handleiding APA-regels

Download Report

Transcript handleiding APA-regels

APA-richtlijnen (6e editie)
Mediatheek NHL Hogeschool
september 2014
Bronvermelding volgens APA-richtlijnen (6e editie), beknopte handleiding
Inhoudsopgave
1.
Inleiding ......................................................................................................... 2
2.
Leeswijzer ...................................................................................................... 3
3.
Boeken .......................................................................................................... 4
4.
Hoofdstuk uit een boek .................................................................................... 6
5.
E-Book ........................................................................................................... 6
6.
Artikel uit een online encyclopedie ..................................................................... 7
7.
Tijdschriftartikelen ........................................................................................... 7
8.
Krantenartikelen ............................................................................................. 8
9.
Wetten, besluiten en regelingen ........................................................................ 9
10.
Audiovisueel ................................................................................................ 9
11.
Afbeeldingen...............................................................................................10
12.
Website......................................................................................................12
13.
Blog...........................................................................................................12
14.
Scripties uit de HBO-Kennisbank ...................................................................13
15.
Jaarverslag uit een database ........................................................................13
16.
Persoonlijke communicatie ...........................................................................13
17.
Opmaak van de literatuurlijst ........................................................................13
Mediatheek NHL Hogeschool
september 2014
2
1. Inleiding
Bij het schrijven van werkstuk/scriptie/onderzoeksrapport maak je gebruik van inzichten
en onderzoeksresultaten uit de vakliteratuur. Je doet dit door teksten of ideeën van
anderen in je eigen woorden weer te geven (parafraseren en samenvatten) of door korte
tekstfragmenten of quotes letterlijk over te nemen (citeren). In beide gevallen moet je
precies aangeven welke bronnen je gebruikt hebt. Vermeld je je bronnen niet, of doe je
dit niet zorgvuldig, dan maak je je schuldig aan plagiaat.
1.1 Wanneer citeren en wanneer parafraseren?
Citeer alleen als je het zelf niet beter kunt zeggen dan degene die je citeert. Het citaat
moet accuraat zijn: de bewoording, spelling en punctuatie moet letterlijk worden
overgenomen uit de originele bron, ook al is die incorrect. Het is niet bevorderlijk voor de
leesbaarheid om heel veel citaten te gebruiken. Doe het daarom niet te vaak en probeer
zo veel mogelijk in je eigen woorden te zeggen.
1.1.1 Citeren
Er zijn twee manieren van citeren: een kort citaat heeft minder dan 40 woorden en wordt
in de tekst tussen dubbele aanhalingstekens geplaatst. Daarna geeft je de verwijzing
tussen haakjes (auteur, jaartal, p.). Je moet paginanummer vermelden om zo specifiek
mogelijk aan te geven waar het citaat terug te vinden is.
Bij een lang citaat (meer dan 40 woorden) voeg je een witregel in en spring je in. Het
citaat hoeft niet tussen aanhalingstekens. Je mag een blokcitaat in een afwijkend
lettertype doen, maar dit is niet verplicht.
Voor leerkrachten die de taalbeschouwing van kinderen willen bevorderen, zouden de
hiervoor besproken vormen van metacommunicatie een aanknopingspunt kunnen zijn,
zowel om met de kinderen bijvoorbeeld na te denken over hoe iets gezegd
is en wat het in die vorm ‘betekent’, of om met kinderen te bespreken wat voor
consequenties het ‘napraten’ of ‘benoemen’ van wat de ander zegt, heeft. (Berenst, 2011,
p. 19)
Soms komt het voor dat je uit een bron een stuk tekst citeert (of parafraseert), waarin
een andere bron wordt aangehaald. Deze secundaire bron vermeld je wel in de tekst,
maar neem je niet op in je literatuurlijst.
Voorbeeld in de lopende tekst:
Bij onderzoek naar ‘motivatie’ worden vaak Likertschalen gebruikt; zo ook door Lindeman
(1996) in haar onderzoek naar motivatie om vrijwilligerswerk te doen (Verhoeven, 2011,
p.174).
