Personeelsbeleid - VZW Katholiek Basisonderwijs

Download Report

Transcript Personeelsbeleid - VZW Katholiek Basisonderwijs

VZW Katholiek Basisonderwijs Meeuwen-Gruitrode
Breekiezel 27, 3670 Meeuwen-Gruitrode
PERSONEELSBELEID
1 maart 2014
Inhoud:
1. Principes en stappenplan
1.1. Volledig vastbenoemden
1.2. Onvolledig vastbenoemden
1.3. TADD
1.4. Tijdelijken met dienst
1.5. Tijdelijken die solliciteerden
2. Gebruik van de lijst
3. Afspraken
4. Vervangingen
5. Voorrangsregeling tijdelijke aanstelling
5.1. Voorwaarden recht op TADD
5.2. Berekening dienstanciënniteit
5.3. Voor welke vacatures
5.4. Volgorde van voorrang
5.5. Verlies van recht op TADD
5.5. Afwezigheid bij aanstelling TADD
6. Bijlagen: Coaching en evaluatie van leerkrachten
6.1. Schema voor functioneringsgesprekken
6.2. Functioneringsverslag
6.3. Evaluatieverslag met eindconclusie
VZW Katholiek Basisonderwijs Meeuwen-Gruitrode
2/10
Inleiding
Voor het voeren van een personeelsbeleid in de scholen Meeuwen-Gruitrode steunen we op het
decreet Rechtspositie van 27 maart 1991 zoals gewijzigd en op de module 3 (personeelsbeleid)
uit de vormingscyclus voor leden Inrichtende Macht. Uit module 3 nemen we als leidraad de
krachtlijnen (p. 4, 5 en 6).
1. Principes en stappenplan bij het inschakelen van leerkrachten
1.1. Eerst worden de volledig vastbenoemden ingeschakeld.
De volledig vastbenoemden worden zoveel mogelijk ingeschakeld in de school waar ze
vastbenoemd werden (principe: personeelsbeleid per school).
In het geval er in een school niet genoeg vacante uren zijn voor de inschakeling van alle
vastbenoemde leerkrachten en de boventallige leerkracht kan wel ingeschakeld worden in een
verlof van een collega uit de eigen school, dan proberen we die boventallige leerkracht te
plaatsen in vacante uren in een andere school maar presteert hij/zij in werkelijkheid in de eigen
school (administratieve verwisseling van een vastbenoemde met een tijdelijke leerkracht).
We vermijden het pendelen van vastbenoemde leerkrachten naar verschillende scholen.
Vandaar: vastbenoemde leerkrachten krijgen zoveel mogelijk in een school van de inrichtende
macht een volledig ambt.
Indien een boventallige leerkracht volledig geaffecteerd moet worden naar een andere school,
dan wordt die leerkracht beschouwd als een leerkracht van die tweede school.
Die geaffecteerde leerkracht kan op vraag van het schoolbestuur en indien hij/zij dat wenst terug
naar de school van herkomst als in zijn/haar oorspronkelijke school voldoende uren beschikbaar
zijn.
1.2.
Vervolgens worden de onvolledige vastbenoemde leerkrachten ingeschakeld.
De onvolledig vastbenoemde leerkrachten worden zoveel mogelijk in de eigen school
ingeschakeld (principe: personeelsbeleid per school). Het pendelen tussen verschillende scholen
wordt ook bij hen zoveel mogelijk vermeden (zelfde principes als in 2.1.).
Voor de opvulling van hun opdracht gaan ze vóór de tijdelijke leerkrachten.
Opmerking: volgens de huidige wetgeving kan dit niet altijd, bijvoorbeeld bij vervanging van
een vastbenoemd personeelslid in een loopbaanonderbreking.
De leerkrachten van 1.2 en 1.3 worden op één lijst geplaatst.
VZW Katholiek Basisonderwijs Meeuwen-Gruitrode
3/10
1.3.
Dan schakelen we de TADD’ers1 in (binnen het schoolbestuur verspreid over
minstens 3 schooljaren)
Er wordt een lijst2 opgemaakt van deze TADD’ers gerangschikt volgens het aantal dagen dat ze
reeds presteerden in de scholen van het schoolbestuur en met o.a. de eindbeoordeling3 door het
schoolbestuur opgesteld, aan de hand van verslagen van directie en/of begeleiding. Deze lijst
wordt elk schooljaar voor 1 september opgesteld. De TADD’ers worden na een interim terug
ingeschakeld naargelang hun plaats op de lijst (in een lopend schooljaar wordt de rangschikking
niet aangepast volgens het aantal gepresteerde dagen).
