brief - psdnet.nl

Download Report

Transcript brief - psdnet.nl

Griffier van de Staten Geleidebrief Kaderstellend

Naam voorstel Nummer BLD-162 Betreft vergadering Te verzenden aan Verzenddatum Commissiegriffier Statenadviseur Inhoudelijk ambtenaar Verantwoordelijk bestuurder Inhoudelijk Naam voorstel Aanleiding Bevoegdheid Wat stellen GS voor? Argumenten Doelen en effecten

Statenvoorstel Fiets-voetveer Vlissingen-Breskens (Fast Ferry)

Commissie Economie en Mobiliteit 8 septermber 2014 Provinciale Staten 26 september 2014 Statenbreed 21 augustus 2014 Annemieke Lobik │ 0118 – 63 18 88 │ [email protected] Simon de Visser │ 0118 – 63 15 94 │ [email protected] Ferry Chervet │ 0118 – 63 16 44 │ [email protected] G.R.J. van Heukelom Statenvoorstel Fiets-voetveer Vlissingen-Breskens (Fast Ferry) Aanbesteding Fiets-voetveer Vlissingen-Breskens heeft geen inschrijvers opgeleverd.    GS zijn bevoegd tot het oprichten van een eigen rechtspersoon, wanneer het openbaar belang is aangetoond. PS kunnen hun wensen en bedenkingen uiten Minister van BZK moet toestemming verlenen.   Kennis nemen van afwegingen GS om voor de exploitatie van het fiets-voetveer een eigen rechtspersoon (B.V.) op te richten; PS vragen om wensen en bedenkingen omtrent dit voornemen aan te geven Nadat de aanbesteding Fiets-voetveer Vlissingen-Breskens geen inschrijvers had opgeleverd, zijn er vier sporen onderzocht om het fiets-voetveer in stand te houden. Dit betreft:  Connexxion als winnaar van de bus-concessie;   Exploitatie onderbrengen bij NV WST; Provincie richt eigen B.V. op;  Aanbiedingen nautische markt. Hoewel het initieel niet de voorkeur had van het college wordt in het statenvoorstel beargumenteerd aangegeven waarom gekozen wordt voor het oprichten van een eigen B.V. Naast de financiële consequenties is de directe aansturing het doorslaggevende argument. Continuering dienstverlening Fiets-voetveer Vlissingen Breskens, waarbij binnen het door PS vastgestelde budget een vraaggerichte dienstregeling moet ontwikkeld. Er zijn nu 16.500 afvaarten per jaar. Een afname van de dienstregeling van ca.

Controleren en informeren Uitvoering Kosten en dekking Overige informatie Resultaat commissiebehandeling 10% zit in de lijn der verwachtingen, tenzij de tarieven aanzienlijk worden verhoogd. Via rapportages en jaarrekening Door middel van een eigen B.V. Voor de voorbereidingkosten in 2014 van max. € 250.000 moet dekking worden gezocht. Voor de exploitatieperiode 2015 tot en met 2018 is per jaar beschikbaar (prijspeil 1-1-2014):  Exploitatiebijdrage (gedekt vanuit BDU) € 2.850.000  Kaartverkoop € 1.540.000  Dekking kapitaallasten (vanaf 2015 volledig gedekt uit de BDU in het kader van de kerntaken) € 1.696.000 Totaal € 6.086.000 Een recent opgestelde business-case voor exploitatie via de NV WST laat een tekort zien van € 0,3 miljoen. Het budget is leidend. Het tekort moet opgelost worden door het aantal afvaarten te verminderen en/of de reizigerstarieven te verhogen (de business case ligt ter inzage bij de statengriffie). In het dictum wordt PS gevraagd om wensen en bedenkingen te uiten. Deze worden na de behandeling (in de commissie of PS), geformuleerd in een PS- brief, die bij het statenvoorstel wordt gevoegd voor behandeling en bekrachtiging in PS. PS wordt dus niet om instemming gevraagd met het besluit tot oprichting van een eigen B.V.