In de literatuurlijst:
Verhoeven, N. (2011). Wat is onderzoek? Praktijkboek methoden en technieken voor het
hoger onderwijs. Den Haag: Boom Lemma.
1.1.2 Parafraseren
Je parafraseert door in je eigen woorden een stuk tekst van een ander weer te geven.
De verwijzing naar de tekst zet je direct achter de parafrase (auteur, jaartal). Gebruik je
meerdere bronnen om hetzelfde te beweren, dan scheid je de bronnen met een
puntkomma (auteur, jaartal; auteur, jaartal). Je kunt ook de auteur in de lopende tekst
opnemen, bijv. Miller (2010) beweert……
Mediatheek NHL Hogeschool
september 2014
3
1.2 Literatuurlijst en tekstverwijzing
In de hieronder genoemde voorbeelden staat eerst beschreven hoe de bron moet worden
opgenomen in de literatuurlijst en daarna hoe je er in de tekst naar moet verwijzen.
De citatiestijl die meestal binnen NHL Hogeschool gehanteerd wordt, is die van de
American Psychological Association (APA). Bronvermelding in APA-stijl houdt in dat in de
lopende tekst naar een bron wordt verwezen met vermelding van auteur en jaar. Aan het
eind van de tekst wordt een literatuurlijst met gedetailleerde beschrijvingen (referenties)
van alle in de tekst genoemde bronnen opgenomen.
Je kunt voor het aanbrengen van verwijzingen in je tekst en het samenstellen van een
literatuurlijst in (o.a.) APA-stijl gebruik maken van bibliografische software. De
mediatheek van NHL Hogeschool heeft voor de studenten en medewerkers een licentie
op het programma RefWorks afgesloten. RefWorks is beschikbaar op alle
(studenten)werkplekken en is ook thuis te gebruiken. Meer informatie over RefWorks is
te vinden op intranet.
1.2.1 Literatuurlijst
De basisvorm is als volgt:
Achternaam auteur, initialen. voorvoegsel (Jaar van uitgave). Titel van het boek: met
ondertitel (evt. druk). Plaats van uitgave: Uitgever.
NB: in Nederlandse literatuurlijsten hoort het eerste woord van de ondertitel met kleine
letter, in Engelse met een hoofdletter!
1.2.2 Tekstverwijzing
Basisvorm is dat je verwijst naar auteur (zonder initialen) en jaartal (Janssens, 2011)
Bijv. Het zal nooit weer hetzelfde zijn (Janssens, 2011).
Wordt de auteur in de lopende tekst genoemd, dan staat alleen het jaartal tussen
haken, bijvoorbeeld: Janssens (2011) zegt dat….
2. Leeswijzer
Met behulp van onderstaande leeswijzer kun je snel zien, onder welk kopje in de
handleiding de informatie die je zoekt, te vinden is. De meest voorkomende soorten
bronnen worden genoemd en zijn in de handleiding uitgewerkt. Het kan voorkomen dat
je een bron gebruikt die hier niet tussen staat. Kies in dat geval de bron die hier het
meest op lijkt.
Mediatheek NHL Hogeschool
september 2014
4
3. Boeken
3.1 Boek van 1 auteur (of redacteur)
Janssens, L. (2011). Spelen vanuit verbeelding: handboek voor dramaonderwijs.
Amersfoort: ThiemeMeulenhoff.
Rotshuizen, L. (red.). (1991). Meesters van het Noorden: Jeroen Determan, Peter Dijk,
Siemon Dijkstra, Daan Hemminga, Rienk Kruiderink, Jos de Loos, Wicher Naberman,
Henk Pietersma, Bart Pots, Joost Schmidt, Hendrik Tillema. Leeuwarden: Stichting
Noordelijke Hogeschool Leeuwarden.