Een TADD’er die een aangeboden interim weigert, wordt gevraagd dit schriftelijk te bevestigen.
Het schoolbestuur zal telkens wanneer een weigering van interim zich voordoet aan de hand van
de motieven die door de TADD’er worden aangehaald, beslissen welke sancties er zullen worden
opgelegd.
1.4.
Dan worden de tijdelijken met reeds diensten in onze scholen maar nog niet
TADD’er ingeschakeld.
Er wordt een lijst2 opgemaakt van alle tijdelijken die reeds werkzaam zijn geweest binnen onze
scholengemeenschap.
Alle tijdelijke leerkrachten die een interim(s) doen, worden door de directies continu opgevolgd.
Indien ze in totaal 30 dagen hebben opgebouwd, krijgen ze een evaluatie. Op het einde van het
schooljaar wordt de volgorde op de prioriteitenlijst bepaald aan de hand van de opgemaakte
evaluaties. Leerkrachten met een mindere of negatieve evaluatie kunnen hierdoor in een lagere
categorie op de lijst geplaatst worden.
Leerkrachten van Meeuwen-Gruitrode (afkomstig en/of wonende) worden geïntegreerd in de
lijst, boven de leerkrachten van buiten Meeuwen-Gruitrode met minder dan 30 gepresteerde
dagen en boven de leerkrachten met een mindere of negatieve evaluatie, maar onder de
leerkrachten van zowel binnen als buiten Meeuwen-Gruitrode met meer dan 30 gepresteerde
dagen en een positieve evaluatie.
TADD = tijdelijke aanstelling van doorlopende duur; TADD’ers hebben minstens 720 dagen dienst bij het schoolbestuur
verspreid over drie schooljaren. TADD betekent niet noodzakelijk reaffectatievrij.
1
De lijst vermeldt: naam en voornaam, aantal dagen dienst bij het schoolbestuur en dagen dienst daarbuiten, soort
voorrang (onvolledig vastbenoemd of TADD), eindbeoordeling door het schoolbestuur, al dan niet reaffectatievrij, school
waar ze vorig schooljaar presteerden, kolom met ambten waarvoor gekandideerd wordt, gevolgde cursussen voor de
bijzondere leermeesters.
2
Drie mogelijkheden: goed en mag terug ingeschakeld worden / voldoende en mag terug ingeschakeld worden maar
moet op volgende punten (…) begeleid worden / onvoldoende omwille van volgende punten (…) en wordt niet meer
ingeschakeld.
3
VZW Katholiek Basisonderwijs Meeuwen-Gruitrode
4/10
De prioriteitenlijst wordt opgebouwd uit 4 categorieën:
Alle leerkrachten met:
- >30 gepresteerde dagen
- EN een positieve evaluatie
(algemene volgorde bepaald aan de hand van het aantal gepresteerde dagen)
Leerkrachten afkomstig en/of wonende in Meeuwen-Gruitrode met <30 gepresteerde dagen.
Nieuwe leerkrachten afkomstig en/of wonende in Meeuwen-Gruitrode.
-
Leerkrachten wonende buiten Meeuwen-Gruitrode met < 30 gepresteerde dagen
Of Leerkrachten met > 30 gepresteerde dagen, maar met een mindere of negatieve
evaluatie
Personeelsleden met verschillende opdrachten die voor 1 of meerdere opdrachten vastbenoemd
zijn, zullen hun plaats op de lijst bewaren (wanneer de leerkracht meer dan 960 dagen dienst
heeft in dit ambt zal het schoolbestuur deze uren voor deze opdrachten beschouwen als ganse
dagen) in de andere opdrachten, ook al presteren ze voor die opdracht minder dan 12 u.
Deze lijst wordt elk schooljaar voor 1 september opgesteld. De tijdelijken worden na een interim
terug ingeschakeld naargelang hun plaats op de lijst (in een lopend schooljaar wordt de
rangschikking niet gewijzigd).
