geschiktheid-van-de-gronden-in-flevoland-voor-het-telen

Download Report

Transcript geschiktheid-van-de-gronden-in-flevoland-voor-het-telen

W E R K D O C U M E N T
GESCHIKTHEID VAN DE GRONDEN I N FLEVOLAND
VOOR HET TELEN VAN BOOMKWEKERIJPRODLWTEN
(MET EEN "ZO BREED MOGELIJK ASSORTIFIE:JT")
1)E EVENTUEEL VEREISTE ~ODEMTECHNISCHG
MAATREGELEN OM D I E GESCHIKTHEID T E VERGROTEN
door
H. Hoeve
1978-204 Abw
b'
J I E N S T
9363
..~
. .
I
i
. ~.
V O O R
D E
september
I J S S E L M E E R P O L D E R S
S M E D I N G H U I S
Inhoud
1 . Inleiding
2. De kleigronden en de klei-op-humusrijke-kleigronden
3. De zware en de lichte zavelgronden
4. De klei-op-zandgronden en de zandgronden
5. De klei-op-veengronden
6. Samenvatting en conclusie
Conclusie
Bijlage 1 . Lijst van boomteeltgewassen die in IJsselmeerpolders
(kunnen) worden geteeld; assortimentsoverzicht en
teeltm~~e'lijkheden
van boomkwekerijprodukten in Flevoland en de Noordoostpolder.
Bijlage 2. Boomteeltgeschiktlieid en grondverbeteringen. Kaart
met de mate van ge'schiktheidvan profielen in Oostelijk en Zuidelijk Flevoland.
'
1 . Inleiding
Het aangeven van de mate van g e s c h i k t h e i d voor boomteelt van d e jonge
zeekleigronden i n Flevoland i s n i e t met e n k e l e woorden af t e doen.'
O v e r h e t t e l e n van een "breed'! a s s o r t i m e n t boomkwekerijprodukten op
zware kleigronden z i j n weinig e r v a r i n g e n bekend. A l l e e n i n Opheusden
en i n Flevoland i s e r e r v a r i n g met een "beperkt" a s s o r t i m e n t . Die e r varingen z i j n goed, ook a 1 hebben zware kleigronden we1 een a a n t a l nad e l e n m.b.t. h e t t e l e n van bomen. De bezwaren l u i d e n k o r t samengevat
a l s volgt:
een k l e i g r o n d i s i n h e t v o o r j a a r l a n g e r koud dan b i j v o o r b e e l d een
zandgrond; zware kleigronden z i j n vaak wat g r o f k o r r e l i g van s t r u c t u u r
waardoor de o m s l u i t i n g om de w o r t e l s onvoldoende i s ( v e r d r o g i n g ) . De
aanslag van jong plantgoed (en van zaaigoed) l a a t daardoor te,wensen
over. Die g r o e i a c h t e r s t a n d i n d a t e e r s t e j a a r wordt ( b i j m e e r j a r i g e
t e e l t e n ) vaak i n h e t volgende j a a r we1 weer i n g e h a a l d , maar d i e a c h t e r standen worden toch a l s een nadeel aangemerkt.
kleigronden z i j n g e v o e l i g voor s t r u c t u u r b e d e r f b i j grondbewerking (of
r o o i e n ) onder n a t t e omstandigheden;
- h e t w o r t e l s t e l s e l vanbomen op zware k l e i i s grof i n v e r g e l i j k i n g met
d a t van l i c h t e r e gronden. Dat i s een handelsnadeel ook a 1 zeggen de
t e l e r s z e l f d a t d i t nadeel i n f e i t e n i e t b e r u s t op w e r k e l i j k e a c h t e r standen van bomen met e e n grof w o r t e l s t e l s e l . Het b e t r e f t dus een
"handelsf abel".
De vorming van een grof w o r t e l s t e l s e l i s w e l . e e n w e z e n l i j k bezwaar
voor p l a n t e n d i e met " w o r t e l k l u i t " warden a f g e l e v e r d ( h e t a a n t a l daarvan neemt t o e ) . Door r e g e l m a t i g l o s s n i j d e n van de w o r t e l s wordt een
I,
f i j n e r e w o r t e l p r u i k " verkregen. Op k l e i g r o n d e n m e t een code 7 of hoger l e v e r t d i t vormen van eeii " w o r t e l k l u i t " problemen op. B i j gronden
met een code 6 of l a g e r t r e e d t d i t p r o b l e e m ' n i e t o f minder op:
Lossnijden op kleigronden l e v e r t evenwel weer g r o t e g r o e i a c l i t e r s t a n d e n
OP
de hogere pH van k a l k r i j k e zeekleigronden l e v e r t een beperking op van'
h e t t e e l b a r e a s s o r t i m e n t . Dat kan n i e t worden o n t k e n t , van EricaceEen
( i n c l . Azalea en Rhododendron) i s bekend d a t z i j op k a l k r i j k e k l e i i n
h e t algemeen n i e t g e d i j e n . Overigens g e l d t e c h t e r d a t i e d e r e grond
een e i g e n optimale pH voor een bepaald gewas k e n t .
a l s bezwaar van d e p o l d e r g r o n d e n i n Flevoland wordt nog genoemd h e t
ontbreken van luwte. D i t probleem v e r d w i j n t i n de t i j d door i n p l a n t
van weg- en andere b e p l a n t i n g , t e r w i j l ook windsingels h n e n worden
aangelegd.
De slagingsverwachting voor een "breed" a s s o r t i m e n t , waarin o o k ' d e " f i j nere" of "Boskoopse t e e l t e n " z i j n inbegrepen, op zware kleigronden i s ,
op grond van c o n c l u s i e s van tuinbouwdeskundigen u i t Boskoop, g e r i n g .
De verwachtingen t . a . v . h e t voor z u l k e t e e l t e n g e s c h k t e r maken van gronden door v e r s c h r a l i n g , door PH-verlaging en door toevoeging van organis c h e s t o f z i j n eveneens g e r i n g .
I n f e i t e weten we n i e t d a t h e t z a l mislukken, maar'evenmin i s h e t b i j
voorbaat zeker d a t h e t z a l lukken. Daarom w i l l e n w i j op d i t moment geen
c o n c r e t e aanbevelingen doen om i n een bepaald gebied grondverbetering
t o e t e passen. We1 z i j n e n k e l e experimenten aan t e bevelen, b i j v o o r beeld door 4 - j a r i g e p a c h t c o n t r a c t e n met boomtelers a f t e s l u i t e n of door
een experiment i n e i g e n beheer.
Het v e r g r o t e n van de e r v a r i n g i s v o o r a i gewenst omdat i n de p r a k t i j k
s t e e d s weer b l i j k t d a t op de jonge zeekleigronden i n de I J s s e l m e e r p o l d e r s de t e e l t m o g e l i j k h e d e n g r o t e r z i j n dan men a a n v a n k e l i j k v e n g a c h t t e .
