Evalueren in het vak godsdienst november 2013 wat? evaluatie in het leerplan punten LV bedachtzaamheid en vaardigheden formele evaluatie voorbeelden attitudes evalueren voorbeelden van ‘anders’ evalueren          materiaal: ‘een maat.

Download Report

Transcript Evalueren in het vak godsdienst november 2013 wat? evaluatie in het leerplan punten LV bedachtzaamheid en vaardigheden formele evaluatie voorbeelden attitudes evalueren voorbeelden van ‘anders’ evalueren          materiaal: ‘een maat.

Slide 1

Evalueren in het vak godsdienst
november 2013


Slide 2

wat?
evaluatie in het leerplan
punten
LV bedachtzaamheid en vaardigheden
formele evaluatie
voorbeelden
attitudes evalueren
voorbeelden van ‘anders’ evalueren













2

materiaal: ‘een maat voor (n)iets’
oriëntatienota formele evaluatie

evaluatie in het vak rkg


Slide 3

Evaluatie volgens het leerplan
Sluit aan bij de evaluatiecultuur van de school en wordt
door de vakgroep uitgewerkt
Eigen aan GD:








3

Er is heel veel te evalueren.Veelal wordt enkel het ‘kennen’
gemeten en op die manier geeft het vak de indruk dat het
daarom gaat. Het zich eigen maken van leerinhouden is een
belangrijk aspect van het vak godsdienst. Maar het is slechts
één aspect, het cognitieve. (p. 45)
Evaluatie gericht op verbeelding, zelfverheldering, op
mondigheid, op communicatie gericht vorderen en op
vaardigheid in het uitdrukken van binnenkant of op het
begrijpen van levensbeschouwelijke taal is zelden aan de orde.
evaluatie in het vak rkg


Slide 4

grondopties in het leerplan
eerbied voor de leerling














4

aandacht voor de beginsituatie;
zelfstandig problemen leren oplossen;
inspraak van leerlingen;
actief leren;
construeren nieuw referentiekader;
betrokkenheid vanuit persoonlijke gerichtheid;
attitude van levensbeschouwelijke bedachtzaamheid;
groeien naar eigen en verantwoorde beslissing inzake leven en
geloven;
een leerproces in vijf stappen (leerplan blz. 28)

evaluatie in het vak rkg


Slide 5

grondopties in het leerplan
gerichtheid op een (plurale) context






zich oefenen in dialoog, begrip en verdraagzaamheid;
kijk op levensbeschouwingen;

de rijkdom en de kracht van het christelijk geloven









5

een diepgaande en degelijke kennismaking;
een narratieve benadering van leven en geloven;
een open benadering van de bijbel als een boek dat leven doet
ontdekken;
in gezamenlijke openheid op schoonheid waarheid op het spoor
komen;
sacramenten als verdichtingen en hoogtepunten;

evaluatie in het vak rkg


Slide 6

grondopties in het leerplan


een communicatief proces











gevoeligheid ontwikkelen om te horen wat christenen en anderen
beweegt;
leerlingen luisteren en spreken met anderen;
argumenten voorleggen, ter zijde leggen, terug brengen tot levendige
ervaringen;
bereidheid vooronderstellingen, gewoonten en rituelen te toetsen in
het licht van overtuigingen van anderen;
weerstanden laten opkomen;
staan bij vragen en belevingen van anderen;
voeling met de eigen binnenkant;
luisteren naar geloofsuitdrukkingen en geloofsuitdrukkingen leren.

