Evolutie van de vervangingsgraad

Download Report

Transcript Evolutie van de vervangingsgraad

DEPARTEMENT WERK EN SOCIALE ECONOMIE

Kerncijfers Demografie en Werkzaamheid Versie 6 oktober 2011

De arbeidsmarkt wordt krapper: alle talent is nodig

1

Evolutie van de vervangingsgraad (verhouding 15-24-jarigen ten opzichte van 55-64-jarigen), Vlaams Gewest JAAR 2000 2010 2020 2030 2050

Vervangingsgraad 1,12 0,94 Bron: FOD Economie ADSEI Bevolkingsvooruitzichten 2007-2060 0,78 0,88 0,88

De arbeidsmarkt wordt krapper: alle talent is nodig

Tegen 2020 staan er voor elke 100 55-64 jarigen (potentiële uitstromers) maar 78 15-25 jarigen (potentiële instromers) klaar op de arbeidsmarkt. Door de vergrijzing en de ontgroening kan de Vlaamse arbeidsmarkt het zich niet langer

permitteren om talent te verspillen

De komende jaren zal er een belangrijke vraag zijn naar werknemers ter vervanging van ouderen die uitstromen. In de periode 2010-2015 verwachten we een vervangingsvraag van

zo’n 300.000 personen in Vlaanderen, of 60.000 per jaar

(Steunpunt WSE). Dat is een toename met +35% ten opzichte van de voorgaande 5 jaar. 2

3. De demografische wissel: Aan de vraagzijde komt er ruimte

Bron: FOD Economie – ADSEI – EAK (bewerking Steunpunt WSE).

De arbeidsmarkt wordt krapper: alle talent is nodig

In sommige sectoren loopt het aandeel 50-plussers vandaag al op tot meer dan 30%. Op de sector ‘informatica’ en ‘de uitzendsector’ na zijn er nog maar nauwelijks sectoren met een uitgesproken ‘jong’ profiel. Deze grote vervangingsvraag creëert kansen en uitdagingen. Werkgevers zullen moeten investeren in het langer aan het werk houden van hun werknemers en oudere werknemers zullen bereid moeten zijn om langer aan de slag te blijven. Werkgevers zullen zich ook steeds meer moeten wenden tot een ouder doelpubliek om vacatures ingevuld te krijgen.

4

De arbeidsmarkt wordt krapper: alle talent is nodig

Aandeel 50-plussers in een selectie van sectoren, 2009 (Vlaams Gewest) SECTOR

Post Openbaar bestuur Vervoer Onderwijs Financiële diensten Ziekenhuizen/overige gezondheidszorg Chemische industrie Maatschappelijke dienstverlening Bouw Groothandel en handelsbemiddeling Kleinhandel Horeca en toerisme Uitzendbureaus en arbeidsbemiddeling Informaticatechnologie

Totaal

Bron: RSZ (Bewerking Steunpunt WSE)

(%)

39,0 38,2 34,2 28,2 27,5 24,5 22,6 21,1 20,2 19,6 17,2 17,2 13,2 8,6

22,6 (n)

9.191

19.915

27.752

61.166

22.383

26.358

10.517

34.245

25.936

26.023

22.748

10.980

11.674

2.361

465.495

5

De arbeidsmarkt wordt krapper: alle talent is nodig

In de sectoren ‘Post’ en ‘Openbare besturen’ is 38% à 39% van de werknemers ouder dan 50, wat wil zeggen dat deze sectoren in de komende 10-15 jaar 39% van haar werknemers zullen moeten vervangen. In de sector ‘Vervoer’ (34% is 50+) vindt men vandaag al moeilijk goede, geschoolde werknemers. In de sector ‘onderwijs’ is al 28% 50plus. Omwille van zijn grote omvang telt deze sector het grootst aantal oudere werknemers. Ook in de sectoren ‘Ziekenhuizen/gezondheidszorg’(25% 50+) en ‘Maatschappelijke dienstverlening (21%) is een forse veroudering aan de gang. Het gaat beide om zeer omvangrijke sectoren. Dit geldt ook voor een sector zoals “financiële diensten” (27% van de werknemer is 50+).