In de tekst verwijs je naar auteur en jaartal (Janssens, 2011) of (Rotshuizen (red.),
1991)
Wordt de auteur in de lopende tekst genoemd, dan staat alleen jaartal tussen haken,
bijvoorbeeld: Janssens (2011) zegt dat... Dit geldt ook voor alle volgende voorbeelden.
3.2 Boek van 2 auteurs (of redacteurs)
Geerts, W. & Kralingen, R. van (2011). Handboek voor leraren. Bussum: Coutinho.
NB: in Engelstalige literatuurlijsten zet je een komma voor het &-teken (Geerts, W., &
Kralingen, R. van). Als je verslag in het Nederlands is geschreven, doe je dat niet.
In de tekst verwijs je naar (Geerts & Van Kralingen, 2011). Worden de auteurs in de
lopende tekst genoemd dan gebruik je “en”: Geerts en Van Kralingen (2011) beweren…
Mediatheek NHL Hogeschool
september 2014
5
3.3 Boek van 3 t/m 5 auteurs (of redacteurs)
Gerritsma, A., Haan, H. de, Hollander, I. den, Mitzschke, M. & Veen, Y. van der (2010).
Onderzoekvaardig in onderwijs. Assen: Van Gorcum.
Bij 3 t/m 5 auteurs worden bij de eerste verwijzing in de tekst alle auteurs genoemd, alle
volgende keren wordt alleen de eerste auteur genoemd gevolgd door et al.
Dus de eerste keer wordt dit (Gerritsma, De Haan, Den Hollander, Mitzschke & Van der
Veen, 2010). Alle volgende keren wordt dit: (Gerritsma et al., 2010)
In de lopende tekst bij de eerste keer: Gerritsma, De Haan, Den Hollander, Mitzschke en
Van der Veen (2010) zeggen dat….
Bij de volgende keer: Gerritsma et al. (2010) zeggen dat…
3.4 Boek van 6 t/m 7 auteurs (of redacteurs)
Harshagen, L., Hollander, M. den, Krijgsman, A., Meijerink, G., Mitzschke, M., Schyns, Y.
& Vinzelberg, A. (2009). Trabitour: Du: Havo/vwo F: Arbeitsbuch. Houten: EPN.
Alle (max 7) auteurs worden genoemd in literatuurlijst, waarbij voor de laatste auteur
een & staat.
Vanaf de eerste verwijzing in de tekst wordt alleen de eerste auteur genoemd, gevolgd
door et al. (Harshagen et al., 2009)
In de lopende tekst krijg je dan: Harshagen et al. (2009) beweren dat….
3.5 Boeken van 8 of meer auteurs (of redacteurs)
Zeijl, A. M. M. M. van, Keizer, J., Masseling, J. H. M. J., Burger, J. M. K., Caspel, R. D. J.
van, Ruiter, A. M. de, … Lemans, J. A. M. (Red.). (2009). Wetteksten Hoger Economisch
Onderwijs: editie 2010/2011 (26e ed.). Groningen: Noordhoff.
Noem in de literatuurlijst de eerste 6 auteurs, gebruik dan 3 punten als weglatingsteken,
gevolgd door de laatste auteur.
Al vanaf de eerste verwijzing in de tekst wordt alleen de eerste auteur genoemd, gevolgd
door et al. (Van Zeijl et al., 2009)
In de lopende tekst: Van Zeijl et al. (2009) zijn van mening..
3.6 Auteur anoniem of onbekend
Soms komt het voor dat de auteur zich niet bekend wil maken en kiest voor vermelding
als “Anoniem” of “Anonymous”. Alleen dàn kun je deze term opnemen als was het een
auteursnaam.
Als de auteur gewoon niet bekend is, komt de titel op de plaats van de auteur in de
literatuurlijst.
Bij de verwijzing in de tekst wordt de (verkorte) titel (of de hele titel als deze kort is)
tussen aanhalingstekens geplaatst of cursief gezet.
