Hoofdstuk 5: Wisselkoersen

Download Report

Transcript Hoofdstuk 5: Wisselkoersen

Hoofdstuk 5: Wisselkoersen
1. Begrippen
EUR/USD datum: 13/03/2014
23:56
Laatste koers
1.3869 USD
% Verschil
-0,25 %
Vorig Slot
1.3904
Open
1.3904
Bid (biedkoers)
1.3868
Ask (laatkoers)
1.3870
Hoogste-laagtse 52 weken
1.3968 - 1.2746
Evolutie van de euro ten opzichte van de dollar: www.tijd.be
Wisselkoers is de hoeveelheid van een valuta dat je nodig hebt om een eenheid van een
andere valuta te kunnen kopen, (of de hoeveelheid van een valuta dat je ontvangt bij de
verkoop van een andere valuta).
De wisselkoers kan op 2 manieren genoteerd worden:
a. Vaste waarde in het binnenland.
De nationale munt wordt constant gehouden ten opzichte van een veranderlijke hoeveelheid
buitenlandse munt.
1 EUR = …………… USD
b. Vaste waarde in het buitenland.
De buitenlandse munt wordt constant gehouden ten opzichte van een veranderlijke
hoeveelheid nationale munt.
1 USD = ………… EUR
Indien je weet dat 1 EUR 40,3399 BEF waard is, met hoeveel BEF komt 1 USD dan overeen?
Hoeveel was de maximale waarde van de USD ten opzichte van de BEF gedurende de laatste
52 weken?
c. Wat versta je onder bid en ask rates (bied- en laatkoersen)?
d. Hoeveel bedroeg de bid-ask spread op 21/03/2013?
Zal een bid rate (biedkoers) altijd lager zijn dan een ask rate (laatkoers)? Verklaar.
Kruiselingse wisselkoersen (Bron: www.tijd.be , 14/03/2014, 0:08)
EUR
USD
GBP
CHF
SEK
NOK
DKK
CAD
ZAR
AUD
NZD
JPY
EUR 1,00001,3869 0,8343 1,2133 8,8495 8,2730 7,4635 1,5362 14,97161,5372 1,6236 141,2275
USD 0,7173 1,00000,5992 0,8722 6,3474 5,9228 5,3533 1,1066 10,72851,1026 1,1647 102,7830
GBP 1,1970 1,6689 1,00001,4556 10,59319,8845 8,9341 1,8468 17,90481,8401 1,9438 171,5346
CHF 0,8224 1,1466 0,6870 1,00007,2776 6,7907 6,1378 1,2688 12,30081,2642 1,3354 117,8454
SEK 0,1130 0,1576 0,0944 0,1374 1,0000 0,9331 0,8434 0,1743 1,6902 0,1737 0,1835 16,1930
NOK0,1211 0,1689 0,1012 0,1473 1,0717 1,00000,9039 0,1868 1,8114 0,1862 0,1967 17,3539
DKK 0,1340 0,1868 0,1119 0,1629 1,1857 1,1064 1,00000,2067 2,0041 0,2060 0,2176 19,2001
CAD 0,6482 0,9037 0,5415 0,7882 5,7360 5,3523 4,8376 1,00009,6952 0,9964 1,0525 92,8831
ZAR 0,0669 0,0932 0,0559 0,0813 0,5916 0,5521 0,4990 0,1032 1,0000 0,1028 0,1086 9,5804
AUD 0,6505 0,9070 0,5435 0,7911 5,7569 5,3718 4,8553 1,0037 9,7305 1,00001,0563 93,2215
NZD 0,6158 0,8586 0,5145 0,7489 5,4499 5,0853 4,5963 0,9501 9,2116 0,9467 1,000088,2498
JPY 0,0070 0,0097 0,0058 0,0085 0,0618 0,0576 0,0521 0,0108 0,1044 0,0107 0,0113 1,0000
Stel dat de wisselkoers van de Japanse yen (JPY) in Brussel 0,009 euro bedraagt, dan moet
de wisselkoers van de euro in Tokio
…
JPY zijn. Veronderstel dat dit niet het geval zou
zijn, de wisselkoers van de euro in Tokio bedraagt 120 JPY.