De s l a g i n g s k a n s i s d a a r b i j ook a f h a n k e l i j k van de ondernemerskwaliteit.
-
-
-
-
-
Vanwege het ontbreken van ervaring is op dit moment ook geen slagingskans aan te geven voor het resultaat van gr~ndverbeterin~smaatre~elen.
Zonder grondverbeteringen is echter ook reeds een tamelijk groat assortiment in de polders te ielen (zie bijlage 1).
Voor het aantrekken van breed assortiment-teleri (niet zijnde doorvkr.
,praktisch~tweerekopers zoals tuincentra c.q. hoveniers e.d.) I ) . zijn
deneririgen t e volgen:
. .
A. De geteelde produkten worden vooral regionaal(lokaa1) afgezet. Dan
moeten de te telen produkten ook in die regio zonder veel rcsico willen gedijen, althans geen aanslagproblemen opleveren na verkoop. In
Flevoland zijn dan geen ingrijpende grondverbeteringen zoals pH'verlagen, grondverschralen, organische stof,toevoegen e.d. noodzakelijk,
omdat bij herinplant op soortgelijke gronden .als waarop het materiaal
werd grootgebracht.geen moeilijkheden zijn te.verwachten.
B. De geteelde produkten warden op de (inter-)natidnd~e markt afgezet.
De best concurrerende soorten zijn dan gewenst;' Laan- en vruchtbomen
hebben dan goede kansen. 'Voor "fijnere" teelten kunnen de gronden
moeilijker, en soms slechts tegen hoge kosten, beter geschikt worden gemaakt. Die teelten kunnen wellicht beter in "containers", dus
10s van de grondsoort worden 'geteeld. In Nederland neemt de containerteelt in omvang toe. De concurrentiepositie van "f ijne" teelten op
profielen is ververbeterde zeekleigronden zowel als op ~nge~toorde
moedelijk in.het nadeel t.0.v. diezelfde teelt op lichte, vochthou-.
dende, humeuze (zand-)gronden.
Door het ontbreken van ervaringen beginne men met verbeteringen - zowel
voor de "fijne" teelten als voor het overige.a$sortiment - dan ook
slechts op experimentele schaal. De kans datmen van een ingreep spijt
krijg't is rezel aanwezig.
Zoals Hopman en Koning hebben aangegeven ( 2 ) , hebben vooral laan-,
park- en vruchtbomen in'Flevoland een goede slagingskans en dus ook
Daarbij kan nog worden opgemerkt dat
een 'goede con~urrentie~ositie.
vruchtbomen bodemmoeheidsverschijnselen gaan vertonen, de overige niet.
Voor een veel "breder" assortiment zijn (in theorie) nergens in Flevoland geschikte profielen aanwezig, we1 kan de geschiktheid voor,de door
Hopman en Koning genoemde soorten op bepaalde plaatsen nog wat toenemen.
Dit moet hoofdzakelijk gebeuren door verschraling 'van de klei met zand;
op bepaalde plaatsen is menging van de klei met veen (en soms ook nog
met zand) mogelijk.
Andere soorten grondverbeteringen lijken weinig kans op succes te geven,
terwijl het teelbare assortiment er nauwelijks breder door wordt.
Hieronder worden voor Flevoland achtereenvolgens behandeld de geschiktheid voor boomteelt(met de bijbeh'orende "breedte" van het assortiment)
en de eventuele ' ~ e r b e t e r i n ~ s m a a t r i ~ e lvan:
en
I. de kleigronden en d,eklei-op-humusrijke-kleigronden
'.
2. de zware- en de lichte-zavelgronden3. de klei-op-zandgronden en de zandgronden .
4. de klei-op-veengronden.
1) Een boomteler nabij Lelystad, Almere of een ander dichtbevolkt gebied
zal spoedig een doorverkoper worden, vanwege de vraag naar diverse
soorten die dan vanzelf op zo iemand afkomt. Hij zal een zekere oppervlakte als verkoopruimte inrichten, bijv. door betonpaden op enkele meters afstand van elkaar, zodat de klant uit het uitgestalde
materiaal een keuze kan maken. De grondsoort in zulke verkoopruimten
moet fijn van structuur en vochthoudend zijn (of gemaakt worden) om
de plantenwortels goed te kunnen omsluiten en van vocht te voorzien.
Deze indeling is voor dit doe1 samengesteld. De uitkomsten van'het onderzoek zijn samengevat in een kaart (bijlage 2). Men bedenke dat'de
grenzen voor de profielcodes in werkelijkheid vloeiender zijn dan op
de kaarten.
'
Het oordeel over deze profie1en.i~tot stand gekomen door:.
- literatuuronderzoek en'bestudering dossier Stuyfbergen (enkele-jaren
gevestigd geweest als boomteler op G 64)
- bezoeken aan bodemprofielen in sectie A, het Knargebied in Oosteli.jk
en.Zuidelijk Flevoland (sectie E en sectie MZ), secties AZ, OZ, PZ en
QZ.
,
Deze bezoeken werdenafgelegd met: - bodem- en teeltdeskundigen uit de
consulentschappen Boskoop en Tie1
- boomkwekers en voorlichtersuit
Opheusden.(consulentschap Tiel).
Met deze groep zijn ook plantop- .
.
.
standen bekeken.
- de boomteeltvoorlichter voor Noord
Nederland
Gesprekken met en bezoeken aan: - een vruchtbomenkweker in Oostelijk
. . Flevoland
..
- een vruchtbomen- en coniferenkweker
in de N.O.P. (met 6Bn bedrijf bijNa, gele en 66n bij Kraggenburg)
- een tuincentrum-kwekerij bij Emmeloord
- een tuincentrum bij Ens
- de NAK-B bedrijven in,Oostelijk Flevo 1and
.
De oordelen van de geraadpleegde deskundigen uit Boskoop weken nogal ..
(in afwijzende zin) af van.de overigedeskundigen; ieder oordeelde kennelijk vanuit de "eigen" achtergrond.
2. De kleigronden en de klei-op-humusrijke-kleigronden
a. De kleigronden
...
.
Een groot deel van Flevoland hestaat uit kalkrijke kleigronden met een'
normaal humusgehalte en met een pH van 7 8 8. Van deze hoge pH wordteen
zekere beperking van het aantal te telensoorten vewacht, zij hetdat
elke grond zijn eigen "optimum" voor bepaalde teelten kent. Het overblijvende assortiment biedt echter nog grote variatiemogelijkheden (zie
bijlage 1). Het bodemprofiel is op zulkekleigronden, indien ze voldoende zijn gerijpt, tot op grote diepte doowortelbaar. Op deze grond, die
een uitstekende groeikracht heeft en eenunifo-m produkt laat groeien,
zal echter een grof wor~elstelselontstaan en er zal een minder goede
"wortelkluitvorming" iijn'.Deze laatste twee punten zijn erg bezwaarlijk
voor planten waarvoor de handelskanalen de voork&r geven aan een fiji '
wortelstelsel, resp. voor planten die worden gerooid en met wbrtelkldit
worden afgeleverd.
