STIJLFIGUREN EN BEELDSPRAAK.

ELDORADO HOOFDSTUK 2.

STIJLFIGUREN EN BEELDSPRAAK.

STIJLFIGUREN ZIJN:

AFWIJKINGEN VAN DE GEBRUIKELIJKE WOORDKEUS EN ZINSBOUW.

STIJLFIGUREN EN BEELDSPRAAK.

STIJLFIGUREN ZIJN:

1.

2.

3.

HERHALING OPSOMMING CLIMAX EN ANTICLIMAX 4.

5.

6.

7.

8.

ANTITHESE (TEGENSTELLING): GENIETEN VAN VERDRIET PARADOX (SCHIJNBARE TEGENSTELLING) HYPERBOOL: EEUW WACHTEN RETORISCHE VRAAG EUFEMISME (HARDE UITDRUKKING – VERZACHTEND WOORD) 9.

LITOTES (DUBBELE ONTKENNING) 10. WOORDSPELING: PEDAGOOCHELAARS 11. SPOT: IRONIE, SARCASME, CYNISME 12. TAUTOLOGIE: BAR EN BOOS, HET IS ZO EN NIET ANDERS 13. PLEONASME: DE UITERSTE LIMIET, EEN PASSERENDE VOORBIJGANGER

STIJLFIGUREN EN BEELDSPRAAK.

EEN VEELVULDIG GEBRUIKT STIJLMIDDEL IS:

BEELDSPRAAK

EEN OBJECT WORDT VERGELEKEN MET OF VERVANGEN DOOR EEN BEELD.

STIJLFIGUREN EN BEELDSPRAAK.

BEELDSPRAAK IS:

1. VERGELIJKING MET ALS 2. VERGELIJKING MET VAN 3. VERGELIJKING ZONDER VOEGW. OF VOORZETSEL 4. METAFOOR (WEL BEELD – GEEN OBJECT) 5. METONYMIA (OPVALLEND KENMERK) 6. SYNESTHESIE (VERSCHILLENDE ZINTUIGEN) 7. PERSONIFICATIE

(EEN VOORWERP ALS LEVEND WEZEN)