Deze tijdelijken kandideren elk jaar schriftelijk bij het schoolbestuur (voor 15 juni) en richten
hun schrijven aan de coördinator voor het personeelsbeleid van het schoolbestuur.
1.5.
Inschakeling van de leerkrachten met nog geen diensten in onze scholen die bij
het schoolbestuur schriftelijk gekandideerd hebben.
Van deze leerkrachten wordt eveneens een lijst 4 opgemaakt. In de maand september/oktober
worden er door een afvaardiging van het schoolbestuur en de directies sollicitatiegesprekken
georganiseerd voor de kandidaten afkomstig en/of wonende in Meeuwen-Gruitrode.
Op deze lijst worden volgende gegevens kort vermeld: naam en voornaam, al of niet reaffectatievrij, de scholen
waarvoor de leerkracht kandideert, eerste indruk bij het sollicitatiegesprek (indien reeds gepasseerd), relevante
gegevens zoals de woonplaats en geboortedatum, telefoonnummer, de school die het diploma heeft uitgereikt, de datum
van uitreiking en de behaalde graad, interessante vaardigheden, aanbevelingen door bepaalde personen…
4
VZW Katholiek Basisonderwijs Meeuwen-Gruitrode
5/10
2.
Gebruik van de lijst
Bij de voorbereiding van het personeelsbeleid voor een volgend schooljaar worden eerst alle
gegevens over het personeelsbeleid waarover we kunnen beschikken in kaart gebracht zoals het
aantal lestijden per school, de boventallige leerkrachten, het aantal en soort verloven, de
bevallingsverloven en ziekteverloven die voorzien kunnen worden…
Eerst schakelen we de vastbenoemden en de onvolledig vastbenoemden in volgens de principes
vermeld in 1.1 en 1.2.
Dan wordt er nagegaan hoeveel voltijds en deeltijdse opdrachten er nog dienen ingevuld te
worden en in welke scholen.
We nemen de lijst van onvolledig vastbenoemden en TADD’ers waarop de leerkrachten
gerangschikt werden volgens het aantal gepresteerde dagen binnen onze scholen en er wordt
nagegaan hoeveel leerkrachten er in aanmerking kunnen komen voor een opdracht. Alle
leerkrachten zonder negatieve evaluatie komen in aanmerking.
Vervolgens verdelen we de opdrachten onder deze leerkrachten en schakelen hen bij voorkeur
in de school in waar ze voordien presteerden (we hanteren hierbij dus zoveel mogelijk het
principe van een personeelsbeleid per school).
De afspraak is ook dat we in principe niemand inschakelen voor enkele uren (minder dan
halftijds) omdat deze leerkrachten dan tijdens het schooljaar uitgesloten zijn van eventuele
interims of aanvullingen van hun opdracht. We geven die enkele uren aan tijdelijke leerkrachten
met een onvolledige opdracht uit een andere school. Indien we genoodzaakt zijn toch enkele
uren aan een leerkracht toe te kennen en deze weigert deze uren te aanvaarden, dan dient
hij/zij zijn motieven hieromtrent schriftelijk aan de coördinator voor het personeelsbeleid van
het schoolbestuur kenbaar te maken; de uiteindelijke beslissing zal dan genomen worden door
het schoolbestuur.
We gaan tenslotte dan ook nog eens na of deze verdeling pedagogisch verantwoord is (lees: in
het belang van de kinderen). Zeer uitzonderlijk kan dit de aanleiding zijn om een bepaalde
tijdelijke leerkracht het schooljaar niet te laten beginnen en haar bij een latere interim in te
schakelen. Bijvoorbeeld: de opdracht van een zorgleerkracht geven we bij voorkeur aan een
leerkracht die ervaring in de zorgklas heeft opgedaan of aan iemand met relatief veel
gepresteerde dagen in onze scholen en die de cursus van zorg heeft gevolgd. Een ander
voorbeeld: de opdracht van een leermeester godsdienst geven we in overleg met de inspectie
Rooms-Katholieke Godsdienst aan een leerkracht die een bijkomende cursus catechese heeft
gevolgd.
Dan wordt het schooljaar gestart met deze verdeling. In principe wordt in het belang van het
kind de verdeling van de opdrachten van deze ingeschakelde leerkrachten in de loop van het
schooljaar niet meer gewijzigd, ook als achteraf zou blijken dat door daaropvolgende interims
een andere organisatie mogelijk is.