. .
Een grof wortelstelsel is op zich niet schadelijk, de markt vraagt echter
bij voorkeur een fijn wortelstelsel. De'grove wortels ontstaan omdat in
de voedselrijke klei geen vertakt wortelstelsel nodig is om voldoende
voedsel op te nemen.
De zware kleigronden zijn i.h.a. wat grofkorrelig zodat de wortels van
aanplant niet goed worden omsloten (kans op verdroging). Voorts zijn
kleigronden i.h.a. in het voorjaar wat langer koud. Het eerste groeijaar is daardoor niet zo geweldig. Dat kan eventueel in latere jaren
worden goedgemaakt.
2) Werkdocument: no. 1978-190 Abw: De geschiktheid van de gronden in Flevoland voor boomteelt.
Een zeer groot bezwaar is eveneens datvooral het rooien onder natte
omstandigheden (in herfst en winter) en eventuele grondbewerkingen
moeilijk uitvoerbaar zijn en/of gepaard gaan met structuurbederf. Met
name het rooien van de bomen, dat soms ook onder slechte omstandigheden door moet gaan, kan dan structuurbederf van de grond tot gevolg
hebben. Rooien met een lier kan dat bezwaar enigszins velininderen.. Overigens valt het structuurbederf op jonge zeeklei ook nog weer mee. Een
verreden "bietenperceel" kan na lx ploegen en een goede vorstperiode
toch weer een "normale" opbrengst van een volgend gewas leveren.
Laan-, park- en vruchtbomen kunnen op zulke kleigronden met succes worden geteeld. Voor een "breed assortiment" moeten verschraling, pH-verlaging en organische-stoftoevoeging worden uitgevoerd..Het daarvan te
verwachten resultaat is gering.
Verschraling met zand (van de juiste korrelgrootte) geeft kans op slempgevoeligheid, op platerigheid of op ontmenging; veel is hierover niet
met zekerheid bekend. De elders in Nederland zo gevreesde "betonstructuur" is in de IJsselmeerpolders nog niet geconstateerd. De kans bestaat
dus dat een "grondverbetering" uiteindelijk geen verbetering blijkt te
zijn. Door toevoeging van tuinturf of een andere vorm van organische
stofkunnen de bezwaren voor de structuur enigszins verminderen. Aanvoer van zowel zand als van organische stof is evenwe1,kostbaar.
Het verlagen van de pH'door het toedienen van een verzurende meststof
(poederzwavel 0;i.d.) heeft vanwege het hoge kalkgehalte geen kans van
slagen, terwijl de kans op structuurbederf daardoor groter wordt.
b. De klei-op-humusrijke-kleigronden
In een deel van de polder komt klei met een normaal humusgehalte voor
op humusrijke klei (Almere-afzetting). Deze Almere-afzetting kan door
diepploegen aan de oppervlakte worden gebracht. Er ontstaat dan een
grond met een humusgehalte van 8 2 l o % , hetgeen op iich zelfd uitstekend is en te verkiezen boven "gewone" polderklei. De humusrijke lagen
komen op verschillende diepte voor. In de sectie FZ zit het plaatselijk
aan de oppervlakte (kleine plekken), in ander secties (HZ, LZ, JZ,
MZ e.a.) komt het voor onder de bouwvoor.
De bezwaren voor een breed assortiment blijven ook bij humusrijke
. . klei
toch de overhand houden. Deze zijn:
- het ltitumgehalte blijft hoog. Het gevolg is, dat ookzulke grond in
de herfst en winter,.dus in de oogstperiode slecht begaanbaar is
(kans op structuurbederf bij verplicht rooien van bomen is dan groot);
- de Almere-afzetting is kalkhoudend', waardoorde pH hoog zal blijven
(ook bij toediening van verzurende meststoffen). Een hogepH kan,
net als op de kleigronden een beperking van het assortiment betekenen.
Het assortiment heeft desondanks echter nog grote variatiemogelijkheden,net als op de overige kleigronden.
Ook deze gronden zouden moeten worden verschraald met zand van de juiste
korrelgrootte.
Kortom: Humusrijke kleigronden zijn iets minder structuurgevoelig, maar
zijn overigens-vergelijkbaar met gewone kleigronden. Het is nog de vraag
of het voordeel van het bovenhalen van humusrijke klei opweegt tegen de
mogelijke nadelige gevolgen van structuurbederf door die ingreep zelf.
3. De zware en de l i c h t e zavelgronden
3a. De zware zavelgronden (van stortgrondencomplexen)
I n de stortgrondencomplexen van de s e c t i e s 0 Z C n QZ komen g e d e e l t e n voor
met een r e l a t i e f l i c h t e en f i j n k o r r e l i g e bouwkoor. (code 6 ) . ~ e z egronden
z i j n qua a s s o r t i m e n t s b r e e d t e v e r g e l i j k b a a r met d e . g e w o n e k l e i g r d n d e n ,
maar z i j hebben t e e l t t e c h n i s c h e voordel'en. De g e d e e l t e n waarvan de d i k t e
van h e t pakket met code 6 n i e t a l l e e n de b o u w v o o r b e t r e f r . maar d i k k e r
i s ( t o t 50 cm d i e p t e en meer) hebben de s t e r k s t e voorkeut.
Deze gronden z i j n i n f e i t e .zonder v e r d e r e grondverbeteringen b r u i k b a a r
voor boomteelt; zeker voor h e t "Opheusdense" a s s o r t i m e n t (wat ongeveer
v e r g e l i j k b a a r i s met de s o o r t e n i n b i j l a g e I ) , maar ook " w o r t e l k l u i t voming" l e v e r t op deze gronden vermoedelijk weinig problemen op.
I n de s e c t i e s A en G i n 0-Flevoland komen ook enkele p r o f i e l e n voor met
een bouwvoor code 6. Deze p r o f i e l e n z i j n obk g e s c h i k t of met een,.betrekk e l i j k eenvoudige i n g r e e p (woelen-mengen) g e s c h i k t t e m a k e n ; d i e p r o f i e l e n w o r d e n v e r d e r besproken b i j paragraaf 3b (d& l i c h t e zavelg'ronden)
.