Toon aan dat deze situatie niet zal blijven bestaan.
Arbitragemogelijkheden:
2. Prijsvorming op de wisselmarkt
Directe factoren die de wisselkoers bepalen: VRAAG en AANBOD
a.
Belgische exporteurs die witloof verkopen aan de Verenigde Staten worden betaald
in USD.
= ………………………………………
b.
Belgische bedrijven die een fabriek bouwen in Brazilië, moeten betalen in USD.
= ……………………………………….
c.
Belgische importeurs die fruitsap kopen in de Verenigde Staten moeten betalen in
USD.
= ………………………………………
d.
Belgen die hun verlof doorbrengen in Zwitserland.
= ………………………………………
e.
Japanse beleggers die Belgische aandelen kopen.
= ………………………………………
Vragers naar vreemde munten:
 Ondernemingen of personen die betalingen in vreemde munten moeten doen
Vb: Belgische importeurs, Belgische toeristen in buitenland
 Ondernemingen of personen die beleggingen wensen te doen in het buitenland
Vb: aandelen of obligaties kopen in vreemde munten
 Ondernemingen of personen die in het buitenland wensen te investeren
Vb: oprichten van een filiaal in het buitenland
Aanbieders van vreemde munten:
 Ondernemingen of personen die betalingen in euro moeten doen
Vb: Buitenlandse importeurs die in euro moeten betalen, Belgische exporteurs die in
vreemde munten werden betaald en nu euro’s nodig hebben om hun rekeningen te
betalen, buitenlandse toeristen in België
 Ondernemingen of personen die beleggingen wensen te doen in eurozone
 Ondernemingen of personen die in eurozone wensen te investeren
EXPORT
IMPORT
Aanbod van vreemde munten
Vraag naar vreemde munten
Vraag van eigen munten
Aanbod eigen munten
Een groepering van Belgische brouwerijen verkoopt steeds meer streekbieren aan importeurs
in Texas en Florida. Dit betekent dat ………………………………………………………………….
en …………………………………………………………………… zal stijgen. Door de toename van de
export naar de Verenigde Staten zal de wisselkoers van de EUR ten opzichte van de USD
………………………………………………. . Dit noemen we een ……………………..………………….. van
de EUR of een ………….……………………………….. van de USD.
Een groepering van supermarktketens in ons land koopt in de Verenigde Staten massale
hoeveelheden sportartikelen. Dit betekent dat …………………………………………………………………
en …………………………………………………………………… zal stijgen. Door de toename van de
import naar de Verenigde Staten zal de wisselkoers van de EUR ten opzichte van de USD
……………………………………………… . Dit noemen we een ……………………..………………….. van
de EUR of een ………….……………………………….. van de USD.
Amerikanen drinken veel meer Belgische bieren, ceteris paribus. Illustreer de invloed op de
wisselkoers aan de hand van een grafiek (zowel vaste waarde binnenland als buitenland).
3. Factoren die de wisselkoers beïnvloeden (INDIRECTE FACTOREN)
1. Het effect van inflatieverschillen op de wisselkoers
2. Het effect van intrestverschillen op de wisselkoers
3. De rol van verwachtingen en speculatie
Speculatie =
het aanpassen van de samenstelling van het vermogen in functie van
“verwachte” prijsveranderingen met de bedoeling een zo hoog mogelijke
opbrengst te behalen, met andere woorden de waarde van het vermogen
te maximaliseren.
Stel dat speculanten verwachten dat de EUR in de toekomst zal depreciëren ten opzichte van
de USD (omdat men bv. Verwacht dat de intrestvoeten in de VS sneller zullen stijgen dan in
de Europa (eurozone)). Europese speculanten zullen dan geneigd zijn USD te kopen en EUR
te verkopen, terwijl Amerikaanse speculanten geneigd zullen zijn hun voorgenomen
beleggingen in Europa niet uit te voeren.
De vraag naar USD en het aanbod van EUR zullen …………… en de vraag naar EUR en het
aanbod van USD zal ………….. . De ……. zal appreciëren ten opzichte van de ……. (of de ……
zal depreciëren ten opzichte van de ……. ) en dit vooraleer de intrestevolutie zich
daadwerkelijk heeft voorgedaan.