ruimte voor actualiteit en gsm-functie leerkracht
6

evaluatie in het vak rkg


Slide 7

evaluatie in het leerplan


7

“Evaluatie van de vaardigheden: is er een waarnemings- en een
uitwisselingscompetentie? Er wordt geobserveerd in welke mate de
leerlingen op een zekere wetenschappelijke manier te werk gaan
(vaststellen - ontleden - herkennen - beschrijven - relaties leggen formuleren ...). Jongeren leren hun levensvragen en hun voorlopige
antwoorden waarnemen, voor zichzelf verhelderen, verwoorden en
verantwoorden. Al naargelang de toename in leeftijd wordt een
grotere dosis van zelfverheldering en zelfkritiek gevraagd; jongeren
uit de eerste graad zijn eerder toe aan een eenvoudige
verwoording van de eigen positie; jongeren uit de derde graad
worden verwacht in staat te zijn een aantal bepalende elementen
van hun "alledaags beleefde religie" (uit hun eigen religieuze
biografie, uit hun omgeving, uit de peer group, de media, enz.) te
traceren en kritisch te beoordelen.” (LP p. 46)
evaluatie in het vak rkg


Slide 8

punten op het vak godsdienst?
Een vak als alle andere.
Ingebed in de evaluatiecultuur van de school.
Meestal gespreide evaluatie: toetsen en examens.
Geen permanente evaluatie in strikte zin.
De bouwstenen van ‘het groeien in levensbeschouwelijke
bedachtzaamheid’ moeten geëvalueerd worden.










8

cognitieve inhouden (feitenkennis, procedurekennis,
interpreteren, omzetten,…)
cognitieve vaardigheden (analyse van teksten, vergelijkingen,
tegenstellingen zoeken, verbanden leggen, samenvatten,…)

evaluatie in het vak rkg


Slide 9

groei in levensbeschouwelijke
bedachtzaamheid
dit wil zeggen dat je 2 momenten vergelijkt en stelt
vooruitgang of achteruitgang vast…
Leren is een procesgegeven dat alleen doorheen de tijd
geëvalueerd kan worden.
Groeiproces wordt duidelijker bij vergelijking van taken in de
tijd en communicatie erover met leerling(en).
Tgo een overwegend ‘summatieve evaluatiecultuur’ (een in
punten uitgedrukt oordeel over de prestaties aan HET EINDE
van een leerstofonderdeel) meer leren denken aan feedback
IN DE LOOP VAN het leerproces zelf: formatieve evaluatie
(feedback met de bedoeling de leerling bij te sturen omdat
haar kennis of vaardigheid nog onvolmaakt is).






9

evaluatie in het vak rkg


Slide 10

formele en informele evaluatie


Formele evaluatie:

een toets, een werkstuk of
een examen waarbij op
voorhand duidelijk
omschreven is
waarover het gaat,
hoe er beoordeeld wordt en
wat er de gevolgen van zijn.

10



Informele evaluatie:

de voorkennis peilen bij het
begin van de les,
een open vraag tussendoor,
een opmerking maken als
‘luister eens naar wat Jan
hier zo goed verwoordt!’
enz. doet een leerling
bedachtzamer worden op
haar eigen leren.
evaluatie in het vak rkg


Slide 11

vaardigheden centraal


de vaardigheden afgeleid uit de werkwoorden in de
terreindoelen
1.
2.

3.
4.
5.
6.

11

gevoelig worden voor de eigen ervaring van de morele en
levensbeschouwelijke dimensie van de werkelijkheid;
de eigen levensbeschouwelijke waarden, ervaringen, reflecties leren
expliciteren;
het eigen verhaal verbinden met de overgeleverde traditie(s) en het
ermee confronteren;
de eigen positie argumenteren t.a.v. morele-levensbeschouwelijkegodsdienstige vragen en ervaringen;
consequenties voor het eigen handelen bevragen en vorm geven;
de levensbeschouwelijke communicatie als groeikans in het open
omgaan met levensbeschouwelijk verschil waarderen.
evaluatie in het vak rkg


Slide 12

levensbeschouwelijke vaardigheden




LV =
levensbeschouwelijke
vaardigheid
Wanneer ‘de
levensbeschouwelijke
bedachtzaamheid
centraal staat, hoop ik
dat de ll. bekwamer
wordt om: ☛

12



LV1: attent te worden voor de
levensbeschouwelijke kant van het leven.



LV2: luisterend om te gaan met de veelheid
aan zin.



