de gemeente Waddinxveen, waarbij de problematiek
gekenmerkt wordt door algemene overlastmeldingen, vernielingen en overmatig alcoholgebruik.
Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014 - 2016
19
In het uitvoeringsprogramma IVB 2012-2013 is een aantal activiteiten opgenomen die gerelateerd zijn aan
alcoholgebruik. Binnen het thema Individuele Probleemjongeren wordt ingezet op repressief optreden
waarbij correctie en zorg hand in hand gaan. Middels een alcoholverbod op aangewezen plekken (zie het
Besluit Verbod Alcoholgebruik Openbare Weg)verwijzingen naar Bureau Halt, vroegsignalering en het
betrekken van ouders wordt hier concreet invulling aan gegeven.). Daarnaast staan de aanpak van
alcoholgebruik onder jongeren en de handhaving van para-commerciële horeca geagendeerd in het
uitvoeringsprogramma IVB 2014-2015.
 Visie jeugdbeleid 2009-2012
In dit beleid wordt verslaving in algemene zin als thema benoemd. Voorlichting en advies wordt als
instrument aangegeven om dit onderwerp onder de aandacht te brengen bij jongeren.
 Lokaal gezondheidsbeleid 2014-2016
De speer- en actiepunten die genoemd zijn in het Preventie- en Handhavingsplan alcohol worden
meegenomen in het lokaal gezondheidsbeleid.
 Alcoholmatigingsbeleid
Het thema alcoholmatiging vraagt om een integrale aanpak en is een doorlopend proces. Voor een sluitend
verhaal is het van belang om op verschillende gebieden interventies te plegen: regelgeving,
educatie/bewustwording en handhaving.
In de regio Hollands Midden is in 2009 een gezamenlijk Bestuurlijk Overleg Alcoholmatiging Hollands
Midden (BOA) in het leven geroepen. Daarin werken bestuurders uit diverse sectoren samen.
Doel is om alcoholgebruik bij jongeren zoveel mogelijk te voorkomen en, waar wel alcohol gedronken wordt,
overmatig gebruik tegen te gaan. Een gezamenlijke en gecoördineerde aanpak, op basis van een inmiddels
vastgestelde visie, opdracht en werkplan ligt hieraan ten grondslag. Die visie gaat uit van de volgende vier
pijlers:
- Alcoholbeleid moet gedragen worden door de bevolking (versterking publiek draagvlak);
- De geldende regels moeten optimaal benut worden. Aanscherping van regelgeving waar mogelijk en
wenselijk (balans tussen regelgeving en naleving);
- Zonder daadwerkelijke handhaving zijn regels krachteloos (doel- en resultaatgerichte naleving);
-
Voorkomen is beter dan genezen (vroeg signalering en preventie).
Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2014 - 2016
20