© John E. Newby/WWF-Canon Er zijn op aarde plaatsen waar de temperatuur meer dan 52°C kan worden.

Download Report

Transcript © John E. Newby/WWF-Canon Er zijn op aarde plaatsen waar de temperatuur meer dan 52°C kan worden.

© John E. Newby/WWF-Canon
Er zijn op aarde plaatsen waar de temperatuur meer dan 52°C
kan worden. Op deze plaatsen kan het ook heel erg droog zijn.
En toch is er leven.
© Edward Parker/WWF-Canon
Hoe hebben dieren zich aangepast om toch te
kunnen leven in deze streken?
© Martin Harvey/WWF-Canon
Naam:
De dromedaris maakt gebruik van zijn bult voor de opslag van vet, zodat hij
enkele dagen zonder water en voedsel kan overleven, zelfs in de hete woestijn.
Naam:
© WWF-Canon / Chris Martin BAHR
Chameau
De kameel kan zijn lippen zo tuiten dat hij water kan ‘opzuigen’. Hierdoor kan de
kameel in 10 minuten wel 135 liter water drinken.
Net zoals de dromedaris heeft de kameel bulten met vetreserves om de droogte
te overleven.
Naam:
Omdat het woestijnoppervlak zeer heet kan worden trachten dieren het contact
ermee tot een minimum te beperken. Slangen zoals de hoornratelslang bewegen
zich voort via ‘sidewinding’. Slechts twee, steeds wisselende, stukjes van zijn lange
slangenlijf raken tijdens het kronkelen de grond.
© Wild Wonders of Europe/Widstrand/WWF
Naam:
Schorpioenen houden zich verborgen onder de grond wanneer het te warm is
overdag. Ze komen pas ‘s avonds terug een kijkje nemen wanneer de temperatuur
gedaald is.
© John E. Newby/WWF-Canon
Naam:
De grote oren van de fennek of woestijnvos helpen hem om zeer goed te
kunnen horen maar ook om zijn lichaam af te koelen.
© John E. Newby/WWF-Canon
Overdag kan de temperatuur in de woestijn oplopen tot 70°C. Maar de fennek
kan tot 2m diep graven. Zo komt de temperatuur in zijn hol niet hoger dan 30°C.
© Martin Harvey/WWF-Canon
Naam:
© Martin Harvey/WWF-Canon
De woestijnhagedis voert een dansje op wanneer het te warm wordt onder zijn
poten. Hij tilt dan afwisselend tegelijk een voorpoot en de tegenovergestelde
achterpoot op. Als het echt te warm wordt dan kruipt hij onder de grond op zoek
naar koudere plaatsen.
Naam:
© Staffan Widstrand / WWF
In de woestijn loopt de lichaamstemperatuur van de Arabische oryx op het
heetst van de dag op tot 42ºC. Dat is ongeveer vier graden hoger dan een normale
zoogdiertemperatuur. Door zijn lichaamstemperatuur te verhogen komt deze
dichter bij de omgevingstemperatuur. Daardoor hoeft een oryx overdag minder af
te koelen, dat spaart water. In de koele nacht raakt hij die extra warmte geleidelijk
weer kwijt. Eigenlijk kan een oryx vrijwillig koorts opbouwen.