1

Gedeputeerde Staten

1 1

IlI BIll IIll III llII lll II II IIlI

14012747 1 1 1 1 1

Provincie Zeeland

1 1 bericht op brief van: uw kenmerk: ons kenmerk: afdeling: 14010866 Mobiliteit en Samenleving bijlage(n): behandeld door: doorkiesnummer: onderwerp: F. Chervet 01 18-631644 Statenvoorstel fiets-voetveer Vlissingen-Breskens (East Ferry’) de voorzitter van Provinciale Staten pa. Statengriffie

M:D. TERMIJN DATUM

2 0

f Ïod

AUS. ;4

verzonden: 2 U

Au6. 2014

Middelburg, 19 augustus 2014 Geachte voorzitter, Hierbij zenden wij u ons statenvoorstel inzake het oprichten van een eigen rechtspersoon (BV) voor de exploi tatie van de Fast Ferry per 1 januari 2015.

Wij stellen u voor om dit voorstel te behandelen in de statencommissie Economie en Mobiliteit (8 september) en vervolgens in Provinciale Staten (26 september) Hoogachtend, gedeputeerde staten, Polman, voorzitter retaris Provinciehuis Middelburg Bezoekadres: Abdij 6 4331 BK Middelburg Postadres: Postbus 6001 4330 LA Middelburg www.zeeland.nl

1: 0118 E: 0118 631011 626949

Provinciale Staten

Financiële consequenties externe inhuur: Kostensoort: Bedrag: J uridische advisering (kostensoort 0246) € 20000,- .*

Provincie Zeeland

Gedeputeerde belast met behandeling: Onderwerp: Heukelom, G.R.J. van fiets-voetveer Vlissingen-Breskens (‘East Eerry’) Vergadering PS: Nr: Agenda nr: Vergadering GS: Nr: 26-09-2014 BLD-162 19-8-2014 14010864 VOORSTEL Aan de Provinciale Staten van Zeeland Samenvatting: De aanbesteding van de East Eerry heeft geen inschrijvers opgeleverd. Per 1 januari 2015 dient de dienstverlening aan de reizigers te worden gecontinueerd. In dit voorstel geven wij u onze overwegingen voor de keuze om dit te doen via een BV die 1 00% dochter is van de Provincie en voor een periode van (vooralsnog) maximaal 4 jaar. In deze periode stellen wij een toekomstvisie op om te komen tot een heroriëntatie op de East Eerry. Deze door P5 vast te stellen toekomstvisie kan vervolgens de basis zijn voor de nieuwe aanbesteding.

Om een BV op te richten, dient het ministerie van BZK conform art. 158 van de Provinciewet toestem ming te verlenen. BZK toetst op aspecten als staatssteun en het dienen van een openbaar belang.

Voordat wij BZK daarom vragen, hebben P5 de mogelijkheid om wensen en bedenkingen te uiten ten aanzien van de vraag of het oprichten van de BV het juiste middel is om de dienstverlening aan de reizigers te continueren. Deze wensen en bedenkingen vormen een bijlage bij het verzoek aan BZK en geven inzicht in de mate van ondersteuning voor de keuze van GS.

Wat willen we bereiken?

De aanbesteding van de East Eerry heeft geen inschrijvingen opgeleverd. Per 1 januari 2015 dient de dienstverlening aan de reizigers te worden gecontinueerd. Dit binnen de uitgangspunten (financieel en vervoerkundig) van het voorliggende bestek.

Dit vraagt om enige achtergrondinformatie: De Provincie Zeeland is als decentrale overheid opdrachtgever voor het regionaal 0V (busvervoer en de East Eerry). Op grond van de Wet personenvervoer 2000 is de Provincie bevoegd tot het verlenen van concessies voor het 0V. Zonder financiële bijdrage van de Provincie is er geen regionaal 0V mo gelijk. Om te komen tot een zo doelmatig mogelijke besteding van de beschikbare middelen, is voor het regionaal 0V wettelijk verankerd dat de concessieverlenging moet gebeuren via marktwerking. De Zeeuwse 0V-concessies worden daarom periodiek aanbesteed, waarbij gegund wordt op een combi natie van prijs en kwaliteit.

In 201 1 is de concessie East Eerry voor de duur van 3,5 jaar gegund aan Veolia Transport (einddatum 31 december 2014). De korte concessieduur was een bewuste keuze, om eventueel bus en East Eerry in één concessie te kunnen aanbesteden. Uiteindelijk bleek dit minder synergievoordelen op te leveren dan vooraf ingeschat. Dit heeft eind 2012 geleid tot het besluit om het busvervoer apart aan te besteden.

Gelijktijdig werd besloten om de verlengingsoptie voor de East Eerry (2016 en 2017) te benutten. In deze periode zou dan de aan u toegezegde toekomstvisie worden geschreven, om zo te komen tot een heroriëntatie op de East Eerry.