LV3: zichzelf te plaatsen tgo
levensbeschouwelijke vragen en ervaringen.



LV4: het eigen handelen en de gevolgen
daarvan in vraag te stellen.



LV5: het eigen verhaal te verbinden met het
verhaal van het christelijk geloven.



LV6: de eigen levensbeschouwelijke
ervaringen en gedachten daarbij uit te
drukken.
evaluatie in het vak rkg


Slide 13

Schema 1: groeiende levensbeschouwelijke vaardigheid, omschreven als een indruk van een jongere…
attent worden voor de
(eigen) ervaring van de
levensbeschouwelijke dimensie
van de werkelijkheid;

luisterend omgaan met de
pluraliteit van het zinaanbod

de eigen positie motiveren
t.a.v. levensbeschouwelijke
vragen en ervaringen;

Ik zie wat mensen beweegt
om te leven zoals zij leven...

Ik kan de waarde inschatten
van andere levensvisies…

Mijn meningen groeien naar
een levensvisie, en ik kan
achterhalen van waaruit zij
groeien…

VAARDIG IN LEVENSBESCHOUWELIJKE COMMUNICATIE

consequenties voor het eigen
handelen bevragen en vorm
geven;

het eigen verhaal verbinden
met de rijkdom van het
christelijk geloven en het ermee
confronteren

De eigen levensbeschouwelijke
ervaringen en reflecties
expliciteren;

Ik begrijp dat ik erover moet
blijven nadenken hoe ik in de
gemeenschap kan
waarmaken wat ik belangrijk
vind…

Ik ervaar hoe christelijke
verhalen een eigen kleur
kunnen geven aan het leven
van mensen, ook aan het
mijne …

Ik vind de taal om mijn eigen
gevoelens, bedenkingen,
vragen en meningen over
levensvisie uit te spreken…

13


Slide 14

Hoe de LV’s evalueren?







14

LV’s graadgebonden inoefenen of alle 6 doorheen alle jaren.
Voorstructurering noodzakelijk.
Reflectie van de leerling centraal.
3 stappen: Navertellen, Relateren, Reflecteren.
Aanzetten geven.

evaluatie in het vak rkg


Slide 15

NAVERTELLEN

AANZETJES

LV

-In je eigen woorden vertellen
-Dingen die zijn blijven hangen beschrijven
-Ideeën opsommen
-Verduidelijken
-Samenvatten

-Ik kon erin komen dat …
-Ik genoot vooral van …
-Ik merkte op dat …
-Ik werd vooral uitgedaagd door …
-Over christen zijn hoorde ik vooral dat …

LV2
LV2
LV1
LV3
LV5

RELATEREN

AANZETJES

-Verbanden leggen
-Vergelijken
-Illustreren
-Analyseren

-Dat doet me denken aan …
-Dat herinnert me aan …
-Dat geeft me een gevoel van …
-Ik bedoelde hiermee dat …
-Wat ik hier over christen zijn hoorde deed me


REFLECTEREN

AANZETJES

-Conclusies trekken
-Beoordelen en een mening geven
-Vragen stellen
-Redenen geven voor wat je deed
-Nieuw inzicht toelichten

-Nu begrijp ik dat …
-Ik besluit eruit dat ik …
-Nu besef ik dat ik moet …
-Ik leerde dat …
-Misschien …
-Toch denk ik dat …

15

evaluatie in het vak rkg

LV6
LV3
LV1
LV3
LV5

LV1
LV2
LV4
LV6
LV4
LV3


Slide 16

Kan je daar punten op geven?
Feedback

Niet over standpunten wel over wijze van reflecteren.

5 Zeer goed

Reflectie is duidelijke en gedetailleerd, llg omschrijft goed
waarover hij reflecteert, llg heeft kritische houding tgo zichzelf,
naast feiten en vaststellingen ook persoonlijke gevoelens aan bod.

4 Goed
3 Voldoende

Met leemtes. De reflectie is voldoende duidelijk, wel kritische
houding tgo zichzelf maar zonder veel diepgang, persoonlijke
gevoelens en ervaringen redelijk aan bod.