Bij alle interims (kort of lang) die zich daarna aandienen worden de tijdelijke leerkrachten
ingeschakeld volgens hun plaats op de lijst. Bij beëindiging van een interim en bij een positief
advies van de directie aan het schoolbestuur ter continuering van deze leerkrachten in onze
scholen worden deze leerkrachten opnieuw geplaatst op de lijst en worden ze opnieuw
ingeschakeld volgens hun plaats op de lijst.
Indien er zich op hetzelfde moment meerdere interims aandienen dan worden de tijdelijke
leerkrachten zoveel mogelijk geplaatst in de school waar ze reeds voorgaande interims
presteerden. Bij twijfel of discussie wordt er door de (coördinerende) directeur overleg gepleegd
met de personeelsverantwoordelijke van het schoolbestuur.
Tenslotte nog dit: na overleg in het schoolbestuur en rekening houdend met de geldende
onderwijswetgeving kan het schoolbestuur uitzonderlijk afwijken van de in deze tekst vermelde
afspraken. Ze zal deze uitzondering motiveren indien ze dat kan én wenst te doen.
Uitzonderingen maken wordt evenwel niet de regel.
VZW Katholiek Basisonderwijs Meeuwen-Gruitrode
6/10
3.
3.1.
Nog enkele afspraken
De directies stellen in hun personeelsbeleid de begeleiding van alle leerkrachten
centraal5.
De directies zullen de mogelijkheden tot bijscholing hieromtrent benutten.
3.2.
Voor het opvolgen van niet-TADD leerkrachten maken de directies gebruik van
de uitgeschreven documenten i.v.m. coaching en evaluatie. Dit document is
goedgekeurd op de LOC-vergadering van 29 september 2005.
Zie bijlagen: map samengesteld door afvaardiging personeel en directies.
De directies maken per schooljaar minstens twee verslagen van alle tijdelijke leerkrachten die
voor een gans schooljaar ingeschakeld worden. Het eerste verslag bezorgen ze voor 15 januari
en het tweede voor 15 mei aan de coördinator en alle directies.
De directies geven in hun verslagen geobserveerde feiten weer en baseren zich o.a. op
klasbezoeken. Bij twijfel over bepaalde leerkrachten kunnen ze advies vragen aan de diocesane
begeleider.
3.3.
De observatieverslagen van zowel korte als lange interims liggen ter inzage bij
de directie en de coördinator voor het personeelsbeleid.
De betrokken leerkracht kan deze observatieverslagen ten alle tijden gaan inkijken; hierbij kan
hij/zij zich laten bijstaan door de L.O.C.-of syndicale afgevaardigde;
3.4.
Het schoolbestuur maakt minstens tweemaal per schooljaar (een eerste keer na
15 januari en het tweede na 15 mei maar voor 25 mei) een bilan op van het
gevoerde personeelsbeleid.
Er wordt een overzicht opgesteld van alle interimarissen met vermelding van de naam en
voornaam, de school, de data van begin en einde van de interim, welke leerkracht vervangen
werd, voor hoeveel lestijden, in welk leerjaar en een samenvatting van de verslagen.
Voor 25 mei evalueert het schoolbestuur de interimarissen en beslist ze of er een ontslag moet
gegeven worden. Ze steunt hierbij op de adviezen in verslagen van de directies en de diocesane
begeleidingsdienst. Vooraleer het schoolbestuur een beslissing neemt, kan ze zowel de directie
als het personeelslid uitnodigen voor een gesprek.
3.5.
De lijsten worden elk schooljaar uiterlijk 1 september opgemaakt door de
coördinator voor het personeelsbeleid.
3.6.
Het schoolbestuur houdt elk jaar een functioneringsgesprek met de directies.
Begeleiding = sollicitatiegesprekken voeren, leerkrachten opvangen, een begeleider voor de nieuwe collega’s
aanstellen, klasbezoeken organiseren, functioneringsgesprekken houden…
5
VZW Katholiek Basisonderwijs Meeuwen-Gruitrode
7/10
3.7.
