Conserverende aanslag

Download Report

Transcript Conserverende aanslag

Oudedagsvoorzieningen:
“Een warme deken over Nederland?”
Lezing FiDiB
Mr. G.M.C.M. Staats
15 maart 2010
Citaat
De pensioenwereld is een ontoegankelijk geheel waarin
mensen – meestal mannen – in geheimtaal spreken en
ernaar streven om met zo min mogelijk inmenging van
buitenaf afspraken te maken over de beste wijze
waarop pensioenpremies met het beste resultaat
worden belegd en de hoogte van de pensioenuitkering.
Bron: G. Verbeet, PvdA, PW, wetgevingstechnisch overleg
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Huidig pensioenstelsel
Drie Pijlers
Overheidspensioen
Arbeidspensioen
Privévoorzieningen
AOW
- BPF/Bpr
- Verzekeraars
- OPF
- Eigen beheer
Lijfrenten
Anw
Oudedagsreserve
Stakingslijfrente
Levensloopregeling
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Onderwerpen
• Eerste pijler: AOW
• Verhoging pensioenleeftijd
• Tweede pijler
•
•
•
•
Drie partijen
Echtscheiding
Waardeoverdracht
Conserverende aanslag
• Derde pijler
• Banksparen
• Oud regime lijfrente
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Eerste pijler
Eerste Pijler
AOW
• Omslagstelsel
• Nederland versus EU
• Dubbele vergrijzing
• Kabinetsbesluit
• Premie bevriezen/Tekorten uit algemene middelen
• Vervallen toeslag jongere partner
• Verhoging leeftijd
• Kabinetsbesluit
• SER-advies
• GEVOLGEN?
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Nieuwe AOW?
• 2020 AOW leeftijd naar 66 jaar
• Daarna ieder jaar 2 maanden erbij, of
• 2026 in één keer naar 67
• Gevolgen
• 55+-ers op 01.01.2010 worden ontzien
• Zware beroepen
• 40 of 45 jaar gewerkt: toch met 65 jaar AOW
• 16 % minder!
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Nieuwe Pensioenleeftijd?
• Tweede en Derde Pijler pensioenleeftijd verschuift ook
• Pensioenpremie omlaag
• Omscholing oudere werknemer
• Even een kijkje achterom
• 1999: Witteveenwetgeving
• 2006: Wet VPL
• 2010: Verhoging pensioenleeftijd
WERK AAN DE WINKEL!
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Tweede pijler
Pensioenwet
Driehoeksverhouding
Uitvoerder versus
Werknemer
Uitvoerder versus
Werkgever
Werkgever versus
Werknemer
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Tweede pijler
Echtscheiding
Pensioen en Echtscheiding
• Pensioen- en Spaarfondsenwet
• 27.11.1981: Boon/Van Loon (NJ 1982, 503)
• 01.05.1995: Wet Verevening Pensioenrechten bij Echtscheiding
• 01.01.2008: Pensioenwet
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Wet Verevening Pensioenrechten bij
Scheiding (Wet VPS)
• Rechtstreeks recht bij pensioenorgaan, mits binnen twee jaren
gemeld
• na twee jaar
• Blijft voorwaardelijk recht
• Overlijden ex-echtgenoot (niet-werknemer)
• Overlijden ex-echtgenoot (werknemer)
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
PW (art. 57 PW)/ Wet VPS (art. 3a)
• Bijzonder Nabestaandenpensioen
• Huwelijk/geregistreerd partnerschap
• Premievrije aanspraak NP ter grootte van het fictieve ontslagrecht
op tijdstip ontbinding huwelijk
• NP op risicobasis
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Jurisprudentie (DGA)
• NJ 1996/617 (Rensing/Polak)
• NJ 2006/636
• Illusoir worden pensioen
• NJ 2007/306
• Algemene rechtsregel geformuleerd
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Overweging Hoge Raad
De eisen van redelijkheid en billijkheid die de rechtsverhouding tussen exechtgenoten beheersen, zullen in het algemeen meebrengen dat de tot
verevening verplichte echtgenoot die als DGA de rechtspersoon beheerst
waarin de te verevenen pensioenaanspraak is ondergebracht, dient zorg
te dragen voor afstorting bij een externe pensioenverzekeraar (…). Van de
vereveningsgerechtigde echtgenoot kan in beginsel niet worden gevergd
dat deze bij voortduring afhankelijk blijft van het beleid van de andere
echtgenoot ten aanzien van de betrokken rechtspersoon voert en het risico
moet blijven dragen dat het in eigen beheer opgebouwde pensioen t.z.t.
niet kan worden betaald. (…) De beantwoording van de vraag of daar in
een concreet geval aanspraak kan worden gemaakt, moet geschieden met
inachtneming van alle omstandigheden van het geval.
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Overweging Hoge Raad (vervolg)
“Daarbij zal de omstandigheid dat onvoldoende liquide middelen
aanwezig zijn om de afstorting te effectueren slechts dan
tot ontkennende beantwoording van die vraag kunnen leiden indien
de vereveningsplichtige stelt en bij betwisting aannemelijk maakt dat
de benodigde liquide middelen ook niet kunnen worden
vrijgemaakt of van elders verkregen zonder de continuïteit van de
bedrijfsvoering van de rechtspersoon en de onderneming waaraan
deze is verbonden in gevaar te brengen.”
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Hof Den Bosch (LJN: BC3319)
•
•
•
•
•
Huwelijk 1979 – 1999
Man pensioen opgebouwd bij pensioenfonds