3b. De l i c h t e zavelgronden
De l i c h t e zavelgronden (codes 3 en 5 ) , waarvan een zekere o p p e r v l a k t e
t e n noorden van L e l y s t a d ( s e c t i e s A en G ) voorkomt, bieden wat meer
assortimentsmogelijkheden voor boomteelt dan de normale en de hu,musrij'ke
kleigronden. A l s r e p r e s e n t a n t voor deze grondsoort i s kavel A 23 bekeken. Het bodemprofiel b e s t a a t d a a r u i t l i c h t e z a v e l , d i e op een d i e p t e .,
van 50 3 60 cm overgaat i n gelaagd, z e e r f i j n , kleihoudend zand, d a t
s t i j v e r wordt b i j toenemende d i e p t e .
De d o o r l a t e n h e i d van deze ondergrond i s n i e t g r o o t , hetgeen t o t v r i j "
g r o t e s c h ~ n u n e ~ i n g einn de grondwaterstanden kan l e i d e n . Deze grond i s
v o o r t s slempgevoelig.
De beworteling kan a l s gevolg van de g e l a a g d h e i d van de bndergro'nd problemen opleveren. Door t o e p a s s i n g v a n e e n i n t e n s i e v e drainage (om de
en een d i e p e grondbewerking (woelen 5 f 1.000,--1
6 meter 3 f 2.500,--/ha)
ha) kunnen de bezwaren m.b.t. s c h o m e l e n d e grondwaterstanden en bewort e l i n g s d i e p t e voor een b e l a n g r i j k d e e l worden ondervange?.
Het p r o f i e l op kavel A 23 i s t o t op een d i e p t e van ca. 1 m v o l l e d i g
g e r i j p t . Deze gronden z i j n g e s c h i k t voor laan-, park- en vruchtbomen-,
rozen, bos- en haagplantsoenen ( 3 ) . Op deze gronden i s t e e l t van p l a n t e n
met w o r t e l k l u i t mogelijk. Het toepassen van beregening i s vanwege de
slempgevoeligheid van de grond minder gewenst. De g e v o d e k o r s t i s
e c h t e r n i e t hard en b r e e k t b i j l i c h t e bewerking. Voor z a a i c u l t u r e s i s
d i t e c h t e r toch e n i g s z i n s een handicap. G r a s z o d e n t e e l t voor een tuincentrum i s we1 goed mogelijk', hetgeen a l s aanvullende t e e l t en daardoor.
a l s aanvullende inkomstenbron, welkom kan z i j n .
Deze gronden behoeven i . h . a . n i e t of s l e c h t s i n b e p e r k t e mate v e r d e r .
t e worden v e r s c h r a a l d . I n de s e c t i e s A, G en J komen . p r o f i e l e n voor
met code 61616 en met codes 61212 en 71513. Deze l a a t s t e twee z i j n
door menging van de bovenste + 50 cm nog i e t s t e v e r s c h r a l e n (souls i s
ondergrond woelen nog nodig)-en z i j n dan r e l a t i e f goed g e s c h i k t v o o r
boomteelt Een "breed" a s s o r t i m e n t i s evenwel nergens i n de p o l d e r t e
verwachten. Verlaging van de pH b i e d t ook op deze gronden geen kans op
succes. Door toevoeging van organische s t o f zou de slempgevoeligheid
p o s i t i e f t e beinvloeden z i j n . R e l a t i e f gezien bieden deze p i o f i e l e n
i n Flevoland de meeste boomteeltmogelijkheden ( z e k i r voor l o k a l e a f z e t ) :
Een p r o f i e l i n s e c t i e A i s d e s t i j d s ' o o k u i t g e z o c h t a l s vervangende grond
voor een u i t g e k o c h t b o o m t e e l t b e d r i j f . Het t e e l t a s s o r t i m e n t van d a t bed r i j f wordt genoemd i n b i j l a g e I . A 1 met a 1 i s h e t . t e e l b a r e a s s o r t i m e n t
v r i j g r o o t ; a l l e e n van heide-achtigen ( i n c l . Rhododendron en ~ z a l e a )en
van s o m i g e n c o n i f e r e n s o o r t e n i s bekend d a t z i j h e t i n de p o l d e r s l e c h t doen.
.
'
3) voor een bekopt o v e r z i c h t van h e t t o t nu t o e i n de p o l d e r met succes
e e t e e l d e boomkwekerij-assortiment z i e b i j l a g e 1 .
4. De klei--op-zandgronden en de zandgronden
4a. De klei-op-zandgronden
'
Deze p r o f i e l e n komen voor op de b a r ( i n b o s t e l i j k en Z u i d e l i j l ; Flevoland)
en i n s e c t i e PZ b i j Zeewolde:
E r z i j n p r o f i e l e n bekeken op de Knar (kavel E 23 en k a v e l s MZ 25 t / m 28)
~.
en i n s e c t i e PZ (de k a v e l s PZ 21, 38 en 43).
Het o o r s p r o n k e l i j k e p r o f i e l o p E 23 bestond u i t 40 5 50 cm k l e i a f g e z e t
op k a l k l o o s v e r p l a a t s t p l e i s t o c e e n zand. Deze k a v e l i s t . b . v . de inp l a n t van b o s p l a n t s o e n v o o r een g e d e e l t e gediepploegd, w a a r b i j h e t zand
i e t w a t i s vermengd met de k l e i , of aan de o p p e r v l a k t e i s g e b r a c h t . ~ e z e
menging a c h t t e n de deskundigen u i t Boskoop t e g e r i n g , h e t zou i n t e n s i e v e r
moeten. Door j a a r l i j k s e grondbewerkingen wordt de bouwvoor vanzelf
goed "gemengd", 'de d i e p e r e lagen e c h t e r n i e t .
Een bodemprofiel z o a l s d a t op kavel E 23 wordt a a n g e t r o f f e n is b i j d e
diepe zomergrondwaterstanden d i e d a a r voorkomen, d r o o g t e g e v o e l i ~ . Daari
door moet voor z a a i c u l t u r e s de watervoorziening worden gewaarborgd. Een
w i j z i g i n g van de profielopbouw door mengwoelen, f r e z e n of ploegen l e i d t
we1 t o t een g r o t e r e bewortelingsdiepte,, maar de beschikbare hoeveelheid
vocht neemt daardoor maar i n g e r i n g e mate t o e . Het l i e f s t h e e f t men een
k l e i d e k van minstens 50 cm om t e v e r m e n g e n met h e t onderliggende zand.
Een k l e i d e k van m i n d e r d a n 50 cm i s ongewenst, G a r wanneer h e t zand
weer op g r o t e r e d i e p t e dan 80 cm z i t , k o s t h e t v e r s c h r a l e n weer meer
moeite. Het probleem van de vochtvoorziening zou kunnen worden o p g e l o s t
door de zomergrondwaterstand t e verhogen t o t op e n i g e a f s t a n d van de
bewortelde l a a g , of door beregening. V e r s c h r a l i n g v e r g r o o t e c h t e r weer
de kans op' verslemping.
De g e s c h i k t h e i d van de p r o f i e l e n i n s e c t i e PZ i s b i j een k l e i d e k van
ongeveer 50 c m g e l i j k t e s t e l l e n met d i e op E 23.
