Reclasseringstoezicht bij voorwaardelijke invrijheidstelling

Download Report

Transcript Reclasseringstoezicht bij voorwaardelijke invrijheidstelling

Reclasseringstoezicht bij voorwaardelijke invrijheidstelling
Vrijdag 2 mei komt Volkert van der G. voorwaardelijk vrij. Hij heeft dan tweederde van
zijn gevangenisstraf uitgezeten na te zijn veroordeeld voor de moord op Pim Fortuyn op
6 mei 2002. Wat houdt voorwaardelijke invrijheidstelling (vi) in en wat is de rol van
Reclassering Nederland? In 13 vragen en antwoorden leest u daarover meer.
1. Voor wie is voorwaardelijke invrijheidstelling?
Door de Wet voorwaardelijke invrijheidstelling komen veroordeelden met een geheel
onvoorwaardelijke gevangenisstraf van minimaal 1 jaar alleen nog onder voorwaarden in
aanmerking voor vrijlating. Bij straffen van meer dan twee jaar volgt vi in beginsel als tweederde
van de opgelegde onvoorwaardelijke gevangenisstraf is ondergaan.
2. Wat is voorwaardelijke invrijheidstelling?
Bij vi geldt de algemene voorwaarde dat de veroordeelde tijdens zijn proeftijd (het laatste
eenderde deel van zijn gevangenisstraf) niet opnieuw een strafbaar feit pleegt. Daarnaast kunnen
bijzondere voorwaarden worden opgelegd. De wet vi (in werking getreden in juli 2008) vervangt de
regeling ‘vervroegde invrijheidstelling’, waarbij een gedetineerde na tweederde van zijn straf
onvoorwaardelijk kon vrijkomen. Als hij opnieuw een strafbaar feit pleegde, kon de
invrijheidstelling niet worden ingetrokken/herroepen. Met vi kan dat wel.
3. Wie bepalen of iemand met vi mag?
De reclassering en het gevangeniswezen brengen een zogenaamd vi-advies uit aan het Openbaar
Ministerie (OM). Het OM beslist vervolgens of iemand in aanmerking komt voor vi en of en zo ja
welke bijzondere voorwaarden er aan worden verbonden.
4. Wat zijn bijzondere voorwaarden?
De volgende bijzondere voorwaarden zijn mogelijk:



Vrijheidsbeperkende voorwaarden, zoals een contactverbod, locatieverbod, drugs- of
alcoholverbod of een meldingsplicht.
Gedragsbeïnvloedende voorwaarden, zoals deelname aan een training.
Voorwaarden gericht op zorg, zoals een behandeling bij een instelling van geestelijke
gezondheidszorg of verslavingszorg.
5. Wat staat er in een vi-advies?
In het adviesrapport staat vermeld welke bijzondere voorwaarden de reclassering nodig acht bij het
toezicht. Bijzondere voorwaarden worden afgestemd op de persoon, het gepleegde strafbare feit en
de kans dat de veroordeelde opnieuw de fout in gaat (recidivekans). Is iemand verslaafd, is er
sprake van een geestelijke stoornis, moet een slachtoffer beschermd worden? De reclassering
onderzoekt welke bijzondere voorwaarden nodig zijn om iemand verantwoord terug te laten keren
in de samenleving. De reclasseringswerker vormt zich een professioneel oordeel, ondersteund door
een diagnose-instrument (meestal de RISc).
6. Wie geeft invulling aan de vi?
De Centrale Voorziening Voorwaardelijke Invrijheidstelling van het OM (CCVI) bepaalt welke
voorwaarden opgelegd worden aan de vi. Reclassering Nederland geeft in opdracht van het OM
uitvoering aan het toezicht op de voorwaarden tijdens de voorwaardelijke invrijheidstelling.
Uitgave Reclassering Nederland, afdeling Media & Communicatie 2 mei 2014 - pagina 1
7. Hoeveel adviezen over vi heeft Reclassering Nederland in 2013 uitgebracht?
Van alle mensen die in 2013 met vi gingen (1.161), kreeg 66% een vi met bijzondere voorwaarden
(770). Van die 770 vi zaken kwam 57% bij Reclassering Nederland terecht (440).
8. Voor welke delicten waren de vi-ondertoezichtgestelden veroordeeld?
Het merendeel van de veroordeelden (ca. 85%) heeft een straf uitgezeten voor een delict dat te
maken heeft met agressie, geweld of drugs. Overige delicten zijn: economisch delict (5%),
zedendelict (4%).
9. Hoe ziet een vi-toezicht door Reclassering Nederland er uit?
De reclassering voert toezicht uit op de naleving van de voorwaarden. Daarnaast heeft de
reclassering een aanwijzingsbevoegdheid. Dat betekent dat de ondertoezichtgestelde zich moet
houden aan de aanwijzingen die de reclassering geeft. Als de reclassering vindt dat de politie een
rol kan spelen, kan bijvoorbeeld de wijkagent worden ingeschakeld.
10. Wat houdt de bijzondere voorwaarde ‘meldplicht’ in?
Een meldplicht wordt altijd opgelegd bij een reclasseringstoezicht. Ondertoezichtgestelden komen
op gesprek bij de reclassering. Daar wordt besproken hoe het op dat moment met hen gaat, waar
zij zijn geweest en waar zij nog van plan zijn naartoe te gaan. Ook sociale contacten worden
besproken. Verder kijkt de reclassering hoe eventuele behandeling of gedragstraining verloopt en
wordt gecontroleerd of de ondertoezichtgestelde zich aan de afspraken, aanwijzingen en
voorwaarden houdt. De reclassering onderhoudt contact met het informele netwerk (vrienden,
familie) en het formele netwerk (wijkagent, maatschappelijk werk, behandelaar, jeugdzorg) als dat
relevant is voor het specifieke toezicht.
11. Hoe zit het met de enkelband?
Met de enkelband kan een locatiegebod of een locatieverbod gecontroleerd worden. Met een
gewone enkelband kan een locatiegebod worden gecontroleerd. Via een GPS-enkelband kan de
reclassering ook locatieverboden controleren.
12. Mag een ondertoezichtgestelde werken?
Werk of in ieder geval een zinvolle dagbesteding is belangrijk om herhaling van strafbare feiten
tegen te gaan. De reclasseringswerker helpt, motiveert en stimuleert de ondertoezichtgestelde
waar mogelijk om dagbesteding te vinden.
13. Wat gebeurt er als iemand zich niet aan de afspraken houdt?
De reclassering kent een waarschuwingsbeleid. Dat begint bij een stevig gesprek als iemand
bijvoorbeeld te laat komt op een afspraak, dan een berisping of een officiële waarschuwing als een
ondertoezichtgestelde onvoldoende meewerkt aan het toezicht. Bij ernstige overtreding van de
voorwaarden, stuurt de reclassering de toezichtsopdracht terug aan het Openbaar Ministerie. Het
Openbaar Ministerie beslist vervolgens wat er gebeurt met een vi-ondertoezichtgestelde. Iemand
kan dan weer worden opgepakt en moet mogelijk de rest van zijn gevangenisstraf uitzitten.
Uitgave Reclassering Nederland, afdeling Media & Communicatie 2 mei 2014 - pagina 2