Transcript Dia 1

Hoofdstuk 3
Wereld: stedelijke gebieden in de VS
Paragraaf 1 en 2
inhoud
• Global city (par. 1)
• Een wereld van steden (par. 2)
Tokyo
Wereldstad want:
- Concentratie hoofdzetels MNO’s
- Mondiaal knooppunt in netwerk wereldsteden
- Mondiaal economisch, cultureel centrum
- Oververtegenwoordiging kwartaire sector
Volgens Saskia Sassen hebben wereldsteden meer contact
met de rest van de wereld dan met hun achterland. Klopt
deze uitspraak?
Ja, je ziet dat de wereldsteden als een spin in een web
uitstekend verbonden zijn met elkaar.
Sao Paolo
Megasteden
Megastad
Megastad want:
- > 10 miljoen inwoners
- maar geen belangrijk economisch, cultureel of politiek centrum
op wereldniveau
Wat zijn de belangrijkste verschillen in ligging en groei
tussen wereldsteden en megasteden?
Wereldsteden liggen in de centrumlanden en groeien traag.
Megasteden liggen in de (semi)periferie en groeien snel.
Van Mega naar Supermega
Megasteden groeien snel door:
a. hoge natuurlijke groei
b. hoog vestigingsoverschot
c. uitbreiding van de stad over omgeving
Welke problemen heeft de megastad?
Wonen
Werken
Infrastructuur overbelast
Vervuiling
Steden met ambitie
Steden als Sao Paulo, Singapore en Shanghai zijn op weg
naar de status van wereldstad.
Dat wordt gestimuleerd door de globalisering. Hoezo?
Steden met ambitie
Landen als Brazilië, China en Maleisië profiteren door de lage
lonen, de gunstige ligging of de beschikbaarheid van
grondstoffen sterk van de globalisering.
Hun belangrijke steden worden ook knooppunten in het mondiale
netwerk.
Stelling: ‘Globalisering
stimuleert uniformiteit’.
Verdedig de stelling
aan de hand van deze
cartoon met twee
argumenten.
Door globalisering
worden gebieden en
plaatsen steeds meer
met elkaar verbonden
en gaan steeds meer
op elkaar lijken.
Je ziet het aan:
a. de ruimtelijke
inrichting
b. dezelfde MNO’s die
je er tegenkomt
Stelling: Globalisering zorgt ook voor verbrokkeling. Hoe blijkt
dat uit deze kaart?
Je ziet dat grote gebieden en steden nauwelijks ‘meedoen’.
Deze plaatsen noemen we ‘Blackholes’.
Waarom ben ik een ‘Blackhole’?
Weinig
koopkracht
> geen
interessante
afzetmarkt
Politieke
opvattingen
stroken niet
met liberale
markteconomie
Sociaal en politiek instabiel : onveilig