De boomtelers u i t Opheusden a c h t t e n deze p r o f i e l e n met tenminste
50 cm k l e i op zand n a menging g e s c h i k t voor hun t e e l t e n . De g e s c h i k t h e i d
b i j een d i c h t e r k l e i p a k k e t op zand werd g e r i n g e r g e a c h t , i n f e i t e i s
d i e g e s c h i k t h e i d g e l i j k t e s t e l l e n met normale . k l e i , z i j h e t d a t h e t
zand op een b e r e i k b a r e d i e p t e z i t zo men toch nog zou w i l l e n v e r s c h r a l e n .
B i j h e t vermengen van de k l e i (met een g e h a l t e aan koolzure k a l k van
10%) mrit h e t k a l k l o z e zand i s h e t t e verwachten d a t ook na menging .de
pH nog t i e n t a l l e n j a r e n boven 7 z a l b l i j v e n , hetgeen een zekere beperking
van h e t a s s o r t i m e n t b e t e k e n t .
Overweegt men een grondverbetering dan kan gedacht worden aan: mengwoelen (f 1.000,--/ha) en mengrotoren ( f 2.500,--/ha)
of aan (diep-)ploegen en mengen. Afhankelijk van de gewenste m e n g i n t e n s i t e i t kan men de
mengbewerkingen e v t . een tweede k e e r u i t v o e r e n . De noodzaak van d i t
i n t e n s i e v e mengen kan e c h t e r worden b e t w i j f e l d . H e t e r o g e n i t e i t van d e
ondergrond i s i n de gewassen zelden z i c h t b a a r .
B i j een dun k l e i p a k k e t op zand kan men e v e n t u e e l ook denken aan afschuiven
van h e t dunne k l e i p a k k e t en aanvoer van organische s t o f (veen, compost,
e t c . ) en m e s t s t o f f e n . Men t e e l t dan dus a.h.w. i n zand ( z i e v e r d e r 4 b ) ,
waardoor de assortimentsbeperkingen en de bewerkbaarheidsbezwaren verminderen.
;
4b. De zandgronden
I n Flevoland wordt p l a a t s e l i j k langs de k u s t een g e r i n g e o p p e r v l a k t e
zandgrond a a n g e t r o f f e n . Voor h e t e r o o t s t e d e e l b e s t a a t d i t u i t v e r p l a a t s t
p l e i s t o c e e n zand, waaronder v e e l a l een k l e i - of z a v e l l a a g voorkomt.
I n de n a b i j h e i d van Muiderberg (kavel AZ 87) i s een p r o f i e l bekeken,
d a t min of meer r e p r e s e n t a t ' i e f i s voor deze zgn. kustzanden;
.,
h e t b e s t a a t u i t s c h e l p r i j k , m a t i g f i j n , k l e i a r m zand B (code lb) t e r
d i k t e van c a . 50 cm. D i t zand i s a f g e z e t op zware z a v e l d i e nog geheel
o n g e r i j p t is. D i t ~ r o f i e lb i e d t , v o o r a l ook vanwege de massale hoeveelh e i d schelpen,weinig of geen mogelijkheden voor de boomteelt, ook n i e t
door g r o n d v e r b e t e r i n g ( e n ) . Aan. deze grond kleven de volgende bezwaren:
a. Een hoog g e h a l t e aan k o o l z u r e k a l k met een'daarmee gepaard gaande
b l i j v e n d hoge p H t u s s e n 7 5 8.
b. Een z e e r g e r i n g vochthoudend "ermogen doo; h e t oAtbreken van organische s t o f .
c. Voedselarmoede; d i t i s e c h t e r n i e t h e t groo'tste bezwaar, zolang e r
nog kunstmest b e s t a a t . . ,
d. De w a t e r b e h e e r s i n g i s nauwelijks goed t e m a k e n , omdat op g e r i n g e ,
d i e p i e e e n a f s l u i t e n d e o n g e r i j p t e k l e i l a a g aanwezig i s . (Een k l e i l a a g onder een zandpakket r i j p t n i e t of z e e r t r a a g ) .
I n s e c t i e PZ komen o v e r e n i g e o p p e m l a k t e n s o o r t g e l i j k e gronden voor,
waaraan g r o t e n d e e l s d e z e l f d e bezwaren kleven a l s aan de bovenomschreven
gronden; de g r o n d e n , i n s e c t i e PZ z i j n e c h t e r minder s c h e l p r i j k . Het
koolzure-kalkgehalte van d i t zand bedraagt s l e c h t s 1 2 2%. De pH l i g t
e c h t e r eveneens boven de 7 en z a l ook h i e r nog m o e i l i j k t e verIagen
z i j n , ook e v e n e e n s b o v e n de 7 en ' z a l ook h i e r nog m o e i l i j k t e v e r l a g e n
z i j n , ook a 1 i s d e k a l k r e s e r v e g e r i n g e r .
De watervoorziening i n d i t gebied z a l v e r b e t e r d c.q. h e r z i e n moeten
worden.
.
.
.Aanvoer van v o e d i n g s s t o f f e n e n o r g a n i s c h e s t o f is noodzakelijk. ,
N.B. Wanneer boomteelt op kustzanden wordt overwogen, kan men d e z e l f d e
mogelijkheden en moeilijkheden verwachten o p opgespoten zandgronden i n de s t e d e l i j k e gebieden.
-
5. De klei-op-veengronden
I n de omgeving van de brug b i j Nijkerk ( s e c t i e s NZ en 02) komt i n de
p o l d e r een g e b i e d j e voor met klei-op-veen (-op-zand). 0.a. op kavel
OZ 39 i s e e n b o d e m p r o f i c l bckeken met 25 c m k a l k r i j k e k l e i op e e n pakk e t van c i r c a een meter d i k onverteerd zeggeveen. De k l e i h e e f t een
pH-KC1 van 7,2. Het veen h e e f t een pH-KC1 van 6 , l .
Het p r o f i e l i s o v e r k o r t e a f s t a n d e n nogal v a r i a b e l , zowel de k l e i d i k t e
a l s de v e e n d i k t e v e r s c h i l t . Daarom kunnen h i e r s l e c h t s e n k e l e b e d r i j v e n
van + 10 ha b i j e l k a a r op s o o r t g e l i j k e gronden worden g e s i t u e e r d . Een
k l e i F a k k e t van ongeveer 50 cm k l e i op veen wordt g e p r e f e r e e r d . Het veen
moet dan ( i n g e d e e l t e n ) door de k l e i worden gemengd. Eventueel kan ook
nog wat zand u i t de ondergrond worden vermengd met de bovenlaag.