2 Onvold.
1 Slecht

16

Reflectie is zeer onduidelijk en bevat veel elementen die er niks
mee te maken hebben, onduidelijk waarover de llg reflecteert,
geen kritische houding tgo zichzelf, persoonlijke ervaringen en
gevoelens worden niet opgenomen.
evaluatie in het vak rkg


Slide 17

formele evaluatie


5 verschillende categorieën






17

REPRODUCTIE: Leerlingen kunnen reproduceren wanneer ze
de leerstof letterlijk (of in de eigen woorden) kunnen
weergeven. doel is nagaan of LLN de inhoud kennen/begrijpen
CONSTRUCTIE: Wanneer de leerlingen de leerinhoud kunnen
toepassen in een nieuwe context is er sprake van constructie.
Doel is nagaan of LLN verbanden kunnen leggen
LEERPLAN: De leerkracht kan de vragen ook stellen in functie
van de leerlijn, kerndoelen en terreindoelen die het leerplan
uitstippelt.

evaluatie in het vak rkg


Slide 18

formele evaluatie: de leerlijn
Graad

Inhoudelijk

Prestatie van de
leerling

Eerste graad

Pluraliteit

Tweede graad

Kennismaking en
affirmatie: zien in de
diepte
Confrontatie en
beginnend kiezen

Het keuzeproces en de
beginnende
identiteitsvorming
De identiteit van het
Verdieping en integratie
christelijk verhaal
Samenhang van de
Voortgezette verdieping
genoemde inhouden met en integratie
het werkveld

Derde graad
Vierde graad

18

evaluatie in het vak rkg

LP p. 49


Slide 19

formele evaluatie


PERSOONLIJKE MENING: in principe kan men geen punten
zetten op de eigen mening van de leerlingen. Niettemin is het
belangrijk om de leerlingen tijdens de lessen te stimuleren hun
persoonlijke visie uit te drukken, in vraag te stellen, te
onderbouwen,… Je kunt wel punten geven op de manier
waarop deze mening tot stand komt. Er zijn twee soorten
vragen:



19

De persoonlijke mening ‘los’ vormen
De persoonlijke mening in context vormen

evaluatie in het vak rkg


Slide 20

formele evaluatie


De persoonlijke mening ‘los’ vormen: De leerlingen
worden gevraagd hun eigen mening te geven omtrent een
thema, een tekst, een gedicht,… Deze mening wordt
geëvalueerd aan de hand van vier criteria:







20

De mening moet duidelijk en helder geformuleerd worden zodat
begrijpbaar is wat er precies bedoeld wordt.
De verschillende elementen van de reflectie moeten ter zake zijn.
Met rond de pot draaien of bij het haar getrokken argumenten kan
men geen punten halen.
De leerling moet duidelijk aangeven welke persoonlijke ervaringen,
waarden,… tot zijn/haar standpunt geleid hebben.
De reflectie moet duidelijk maken dat de leerling in staat is een
kritische houding aan te nemen tegenover zichzelf en anderen.

evaluatie in het vak rkg


Slide 21

formele evaluatie


De persoonlijke mening in context vormen: Men kan de
leerlingen op een toets of examen vragen om aan de hand van
de leerinhoud en de persoonlijke, kritische verwerking hiervan
een eigen standpunt te ontwikkelen. (bijkomende) criteria:




21

In zijn/haar reflectie laat de leerling blijken dat hij/zij de leerinhoud
begrepen heeft. Hij/zij toont met andere woorden inzicht te hebben
in de materie.
De leerling kan op een creatief-kritische manier omgaan met de
leerinhoud. Het is niet de bedoeling om de leerinhoud letterlijk te
reproduceren of om willekeurig dingen aan te halen uit de cursus.
Creatief-kritisch betekent dat de leerling de zaken uit de cursus die
voor hem/haar van belang zijn weet te integreren in de eigen visie.