Mediatheek NHL Hogeschool
september 2014
6
3.7 Organisatie als auteur
Centraal Planbureau. (2009). Centraal economisch plan 2009: de kredietcrisis: oorzaken
en gevolgen. Den Haag: SDU.
Bij de verwijzing in de tekst wordt vermeld (Centraal Planbureau, 2009).
In de lopende tekst: het Centraal Planbureau (2009) geeft aan…
Als de organisatie ook de uitgever is van de publicatie, dan geef je als uitgever ”Auteur”
op om te voorkomen dat de naam dubbel in de beschrijving komt te staan.
Bijvoorbeeld: American Psychological Association. (2010). Publication manual of the
American Psychological Association (6th ed.). Washington, DC: Auteur.
Is een organisatie de auteur, dan wordt in de literatuurlijst altijd de volledige naam
vermeld, tenzij die afkorting tot eigennaam is geworden (HEMA, ANWB) of de instantie
bekend is geworden onder de afkorting (VPRO, TNO). Laat lidwoorden ook buiten
beschouwing.
Ook in de tekst doe je dit, maar bij bekende organisaties mag de veelgebruikte afkorting
worden gebruikt (bijv. CBS). De afkorting moet dan geïntroduceerd worden bij de eerste
verwijzing (bijvoorbeeld Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS)).
4. Hoofdstuk uit een boek
Stol, W., Leukfeldt, R. & Kerstens, J. (2011). Cybersafety. In W. Stol, C. Tielenbrug, W.
Rodenhuis, S. Pleysier & J. Timmer (red.), Basisboek integrale veiligheid (p. 295-308).
Den Haag: Boom Lemma.
Bij de vermelding van de namen van de redactieleden/auteurs van het boek als geheel
komt eerst de voorletter (en evt. tussenvoegsel) en dan pas achternaam. Dit in
tegenstelling tot de auteurs van het hoofdstuk. Daarnaast wordt bij “In W. Stol” geen
dubbele punt (:) gebruikt.
Bij de verwijzing in de tekst wordt vermeld (Stol, Leukfeldt & Kerstens, 2011), bij een
tweede verwijzing wordt met (Stol et al., 2011) verwezen.
In de lopende tekst wordt dat bij de eerste keer: Stol, Leukfeldt en Kerstens (2011) zijn
van mening.. Bij alle volgende keren: Stol et al.(2011) zijn van mening..
5. E-Book
5.1 Met DOI (Digital object identifier)
Een DOI wordt toegekend met als doel materiaal te identificeren en een permanente link
te geven voor de locatie ervan op internet. In de literatuurlijst functioneert de DOI als
link naar het materiaal waarnaar je verwijst. Als een DOI is toegekend aan een werk, dan
neem je deze altijd op in de literatuurlijst. Als er geen DOI is toegekend aan het werk,
vervang de DOI dan door “Geraadpleegd via URL”.
Schiraldi, G.R. (2001). The post-traumatic stress disorder sourcebook: A guide to
healing, recovery and growth. doi:10.1036/0071393722
NB: nooit een punt achter een DOI-numer
In de tekst schrijf je (Schiraldi, 2001) of volgens Schiraldi (2001) ….
Mediatheek NHL Hogeschool
september 2014
7
5.2 Zonder DOI
Imlach, P. & Young, S. (1986). Heaven and hell in the NHL. Geraadpleegd via
http://books.google.nl/books
In de tekst schrijf je (Imlach & Young, 1986) of Imlach en Young (1986) beweren dat ….
In principe is de beschrijving hetzelfde als bij een papieren versie van een boek. Wat
verschilt is het “waar”. Dus, in plaats van de gegevens van de uitgever (plaats en naam
uitgever), vermeld je waar op internet je het boek hebt geraadpleegd.
6. Artikel uit een online encyclopedie
NHL Hogeschool. (z.j.). In Wikipedia. Geraadpleegd op 14 augustus 2012, op
http://nl.wikipedia.org/wiki/NHL_Hogeschool
Omdat het een veranderlijke bron is, wordt hier wel de datum van raadpleging vermeld.
