01 - Antoinette

Download Report

Transcript 01 - Antoinette

1
3
2
4
1
EURO
5
6
7
8
9
10
11
12
2
50
CENT
1
EURO
5
50
CENT
EURO
50
CENT
CENT
2 1
EURO
EURO
10
CENT
13
15
14
16
18
17
20
19
21
23
22
24
25
27
26
28
30
29
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
43
42
44
46
45
47
48
49
51
50
52
53
55
54
56
57
59
58
60
61
Ik had ...
Ik zou ...
Was ik maar...
62
63
64
Spreekwoorden en gezegden – serie 1
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
Haantje de voorste
Achter het net vissen
De kop in het zand steken
Geld over de balk gooien
Dweilen met de kraan open
Op ieder potje past een deksel
Het paard achter de wagen spannen
Door het oog van de naald kruipen
Eieren voor zijn geld kiezen
De vuile was buiten hangen
Naar de pomp lopen
Zwemmen in het geld
Een kind kan de was doen
Daar komt de aap uit de mouw
De eindjes aan elkaar knopen
Met de rug tegen de muur staan
De knuppel in het hoederhok gooien
De koe bij de horens vatten
De wind van voren krijgen
Een vinger in de pap hebben
Weten hoe de vork in de steel zit
Iemand iets in de schoenen schuiven
In iemands voetsporen treden
Het kind met het badwater weggooien
Kleine potjes hebben grote oren
Met de deur in huis vallen
Het hoofd boven water houden
Iets van de daken schreeuwen
Boontje komt om zijn loontje
Iemand op de vingers kijken
Het gras voor iemands voeten wegmaaien
Over de brug komen
Het hart op de tong hebben
Met de billen bloot gaan
De handdoek in de ring gooien
Het hazenpad kiezen
De draak met iets steken
Iemand de laan uitsturen
Ieder huisje heeft zijn kruisje
Als de kat van huis is dansen de muizen op tafel
De kogel is door de kerk
Bij de pakken neerzitten
De boot missen
Iemand aan het lijntje houden
Iemand over de streep trekken
46
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56
57
58
59
60
61
62
63
64
Bot vangen
Het zinkend schip verlaten
Naar de bliksem lopen
Van een koude kermis thuiskomen
Tegen het zere been schoppen
Door de bomen het bos niet meer zien
Bergen kunnen verzetten
Het over een andere boeg gooien
Aan de weg timmeren
Naar andermans pijpen dansen
Gelijke monniken, gelijke kappen
Iemand het vuur aan de schenen leggen
Met iemand de vloer aanvegen
Uit de slof schieten
Dat klinkt als muziek in de oren
Spijkers op laag water zoeken
De weg naar de hel is geplaveid met goede voornemens
Het hemd is nader dan de rok
Iemand links laten liggen
1
3
2
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
15
14
16
17
18
19
20
21
23
22
24
25
26
27
28
29
30
32
31
33
34
35
36
37
38
40
39
41
43
42
44
45
47
46
48
49
51
50
52
53
55
54
56
58
57
59
60
61
62
63
64
Spreekwoorden en gezegden – serie 2
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
De appel valt niet ver van de boom
In de put zitten
De knoop doorhakken
Twee vliegen in één klap slaan
Door de mand vallen
Na regen komt zonneschijn
De bloemetjes buiten zetten
Een fluitje van een cent
Zoeken naar een speld in een hooiberg
Tegen de lamp lopen
Op eieren lopen
Iemand bij de neus nemen
Water bij de wijn doen
Het ijzer smeden als het heet is
Op alle slakken zout leggen
Er met de pet naar gooien
Met zijn hoofd in de wolken
Roet in het eten gooien
Geen slapende honden wakker maken
Zich in het hol van de leeuw wagen
Met de handen in het haar zitten
Er schuilt een addertje onder het gras
De lont in het kruitvat gooien
Op rozen zitten
De puntjes op de i zetten
Een ezel stoot zich geen twee keer aan dezelfde steen
Iemand onder de duim houden
Met de hoed in de hand kom je door het hele land
Iemand op handen dragen
Onder een hoedje te vangen
Iemand de hand boven het hoofd houden
Naast zijn schoenen lopen
Hoge ogen gooien
Hoog van de toren blazen
Olie op het vuur gooien
Zijn ogen in de zak hebben
Muggen ziften
De ogen in de zak hebben
Beter één vogel in de hand dan 10 in de lucht
Aan iemands lippen hangen
Met twee monden spreken
Met andermans veren pronken
Buiten de pot pissen
Je hart vasthouden
Losse handjes hebben
De boog kan niet altijd gespannen staan
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56
57
58
59
60
61
62
63
64
De hond in de pot vinden
Een streep door de rekening
Iemand voor het blok zetten
Gekken en dwazen schrijven op deuren en glazen
Op zijn stokpaardje zitten
De bokkenpruik op hebben
De kruik gaat zo lang te water tot ze breekt
In hetzelfde schuitje zitten
In het land der blinden is éénoog koning
Doorgestoken kaart
Iets aan de grote klok hangen
De touwtjes in handen hebben
Iets achter de hand hebben
De strijdbijl begraven
Veel noten op zijn zang hebben
En boekje opendoen
Tijd is geld
Een streepje vóór hebben