Transcript PP co-ouderschap

LAGO studiedag
22 september 2011
Sessie 2 Co-ouderschap
An Katrien Sodermans (FaPOS, K.U.Leuven)
Monique van Eyken (Bemiddelingspraktijk Apart)
1. Juridische en maatschappelijke
context
• Maatschappelijke context
– Meer echtscheidingen  ouderschap losgekoppeld van partnerschap
– Verhoogde wetenschappelijke interesse in (welzijn van) kind
– Reacties van vadergroepen
 Veranderde opvattingen over ouderschap: moeder en vader gelijk
• Juridische context
– Wet van 1995: Invoering gezagsco-ouderschap
– Wet van 2006: Invoering van verblijfsco-ouderschap
 Wetten worden genderneutraler + belang van het kind
2. Hoe werd de verblijfsregeling
onderzocht?
•
•
•
•
1011 LAGO-jongeren met gescheiden ouders
waarvan 41% jongens en 59% meisjes
tussen 12 en 19 jaar
vulden ‘geldige’ verblijfskalender in
maandag
dinsdag
woensdag
donderdag
vrijdag
zaterdag
zondag
week 1
M
M
M
M
M
V
V
V
V
V
V
V
V
V
week 2
V
V
V
V
V
M
M
M
M
M
M
M
M
M
week 3
week 4
3. De verblijfsregeling in cijfers
Altijd bij moeder (100%)
23%
31%
Meestal bij moeder (66-99%)
Weekendregeling (week bij moeder)
1%
Altijd bij vader (100%)
3%
4%
Meestal bij vader (66-99%)
14%
24%
Weekendregeling (week bij vader)
Verblijfsco-ouderschap (33-66%)
N=1011
4. Samenhang verblijfsregeling en
achtergrondkenmerken
Meisjes
≥16 jaar
Altijd bij moeder
In hoofdzaak bij moeder
< 16 jaar
Weekendregeling, week bij moeder
Altijd bij vader
In hoofdzaak bij vader
≥16 jaar
Jongens
Weekendregeling, week bij vader
Verblijfsco-ouderschap
< 16 jaar
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
90%
100%
N=1011
4. Samenhang verblijfsregeling en
achtergrondkenmerken
Opleiding vader
100%
Studierichting kind
laag
80%
hoog
60%
100%
ASO
80%
TSO
BSO
60%
KSO
40%
40%
20%
20%
0%
0%
Gedeeld verblijf Moederverblijf
Vaderverblijf
Gedeeld verblijf Moederverblijf
Vaderverblijf
Opleiding moeder
100%
laag
80%
hoog
60%
40%
20%
0%
Gedeeld verblijf moederverblijf
vaderverblijf
N=1011
4. Samenhang verblijfsregeling en
achtergrondkenmerken
16
Vaderverblijf
7.2
Gemiddelde leeftijd kind (in
jaren)
15.4
Moederverblijf
8.3
Gemiddeld aantal jaren
verstreken sinds scheiding
14.8
Gedeeld verblijf
6.5
0
2
4
6
8
10
12
14
16
18
N=1011
4. Samenhang verblijfsregeling en
achtergrondkenmerken
5.6
Vaderverblijf
4.5
6.1
Gemiddeld conflict voor scheiding
Moederverblijf
3.8
Gemiddeld conflict na scheiding
5.2
Gedeeld verblijf
4
0
1
2
3
4
5
6
7
N=1011
5. Hoe wordt verblijfsco-ouderschap
concreet ingevuld?
Altijd bij moeder (100%)
23%
Meestal bij moeder (66-99%)
N=238
31%
1%
3%
Weekendregeling (week bij
moeder)
Altijd bij vader (100%)
Meestal bij vader (66-99%)
4%
14%
24%
Weekendregeling (week bij
vader)
Verblijfsco-ouderschap (3366%)
5. Hoe wordt verblijfsco-ouderschap
concreet ingevuld?
