Transcript Castricum

Examenvragen over Plato
Nazomerconferentie 2013
[email protected]
Programma



Analyse examenvragen
Workshop
Nabespreking
Analyse examenvragen
-
Welk type vragen wordt gesteld op het CE?
Analyse examen Plato 2008 (1ste tijdvak)
Analyse examens Plato 1998 & 1993
Analyse recente examens (2010-2013)

Welk cognitief niveau wordt gevraagd? (a.h.v. Taxonomie van Bloom)

Kritiek: indeling vragen altijd lastig

-
(1) Tekstbegrip: Antwoorden in het Nederlands
‘Je moet de Griekse teksten gewoon goed uit je hoofd kennen’

Voorbeelden
-
Vraag 5 (2pt.)
Regel 14 κινδυνεύει γάρ μοι τὸ συμβεβηκὸς τοῦτο ἀγαθὸν γεγονέναι
Socrates bereikt deze conclusie via een redenering in twee stappen.
Formuleer beide stappen in eigen woorden. Baseer je antwoord op het voorafgaande.
- Normaal greep zijn δαιμόνιον / innerlijke stem in (zelfs bij
kleine/onbelangrijke aangelegenheden) / hield zijn δαιμόνιον hem
tegen, wanneer hij iets verkeerds dreigde te doen 1
- Het δαιμόνιον greep nu niet in op de dag van het proces 1
Of woorden van overeenkomstige strekking.
-
Vraag 18 (1pt.)
Regel 4-5 καὶ γὰρ θέρος τότε γ’ ἦν
Leg uit waarvan deze zin de verklaring geeft.

Cognitief niveau
(Begrip) ‘Vertel in eigen woorden’, ‘leg uit hoe’
NB: 1) verklaren voegwoorden; 2) samenvatten van alinea; 3) verbanden leggen tussen
tekstdelen
(2) Los van tekst / Reproductie
‘Je moet de achtergronden en de inhoud van de teksten gewoon
goed kennen.’

Voorbeelden
-
Vraag 1 (2pt.)
Tekst 1 is een deel van de derde redevoering in Plato’s Apologie.
Noteer het onderwerp van elk van beide voorafgaande redevoeringen.
Beantwoord de vraag in het Nederlands en baseer je antwoord op de teksten die je voor dit
examen gelezen hebt.
-
Vraag 15 (1pt.)
Regel 16 den dienst van leugen en van schijn
Socrates spreekt in de Apologie bij zijn onderzoek naar de uitspraak van het orakel ook over
praktijken van leugen en van schijn.
Wat beschouwt Socrates in de Apologie als praktijken van leugen en van schijn?
(In de Apologie heeft Socrates gezegd) dat veel mensen menen wijs te zijn (maar dat in
werkelijkheid niet zijn).

Cognitief niveau
(Kennis, Synthese) Benoemen, samenvatten, ordenen
(3) Citeren Grieks
‘Je moet ook nog het Grieks goed kennen!’

Voorbeelden
-
Vraag 4 (1pt.)
Regel 7 σμικροῖς
Citeer uit het vervolg (t/m regel 13 μοι) het Griekse woord dat hiermee een
tegenstelling vormt.
-
Vraag 26 (1pt.)
Tekst 4, regel 1 Bij die gelegenheid behaalt Socrates zijn eerste onderscheiding
Citeer uit Tekst 3, regel 8-12 (εἰ t/m ψεύδομαι) het Griekse tekstelement waaruit
blijkt dat de woorden ‘Bij die gelegenheid behaalt Socrates zijn eerste
onderscheiding’ in strijd zijn met de tekst van Plato.
ἐμοὶ (καὶ) τἀριστεῖα ἔδοσαν (οἱ στρατηγοί) (regel 9)

Cognitief niveau
(Begrip) Aanwijzen van relaties binnen tekst, (Analyse) vergelijken
(4) Verwijswoorden
‘Je moet de tekst héél precies kennen.’

Voorbeelden
-
Vraag 6 (1pt.)
Regel 16 τοῦτου
Leg uit wat hiermee wordt bedoeld.
-
Vraag 8 (1pt.)
Regel 18 αὐτό
Dit woord verwijst naar
A)
κακόν
B)
τεθνάναι
C)
τεκμήριον
D)
σημεῖον

Cognitief niveau
(Begrip) ‘Wat wordt bedoeld met’
(5) Vergelijken andere tekst / bron
‘Je moet én de gegeven tekst goed begrijpen én de Griekse tekst.’

Voorbeelden
-
Vraag 13 (1pt.)
Leg uit in welk opzicht de inhoud van de regels 1 en 2 van Tekst 2 niet overeenkomt
met wat in Tekst 1 over het teken wordt gezegd.
-
Vraag 27a (2pt.)
De beschrijving van Socrates’ heldhaftigheid is op sommige punten bij Plato sterker
dan in de parafrase van De Crescenzo en op andere punten sterker bij De Crescenzo
dan bij Plato.
Geef twee voorbeelden uit Tekst 3, regel 8-12 (εἰ t/m ψεύδομαι) waaruit blijkt dat de
beschrijving bij Plato sterker is dan bij De Crescenzo. Beantwoord de vraag in het
Nederlands.
1) Niemand anders probeerde Alcibiades te redden behalve Socrates zelf.
2) Hij redde zowel Alcibiades zelf als zijn wapenuitrusting.

