Kenmerk 31 - les 4

Download Report

Transcript Kenmerk 31 - les 4

de tijd van burgers en stoommachines 1800-1900
Kenmerk 31
De opkomst van de politiekmaatschappelijke stromingen
nationalisme, liberalisme,
socialisme, confessionalisme
en feminisme
Les 4 – Confessionalisme
1800
H6:§ 5: p113-4
1860
1870
1880
– Politiek bedrijven vanuit een religieuze
achtergrond/politiek gebaseerd op een
geloofsrichting
1850
• Kern
1840
– Ontstaan in de 2e helft van de 19e eeuw
– Als reactie op de invloed van de liberalen op de
staat en de opkomst der socialisten
1820
• Als gedachtegoed
1810
Ontstaan Confessionalisme
1890
1910
1880
1890
Rijk en arm elkaar nodig hadden
Het kapitaal niet zonder arbeid kan
Mensen een waardig leven moesten kunnen leiden
Men door overleg de levensomstandigheden moest verbeteren
Katholieken hun invloed op de maatschappij moesten doen
gelden
• Dat katholieke arbeiders zich dienden te verenigen
1870
•
•
•
•
•
1860
– Rerum Novarum, Leo XIII trok van leer tegen de liberale
uitwassen. Hij stelde dat
1850
• 1891
1840
– Paus Pius IX veroordeelde het liberalisme als dwaling
1820
• 1864
1810
- Uitgangspunten
1800
Confessionalisme in de 19e eeuw
1910
1980
Geen liberale vrijheden en klassenstrijd, maar
Gezin & corporaties centraal
Iedereen vast plek in de samenleving met rechten en plichten
Man hoofd van het gezin
Plaats vrouw: huishouden en kinderen opvoeden
1970
–
–
–
–
–
1960
• De maatschappij moest bestaan uit organische
gemeenschappen die solidair moesten zijn (Paus Pius XI)
1950
– Middels onderwijs, hetgeen resulteerde in de schoolstrijd
1940
• Hele maatschappij moest van het geloof doortrokken zijn
1930
– anti-liberaal
– Anti-socialistisch
– Dus ook anti-democratisch (gevaar voor steun aan fascisme)
1920
• Overheid ontleende haar macht aan God. Dit maakte de
kerk:
1910
- Pauselijke richtlijnen
1900
Confessionalisme in de 19e & 20e eeuw
1990
1930
1940
1950
1960
1970
1980
• Gerechtigheid; solidariteit; verantwoordelijkheid; sterke
moraal
1920
– Katholieke partijen komen geleidelijk los van het
kerkelijk gezag
– Samenwerking katholieken en protestanten
– Vele christenen zijn in principe voorstander
geworden van de democratie (christendemocratie)
– Algemeen christelijke uitgangspunten bij politieke
partijen
1910
• Veranderingen
1900
Confessionalisme en
christen-democratie na WO II
1990