Grondverbetering i s ' d u s op e n k e l e manieren mogelijk; de s l a g i n g s k a n s e n
l i j k e n op h e t e e r s t e g e z i c h t r e z e l ; z i j h e t d a t h e t veen z a l gaan oxideren. De mogelijkheden z i j n 0 . a . :
I . door b i j voorbeeld j a a r l i j k s 5 2 . 6 cm veen aan t e ploegen zou i n Len
v i j f t a l j a r e n i e t s t e b e r e i k e n z i j n . Het veen moet goed doorvriezen;
tevens kan e l k j a a r een l a a g j e zand worden aangebracht (aanvoeren
of u i t de ondergrond h a l e n ) . De problemen z i j n : h e e f t men g e s c h i k t
zand, i s
r e s u l t a a t acceptabel en. wat z i j n de kosten?
Of de pH l a a g genoeg wordt, i s van t e voren m o e i l i j k t e beoordelen.
Een vraag i s v e r d e r : z a l de d r a a g k r a c h t i n d i t gebied en op deze
p r o f i e l e n voldoende z i j n ? Omdnt geen extreem zware machines nodig
z i j n z a l d i t we1 meevalleh.
Kortom: e r i s geen zekerheid d a t de gemaakte grond aan de e i s e n z a l
voldoen, de k o s t e n z i j n vermoedelijk hoog. Een proef door b.v. 2 x 5 ha
t e verhuren op een 4 - j a r i g c o n t r a c t i s aan t e bevelen.
2. door de k l e i l a a g a f t e voeren en h e t veen met zand t e mengen. Er
o n t s t a a t dan een zandige veengrond of een humeuze zandgrond. De pH
kan dan we1 l a g e r worden. Het veen z a l e c h t e r oxideren en op den
duur verdwijnen (vgl. de veenkoloniale. p'roblemen);
3. lagen omkeren d.m.v. d i e p s p i t t e n . De k o s t e n h i e r v o o r l i g g e n i n de
orde van g r o o t t e van f 30.000,--/ha.
De slagingskansen van de mogelijkheden 2 en 3 iuorden g e r i n g g e a c h t ,
zodat deze mogelijkheden n i e t v e r d e r worden besproken.
6. Samenvatting e n c o n c l u s i e
- Het aangeven van de mate van g e s c h i k t h e i d voor boomkwekerij van de
jonge zeekleigronden i n Flevoland i s n i e t zonder vereenvoudiging k o r t
samen t e v a t t e n .
I n d i t r a p p o r t wordt aangegeven welke c o n c l u s i e s z i j n t e t r e k k e n over
de g e s c h i k t h e i d op b a s i s van de b e p e r k t e hoeveelheid kennis e n e r v a r i n g over boomteelt op zware kleigronden.
- Experimenten om de e r v a r i n g u i t t e b r e i d e n , door 4 - j a r i g e pachtcont r a c t e n met t e l e r s o f ' d o o r proeven i n e i g e n b e h e e r , z i j n aan t e beook i n d i t onderzoek
velen. D i t v o o r a l omdat s t e e d s w e e r . b l i j k t
dat de jonge zeekleigronden i n h e t algemeen ( p r a k t i s c h ) meer mogelijkheden bieden dan a a n v a n k e l i j k ( t h e o r e t i s c h ) .wordt gedacht.
-
-
-
A l s g r o o t voordeel van de jonge zeekleigronden i s t e noemen d a t d e
g r o e i k r a c h t en de u n i f o r m i t e i t van h e t produkt (vooral van belang
a l s p a r t i j e n gecombineerd moeten worden t e n behoeve van de handel)
uitstekend zijn.
- Het t e e l b a r e a s s o r t i m e n t i s voor v r i j w e l a l l e poldergronden (de normale
en de humusrijke kleigronden) h e t z e l f d e , z i j h e t d a t h e t op de wat
l i c h t e r e gronden (code 6 ' o f lager). i e t s ruimer i s . Een o v e r z i c h t
van de toch nog t a m e l i j k g e v a r i e e r d e assortimentsmogelijkheden g e e f t
b i j l a g e I . D i t a s s o r t i m e n t . l i j k t v r i j v e e l op h e t "Opheusdense"
a s s o r t i m e n t ; h e t b e s t a a t v o o r a l u i t laan-, park-, en vruchtbomen en
bos- en haagplantsoenen. Vruchtbomen kunnen l a s t k r i j g e n van bodemmoeheid; de o v e r i g e n i e t . De jonge zeekleigronden hebben qua gebreksz i e k t e n e.d. ook nog voordelen boven de oudere r i v i e r k l e i g r o n d e n
i n Opheusden e.0. Voor een "breder" a s s o r t i m e n t is i n t h e o r i e een
l i c h t e , humusrijke, z u r i g e grond nodig. Zulke gronden hebben we i n
Flevoland n i e t .en z i j n ook m o e i l i j k t e maken door "grondverbeteringen".
Nat n i e t op de grond i n n a t u u r l i j k e l i g g i n g g e d i j t , kan e v e n t u e e l
worden g e t e e l d i n de i n opkomst z i j n de " c o n t a i n e r t e e l t " , w a a r b i j men
a.h.w. de grond z e l f maakt;
Aanvoer van organische s t o f i s a l t i j d goed voor de s t r u c t u u r en voor
e n i g e v e r g r o t i n g van de teeltmogelijkheden.
- Het nadeel van de jonge zeekleigronden
profielen - i s dat:
-
v o o r a l van de zware, homogene,
a. h e t a s s o r t i m e n t e n i g s z i n s b e p e r k t i s .
Ericaceeen 1
Rhododendron en Azalea) b i p a a l d e conifereGsoorten
en a n d e r "met w o r t e l k l u i t a f t e leveren" p l a n t e n doen h e t n i e t of
m o e i l i j k i n de poldergrond.
b. de s t r u c t u u r e l e m e n t e n vaak wat grof z i j n waardoor aanslagproblemen
voorkomen (droogte en kou) en een grof w o r t e l s t e l s e l o n t s t a a t .
Dat l a a t s t e i s 'een h a n d e l s i a d e e l d a t e c h t e r n i e t op r e e g l e overwegingen b e r u s t ( d i e f a e e l zou dus de wereld u i t g e h o l p e n moeten
worden)
c. h h t vormen van een " w o r t e l k l u i t " , van4'bel.ang voor p l a n t e n d i e , &
. t.
k l u i t worden a f g e l e v e r d , i s m o e i l i j k op gronden met code 7-.of, .
hoger. B i j code 6 of l a g e r i s d i t probleem g e r i n g e r ; dbor - l o s s n + j d e n
van de 'wortels' i s dan we1 een " w o r t e l k l u i t " t e vormen, - z i j h e t
. .
d a t d i t ldssni-jden een g r o e i v e r l i e s o p l e v e r t .
d. de grond g e v o e l i g is voor s t r u c t u u r b e d e r f b i j bewerking ( e n . r o o i e n )
onder n a t t e omstandigheden. Humeuze k l e i l a g e n komen v r i j w e l ner'gens aan d e - o p p e r v l a k t e v o o r e n de i n g r e e p van omkeren v e r o o r z a a k t
dan ook w e l l i c h t evenveel of meer voordelen a l s nadelen.
e. e r nog weinig luwte i s . Door windschermen (en o v e r i g e - b e p l a n t i n g )
. ,
i s d a t t e verhelpen.