Omdat dit een anonieme bron is, verwijs je er in de tekst als volgt naar: (“NHL
Hogeschool”, z.j.) of “NHL Hogeschool” (z.j.)
7. Tijdschriftartikelen
Basisvorm
Auteur, A. A., Auteur, B. B. & Auteur, C. C. (Jaar). Titel van het artikel. Titel van het
Tijdschrift, jaargangnummer(=volume)(eventueel afleveringnummer= issue),
beginpagina-eindpagina.
In het algemeen verwijs je bij een tijdschrift in een tekst op dezelfde manier als bij
boeken, dus afhankelijk van het aantal auteurs.
Afleveringsnummers worden in principe niet vermeld. Alléén als iedere aflevering van een
tijdschrift opnieuw begint met pagina 1 (het tijdschrift nummert dan niet door), wordt
het afleveringsnummer vermeld. Dit is bij populair-wetenschappelijke tijdschriften
meestal het geval.
7.1 Tijdschriftartikel met DOI
Het DOI nummer moet altijd vermeld worden als deze is toegekend. Altijd zonder punt
aan het eind. Als een artikel een DOI heeft, hoeft het webadres niet vermeld te worden.
Kuijpers, J. M., Houtveen, A. A. M. & Wubbels, T. (2010). An integrated professional
development model for effective teaching. Teaching and Teacher Education, 26, 16871694. doi:10.1016/j.tate.2010.06.021
In de tekst schrijf je de eerste keer (Kuipers, Houtveen & Wubbels, 2010) en alle
volgende keren (Kuipers et al., 2010) of de eerste keer Kuipers, Houtveen en Wubbels
(2010) beweren dat …. Alle volgende keren: Kuipers et al. (2010) beweren dat ….
Mediatheek NHL Hogeschool
september 2014
8
7.2 Tijdschriftartikelen zonder DOI, elektronisch
Peppelenbos, C. (2003). De canon is voor luie docenten: de canon bezien.
Tsjip/Letteren, 13(1), 17-20. Geraadpleegd via
http://www.dbnl.org/tekst/_tsj001200301_01/_tsj001200301_01_0006.php
Het webadres wordt nu wel vermeld.
In de tekst schrijf je (Peppelenbos, 2003) of Peppelenbos (2003) zegt….
7.3 Tijdschriftartikelen zonder DOI, papier
Heijde, H. van der (2012). Wilhelmus van Arabië: topsport en nationalisme. Maatschappij
& Politiek, 43(6), 4-5.
In de verwijzing in de tekst vermeld je (Van der Heijde, 2012) of Van der Heijde (2012)
beweert…
Bij maandelijks verschijnende afleveringen zet je ook de maand bij het jaartal.
Bij een weekblad en een dagelijks verschijnend blad, zoals een krant, vermeld je de
volledige verschijningsdatum achter de auteursnaam.
8. Krantenartikelen
8.1 Krantenartikel papier
Hulsing, J. (2012, 30 januari). Wereldwijd games maken in 48 uur. Leeuwarder Courant,
p. 11.
Bij kranten zet je wel een p. voor het paginanummer
In de tekst schrijf je: Hulsing (2012) is van mening dat… of (Hulsing, 2012)
8.2 Krantenartikel online
Michaels, S. (2012, 16 augustus). YouTube is teens' first choice for music. The Guardian.
Geraadpleegd via http://www.guardian.co.uk
-
Gebruik hier de verkorte url van de krant, omdat de hele url na verloop van tijd
vaak niet meer werkt/aanwezig is.
NHL: samenwerking met Chinese universiteiten. (2011, 8 oktober). Leeuwarder Courant.
Geraadpleegd via http://academic.lexisnexis.nl/
In de tekst vermeld je dat op dezelfde manier als bij de papieren versie, dus Michaels
(2012) is van mening dat etc. of (Michaels, 2012)
Mediatheek NHL Hogeschool
september 2014
9
9. Wetten, besluiten en regelingen
Meestal vind je aan het eind van een wet of regeling een zgn. “citeertitel”. Die gebruik je
dan bij verwijzing in de tekst. Een jaartal hoef je dan niet vermelden.
