les 1 - ontstaan van de industriele samenleving

Download Report

Transcript les 1 - ontstaan van de industriele samenleving

de tijd van burgers en stoommachines 1800-1900
Kenmerk 31
De industriële revolutie die in de
westerse wereld de basis legde
voor een industriële samenleving.
Les 1: Ontstaan van de industriële
samenleving
1700
H5:§ 1-2:p91
en daarmee de samenleving!
1720
Middelen van bestaan veranderen
1740
1760
• Van jager/verzamelaars via de neolithische
revolutie naar boeren
agrarische samenleving
• Van agrarische samenleving met dorpen, naar een
samenleving waarin de stad voor nijverheid en
handel een (grote) gaat spelen
agrarische-stedelijke samenleving
• Naar een samenleving die verandert door de
Industriële revolutie in een
industriële samenleving
1780
1800
1820
1840
1860
1880
1700
1760
1780
1800
1820
1840
– Zo was de neolithische revolutie niet alleen een
verandering op het gebied van de middelen van
bestaan, maar ook (bijvoorbeeld) op het gebied van
wonen
– Hetzelfde geldt voor de industriële revolutie. Mensen
gingen niet alleen in de fabriek werken, maar hun
hele leven veranderde!
1740
• Wanneer een sector; een (belangrijk) aspect
verandert, heeft dit meestal gevolgen voor
meerdere zaken/facetten van de maatschappij
1720
Maatschappelijke veranderingen
1860
1880
–
De huisnijverheid op het platteland
1860
6.
1840
5.
1820
4.
1800
3.
werd nijverheid in hallen met grotere/betere machines
de machines in de hallen werden aangedreven door waterkracht
(de hal wordt een fabriek)
de waterkracht werd vervangen door stoomkracht, waardoor een
fabriek over kan worden geplaatst
meer machines voor diverse werkzaamheden aan een product
worden ontwikkeld, waardoor de arbeidsverdeling steeds
scherper/sterker werd
de toenemende arbeidsverdeling vindt haar hoogtepunt in de
introductie van de lopende band
Automatisering en robotisering vindt plaats
1780
1.
2.
1760
Basis van veranderingen in arbeid wordt gestuurd door
technologische veranderingen
1740
•
1720
- de techniek
1700
Veranderingen in arbeid
1880
Veranderingen in arbeid
- de keerzijde
•
De technologische veranderingen hebben ook
bedoelde en onbedoelde negatieve effecten
voor de arbeid(-er)
1.
2.
3.
4.
5.
de gilden gingen ter ziele
vakbekwame handwerkslieden verdwijnen
werk werd saaier
sterke groei kinderarbeid
minder arbeiders werken aan een product