De coördinator voor het personeelsbeleid wordt
schoolbestuur door de voorzitter.
aangeduid binnen het
Deze coördinator behartigt volgende taken:
● de tijdelijken volgens de afspraken inschakelen
● de lijsten aanvullen
● aanwervingscontracten handtekenen
● te contacteren door de directies bij interims. Bij afwezigheid van de coördinator
personeelsbeleid van het schoolbestuur, wordt de directeur-coördinator6 gecontacteerd.
Indien ook deze afwezig is, overleggen de overige directies onderling en wordt er een
beslissing genomen in overeenstemming met de gangbare afspraken. Deze beslissing wordt
zo vlug mogelijk aan de coördinator gemeld.
● Het opstellen van overzichtslijsten van de ingeschakelde interimarissen met samenvatting
van de verslagen ter voorbereiding van de vergadering van het SB in januari en mei.
4.
Vervangingen
Elke afwezigheid, ook die van de directeur, moet ten minste 10 werkdagen7 (= effectieve
schooldagen) bedragen om rechtmatig aanleiding te kunnen geven tot bezoldigde of betoelaagde
vervanging. Die regel geldt zowel voor de vervanging van de titularis als voor de vervanging van
een interimaris. Uitzondering: er mag onmiddellijk een tijdelijke leerkracht aangesteld of
aangevraagd worden in elke vestigingsplaats van elke school indien in die vestigingsplaats per
onderwijsniveau minder dan 72 lestijden ingericht worden in het ambt van onderwijzer of
kleuteronderwijzer.
Let wel, het gaat om de voorziene (voorgeschreven) afwezigheid. Die moet ten minste 10
werkdagen bedragen. Indien de afwezige vroeger hervat op eigen initiatief of gedwongen
(inkorting van afwezigheid na controlebezoek) en daardoor minder dan 10 werkdagen afwezig
is, wordt de interimaris bezoldigd tot de hervatting van de titularis.
Voor het tijdelijk project van vervanging voor korte afwezigheid verwijzen we naar de convenant
van de LOC vergadering van 20 juni 2011 (nr. 5).
5.
5.1.
Voorrangsregeling tijdelijke aanstellingen
Voorwaarden recht op TADD
Om het recht op TADD te kunnen inroepen moet het personeelslid:

gespreid over ten minste 3 schooljaren, 720 dagen dienstanciënniteit hebben
waarvan 600 dagen effectief gepresteerd (zie verder);

als laatste evaluatie geen beoordeling of evaluatie met eindconclusie
‘onvoldoende’ gekregen hebben;

niet ontslagen zijn.
Om aanspraak te maken op zijn/haar recht op TADD moet het personeelslid vóór 15 juni van
het voorafgaande schooljaar kandideren via een aangetekende brief bij het schoolbestuur. Het
personeelslid kan dan met ingang van 1 september het recht op een TADD inroepen.
Is men éénmaal TADD’er dan dient deze kandidering niet jaarlijks herhaald te worden.
Jaarlijks kiezen de directies een directeur-coördinator, codi genaamd, en bevestigd door het SB. Deze onderhoudt de
contacten van de werkgroep directies met het SB.
7
Voor de personeelsleden die minder dan 10 werkdagen afwezig zijn, worden geen tijdelijke vervangingen bezoldigd;
Onder ‘werkdag’ verstaan we een dag waarop de school open is. Een lokale verlofdag of een pedagogische studiedag
telt niet mee als werkdag.
6
VZW Katholiek Basisonderwijs Meeuwen-Gruitrode
8/10
5.2.
Berekening dienstanciënniteit



De dienstanciënniteit moet verworven zijn in het specifieke ambt waarvoor men
het recht op TADD inroept. Diensten die werden gepresteerd in verschillende
ambten kunnen dus nooit worden samengeteld.
Het personeelslid kan het recht op TADD alleen maar verwerven indien het een
vereist of voldoende geacht bekwaamheidsbewijs heeft voor het betrokken ambt.
De 720 dagen dienstanciënniteit worden berekend volgens artikel 4 van het
Decreet Rechtspositie gemeenschapsonderwijs en artikel 6 van het Decreet
Rechtspositie gesubsidieerd onderwijs.
Concreet:
Alle kalenderdagen worden geteld, dus ook de zaterdagen, zondagen, wettelijke feestdagen en
schoolvakanties die binnen de periode van aanstelling vallen.