-
- De g e s c h i k t h e i d
voor boomteelt met een b e p e r k t a s s o r t i m e n t i s op v r i j we1 a l l e poldergronden aanwezig. De mate van g e s c h i k t h e i d v a r i e e l t
met de profielopbouw, hoewel d a t w e i n i g i n v l o e d h e e f t op de b r e e d t e
van h e t a s s o r t i m e n t , en kan i n e e n a a n t a l k l a s s e n worden weergegeven.
De homogeen zware profie.len (met codes 81818, 71818 e.d:; h e t g r o o t s t e
d e e l van Z.Fleyoland) z i j n n i e t a l s k l a s s e opgenomen, ook n i e t a1 korqt
e r onder de bouwvoor een humeuze k l e i l a a g voor.
I a . ~ e s c h i k tzonder g r o n h v e r b e t e r i p g z i j n de zware zrt"elprofielen met
een f i j n k o r r e l i g e bovenlaag (code 6 df l a g e r ) van m i n i t e n s 50 cm.
(Donkergroen gekleurd op k a a r t 2 ) .
I b . ~ e s c h i k tzonder g r b n d v e r b e t e r i n e z i j n o o k d e zwire z a v e l p r o ' f i e l e n
met een i e t s dunnere f i j n k o r r e l i g e bovenlaag. Deze bovenlaag moet toch
we1 25 cm d i k z i j n . (Lichtgroen gekleurd op k a a r t 2 ) .
1.v.m. w o ' r t e l k l u i t ~ o r m i n z~i j n deze gronden iets i n h e t n a d e e l t.'o'.v.
de sub I a genoemde gronden.
Beide g r o n d p r o f i e l e n bevinden z i c h op de stortgrondcomplexen i n de sect i e s O Z en QZ. De grenzen e r t u s s e n z i j n n i e t s c h e r p .
11. Geschikt met e n i g e g r ~ n d v e r b e t e r i nz~i j n de l i c h t e (of l i c h t t e
maken) z a v e l p r o f i e l e n i n de s e c t i e s A, G en J van 0 . Flevoland.
(Groen - middenkleur op k a a r t 2 ) .
Door mengen en/of woelen, alsmede d o o r i n t e n s i e v e d r a i n a g e , z i j n deze
gronden u i t s t e k e n d b r u i k b a a r en min of meer v e r g e l i j k b a a r met de gronden genoemd onder I. (a+b)
De p r o f i e l e n i n de s e c t i e s A, G en J z i j n n i e t uniform. P e r k a v e l z a l
bekeken moeten worden welke grondverbetering d a a r h e t b e s t e l i j k t .
-
111. Geschikt met grondverbetering ( k l e i mengen met veen en e v t . met
zand) z i j n de klei-op-veen(-op-zand)
gronden n a b i j Nijkerk.
Een pakket van minstens 50 cm k l e i op veen v e r d i e n t de voorkeur boven
een dunner k l e i d e k . Het veen z a l n a menging met de k l e i gaan oxideren,
maar de boomteler kan door organische s t o f t o e v o e r de g r o n d k w a l i t e i t
op k a a r t 2 ) .
op p e i l houden. (Paars
--
-
1%. Geschikt met grondverbetering ( v e r s c h r a l i n g ) z i j n de klei-op-zandgronden met een k l e i p a k k e t van 50 t o t 80 cm k l e i . (Geeleekleurd op
kaart 2).
De watervoorziening van de gronden i n k l a s s e I V moet v e i l i g worden gesteld.
-
IVb. Geschikt met grondverbetering ( v e r s c h r a l i n g ) z i j n ook de klei-opzandgronden met h e t zand op g r o t e r e d i e p t e . Zonder v e r s c h r a l i n g z i j n
deze gronden v e r e e l i j k b a a r met de normale k l e i p r o f i e l e n .
Omdat v e r s c h r a l i n g e c h t e r mogelijk i s
zand op b e r e i k b a r e d i e p t e i s deze k l a s s e opgenomen. (Oranjegekleurd op k a a r t 2 ) .
-
Het bovenbrengen van "humeuzp" klei biedt weinig mogelijkheden voor uitbreiding van het assortiment,; de structuurproblemen (vooral de gevoeligheid voor structuurbederf zijn op de humusrijke klei weliswaar geringer
dan op de gewone klei, maar of het voordeel van zo'n omkering opweegt
tegen de kans op structuurverandering door die ingreep is nog onzeker.
Conclusie
.
I .
.
Vrijwel alle gronden in Flevoland (normale zowel als humusrijke kleigronden) hebben goede boomteeltmogelijkheden. Het assortiment is
weliswaar niet "volledig" maar toch redelijk "breed". .
Grondverbeteringen dragen weinig bij tot meer mogelijkheden voor een
"breder" assortiment, we1 wordt de mate van geschiktheid erdoor beinvloedt.
Geschikte gronden liggeA in de secties OZ en QZ (geen grondverbeteringen
nodig) en in de secties A, G en J van 0.Flevoland (we1 enige grondverbeteringsmaatregelen nodig, die niet overal hetzelfde hoeven te zijn).
De secties A, G en J zijn evenwel reeds uitgegeven of er ligt een stedelijke claim op (0.Flevoland is maar ten dele beoordeeld).
Geschikt te maken gronden liggen voorts op de klei-op-zandgronden in
sectie PZ en op de klei-op-veengronden nabij de Nijkerkerbrug in de
Zuidlob van Z.Flevoland.
De grondverbeterkingsmaatregelen en kosten zijn in de betreffende hoofdstukken globaai genoemd; experimenten worden aanbevolen. Alvorens tot
uitgifte aan een gegadigde wordt overgegaan - althans zeker voorzover
de Rijp grondverbeteringen zou moeten uitvoeren - is het gewenst dat
over die verbeteringen overleg tot stand komt en overeensteming ontstaat tussen gronddeskundigen van de ~etenschappelijkeAfdeling en van
de gegadigde.
7
Bijlagen: 2 stuks
Opmerking: Bijlage 2 is a.h.w. een erg korte samenvatting.
Bijlane 1 , blad 1
L i j s t van b ~ o m t e e l t ~ e w a s i edni e i n de I J s s e l m e e r p o l d e r s (kunnen) worden
g e t e e l d ; a s s o r t i m e n t s o v e r z i c h t en t e e l t m o g e l i j k h e d e n van boomkwekerijprodukten i n Plevoland en de Noordoostpolder.