In de literatuurlijst:
Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek. Geraadpleegd via
http://wetten.overheid.nl/BWBR0005682/geldigheidsdatum_10-07-2014
In de tekst wordt dat bijvoorbeeld: een instelling voor hoger onderwijs kan een
instellingstoets kwaliteitszorg aanvragen (Wet op hoger onderwijs en het
wetenschappelijk onderzoek) of de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk
onderzoek, stelt dat…
10.
Audiovisueel
10.1 Film op dvd
De belangrijkste makers komen op de plek van de auteur (functie tussen haakjes
erachter). Het land van oorsprong en de studio komen op de plek waar anders de plaats
van uitgave en naam uitgever staan.
Becker, W. (regie) & Arndt, S. (productie). (2002). Good bye Lenin! [DVD]. Duitsland: X
Filme.
In de tekst schrijf je (Becker & Arndt, 2002) of Becker en Arndt (2002) laten zien dat…
10.2 Tv-serie
Voor een aflevering van een tv-serie gebruik je de vorm van een hoofdstuk uit een boek,
waarbij de scenarioschrijver en regisseur op de plaats komen van de auteur en de
producent op de plaats van de redacteur.
Egan, D. (scenarioschrijver) & Alexander, J. (regisseur). (2005). Failure to communicate
[aflevering van televisieserie]. In D. Shore (producent), House. New York, NY: Fox
Broadcasting.
In de tekst schrijf je (Egan & Alexander, 2005) of Egan en Alexander (2005) laten zien
dat…
10.3 Tv-uitzending via Academia
Cohen, P. & Haalen, M. van (regisseurs). 2013, 26 februari. Bloot [tv-uitzending]. In
IDTV Docs (producent), Het uur van de wolf. Geraadpleegd via http://www.academia.nl/
In de lopende tekst schrijf je (Cohen & Haalen, 2013) of volgens Cohen en Haalen
(2013)…
Mediatheek NHL Hogeschool
september 2014
10
10.4 Youtube
NHL Hogeschool. (2010, 18 november). NHL Hogeschool Lipdub: Scouting for girl:
Famous [videobestand]. Geraadpleegd via
http://www.youtube.com/watch?v=kX1Mc0e2fBA
Als een nickname wordt gebruikt, dan mag je deze vermelden. Geef de exacte datum van
upload. Na de titel volgt: [Videobestand].
In de tekst: (NHL Hogeschool, 2010) of NHL Hogeschool (2010) heeft laten zien dat…
Wanneer de maker onbekend is, komt de titel van het werk op de plaats van de maker
(dit geldt voor alle typen bronnen). In de lopende tekst wordt dan de (verkorte) titel en
het jaar genoemd.
11.
Afbeeldingen
Foto’s, plattegronden, afbeeldingen en grafieken worden aangeduid als figuur. Tabellen
worden aangeduid als tabel. Nummer de figuren in volgorde van voorkomen. Doe
hetzelfde met de tabellen. Onder de afbeelding vermeld je de bron, in de literatuurlijst
komt deze terug. In de tekst introduceer je de bron met het toegekende nummer.
11.1 Afbeelding van website
Maker, jaar, titel, auteursrechthebbende zijn bekend
Onder de afbeelding vermeld je: Figuur 1. Overgenomen van NHL bij nacht (2012), door
W. Friso. Copyright 2012 NHL Hogeschool. Geraadpleegd via
http://www.nhl.nl/nhl/136/over-de-nhl/mediatheek.html.
Heb je toestemming van de maker/rechthebbende gekregen om de afbeelding te
gebruiken, voeg dan na de URL toe: Overgenomen met toestemming.
