Transcript HOOFDSTUK 4 - HAALEENTIEN.NL

BEWEGENDE AARDE: VULKANEN EN AARBEVINGEN
SCHILDVULKANEN TREFFEN WE VOORAL AAN
BIJ DIVERGENTEN PLAATRANDEN
KENMERKEN:
• VLOEIBARE LAVA
• REGELMATIGE ONTGASSING
• KLEINE DRUKOPBOUW
• RUSTIG VULKANISME
KEGELVULKANEN TREFFEN WE VOORAL BIJ
CONVERGENTE PLAATBEWEGINGEN
(SUBDUCTIE)
KENMERKEN:




STROPERIGE LAVA
MOEILIJKE ONTGASSING
GROTE DRUKOPBOUW
EXPLOSIEF VULKANISME
WRIJVING→SPANNING
SUBDUCTIE→ SPANNING

CONVERGENT

TRANSFORM

DIVERGENT
WAAR PLATEN
CONVERGEREN (EN
SUBDUCTIE)
PLAATSVINDT
KOMEN ZWARE
AARDBEVINGEN
VOOR
WAAR PLATEN LANGS
ELKAAR SCHUIVEN
KUNNEN ZWARE
AARDBEVINGEN
VOORKOMEN.
WAAR PLATEN UIT
ELKAAR GAAN
KUNNEN LICHTE
AARDBEVINGEN
VOORKOMEN
•
HYPOCENTRUM, PLEK WAAR AARDBEVING
ONTSTAAT, DE HAARD
•
EPICENTRUM, PLEK LOODRECHT OP HAARD,
AAN AARDOPPERVLAK
•
SEISMOGRAAF, APPARAAT WAAR BEVINGEN
WORDEN GEMETEN
•
SEISMOGRAM, TEKENING VAN TRILLINGEN
ZIE APARTE LINK
AARDPLATEN KUNNEN DOOR ENDOGENE
KRACHTEN LANGS ELKAAR SCHUIVEN
 HORIZONTAAL (TRANSFORM: ZIE BOVEN)
 VERTICAAL (DE LUCHT IN / WEGZAKKEN)
▪ OMHOOGGEDUWDE STUKKEN ZIJN HORSTEN
▪ WEGGEZAKTE DELEN ZIJN SLENKEN
▪ GEBERGTEN ONTSTAAN DOOR VERTICALE
VERSCHUIVINGEN NOEMEN WE BREUKGEBERGTEN
BIJ CONVERGENTE
BOTSINGEN VAN
AARDPLATEN
PLOOIEN DE
AARDLAGEN ZICH
 DEZE PLOOIEN
KUNNEN UITGROEIEN
TOT GEBERGTEN

TROG
BIJ SUBDUCTIE OP DE
ZEEBODEM
ONTSTAAN DIEPE
KLOVEN: TROGGEN