Onderwerp: fiets-voetveer Vlissingen-Breskens Veolia Transport wilde echter niet ingaan op de mogelijkheid om de concessie te verlengen. Het ver voerbedrijf gaf aan verlies te lijden op de concessie en startte vervolgens een onderhandeling met de Provincie over de voorwaarden tot verlenging. Halverwege 2013 leidde dit tot een ‘aanbod’ van Veolia Transport dat zou leiden tot 13% minder afvaarten bij een gelijkblijvende exploitatiebijdrage en een hogere bijdrage van de Provincie voor onderhoud. Al met al betekende dit voor twee jaar een extra financiële bijdrage voor Veolia Transport van bijna 1 ,5 mln. euro bij minder afvaarten. Wij hebben in juli 2013 besloten om hiermee niet akkoord te gaan. U bent hierover schriftelijk geïnformeerd.

Daarna is direct begonnen met de voorbereidingen van de aanbesteding voor een nieuwe concessie met een beperkte concessieduur (201 5 tlm 201 8 met de optie om 1 jaar te verkorten). Deze korte pen ode is gekozen om na het vaststellen van de aan u toegezegde toekomstvisie in 2015 zo snel mogelijk de resultaten daarvan te kunnen vertalen in een bestek voor een nieuwe aanbesteding.

Zoals u bekend, heeft deze aanbesteding geen inschrijvers opgeleverd. Het bleek voor de markt niet mogelijk om binnen het financiële kader en uitgaande van de bestekseisen een commercieel verant woord aanbod te doen.

Wij hebben toen besloten om het bestek niet opnieuw op de markt te brengen. Zonder wezenlijke wijzi gingen (bijv. meer budget of een ander risicoprofiel) zou de kans groot zijn dat er weer geen aanbiedin gen komen. Een bestek voor een komende aanbesteding moet naar onze mening zijn gebaseerd op de resultaten van de nog op te stellen toekomstvisie.

Waaraan kunnen we zien of alles bereikt is?

De opgave is om per 1 januari 2015 de dienstverlening van de Fast Ferry te continueren. Het voorlig gende bestek is het financiële en vervoerkundige kader. Binnen dit door uw staten vastgestelde finan ciële plafond dient de dienstregeling van de Fast Ferry te worden gerealiseerd, waarbij de vervoersvraag uitgangspunt is.

Dit is in afwijking van de nu lopende concessie, waarbij de dienstregeling vooraf was vastgelegd en er een prijs werd uitgevraagd (met een bepaald maximum). De huidige dienstregeling omvat 16.500 af vaarten per jaar. Op basis van het beschikbare budget moet rekening worden gehouden met een af name van de dienstregeling van ca. 10%. Dit betreft afvaarten met de laagste bezetting.

Wat doen we daarvoor?

Op 19 mei 2014 is door ons besloten om binnen de financiële en vervoerkundige kaders van het bestek van de aanbesteding, vier sporen te benoemen om tot een oplossing te komen (in volgorde van vooraf ingeschatte wenselijkheid en haalbaarheid): 1 .) 2.) In gesprek met Connexxion (winnaar bus-concessie) om de East Eerry over te nemen; Exploitatie van de East Eerry onderbrengen bij de NV Westerscheldetunnel; 3.) 4.) Exploitatie van de East Eerry onderbrengen bij een eigen nieuw op te richten rechtspersoon; Ingaan op de spontaan binnengekomen aanbiedingen vanuit de nautische markt.

Vervolgens zijn ambtelijk de meest kansrijke sporen 1 en 2 verkend. Dit leidde tot de volgende resulta ten.

Spoor 1 (Connexxion): Connexxion heeft niet ingeschreven op de concessie East Eerry omdat Veolia Transport (een dochter binnen hetzelfde concern) doende was met een aanbieding. Toen bleek dat Connexxion de bus-concessie had gewonnen en Veolia Transport geen aanbieding had gedaan, leek bij Connexxïon de wil aanwezig om alsnog de East Eerry te exploiteren. Dit vanuit de synergie die een gezamenlijke exploitatie zou kunnen bieden, o.a. het inzetten van personeel van de East Eerry binnen de bus-concessie. Voor de Provincie heeft dit spoor ook duidelijke voordelen. Er kan snel begonnen worden met de implementatie en het nisicoprofiel blijft gelijk. De vervoerder draagt namelijk — naar re delijkheid en billijkheid — de financiële risico’s van de exploitatie. Deze risico’s liggen vooral op het vlak van de reizigersopbrengsten en het onderhoud van de schepen.