Dienstonderbrekingen, gelijkgesteld met dienstactiviteit, tellen ook mee. Voor tijdelijke
personeelsleden gaat dat om loopbaanonderbreking, omstandigheidsverlof, bevallingsverlof,
ouderschapsverlof, borstvoedingsverlof, moederschapsbescherming en bezoldigd ziekteverlof.
Een halftijdse prestatie of meer wordt gelijkgesteld aan een voltijdse prestatie.
Minder dan een halftijdse prestatie wordt gelijkgesteld aan een voltijdse prestatie gedeeld door
twee.
Het aantal dagen mag niet worden vermenigvuldigd met 1,2.




5.3.
De 600 dagen effectief gepresteerd worden berekend zoals voor de 720 dagen
dienstanciënniteit, maar met de beperking dat dienstonderbrekingen,
gelijkgesteld
met
dienstactiviteit,
niet
meetellen.
Dus
de
dagen
loopbaanonderbreking, ziekteverlof, bevallingsverlof,…
komen
NIET
in
aanmerking voor de berekening van de effectief gepresteerde dagen.
De diensten mogen niet gepresteerd zijn in zogenaamde ‘nepstatuten’.
Uitzondering: voor de administratieve medewerkers, zowel de contractuelen ten
laste van het werkingsbudget als de contractuelen ten laste van het departement
onderwijs: diensten gepresteerd in het kader van DAC, BTK, GECO en TWW tellen
ook mee voor een maximum van 720 dagen.
Berekeningsdatum: de dienstanciënniteit wordt vastgesteld op 30 juni
voorafgaand aan het schooljaar waarvoor het personeelslid het recht op TADD laat
gelden.
In welke scholen moeten de diensten gepresteerd zijn? De diensten die werden
gepresteerd in de scholen van hetzelfde schoolbestuur komen in aanmerking
voor de berekening van de dienstanciënniteit voor een TADD.
Voor welke vacatures?
Het recht op TADD geldt voor elk ambt waarvoor het recht op TADD is verworven en voor de
volgende betrekkingen:
 Elke vacante of niet-vacante betrekking bij het begin van het schooljaar;
 Elke betrekking vanaf 10 werkdagen tijdens het schooljaar (uitzondering voor
vestigingsplaatsen met minder dan 72 ingerichte lestijden in het te vervangen ambt, waar
al na één dag de vervanging van de titularis kan).
Het schoolbestuur is verplicht definitief vacante betrekkingen toe te wijzen aan een TADD’er.
5.4.
Volgorde van voorrang tijdelijke aanstellingen



Deeltijds vastbenoemden die voldoen aan de voorwaarden TADD.
Tijdelijken die het recht op TADD verworven hebben.
Tijdelijken die dat recht nog niet hebben verworven of nieuwe personeelsleden.
VZW Katholiek Basisonderwijs Meeuwen-Gruitrode
9/10
5.5.
Verlies van recht op TADD
Een personeelslid verliest dat recht indien het
 vijf opeenvolgende schooljaren geen diensten heeft gepresteerd voor het
schoolbestuur van de school, scholengroep of scholengemeenschap;
 bij tuchtmaatregel werden ontslagen.
5.6.
Afwezigheid bij aanstelling als TADD’er
Het personeelslid met recht op TADD, dat omwille van ziekte, arbeidsongeval of
moederschapsrust zijn betrekking niet kan opnemen, behoudt zijn recht op aanstelling in die
betrekking en moet dus ook effectief worden aangeworven.
Tijdens de duur van de afwezigheid kan het personeelslid worden vervangen volgens de geldende
regels.
Na de afwezigheid treedt het personeelslid effectief in dienst als TADD’er.
6.
Bijlagen personeelsbeleid
Bijlage van coaching en evaluatie (zie LOC-vergadering 6-10-2005)
6.1.
Schema voor functioneringsgesprekken
6.2.
Functioneringsverslag
6.3.
Evaluatieverslag met eindconclusie
Meeuwen-Gruitrode, 27 februari 2014
Voor akkoord:
Christa Swinnen
Voorzitter
Jaak Kerkhofs
Ondervoorzitter
Bongaerts Albina
Camps An
Coolen Gerda
Gofflo Jos
Goyens Lisette
Housen Annemie
Leijskens Mariet
Martens Heidi
Michalik Suzy
VZW Katholiek Basisonderwijs Meeuwen-Gruitrode
10/10