evaluatie in het vak rkg


Slide 22

formele evaluatie


TE VERMIJDEN VRAAGSTELLING: Sommige vragen zijn niet geschikt
voor een examen godsdienst. Hieronder volgen enkele van de
belangrijkste subcategorieën van te vermijden vragen:









22

Vragen die ervan uitgaan dat de leerlingen de stelling die in de vraag
verborgen zit, delen of zelfs een niet-wenselijke verborgen boodschap
bevatten.
Vragen die louter op het menswetenschappelijke gericht zijn en niets
met het levensbeschouwelijke te maken hebben.
Vragen die louter op exacte wetenschappen en niet op het
levensbeschouwelijke gericht zijn.
Vragen die enkel op taalkwesties of taalkundige vaardigheden betrekking
hebben en niet op levensbeschouwelijke kwesties of vaardigheden.
Vragen die gericht zijn op de eigen mening van de leerlingen zonder dat het
mogelijk is om punten te geven op het reflectieproces dat vooraf gaat aan
die eigen mening. (Zie: ‘persoonlijke mening op zich’.)
Andere problemen met de vraagstelling kunnen zijn dat de opdracht erg
vaag blijft, de manier van vraagstelling verwarrend werkt of onbegrijpbaar
is,…
evaluatie in het vak rkg


Slide 23

enkele voorbeelden
Toetsvraag tweede jaar BSO
 Zijn deze uitspraken juist of fout? Verbeter wanneer het om een
foute uitspraak gaat.


In België vormen de protestanten een meerderheid.

……………………………………………………


Protestanten vereren vele heiligen.

……………………………………………………


Voor de protestanten is de Bijbel de enige bron van het geloof.

………………………………………………...


Protestanten vieren slechts drie sacramenten: huwelijk, doopsel en
Avondmaal.

………………………………………………...


23

Protestanten bewonderen en vereren de paus.

………………………………………………...
 Oplossing:
Reproductie: de goed/foutvragen testen of de leerlingen hun theorie
over het protestantisme goed geleerd hebben.
evaluatie in het vak rkg


Slide 24

enkele voorbeelden
* Toetsvraag tweede jaar BSO
Tijdens de lessen hebben we het levensverhaal van Mahatma Gandhi besproken.
Wat bewonder je bij deze persoon? Zijn er bepaalde eigenschappen van
Gandhi die je ook zou willen bezitten? (Welke?)
 Oplossing:
 Leerplan: terreindoel voor bvl: 1.4.1.4.: Aangeven welke eigenschappen men
bij een ander (Jezus, een christen en anderen) bewondert en bespreken in het
kader van het eigen levensproject.
 Te vermijden vraag: deze vraag is om twee redenen te vermijden:
 Verborgen boodschap: Men gaat ervan uit dat de leerlingen Mahatma
Gandhi bewonderen, terwijl dat niet noodzakelijk zo is. (In feite zouden de
leerlingen de twee vragen met ‘Niets’ en ‘Nee’ kunnen beantwoorden.)
 Eigen mening op zich: Het antwoord dat de leerlingen geven zal
uiteraard louter subjectief zijn. De leerlingen worden niet gevraagd hun
mening te onderbouwen waardoor het onmogelijk wordt om punten te
zetten op hun reflectieproces. Enkel de mening op zich wordt hier bevraagd,
maar deze kan en mag niet gequoteerd worden.




24

Niet alles dat in het leerplan staat, kan formeel geëvalueerd worden! Om alle
doelstellingen te verwezenlijken, is het noodzakelijk dat de leerkracht
evaluatie
in het
vak rkg evaluatie
regelmatig ruimte maakt voor momenten
van
informele


Slide 25

enkele voorbeelden


Examenvraag tweede jaar ASO



Maak aan de hand van een schema duidelijk hoe communicatie in
zijn werk gaat.
Geef drie voorbeelden van wat er zoal fout kan gaan bij
communicatie.