• Verdeling moeder/vader
– 7% woont iets vaker bij vader / 24% woont iets vaker bij moeder
– 69% woont even vaak bij moeder en vader (= meestal week-week)
 Type van verblijfsco-ouderschap is niet gerelateerd aan
de werksituatie van de ouders/ouderlijk conflict
• Wisselmomenten
– Maandag overdag, vrijdagavond, woensdagavond
• Hoe gebeurt de verhuis?
– 20% via de schoolpoort
– 53% gebracht door ouders
– 27% alleen (vooral oudere kinderen, of veel ouderlijk conflict)
5. Hoe wordt verblijfsco-ouderschap
concreet ingevuld?
• Contactfrequentie tussen moeder en vader
– 55% ziet elkaar wekelijks
– 19% ziet elkaar maandelijks
– 26% ziet elkaar zelden of nooit
Ouders met wekelijks contact zijn recenter gescheiden en
hebben vaker (nog) geen nieuwe partner
• Duurtijd van de verplaatsing
–
–
–
–
45%
35%
12%
8%
minder dan een kwartier
kwartier tot half uur
half uur tot uur
meer dan een uur
5. Hoe voelen jongeren zich bij de
verblijfsregeling?
Tevredenheid met de huidige verblijfsregeling
100%
80%
60%
Tevreden
Neutraal
40%
Niet tevreden
20%
0%
Gedeeld verblijf Moederverblijf
jongens
Vaderverblijf
Gedeeld verblijf Moederverblijf
Vaderverblijf
meisjes
N=700
5. Hoe voelen jongeren zich bij de
verblijfsregeling?
Ik vind dat ik mijn moeder/vader te weinig zie
50
45
40
35
30
25
moeder te weinig zien
vader te weinig zien
20
15
10
5
0
Gedeeld verblijf Moederverblijf
jongens
Vaderverblijf
Gedeeld verblijf Moederverblijf
meisjes
Vaderverblijf
N moeder = 662
N vader = 572
5. Hoe voelen jongeren zich bij de
verblijfsregeling?
Subjectief en objectief ruimtegebrek bij verblijfsco-ouderschap
35
30
25
20
jongens
15
meisjes
10
5
0
bij moeder
bij vader
Ik ervaar te weinig ruimte
bij moeder
bij vader
Ik heb geen eigen slaapkamer
N = 160
5. Hoe voelen jongeren zich bij de
verblijfsregeling?
Gemiddelde levenstevredenheid, naargelang van
ouderlijk conflict (jongens)
8
7.5
7
weinig conflict
veel conflict
6.5
6
5.5
5
Moederverblijf
Gedeeld verblijf
Vaderverblijf
Jongens
N = 418
5. Hoe voelen jongeren zich bij de
verblijfsregeling?
Gemiddelde levenstevredenheid, naargelang van
ouderlijk conflict (meisjes)
8
7.5
7
6.5
weinig conflict
veel conflict
6
5.5
5
Moederverblijf
Gedeeld verblijf
Vaderverblijf
Meisjes
N = 593
Conclusies
– Bij verblijfsco-ouderschap is er niet minder conflict dan bij
eenouderverblijf
– De meeste kinderen zijn tevreden met hun verblijfsregeling
– Bij moederverblijf vindt 40% dat ze hun vader te weinig zien
 Belang van continuïteit in de ouder-kind-relatie
 Pleit voor co-ouderschap!
– Meisjes hebben het lastiger met co-ouderschap dan jongens:
• Ze vinden vaker dat ze hun ouders te weinig zien
• Ze ervaren vaker een gebrek aan ruimte
• Ze zijn opvallend minder gelukkig indien er veel conflicten zijn
 Pleit tegen co-ouderschap!
 Co-ouderschap is niet beter, maar zeker ook niet slechter dan
moederverblijf, maar ouderlijk laag conflict = voorwaarde!
Discussiepunten
1. Heeft de wet op verblijfsco-ouderschap geleid tot
meer gelijkwaardig ouderschap?
2. Is de wet op verblijfsco-ouderschap in het belang
van het kind en/of de ouders?
3. Moet verblijfsco-ouderschap voor professionals
een uitgangspunt zijn bij het opstellen van de
verblijfsregeling