Dit fenomeen noemen we “self-fulfilling prophecy” (verwachtingen hebben een
zelfvoedend karakter). Verwachtingen kunnen van allerlei aard zijn (economische, politieke
of sociale gebeurtenissen). Stel dat men voor de verkiezingen verwacht dat een bepaalde
partij aan de macht zal komen en men verwacht dat hierdoor een beleid zal gevoerd worden
dat inflatie in de hand werkt, dan kan de binnenlandse munt reeds op voorhand depreciëren.
Oefeningen op wisselkoersen
Oefening 1: (Stel grafisch voor vaste waarde binnenland).
a.
De voorkeur voor Belgische producten neemt toe.
b.
De interestvoet in België is hoger dan in Japan.
c.
Het inflatieritme in België is hoger dan in Zwitserland.
d.
De productiviteit in Japan is hoger dan in België.
Oefening 2:
In 1992 verkeerde het GBP in een crisis. Alleen door de interestvoet hoog te houden kon de
wisselkoers stabiel blijven. Het nadeel van de hoge interestvoet was dat geld lenen in
Engeland erg duur was waardoor de bestedingen van de gezinnen en de bedrijven daalden,
de productie verminderde en er meer werkloosheid kwam. Uiteindelijk verlaagde de centrale
bank van Engeland de interestvoet waardoor de koers van het GBP daalde.
a.
Hoe kan een lagere interestvoet zorgen voor een koersval van het GBP?
Alleen door de interestvoet hoog te houden kon de wisselkoers van het GBP stabiel blijven.
b. Wat kun je op grond hiervan over de lopende rekening van Engeland op dat moment
zeggen?
c. Betekende de koersval van het GBP meer of minder inflatie ten opzichte van het
buitenland?
d. Leg uit dat de koersval van het GBP tot meer werkgelegenheid in Engeland leidde.
e. Leg uit dat voor de vakbonden deze koersval zowel een positief als een negatief punt
bevatte.
Oefening 3:
In de loop van 1993 is het IEP met meer dan 10% in waarde gedaald.
De prijzen van de Ierse producten
De prijzen van de buitenlandse
in het buitenland zullen
producten in Ierland zullen
a.
dalen
gelijk blijven
b.
dalen
stijgen
c.
gelijk blijven
dalen
d.
gelijk blijven
stijgen
e.
stijgen
dalen
f.
stijgen
gelijk blijven
Oefening 4:
a.
Leg uit hoe een lagere interestvoet in de Verenigde Staten tot een lagere dollarkoers
kan leiden.
b.
Leg uit hoe een daling van de interestvoet in de Verenigde Staten tot een stijging van de
wisselkoers van de EUR kan leiden.
c.
Leg uit wat er met de wisselkoers van een land gebeurt als er een overschot is op de
betalingsbalans.
4. DURE euro heeft OOK positieve KANTEN (Bron: De Tijd 28/04/2007)
De stijging van de euro drukt de inflatie en verzwakt daarom de argumenten van de
Europese Centrale Bank (ECB) voor een verdere renteverhoging. Voorts verhoogt de sterke
eenheidsmunt onze koopkracht. Bovendien worden de internationale onevenwichten
afgebouwd. Er is echter ook minder goed nieuws. Een dure euro heeft een negatieve invloed
op de uitvoer en de economische groei, en zet de bedrijfswinsten onder druk. De
belangrijkste voor- en nadelen op een rijtje.
A. Voordelen
1. Goedkopere invoer en minder inflatie
De stijging van de euro maakt de invoer goedkoper en drukt daardoor de inflatie. De olieprijs
bijvoorbeeld wordt uitgedrukt in dollar. Dankzij de daling van de dollar tegenover de euro
was de forse stijging van de olieprijs in de voorbije jaren minder pijnlijk voor de eurozone
dan voor de VS. In vergelijking met de gemiddelde prijs van 2002 was een vat aardolie
gisteren 168 procent duurder in dollar, maar slechts 86 procent duurder in euro. De sterke
euro maakt het voor de Europese Centrale Bank (ECB) gemakkelijker de inflatie onder
controle te houden. De ECB ziet de inflatie dalen van 2,2 procent in 2006 tot 1,8 procent in
2007.
