Transcript Planten - Biologie met Mevrouw Smit

Basisstof 5: (De interactieve f lora)
Bladvorm, Bladrand en Nervatuur
 Benoem op een los blaadje de volgende onderdelen
 1: Zijnerf
 2. Hoofdnerf
 3. Bladsteel
 4. Bladoksel
 5. Okselknop
 6. Bladmoes
 7. Eindknop
 8. Bladschijf
 9. Knoop
 10. Lid
 Bladeren van planten kunnen er heel verschillend uit
zien…
 Je kunt planten daarom vaak goed herkennen
aan hun bladeren.
Enkelvoudige bladeren
Samengestelde bladeren
 Bladschijf bestaat uit één geheel.
 Bladschijf bestaat uit meerdere
 Okselknop op de plaats waar de
bladsteel aan de stengel vastzit.
 Bij ieder blad hoort één okselknop.
delen.
 Blaadjes samen door één bladsteel
verbonden met de stengel.
 Meerdere blaadjes hebben samen
één okselknop.
Veervormig samengesteld
Handvormig samengesteld
 Lijkt een beetje op een vogelveer.
 Lijkt een beetje op een hand.
 Heeft meestal 3, 5 of 7 blaadjes.
 Kun je op deze afbeelding een enkelvoudig blad aanwijzen?
 En een samengesteld blad?
 Het verloop van de nerven in een
blad.
 (Nerven zijn eigenlijk
vaatbundels.)
Basisstof 6:
Eetbare wortels, stengels en bladeren
 Planten maken d.m.v. fotosynthese hun eigen voedsel
 Dit gebruiken ze om te groeien, of ze slaan het op.
 Reservevoedsel kan worden opgeslagen in:
- Wortels
- Stengels
- Bladeren
 Vaak eten mensen het reservevoedsel van de plant op.
 Eten wij van deze groenten de wortels, de stengels, of
de bladeren?