Er zijn enkele gesprekken met Connexxion gevoerd. Daaruit bleek al snel dat de synergievoordelen voor wat betreft de uitwisseling van personeel niet aanwezig waren. Het was met name om die reden voor Connexxion niet mogelijk om binnen het beschikbare budget een voorstel te doen. Er werd om een extra bijdrage van de Provincie gevraagd van 0,7 mln. euro perjaar. Dit is vergelijkbaar met het bedrag 2

Onderwerp: fiets-voetveer Vlissingen-Breskens dat Veolia Transport wilde hebben voor de verlengïng van de concessie. Bovendien maakte het be zwaarschrift van Syntus in het kader van de bus-concessie de kans klein om op tijd duidelijkheid te hebben over de definitieve gunning aan Connexxion. Dit spoor bleek dus niet begaanbaar binnen de bestaande financiële kaders.

Spoor 2 (NV WST): Dit was ons voorkeursspoor, voordat bekend werd dat Connexxion een aanbod wilde doen. Via de betrokkenheid van de NV WST, met de Provincie als aandeelhouder, behoudt de Provincie zeggenschap over de exploitatie van de Fast Ferry. Verder was de inschatting dat er syner gievoordelen zijn op het gebied van personeelsadministratie, klantenservice en kaartverkoop. Een na deel van dit spoor (en ook van spoor 3) is dat de financiële risico’s besloten om het gesprek met de NV WST niet voort te zetten.

direct of indirect bij de Provincie liggen. Er zijn ambtelijk intensieve gesprekken gevoerd met NV WST over de toegevoegde waarde die de NV WST kan bieden. Er is een business-case opgesteld, waaruit op basis van de huidige dienstre geling een jaarlijks tekort bleek van ca. 0,3 mln. euro. De inschatting was dat dit kon worden opgevangen door vermindering van de dienstregeling en/of hogere reizigerstarieven. Verder is er op initiatief van de NV WST juridisch advies ingewonnen. Op basis hiervan bleek er bij de NV WST een voorkeur voor een organisatievorm waarbij de Fast Ferry zou worden ondergebracht in een aparte BV onder de Provincie met eventueel in de opstartfase ondersteuning vanuit de NV WST. Deze uitkomst is de facto spoor 3, het oprichten van een rechtspersoon die direct valt onder de Provincie. Toen bovendien bleek dat bij nadere beschouwing de vooraf ingeschatte synergievoordelen nauwelijks aanwezig waren, is door ons Op 1 juli 2014 hebben wij besloten om voor de continuering van de dienstverlenginq van de East Eerry per 1 januari 2015 een eigen rechtspersoon (BV) op te richten. Wij hebben u daarover per brief geïnfor meerd. Deze brief is tijdens de PS-vergadering van 4 juli jI. behandeld. Daaruit bleek dat u behoefte heeft aan meer informatie over onze afwegingen om te kiezen voor het oprichten van een BV. Daartoe is in dit statenvoorstel de nodige achtergrondinformatie opgenomen en noemen we de argumenten om voor spoor 3 te kiezen en niet voor één van de andere sporen.

Spoor 3 (BV onder de Provincie): Spoor 3 was initieel niet ons voorkeursspoor. De sporen 1 en 2 bleken echter, zoals aangegeven, niet begaanbaar. Spoor 3 heeft het voordeel van de directe aansturing door de Provincie. De financiële risico’s zijn gelijk aan die van spoor 2. Ook de business-case is vergelijkbaar, dus met een tekort van ca. 0,3 mln. euro per jaar. Wel is spoor 3 in de voorbereiding complexer en is meer capaciteit nodig van de organisatie. De directe aansturing positie en arbeidsvoorwaarden.

(‘korte lijnen’) is voor ons uiteindelijk een doorslaggevend argument geweest om te kiezen voor dit spoor. Dat geeft ons ook de ruimte om de uitkomsten van de op te stellen toekomstvisie direct en zelfstandig in de praktijk te brengen. De aanstu ring moet wel goed worden georganiseerd en vastgelegd in statuten.