Cognitief niveau
(Analyse) vergelijken
(6) Verklaren tijdsgebruik
‘Je moet goed wat de ‘waarde’ van een tijd is.’
-
Vraag 23 (1pt.)
Regel 24-26 σχεδὸν t/m διώκουσιν
Leg uit om welke reden Alcibiades in deze zin overgaat op
praesensvormen.
Het betreft een uitspraak die bedoeld is als algemene waarheid (en
die niet alleen verwijst naar de specifieke situatie van dat moment).

Cognitief niveau
(Toepassing) ‘maak duidelijk in dit verband’
(7) Vergelijken vertalingen
‘Je moet ‘een beetje Grieks kunnen vertalen’.’

Voorbeeld
-
Vraag 17
Regel 2-3 καὶ ἤδη t/m ἕστηκε (2pt.)
Deze regels worden door X. de Win als volgt vertaald: ‘en het was al middag toen de
manschappen het opmerkten en verwonderd tot elkaar zeiden: ‘Socrates is over iets
aan ‘t piekeren. Sedert vanochtend staat hij daar al.’’’
In deze vertaling is de grammaticale structuur van het Grieks in twee verschillende
opzichten niet overgenomen.
Beschrijf de twee opzichten waarin de structuur van het Grieks niet is overgenomen.
De persoonsvorm in de hoofdzin ᾐσθάνοντο/ἔλεγεν is in de vertaling
persoonsvorm in de bijzin geworden.
Het participium φροντίζων is in de vertaling als persoonsvorm in de
hoofdzin weergegeven.

Cognitief niveau
(Analyse) vergelijken
(8) Stilistiek
‘Je moet de stijlfiguren goed kennen.’

Voorbeeld
Regel 32-36 ἐπεί t/m οὔ
Socrates benadrukt met een stilistisch middel dat hij Palamedes en Ajax graag zou ontmoeten.
Noteer de naam van het desbetreffende stilistisch middel. Citeer bij je antwoord ook het
desbetreffende Griekse tekstelement.

Cognitief niveau
(Toepassing) Aantonen
Type Examenvragen Plato (2008, tijdvak I, 27
vragen, N-term 1,1)
1)
12
10
2)
8
3)
6
4)
5)
4
6)
2
7)
8)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
Tekstbegrip antwoorden in het
Nederlands: 2, 5, 10, 12, 13, 14,
18, 19, 20, 24, 27a-b
Los van tekst: 1, 3, 7, 15, 16, 22,
25
Tekstbegrip citeren Grieks: 4, 21,
26
Verwijswoorden: 6, 8, 9
Vergelijken met andere tekst: 13,
27a-b
Verklaren tijdsgebruik: 23
Vergelijken vertalingen: 17
Stilistiek: 11
Eindexamens Plato 1998 (22 vragen) & 1993 (20
vragen)
1)
2)
3)
4)
5)
6)
7)
8)
Tekstbegrip: Antwoorden in Nederlands
Los van tekst
Citeren Grieks
Verwijswoorden
Vergelijken andere bron
Tijdsgebruik
Vergelijken vertalingen
Stilistiek
12
Opvallend
- 1993 / 1998: minder gevarieerd
- antwoorden in Nederlands toegenomen
- vragen los van teksten toegenomen
10
8
2008
1998
1993
6
4
2
0
1
2
3
4
5
6
7
8
1)
2)
3)
4)
5)
6)
7)
8)
9)
10)
11)
Tekstbegrip: antwoorden in Nederlands
Los van tekst
Citeren Grieks
Verwijswoorden
Vergelijken tekst
Verklaren tijdsgebruik
Verg. vertalingen
Stilistiek
Regieaanwijzingen
Verteltechnieken
Metriek
Overzicht examens 2008,
2010-2013
Opvallend
1) Relatief meer aandacht voor vragen los van tekst (nr. 2)
2) Verwijswoorden relatief meer eigen aan Plato (nr. 4)
3) Laatste twee jaar: relatief meer aandacht aan vergelijken
vertalingen (nr. 7)
4) Relatief minder aandacht aan vragen vergelijken van teksten
(nr. 5)
12
10
Plato 2008 (27)
Sophokles 2010 (22)
Herodotos 2011 (22)
Homeros 2012 (21)
Euripides 2013 (23)
8
6
4
2
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10 11
Workshop

1)
2)
3)
4)
5)
-
6 groepen
Apologie
Krito
Phaedo
Protagoras (2x)
Meno
Teveel Grieks? Kort de passage zelf iets in.
Maak (eventueel) gebruik van werkvertalingen.
Tijdsindeling:
ca. 15 min.: zelfstandig bestuderen Grieks
ca. 10 min.: zelfstandig bedenken vragen + antwoorden!
ca. 20 min.: gezamenlijk opstellen van vragen > stelt u aub. een groepshoofd aan.
Workshop
Opdracht: Maak 10 examenvragen met daarbij de
volgende typen vragen:








Tekstbegrip: Antwoorden in het Nederlands
Los van tekst
Citeren van Grieks
Verwijswoorden
Vergelijken van teksten (indien mogelijk)
Verklaren tijdsgebruik
Vergelijken vertalingen (indien mogelijk)
Stilistiek
Ad 1: Pas de volgende vragen toe:
Samenvattende vraag
Relaterende vraag (bijv. ‘deze zin is in tegenspraak met wat Socrates in het
voorafgaande heeft gezegd. Licht dit toe.’)
Vraag over voegwoorden