In je literatuurlijst vermeld je:
Friso, W. (2012). NHL bij nacht [foto]. Geraadpleegd via
http://www.nhl.nl/nhl/136/over-de-nhl/mediatheek.html
In de tekst vermeld je figuur 1 (Friso, 2012) toont…
Maker, jaar, titel, auteursrechthebbende zijn onbekend
Onder de afbeelding vermeld je:
Figuur 1. Overgenomen van [NHL bij nacht] (z.j.). Auteursrechthebbende niet bekend.
Geraadpleegd via http://www.nhl.nl/nhl/136/over-de-nhl/mediatheek.html
In de literatuurlijst vermeld je:
[NHL bij nacht] [Foto]. [z.j.]. Geraadpleegd via http://www.nhl.nl/nhl/136/over-denhl/mediatheek.html
In de tekst vermeld je figuur 1 (NHL bij nacht, z.j.) toont…
11.2 Afbeelding uit boek
Onder de afbeelding vermeld je:
Figuur X. Spiraal van verandering. Overgenomen uit Inleiding social work: vanuit
internationaal perspectief (p.62), door W. Blok, 2009, Baarn: HB uitgevers. Copyright
2008 Willem Blok.
In de literatuurverwijzing vermeld je:
Blok, W. (2008). Spiraal van verandering [afbeelding]. In W. Blok. Inleiding social work:
vanuit internationaal perspectief (p.62). Baarn: HB uitgevers.
Mediatheek NHL Hogeschool
september 2014
11
In de tekst verwijs je naar figuur X (Blok, 2008)
Mediatheek NHL Hogeschool
september 2014
12
12.
Website
Als je specifieke informatie van een webpagina of een webdocument (waaronder dus
citeren) gebruikt, vermeld je die in de literatuurlijst.
Basisvorm: Achternaam auteur, A. A. (datum website of update). Titel van het onderdeel
van de website. Geraadpleegd (eventueel datum) via url
Een website waarbij een organisatie de auteur is, wordt als volgt in de literatuurlijst
vermeld:
NHL Hogeschool. (z.j.). Excellentieprogramma. Geraadpleegd op 14 januari 2013 via
http://www.nhl.nl/nhl/5794/scholier-en-student/excellentieprogramma.html
In de tekst staat het zo:
NHL Hogeschool heeft een speciaal onderwijsprogramma voor excellente studenten (NHL
Hogeschool, z.j.).
of
NHL Hogeschool (z.j.) heeft een speciaal onderwijsprogramma voor excellente studenten.
Ander voorbeeld:
Habraken, J. H. M. (2012). Bronvermelding volgens de richtlijnen van de APA:
handleiding: gebaseerd op de 6e ed. van de Publication Manual. Geraadpleegd via
http://drcwww.uvt.nl/its/voorlichting/handleidingen/bibliotheek/apa.pdf
In de tekst verwijs je ernaar als bij een boek (Habraken, 2012) of Habraken (2012)
meldt dat…
Bij een verwijzing in de tekst naar (praktische informatie van) een website, noem je de
URL alleen de lopende tekst. Een website als geheel wordt in het algemeen niet
opgenomen in de literatuurlijst.
Bijvoorbeeld: De APA website (http://www.apa.org/) geeft informatie over het maken
van literatuurlijsten.
13.
Blog
Peppelenbos, C. (2012, 11 januari). NHL: Maxima opent nieuwe NHL-gebouw [Web log
post]. Geraadpleegd via
http://coenpeppelenbos.blogspot.nl/2010/04/nhl-maxima-opent-nieuwe-nhlgebouw.html
In de tekst vermeld je (Peppelenbos, 2012), in de lopende tekst vermeld je Peppelenbos
(2012) zegt …
Als een nickname is gebruikt, dan noem je die. Vermeld de exacte datum. Bij een
commentaar/reactie staat vóór de titel van de post waarop gereageerd is: ‘Re:’. De titel
wordt niet gecursiveerd. Na de titel volgt: [Web log post] of [Web log comment]
Mediatheek NHL Hogeschool
september 2014
13
14.