Het huidige personeel van de East Eerry wordt door de BV overgenomen en behoudt dezelfde rechts De dagelijkse leiding zal liggen bij een bedrijfsleider die goed bekend is met de exploitatie en bedrijfs voering. Het is onze bedoeling om hiervoor de huidige concessiemanager van Veolia Transport te con tracteren, in elk geval voor de voorbereidingsfase en het begin van de exploitatieperiode. De Provincie oefent op de BV toezicht uit via een directeur en een nog aan te stellen bestuurder.

Er is sprake van in-besteding. Juridisch zijn hiervoor geen beletselen omdat de reguliere aanbesteding geen inschrijvers heeft opgeleverd en er een tijdelijke oplossing wordt gezocht ter overbrugging naar een volgende aanbesteding.

Tenslotte, spoor 4 (aanbiedingen nautische markt) is niet verder uitgewerkt. Hiervoor zijn twee hoofdre denen: .

.

Eeitelijk is dit een variant van spoor 1 met Connexxion zijn we gestuit op een onoverbrug baar financieel gat; het ligt niet voor de hand dat voor aanbieders vanuit de nautische markt de situ atie gunstiger is, ze hebben immers te maken met dezelfde kosten (personeel, brandstof, on derhoud etc.) en dezelfde risico’s; bovendien geldt voor deze aanbieders niet het synergievoor deel dat Connexxion heeft, nI. de combinatie bus en East Eerry bij één vervoerder; De aanbieders uit de nautische markt hebben geen ervaring met openbaar vervoer; hiervoor gelden specifieke eisen tav. reizigersinformatie, tariefsystemen (wo. OV-chipkaart) en perso neel (rechtspositie en arbeidsvoorwaarden); om daaraan te voldoen is een forse investering in geld en tijd nodig.

De aanbieders die zich hebben gemeld, krijgen van de Provincie een schriftelijke reactie.

3

Onderwerp: fiets-voetveer Vlissingen-Breskens Voor de volledigheid treft u in onderstaande tabel een samenvatting aan van de scores van de sporen voor de verschillende factoren die een rol spelen in de afweging.

Spoor 1 Spoor 2 Spoor 3 Spoor 4 Doorlooptijd Borging financiële risico’s Tijdsinvestering organisatie Marktervaring bij partner Afhankelijkheid van partner in deze fase Zeggenschap Juridische risico’s ++ -t--’ ++ ++ +1 + +1 +1 + + - - + ++ + +1 + - +1 + Zekerheid concessiepersoneel Aansluiting bij aanbesteding* + ++ + +/ + +1 +1 Administratieve lasten in concessieperiode** + ++ + : Aansluiting bij aanbesteding: in hoeverre blijft de oorspronkelijke opzet bij de aanbesteding intact **: Administratie lasten: in hoeverre worden de administratieve lasten in de concessieperiode beperkt(overleg, aansturing) Wat vragen wij van u?

Voor het oprichten van een eigen rechtspersoon moet de Provincie conform art. 158 van de Provincie wet toestemming verkrijgen van de minister van BZK. Daarbij zal een toets plaatsvinden op staatssteun en het dienen van een openbaar belang. Van staatssteun is geen sprake (de BV is 100% eigendom van de Provincie) en het belang dat wordt gediend bestaat uit het continueren van de dienstverlening voor de reizigers van de East Eerry, nu benadering van de markt geen aanbieders heeft opgeleverd.

Alvorens we BZK om toestemming vragen, dienen we uw Staten, eveneens conform art. 158 van de Provinciewet, in de gelegenheid te stellen om wensen en bedenkingen te uiten, gegeven de al eerder door u vastgestelde financiële kaders. Het gaat om de vraag in hoeverre een BV volgens u het juiste middel is om de dienstverlenging aan de reizigers te continueren, daarbij rekening houdend met de omstandigheden zoals hiervoor beschreven.

Wat mag het kosten?