6

Marge voor arbeidsdeelname bij 55-59 en 60-64-jarigen

Evolutie van de werkzaamheidsgraad per 5-jarige leeftijdsklasse, Vlaams Gewest, 2000-2010

80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% 2000 2002 2004 2006 2008 2010 50-54 55-59 60-64 Bron: FOD Economie ADSEI – EAK (Bewerking Departement WSE) 7

Marge voor arbeidsdeelname bij 55-59 en 60-64-jarigen

Om arbeidskrapte te voorkomen, de welvaart veilig te stellen en de betaalbaarheid van de welvaartsstaat te garanderen moet de werkzaamheid stijgen. Volgens de nieuwe EU2020-strategie dient 75% van de 20 tot 64- jarigen in Europa aan het werk te zijn in 2020. In het Vlaams Gewest bedroeg de werkzaamheidsgraad van 20 tot 64-jarigen in 2010 72,1%. De Vlaamse werkzaamheidsgraad wordt vooral afgeremd door de geringe arbeidsdeelname van ouderen. De werkzaamheid daalt scherp met de leeftijd. Van de 50-54 jarigen werkt nog 79%. Bij de 55-59 jarigen is dat nog maar 56%. Van de 60-64 jarigen werkt er nog maar 19% (cijfers 2010). 8

Vlaanderen aan de staart van het Europese peloton

De werkzaamheid van 55-64-jarigen, Vlaanderen in internationaal perspectief, 2010

80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% 9 Bron: FOD Economie ADSEI – EAK, Eurostat LFS (Bewerking Departement WSE)

Vlaanderen aan de staart van het Europese peloton

Met minder dan 4 op 10 55plussers aan het werk tegenover een EU-gemiddelde van 46% bengelt Vlaanderen aan de staart

van het Europese peloton

Het Vlaamse Pact 2020 schrijft voor dat tegen 2020 50% van de 55plussers werkt. Vandaag is dat nog maar 38,2%.

De arbeidsdeeIname van oudere leeftijdsgroepen is de laatste jaren wél gevoelig toegenomen. In 2010 was ruim 38 procent van de 55-plussers aan het werk in Vlaanderen, dat is 2,4 procentpunten meer dan in 2009 en maar liefst 12,7 procentpunten meer dan in 2000, toen slechts één op de vier 55-plussers aan het werk was. 10

10 00 Evolutie werkzaamheid 55+ (Vlaams Gewest 1983-2010) 60 50

51

40 30

32 Lissabon 2010 46 38 30

20 Totaal Mannen Vrouwen

Prognoses werkzaamheidsgraad 2020

Rekening houdend met de vergrijzing en de toenemende arbeidsdeelname van vrouwen, verwachten we zonder beleidsingrepen een werkzaamheidsgraad van 74% in 2020 De Vlaamse doelstelling voor 2020 bedraagt 76% Vlaanderen zou in 2020 zo’n 47.000 werkenden tekort komen om de doelstelling te halen.

Voor 55-plussers wordt 44,4% werkzaamheid verwacht, terwijl de doelstelling 50% bedraagt.

Dus: de arbeidsdeelname van ouderen (en andere ondervertegenwoordigde groepen zoals allochtonen) moet substantieel stijgen om de tekorten op de arbeidsmarkt weg te werken.