Oplossing:
Reproductie: de leerlingen worden getest op hun (letterlijke)
kennis van het thema communicatie.
Te vermijden vraag / menswetenschappen: de vraag is louter
gericht op het gedragswetenschappelijke (de werking van
communicatie) en niet op het levensbeschouwelijke (de vraag
wanneer communicatie ontmoeting wordt, eerste en tweede taal,
communicatie met het hogere,…).
25

evaluatie in het vak rkg


Slide 26

Hoe kan je attitudes evalueren?
Attitudeschaal ‘Dienstbaarheid’ in 3Bso

Dat is zo

Soms wel,
soms niet

Dat is niet
zo

Ik voel mij goed wanneer ik voor andere mensen iets kan
doen.
Ik maak tijd voor mijn klasgenoten als die me iets vragen.
Ik doe alleen iets voor mensen die me liggen.
Ik voel dat het verhaal uit het evangelie me helpt om echt
dienstbaar te zijn.
Ik zou graag hebben dat anderen me dienstbaar vinden.
Ik heb voorbeelden uit andere levensverhalen nodig om
zelf meer dienstbaar te worden.
Ik moet er voortdurend op letten, want anders ben ik niet
dienstbaar

26

Voorwerp van levensbeschouwelijke communicatie!
evaluatie in het vak rkg


Slide 27

Turflijstje voor handelingsbekwame vaardigheden
Naam van de leerling

Ja

Nee

A

Ik kon goed luisteren als een medeleerling aan het woord was.

x

B

Ik kon goed luisteren als de leerkracht aan het woord was.

x

C

Ik had respect voor de mening van een klasgenoot en probeerde die te
begrijpen.

D

Ik deed mijn best om mee te werken aan een toffe sfeer in de les.

x

E

Ik was vooraf in orde voor de Godsdienstles (werkschrift, taken)

x

F

Ik kon goed samenwerken met anderen tijdens de opdracht in kleine
groep.

x

G

Ik kan uitleggen wat mij + of – getroffen heeft in deze les.

x

H

Ik kan met eigen woorden uitleggen wat ik in deze les heb bijgeleerd.

x

I

Ik zat na het getuigenis van M. nog met vragen die niet aan bod
kwamen.

x

J

Ik durf dingen die voor mij belangrijk zijn in vraag te stellen.

K

Ik kon mij inleven in wat anderen zeiden.

L

Ik nam deel aan de discussie en durfde mijn mening duidelijk maken.

27

x

x
x
x

Ik kies volgende vaardigheid om in groep te bespreken

C

Ik kies volgende vaardigheid om apart met de leerkracht te bespreken.

E

Ik wil de komende 4 lessen aan volgende vaardigheid werken.

K


Slide 28

attitudeschaal

28

evaluatie in het vak rkg


Slide 29

attitudes - zelfevaluatieformulier
Naam: …

--

1

Is de theorie in mijn schrift netjes en volledig ingevuld?

2

Is mijn schift gestructureerd en volledig ingevuld?

3

Heb ik de verrijking vanuit klasgesprekken aangevuld?

4

Hoe schat ik mijn opletten tijdens de theorie in?

5

Verwerk ik de gewonnen inzichten in het persoonlijk geloven?

6

Heb ik bij de gespreksmomenten mij verstaanbaar uitgedrukt?

7

Heb ik bij gespreksmomenten de anderen goed beluisterd?

8

Heb ik de leerkracht voldoende uitleg gevraagd bij moeilijker
begrippen?

Ben ik tevreden met het globaal beeld? Omcirkel het passende antwoord
Aan welke punten zal ik meer aandacht besteden?
29

evaluatie in het vak rkg

-

+

++

Ja

Nee
n


Slide 30

vaardigheden en attitudeschaal


een vakoverstijgend voorbeeld dat kan gebruikt worden
door








leerlingen (zelfevaluatie of peer-evaluatie)
leerkrachten

Leerlingen en leerkrachten leggen hun beoordelingen
naast elkaar en bespreken over de verworven
vaardigheden
werkpunten worden met leerling afgesproken (tenzij het
een eindevaluatie betreft)
een model… uit het vti in Diest