Voorbereidingskosten (tot 1 januari 2015) Een belangrijk nadeel ten opzichte van het inschakelen van een bestaande vervoerder (spoor 1 ), is dat de nieuwe BV niet beschikt over de voor bedrijfsvoering en exploitatie benodigde systemen (wo. boek houding, ICT, klantenservice, kaartverkoop, bediening toegangspoorten, reizigersinformatie, perso neelsadministratie, loonbetaling en onderhoudsadministratie). Wij kiezen er voor om deze systemen niet nieuw te ontwikkelen of aan te schaffen, maar zoveel mogelijk gebruik te blijven maken van de nu draai ende systemen, tenzij het uit communicatief oogpunt niet raadzaam is om de koppeling met Veolia Transport in stand te houden. Dit geldt bijv. voor de internetsite, klantenservice, klantenfolders en be drijfskleding. Voor de systemen die via Veolia Transport blijven lopen, betaalt de BV een gebruiksver goeding. Om de voorbereiding daarvan in goede banen te leiden, zal de huidige concessiemanager van Veolia Transport worden ingehuurd voor de transitiefase die tot medio 2015 duurt. Voordeel van deze strategie is dat hoge investeringen voor slechts een korte exploitatieperiode worden voorkomen en dat de continuïteit gewaarborgd is. Uiteraard moeten de afspraken met Veolia Transport wel goed worden geborgd in een contract.

De voorbereidingskosten van dit spoor zijn slechts beperkt hoger dan bij spoor 2, vooral vanwege ex terne inhuur voor het oprichten van een BV (notaris).

.

.

.

.

De voorbereidingskosten zijn daarmee als volgt te definiëren: externe inhuur, wo. juridische advisering voor het oprichten van een BV ureninzet interim-concessiemanager t.b.v. inrichten systemen aankoop nieuwe bedrijfskleding aankoop informatie- en promotiemateriaal (o.a. reizigersfolders).; De hiermee gepaard gaande kosten kunnen nu nog niet exact worden bepaald, maar worden geschat op maximaal € 250.000,--. Voor deze kosten moet nog dekking worden gevonden.

4

0 n d e rwe rp: fiets-voetveer Vlissingen-Breskens Kosten tijdens de exploïtatieperiode (2015 Um 2018) Voor de jaarlijkse exploitatie van de Fast Ferry is bekend wat er maximaal beschikbaar is binnen de door PS vastgestelde financiële kaders. Er is € 2.850.000,-- aan exploitatiebijdrage beschikbaar (ten laste van de BDU) en verder levert de kaartverkoop € 1 .540.000,-- op. Daarnaast is er € 1.696.000,- nodig voor afdekking van kapitaallasten (aanlandingsvoorzieningen, schepen en gebouwen) en bagger kosten (haven Breskens). Ook deze kosten komen ten laste van de BDU.

.

.

.

.

.

.

De volgende kosten moeten hieruit worden afgedekt: Personeel (direct/indirect) Brandstof Onderhoud schepen Vergoeding gebruik bestaande systemen voor ondersteuning exploitatie en bedrijfsvoering Marketing en communicatie (wo. klantenservice) Aansturing BV (directeur/bestuurder).

Een business-case, opgesteld op basis van de huidige dienstregeling, laat onder de streep een jaarlijks tekort zien van ca. 0,3 mln. euro (business-case ter inzage bij de Statengriffie). Met een tekort was bij de aanbesteding ook al rekening gehouden. Het bestek had als opdracht om uitgaande van het beschik bare budget een op de vervoersvraag afgestemde dienstregeling in te richten. Daarbij was er een on dergrens van 11.000 afvaarten (nu 16.500). Deze ‘ontwerpopdracht’ ligt er nu voor de projectgroep die werkt aan de voorbereiding van de nieuwe exploitatieperiode.

Omdat het beschikbare budget leidend is, zal de ruimte moeten worden gezocht in de omvang van de dienstregeling en/of de reizigerstarieven. Een toename van het aantal reizigers is

-

gelet op de licht dalende trend

-

geen realistische verwachting. Verder moet rekening worden gehouden met onzeker heid over de kosten voor de nieuw af te sluiten contracten voor onderhoud en brandstof.

Financiële consequenties externe inhuur: € 20.000,-- geraamd op Juridische advisering (kos tensoort 0246) en € 60.000,-- geraamd op managementadvies/interim management (kosten soort 0233)

Wij stellen u voor te besluiten overeenkomstig bijgevoegd ontwerp-besluit.

Gedeputeerde Staten, Drs. J.M.M. Polman, voorzitter, AW.

Smit, secretaris.

Ontwerp-besluit Provinciale Staten van Zeeland, gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten van 19 augustus 2014, nr. 14010864; besluiten: 1 .) 2.) Kennis te nemen van de afwegingen om te komen tot het voornemen om voor de continuering van de dienstverlenging van de East Eerry een eigen rechtspersoon (BV) op te richten; Conform art. 1 58 van de Provinciewet Gedeputeerde Staten in kennis te stellen van haar wensen en bedenkingen omtrent dit voornemen.

5