12

Prognoses werkzaamheidsgraad 2020

76% 75% 74% 73% 72% Geobserveerde werkzaamheidsgraad Scenario 1: vergrijzing Scenario 2: vergrijzing + feminisering 72,1% 73,6% 71% 70% 69% 68% 70,4% 70,5% 67% 66% 2005 2010 r2015 Bron: FOD Economie ADSEI – EAK, Eurostat LFS (Bewerking Departement WSE) 74,1% 69,8% r2020 13

58 58 57 60 60 59 59 We werken langer, maar nog lang niet tot aan de wettelijke pensioenleeftijd: Gemiddelde uittredeleeftijd naar gewest 61

58 59 58,9 59 60 58 59 58,8 59 60 59 59 59,1 60 60

Vlaams Gewest 2001 Waals Gewest 2005 2006 2007 Brussels Hoofdstedelijk Gewest raming 2008 Bron: Datawarehouse AM&SB bij de KSZ (bewerking Steunpunt WSE).

We werken langer, maar nog lang niet tot aan de wettelijke pensioenleeftijd

Met de feitelijke gemiddelde uittredeleeftijd hebben we de kaap van 60 jaar bereikt. Dat is een stijging met 2 jaar tussen 2001 en 2008. Maar we stoppen nog steeds vér voor de wettelijke pensioenleeftijd (65 jaar). Toch leven we alsmaar langer, dus het is niet echt logisch dat we zo vroeg stoppen met werken. De gemiddelde levensverwachting van mannen bedraagt 78,1 jaar en van vrouwen 83,1 (cijfers 2009). We leven langer en bovendien steeds langer in goede gezondheid.

15

Herintrede van 50-plussers verloopt zeer moeizaam

Aandeel 50-plussers in indiensttredingen en in de beroepsactieve bevolking, Vlaams Gewest

16

Herintrede van 50-plussers verloopt zeer moeizaam

Eens 50plussers hun werk verliezen of stoppen met werken is het zeer moeilijk om opnieuw aan de slag te gaan. Slechts 5,7% van alle nieuwe indiensttredingen gaat over een 50plusser terwijl hun aandeel in de totale beroepsbevolking 22,7% bedraagt. Wanneer een oudere werknemer werkloos wordt is de kans zeer klein om opnieuw werk te vinden. Elke maand vindt slechts 3% van de Vlaamse werkzoekende 50-plussers een baan. Ter vergelijking: bij jongeren -25 jarigen vindt 18% elke maand een baan (cijfers 2010). Er is over de tijd ook weinig vooruitgang te bespeuren: de herintredekans voor oudere werkzoekenden blijft structureel zeer laag. 17

20 05 00 15 10 35 Herintrede van 50-plussers verloopt zeer moeizaam: Uitstroom naar werk, NWWZ, naar leeftijd (uitstroom per maand)

32

< 25 jaar 25-49 jaar > 49 jaar totaal 30 25

21 12 03 18 04 19 13 03

10 beleidstips: Met meer, langer en beter werken

19 1.

2.

3.

Benader de arbeidsmarkt vanuit een competentiebril in plaats vanuit diploma’s. Oudere werknemers hebben een schat aan ervaring en verworven competenties. Zorg hierbij ook voor valorisatie van verworven competenties (EVC, ervaringsbewijzen). Verklein de kwalitatieve mismatch: de beschikbare profielen bij oudere werkzoekenden beantwoorden dikwijls niet aan de vraag op de arbeidsmarkt. Investeer in permanente vorming van werknemers zodat ze langer productief blijven.

Maak loopbaankeuzes bespreekbaar: zorg ervoor dat (oudere)werknemers niet vastlopen in hun job (via loopbaangesprekken, loopbaanbegeleiding,..) Zorg voor maatwerk: dé oudere werknemer bestaat niet.

Breid kansen voor jobheroriëntatie uit via interne en externe mobiliteit 4.

5.

6.

7.

8.

9.

Investeer in gezonde werknemers en een gezonde werkplek over de ganse loopbaan Werk de loonkostverschillen tussen leeftijden weg (zorgt voor een drempel bij aanwerving en een stimulans bij ontslag) Maak flexibele arbeidsarrangementen mogelijk in functie van een goede combinatie tussen werk en privé Bestrijd stereotypen door sensibilisering. 10. Bestrijd (leeftijds)discriminatie