30

evaluatie in het vak rkg


Slide 31

vaardigheden en attitudeschaal
Onvoldoende

Nipt voldoende

Goed

prima

Werkt spontaan
mee
Toont meestal
respect
Speelt een actieve
rol bij het oplossen
van conflicten
Werkt aan zwakke
punten

Voelt zich altijd
betrokken
Toont altijd respect
Lost conflicten op
Stelt kennis en
ervaring ten
dienste van
anderen
Doet spontaan aan
zelfevaluatie

In groep functioneren
Stoort de anderen
Toont geen respect
Trek zich weinig
van de aanderen
aan
Stelt eigen
functioneren niet
in vraag

31

Werkt samen na
aandringen
Toont soms
respect
Gaat conflicten
niet uit de weg
Kent eigen sterke
en zwakke punten

evaluatie in het vak rkg


Slide 32

vaardigheden en attitudeschaal
Interesse en inzet opbrengen
Toont geen
interesse
Houdt zich niet aan
de richtlijnen
Elke futiliteit is
voldoende om te
storen
Werkt eerder
impulsief

32

Toont soms
interesse
Wacht af en
omzeilt moeilijke
opdrachten
Brengt de
noodzakelijke
aandacht op
Werkt planmatig
mits ondersteuning

Toont interesse
Volgt de richtlijnen
op
Probeert voor elke
opdracht een
oplossing te
brengen
Werkt planmatig

evaluatie in het vak rkg

Toont altijd
belangstelling
Volgt alle
richtlijnen op
Vindt creatieve
oplossingen
Kan organiseren


Slide 33

vaardigheden en attitudeschaal
Onvoldoende

Nipt voldoende

Goed

prima

Werkt door mits
ondersteuning
Is soms te vlug
tevreden
Moet regelmatig
geleid worden
Kent eigen zwakke en
sterke punten

Werkt een taak af
binnen de tijd
Werkt oplettend en
nauwkeurig
Werkt zelfstandig
onder toezicht
Werkt aan zwakke
punten

Extra taak of
inspanning is geen
probleem
Levert perfect werk
af
Werkt zelfstandig
Doet spontaan aan
zelfevalutie

Opdrachten uitvoeren
Geeft snel op
Werkt onnauwkeurig
of slordig
Werkt niet
zelfstandig
Stelt eigen
functioneren niet in
vraag

33

evaluatie in het vak rkg


Slide 34

evaluatie van een project
Datum
Naam
Klas
onderwerp
Ja
Was de opdracht (globaal) duidelijk gesteld?
Welke suggesties wil je geven?

Heb je de opdracht als positief ervaring?
Welke suggesties wil je geven?
Waren de verwachtingen ivm de uitwerking duidelijk geformuleerd?
Welke suggesties wil je geven?
34

evaluatie in het vak rkg

Neen


Slide 35

evaluatie project
Vervolg…
Hoeveel tijd heb je zelf aan de uitwerking besteed?

Wat ging goed bij het samenwerken en wat ging minder goed?

Wat heb je van de anderen geleerd?

Wat zou je de volgende keer anders doen?

Wat vind je van de manier van evalueren?

35

evaluatie in het vak rkg


Slide 36

Wat met groepswerk? Visies
1. Het resultaat wordt beschouwd als de
verantwoordelijkheid van de groep en dus krijgt
iedereen dezelfde beoordeling
pro
1.

2.

bevestiging van de wederzijdse afhankelijkheid
beloning voor het teamdenken

contra
1.

36

mogelijke tijdbom: beter en/of actievere leerlingen voelen
zich niet beloond voor de geleverder individuele inspanning
en kunnen op langere termijn afhaken of ze willen niet
meer meewerken met leerlingen die hun resultaat naar
beneden trekken.
evaluatie in het vak rkg


Slide 37

Wat met groepswerk? Visies
2. het resultaat wordt gezien als het succes van individuen
die samenwerken. Hier kunnen voortrekkers, leiders,
werkers,… maar ook profiteurs en wegstoppers
zitten. Daarom krijgt iedereen een eigen score.
Pro:
1.

bevestiging van de individuele aansprakelijkheid

Contra:
1.

