Paragraaf 3.4 - Liefting

Download Report

Transcript Paragraaf 3.4 - Liefting

Paragraaf 3.4
Romeinen, Germanen en Kelten
Een kou en nat land
• De Romein Plinius bezocht rond 50 n.C. de
Noordzeekust.
• Hij zag hier mensen op terpen wonen ( heuvels),
zodat de huizen droog bleven bij
overstromingen.
• Nederland liep regelmatig onder water.
• De Romeinen vonden ons land dus ook niet zo
interessant.
Romeinen en Bataven
• In 57 v.C. kwamen de Romeinen naar
Nederland.
• Caesar veroverde België en NL.
• Daar woonden toen Kelten.
• Zij leefden van de landbouw en konden niet
schrijven.
• Na 3 jaar kwamen de Kelten in opstand.
• Ze slachtten duizenden Romeinse soldaten af.
• Caesar nam wraak: de Kelten werden
vermoord of verkocht als slaaf.
• De Romeinen regelden dat er Germanen
kwamen te wonen.
• “Germanen” is een verzamelnaam. De stam
die hierheen kwam, waren de Bataven.
• De Bataven en de Romeinen zouden
samenwerken.
• Ze sloten een bondgenootschap.
• De Bataven mochten daar wonen, en hoefden
dan geen belasting te betalen.
• In ruil daarvoor zouden ze de grens van het
Romeinse Rijk verdedigen.
De Bataafse opstand
• De Bataven waren goede militairen.
• In 69 n.C. kwamen de Bataven in opstand,
o.l.v. Julius Civilis.
• Hij was een Bataaf en officier in het Romeinse
leger.
• De Romeinen vielen hard aan, en de Bataven
gingen verliezen.
• Julius ging weer onderhandelen, en ze sloten
een verdrag met de oude afspraken.
Aan de grens
• De rivier de Rijn werd gebruikt als grens van
het Romeinse Rijk: de Limes.
• Deze liep dwars door Nederland.
• Aan de andere kan van de Limes leefden
andere Germaanse stammen, net als de
Kelten.
• Die Germanen werden de Friezen genoemd.
De Limes
• Langs de Limes werden forten, legerkampen,
wegen en bruggen gebouwd.
• Daar ontstonden steden zoals
• Trajectum ( Utrecht)
• Mosa Trajectum ( Maastricht)
• Noviamagus (nijmegen)
• In de steden kwamen tempels, badhuizen en
woningen met stromend water en
vloerverwarming.
Culturele invloed
• De Romeinen en Germanen dreven veel
handel.
• De Germanen leverden huiden en slaven.
• De Romeinen leverden luxe zoals glas en
aardewerk.
• De Germanen kopieerden ook het schrift en
geld.
•
•
•
•
Veel volken namen de Romeinse cultuur over.
Dit noemen we romanisering.
Dit gebeurde tot ver buiten het Romeinse Rijk.
De Germanen hielden hun eigen taal, maar
kopieerden wel Latijnse woorden van de
Romeinen.
• Zo ontstonden nieuwe talen, zoals
Nederlands, Duits, enz.
De ondergang van Rome
• 3e eeuw: problemen in het Romeinse Rijk.
• Veel ziektes, minder productie en minder
handel.
• Daardoor was er een zwak leger.
• Germaanse stammen konden makkelijker het
Rijk binnenvallen, zoals de Franken en de
Alemannen.
• Enkele stammen vielen het rijk binnen.
• Dit noemen we de volksverhuizingen.
• Ze plunderden en vernielden alles dat ze
tegenkwamen.
• In 395 werd het rijk te groot om te besturen.
• Dus werd het rijk gesplitst in een WestRomeins Rijk en een Oost-Romeins Rijk.
• Rome bleef de hoofdstad in het westen, en
Constantinopel ( Istanbul) werd de hoofdstad
in het oosten.
• 2 rijken met allebei een eigen keizer.
• Het Oost-Romeinse Rijk ging prima, maar het
West-Romeinse Rijk kreeg in de 5e eeuw
nieuwe volksverhuizingen.
• Tientallen stammen drongen het rijk binnen:
Volksverhuizingen:
•
•
•
•
De Goten plunderden Rome,
De Hunnen uit Azië kwamen naar Gallië
Maar de Hunnen werden verslagen.
Germaanse stammen gingen daar zelf
koninkrijkjes opzetten.
• In 476 werd de laatste keizer van het WestRomeinse Rijk afgezet.
• Na 1000 jaar was er een einde aan het
Romeinse Rijk gekomen.
• Het Oost-Romeinse Rijk bleef nog wel 1000
jaar bestaan.
• Einde