Scripties uit de HBO-Kennisbank
Staal, J. (2012). Het kapitaal van Súdwest Fryslân: scriptie over burgerparticipatie bij het
onderhoud van de kapitaalgoederen in de gemeente Súdwest Fryslân (Student thesis,
NHL Hogeschool, Leeuwarden). Geraadpleegd via http://www.hbokennisbank.nl/nl/page/hborecord.view/?uploadId=nhl%3Aoai%3Arepository.samenmake
n.nl%3Asmpid%3A13534
In de tekst verwijs je naar auteur en jaartal: (Staal, 2012) of zeg je Staal (2012)
meldt….
15.
Jaarverslag uit een database
Ahold. (2012). Jaaroverzicht 2011. Geraadpleegd via http://company.info
In de tekst verwijs je naar auteur en jaartal: (Ahold, 2012) of Ahold (2012) geeft aan …
16.
Persoonlijke communicatie
Bronnen die tot persoonlijke communicatie horen (interviews, telefoontjes, mailtjes, e.d.)
neem je niet op in de literatuurlijst. Wel geef je een verwijzing in de tekst:
(R. van Vliet, persoonlijke communicatie, 1 mei 2010).
17.
Opmaak van de literatuurlijst
In principe neem je alle bronnen waarnaar je in de tekst verwijst op in de literatuurlijst.
Uitzondering hierop vormen persoonlijke communicatie (zie paragraaf 16), bepaalde
informatie van websites (zie paragraaf 12) en secundaire bronnen (zie paragraaf 1.1.1)
Boeken, artikelen en websites staan door elkaar heen.
De lijst begint op een nieuwe pagina, eventuele bijlagen komen nog daarna.
De referenties worden alfabetisch gerangschikt op achternaam van de (eerste) auteur.
Er wordt letter voor letter gealfabetiseerd, waarbij geldt: ‘niets komt vóór iets’. Dit
betekent dat Brown, J. R. voorafgaat aan Browning, A. R.
Cijfers gaan voor letters (50 komt voor Aarts, J.)
Auteursnamen met vaste voorvoegsels zoals M’, Mc’ en Mac worden letterlijk
gealfabetiseerd. MacArthur gaat vooraf aan McAllister.
Auteursnamen met losstaande voorvoegsels (zoals: van, de) worden gealfabetiseerd
zoals in het land van herkomst van de auteur gebruikelijk is. (Vries, R.J. de)
Meerdere publicaties van dezelfde auteur worden geordend op publicatiejaar (de meest
recente eerst).
Bij meerdere publicaties van dezelfde auteur in hetzelfde jaar zet je a, b etc. achter het
jaartal, zonder spatie.
Uitgebreidere informatie over APA-richtlijnen is te vinden in de hierna volgende
bronnen:
American Psychological Association. (2010). Publication manual of the American Psychological
Association (6th ed.). Washington, DC: Auteur.
Habraken, J. H. M. (2012). Bronvermelding volgens de richtlijnen van de APA: handleiding:
gebaseerd op de 6e ed. van de Publication Manual.
Geraadpleegd via http://drcwww.uvt.nl/its/voorlichting/handleidingen/bibliotheek/apa.pdf
Poelmans, P. & Severijnen, O. (2013). De APA-richtlijnen : over literatuurverwijzingen en
onderzoeksraportage. Bussum: Coutinho.
Mediatheek NHL Hogeschool
september 2014
14
Stefanie. (2011, 27 oktober). How to Create a Reference for a YouTube Video [Web log post]
Geraadpleegd via http://blog.apastyle.org/apastyle/2011/10/how-to-create-a-reference-for-ayoutube-video.html
Stenden Hogeschool Bibliotheek. (2011). Bronvermelding volgens APA-richtlijnen. Geraadpleegd
via http://www.stenden.com/nl/mystenden/bibliotheek/Documents/APA-handleiding.pdf
Mediatheek NHL Hogeschool
september 2014