37

de samenwerking wordt niet beloond en zo wordt de
meerwaarde van en de motivatie voor groepswerk toch
ondergraven.

evaluatie in het vak rkg


Slide 38

Wat met groepswerk? Visies
3. Alternatief: individueel cijfer met bonuspunten? Zowel het
groepsresultaat als de individuele prestatie worden
verrekend.
Pro:
1.

zichtbaarheid van de individuele aansprakelijkheid en de kwaliteit
van de groepsprestatie worden beloond

Contra
1.

De criteria voor de eindbeoordeling liggen moeilijker

De LK geeft een groepscijfer en vermenigvuldigt met het aantal
groepsleden. Dit is het aantal punten dat iedere groepslid
kan verdelen over alle groepsleden. De score is het
gemiddeld cijfer van de beoordeling van de groepsleden.
38

evaluatie in het vak rkg


Slide 39

Een voorbeeldje… voor groepscijfer
Stel dat 3 leerlingen het groepcijfer 60/100 verdienen: 60 x 3 =
180. Dan kunnen de leerlingen 180 punten verdelen over de
groep (zichzelf inbegrepen). Leerlingen bediscussiëren de
criteria en overleggen hoe ze de punten gaan verdelen.

39

Loesje

Evy

Bert

Loesje geeft

80

40

60

Evy geeft

60

60

60

Bert geeft

70

50

60

Loesje krijgt

(80 + 60 + 70) : 3

70

Evy krijgt

(40 + 60 + 50) : 3

50

Bert krijgt

(60 + 60 + 60): 3

60
evaluatie in het vak rkg


Slide 40

een voorbeeldje: afspraken LLN


Leerlingen kwamen volgende criteria overeen:









enthousiasme en participatie
ideeën aanbrengen
weten wat verwacht wordt
bijdragen tot het functioneren van de groep
groep organiseren en sturen
taken efficiënt volbrengen

Deze verkregen peercoëfficiënt wordt gebruikt als factor
van vermenigvuldiging om tot een individueel cijfer te
komen.

40

evaluatie in het vak rkg


Slide 41

Evaluatie van het groepswerk door elk
groepslid (ook zichzelf)

41

evaluatie in het vak rkg


Slide 42

evaluatie voor groepswerk

42

evaluatie in het vak rkg


Slide 43

evaluatie presentatie groepswerk

43

evaluatie in het vak rkg


Slide 44

nauwkeurige omschrijving

44

evaluatie in het vak rkg


Slide 45

nauwkeurige omschrijving

45

evaluatie in het vak rkg


Slide 46

Kort en bondig: toenemende levensbeschouwelijke bedachtzaamheid versus
afnemende meetbaarheid

Kennen

Kunnen

Willen

Logboek

Cognitieve
inhouden en
vaardigheden

Handelingsbekwame
vaardigheden

Levensbeschouwelijke
vaardigheden

Attitudes

Persoonlijke
levensbesch.
biografie over
7 jaren

Hoe?

Hoe?

Hoe?

Hoe?

Hoe?

Toets & exa:
- 2 sporen
- Billijk/rechtvaardig

Zelfevaluatie:
- Turflijstje
- Gevolgd dr
communicatie
in de klas
- Eigen
actiepunt
bepalen

Open vragen:
- Terzake
- Duidelijk
- Persoonlijk
- Kritisch
Aanzetjes:
- Navertellen
- Relateren
- Reflecteren

Zelfevaluatie:
- Via Attitudeschaal
- Gevolgd
door levbesch
communicatie
in de klas

Pers. schrift:
- niet ter inzage tenzij…
- lkr
suggereert
opdrachten

Quoteren

Niet quoteren

Quoteren

Niet quoteren

Niet quoteren

evaluatie in het vak rkg

46