Verklaring van de kolommen e n tekens.
I n deze kolom wordt de L a t i j n s e geslachtsnaam genoemd.
H i e r i n wordt de Nederlandse geslachtsnaam genoemd.
B i j sommige g e s l a c h t e n wordt een nadere g r o e p e r i n g vermeld.
I n deze kolom i s de t e e l t m o g e l i j k h e i d aangegeven door de
h e e r G.A. K o e t s i e r van h e t Consulentschap voor de Tuinbouw t e
Emmeloord.
+ i s voldoende t e e l t m o g e l i j k h e i d
++ i s ruim voldoende t e e l t m o g e l i j k h e i d
Kolom 5: De met een o aangegeven g e s l a c h t e n i n deze kolom waren i n 1972
aanwezig op h e t hoveniers/kweekbedrijf van de h e e r
J. S t u i j f b e r g e n gelegen op k a v e l G 64 i n O o s t e l i j k Flevoland.
De gegevens z i j n verzameld u i t een t a x a t i e l i j s t o p g e s t e l d voor
een pachtontbinding.
Kolom 6: De g e s l a c h t e n met e e n min (-) aangeduid werden i n 1978 g e t e e l d
i n de Vermeerderingstuin "Houtige Siergewassen", Flevopolder
van N.A.K.B.
op kavel T 9a.
Kolom 7: Oordeel van de h e e r G.A. Lassche, boomteler ( t u i n c e n t r u m ) t e
~mmeloord (voorheen b e d r i j f Stuyfbergen)
Wanneer een (x) i s aangegeven i s h e t oordeel n e g a t i e f .
Kolom
Kolom
Kolom
Kolom
I:
2:
3:
4:
.
Acer palmatum
Acer p l a t a n o i d e s
Acer pseudoplatanus
Aesculus
Amelanchier
Esdoorn
~sdoorn
Esdoorn
Paardekastanje
Krentehoompj e
Berberis
Betula
Buxus
Berberis
Berk
Palmboompje
Callicarpa
Cas t a n i a
Carpinus
Catalpa
Cedrus
Cercis
Chaenome l i s
Chamaecyparis
Clematis
Clerodendron
Cornus
Corylus
Corylopsis
Cotinus
Cotoneaster
Crataegus
Callicarpa
Kas t a n j e
Haagbeuk
Katalpa
Ceder
Judasboom
Japanse Kwee
Dwergcypres
Deutzia
Deutzia
Kornoelje
Hazelaar
Corylopsis
Pruikeboom
Dwergmispel
Meidoorn
loofb.
loofb.
loofb
loofb
.
.
loofb.
loofb
.
+
++
++
o
o
o
o
+
+
o
o
+
0
+
+
++
-
-
-
+
conifeer
conifeer
+
++
+
+
x
X
windgevoelig
wortelt niet
o
X
0
o
x(ge1e typen)
0
~ ( o pden duur,
x f&iyt-b-
+
++
++
+
0
0
+
o
-
Bijlage I , blad 2
Elaeagnus
Escallonia
Evonymes
Olijfwilg
+
Kardinaalsmuts
++
Fagus
Forsythia
Fraxinus
Beuk
Chinees k l o k j e
Es
loofb
Ginkgo b i l o b a
Gleditsia
Ginkgo
Chris tusdoorn
sierb.
sierb.
Hedera
Hibiscus
Hippophag
Hydrangea
Hypericum
Klimop
Heemstroos
Duinroos
Hortensia
Hertshooi
Ilex
Jasminum
Juglans
Juniperes
Hulst
Jasmi j n
.Noteboom
Jeneverbes
K e r r i a japonica
Kolkwitzia
loofb.
.
Liquidamber
Lonicera
Amberboom
Kamperfoelie
Magnolia
Mahonia
Malus
Metasequoia
Magnolia
Mahoni a
A P P ~ ~
Philadelphus
Physocarpus
Picea
Pinus
Platanus
Populus
Potentilla
Prunus
Prunus l a u r o c e r a s u s
Pyracantha
Py r u s
Boerenj asmi jn
Sneeuwbalspiraea
Spar
Pynden
Plataan
Populier
Ganzerik
Pruim
Laurierkers
Vuurdoorn
o
++
o
+ ?
0
++
0
+ ?
+
+ ?
+
sierb.
x
x
0
o
aanpassing5: % o e i l ijkheden
o
o
o
o
+
o
+
+
vors tgevoelig
luisgevoelig
(waardplant
voor b o n e l u i s )
b r u i n e beuk
niet
vors tgevoelig
+ ?
+ ?
-
++
+
+
Kerria
Kolkwitzia
Laburnum
Goudenregen
Lavandula
Lavendel
Ligus t rum
Ligus t e r
Liriodendron t u l i p i f e r u m
+
++
++
conif e e r
o
o
o
niet best;
sommige typen
beter
o
vorstgevoelig
a l s jonge plant
++
sierb.
conifeer
x
o
o
+
x
+
0
++
0
+
+ ?
x windgevoelig
0
0
conifeer
loofb.
loofb.
+
+
++
+
++
vrucht/
sierb.
+
+
+
aanmssings/;;;~ilijkhedA
b i j aankoop
zandgrond
o
o
o
o
0
o
-
windgevoelig
0
-
x'
T Z t
Bij lage 1 , blad 3
Quercus
Eik
loofb.
+
Robinia
Rosa
Rhawus
Rhus
~ h u styphina
Ribes
Rubes
Pseudo a c a c i a
Roos
Wegedoorn
loofb.
+
Salix
Sambucus
Spiraea
Skimmia
Sorbaria
Sorbus
Stephanandra
Stranvaesia
Symphoricarpus
Syringa
Wilg
Vlier
Spiraea
Skimia
Lij s terbesspiraea
Li j s t e r b e s
Taxodium
Taxus
Tilia
Thuya
Moeras Cypres
Taxus
Linde
Levensboom
0
++
0
++
0
++
0
+
-
Azi jnboom
Diverse bessen
Braam
loofb.
+
+
X
0
loofb.
-
++
0
+
o
o
-
Stranvaesia
Sneeuwbes
Sering
Ulmus
conifeer
conif e e r
loofb.
conifeer
loofb.
Viburnum Opulus
Gelderse Roos
Weigelia
Weigelia
0
+
o
++
0
x
-
Opmerking: Op &&nvan de b e d r i j v e n van de h e e r Willems i n d e N.O.P. werd
over c o n i f e r e n h e t volgende o o r d e e l u i t g e s p r o k e n (voor de l i c h t e r e gronden):
J u n i p e r e s i s h e t b e s t e i n de N.O.P.
Taxus (blauwspar?) i s de s t e r k s t e
- Chamaecyparis en Thuya z i j n vervolgens de
meest g e s c h i k t e s o o r t e n .
-