2. Renteverhoging ECB minder nodig
Als de inflatieprognose van de ECB correct is, haalt ze in 2007 voor het eerst in acht jaar
haar doelstelling van iets minder dan 2 procent inflatie. Maar de ECB vreest dat de inflatie in
2008 weer stijgt tot 2 procent en is daarom vastbesloten in juni de rente te verhogen tot 4
procent. Als de euro stabiliseert op een hoog peil of nog stijgt, is er veel kans dat de ECB
nadien haar monetair beleid niet meer verstrakt. Een stijging van de munt en een
renteverhoging hebben immers gelijkaardige gevolgen voor de economie.
3. Koopkracht EUROPESE GEZINNEN stijgt
De sterke euro verhoogt de koopkracht van de Europese gezinnen en bedrijven. De gezinnen
uit de eurozone kunnen goedkoper reizen naar de rest van de wereld. Ondernemingen uit de
eurozone hebben meer middelen voor overnames buiten de monetaire unie. Dexia
bijvoorbeeld slaagde er vorig jaar in de Turkse DenizBank binnen te halen, terwijl ook
banken van buiten de eurozone geïnteresseerd waren.
4. AFBOUW internationale onevenwichten
De stijging van de euro en de daling van de dollar dragen bij tot de afbouw van de grote
internationale onevenwichten. De VS worstelen met enorme tekorten op de handelsbalans
en de lopende rekening. Maar er zijn aanwijzingen dat het Amerikaanse deficit dit jaar voor
het eerst in zes jaar zal dalen. De vermindering is niet alleen te danken aan de terugval van
de olieprijs. De zwakte van de dollar speelt eveneens een rol, want ook het saldo van de
niet-oliehandel verbetert.
5. Economische groei VS ONDERSTEUND
De zwakte van de dollar tegenover de euro en tegenover veel andere munten moet op
termijn de groei van de Amerikaanse economie ondersteunen. Er is veel kans dat de
economische groei in de VS dit jaar voor het eerst in jaren lager is dan in de eurozone, het
Verenigd Koninkrijk en Japan. De vorige jaren waren de VS samen met de groeilanden de
belangrijkste motor van de wereldeconomie.
B. Nadelen
1. Uitvoer en ECONOMISCHE groei in Europa dalen
De appreciatie van de euro ondermijnt de concurrentiekracht en drukt de uitvoer en de
economische groei van de eurozone. De Europese export naar de VS en Japan stijgt traag en
de Belgische uitvoer naar die landen daalt zelfs. De negatieve gevolgen mogen echter niet
worden overdreven. De euro stijgt tegenover de dollar en de yen, maar niet versus het
pond. Dat is belangrijk, want het Verenigd Koninkrijk is de belangrijkste handelspartner van
de eurozone. De vereniging van de Duitse exportbedrijven zei vorige week dat een stijging
van de euro tot 1,40 dollar geen dramatische gevolgen zou hebben voor de Duitse uitvoer.
2. Bedrijfswinsten onder druk
De stijging van de euro tegenover de dollar en de yen stelt de Europese bedrijven bloot aan
verschillende risico's, zegt Koen De Leus, marktenspecialist van KBC Bolero. Een
onderneming die produceert in Europa en verkoopt in de VS, zoals de beeldvormingsgroep
Barco, loopt een transactierisico en heeft twee opties. Ofwel rekent ze de duurdere euro
door in de verkoopprijs in dollar en zal ze minder verkopen. Ofwel wil ze haar verkoopprijs in
dollar stabiel houden en aanvaardt ze een lagere winstmarge. Een Europees bedrijf met
activiteiten in de VS loopt ook een translatierisico. Het moet bij de publicatie van zijn
resultaten de dollaropbrengsten omrekenen naar euro en lijdt daarbij een negatief
wisselkoersresultaat. Het typische voorbeeld is de warenhuisketen Delhaize, die ruim
driekwart van zijn omzet en winst in de VS boekt.