Vrouw pensioen opgebouwd bij (ander) pensioenfonds
Wet VPS van toepassing. Pensioenen worden verevend
Vrouw meent dan Man ook binnen eigen BV nog pensioen heeft
opgebouwd
• Man stelt dat geen sprake is van reële pensioenvoorziening, doch
echter alleen ‘administratief’ pensioen;
• Er is wel pensioenovereenkomst tussen BV en Man;
• Pensioen-BV is inmiddels verkocht en failliet;
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Vervolg Hof Den Bosch (LJN: BC3319)
• In BV zijn pensioenrechten opgebouwd, dus Wet VPS van
toepassing;
• Man was jegens vrouw verplicht toereikende zorg te besteden aan
waarborging aanspraken vrouw in BV;
• Man heeft aan zorgplicht niet voldaan;
• Onrechtmatige daad Man jegens Vrouw;
• Man wordt veroordeeld Vrouw schadeloos te stellen door
koopsom bij verzekeraar af te storten benodigd voor financiering
pensioenaanspraken Vrouw.
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
DUS
• Wat te doen bij echtscheiding?
• Geen afstorting versus wel afstorting?
• Wat is uw advies?
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Tweede pijler
Waardeoverdracht
Waardeoverdracht
• Waardeoverdracht is een wettelijk recht
• Achterliggende gedachte
• Werkgever is verplicht mee te werken
• Waardeoverdracht is zelden zinvol
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Waardeoverdracht
Werkgever moet bijbetalen
• Nieuwe werknemer wordt aangenomen
• Jaarsalaris € 30.000
• Werknemer maakt gebruik van recht op waardeoverdracht
• Werkgever krijgt nota van pensioenverzekeraar van € 50.000
• Hoe kan dit?
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Waardeoverdracht
Werkgever moet bijbetalen
• Rekenrente verzekeraar 3%
• Rekenrente BPF is standaardtarief; momenteel ± 4,12%
• Vandaar bijbetaling
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Waardeoverdracht
Werkgever moet bijbetalen
• Kan dit worden voorkomen?
• Tijdens sollicitatieprocedure aandacht aan schenken
• Onderhandeling met werknemer
• Afzien van waardeoverdracht in ruil voor bonus?
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Ontwikkelingen pensioenmarkt
• Van DB naar DC
• Risicoverlegging naar werknemers
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Wijzigingen per 2020?
• Het wordt tijd meer fundamenteel naar ons pensioensysteem te
kijken
• Risico’s
• Ambitieniveau
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Conserverende aanslag
Dossier Conserverende Aanslag
Historie en Europees Recht
• Invoering
• 01.01.1992: Lijfrente (art. 3.136 Wet IB 2001)
• 01.01.1997: AB (art. 4.16 Wet IB 2001)
• 01.01.2001: Pensioen (art. 3.83 Wet IB 2001)
• Europees Recht
• HvJ C-9/02: Hughes de Lasteyrie du Saillant
• Zekerheidsstelling niet proportioneel
• HvJ C-470/04: N-Zaak
• Conserverende aanslag niet in strijd met EU-recht
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Dossier Conserverende Aanslag
Historie
• Internationaal recht/Verdragenrecht
• Verdrag van Wenen:
• Verdragen moeten te goeder trouw worden uitgelegd
• Conserverende aanslag pensioen
• Emigratie: Waarde economisch verkeer
• 10 jaar uitstel van betaling
• Art. 23a Wet Vpb 1969
• 01.01.1995 ingevoerd
• Heffing bij pensioenvennootschap bij verboden handeling
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Dossier Conserverende Aanslag
Historie
• Singapore-arrest (BNB 2003/380)
• Art. 11c Wet LB 1964 (oud) in strijd met verdragenrecht
• Bevestiging in BNB 2005/232 en BNB 2005/233
• Art. 23a Vpb 1969 strijdig met goede verdragstrouw
• BNB 2005/234 en BNB 2005/235
• Van belang voor verdragen vóór 01.01.1995
• Strijd met EU-recht?
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Dossier Conserverende Aanslag
Hoge Raad
• HR 19 juni 2009
• Emigratie in 2001 naar Frankrijk
• Conserverende aanslag WEV
• HR: art. 18 Verdrag is van toepassing (en niet art. 15)
• NL fictie kan niet zorgen
voor onttrekking aan art. 18
• Woonland mag heffen
• Strijd met verdragstrouw
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Dossier Conserverende Aanslag
Wetswijziging
• Hongarije-arrest (BNB 2002/42)
• 7 juli akkoord Eerste Kamer!
• Terugwerkende kracht tot 29 juni 2009
• Conserverende aanslag alleen over fiscaal genoten voordeel bij
exclusieve woonstaatheffing
• Lastig te bepalen bij pensioen
• Zeker bij pensioen in eigen beheer
• Delegatiebepaling
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Dossier Conserverende Aanslag
Betekenis voor praktijk
• Emigratie op/na 29 juni 2009
• Conserverende aanslag
• Exclusieve woonstaatheffing of niet
• Emigratie op/na 1 januari 2001, maar voor 29 juni 2009
• Conserverende aanslag opgelegd
• Geen bezwaar gemaakt
• Bezwaar gemaakt
• Emigratie voor 1 januari 2001
• Geen conserverende aanslag
• Afkoopmogelijkheden in het buitenland?
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Conserverende aanslag
•
Wetgeving woonland van belang
•
Emigraties voor 19 juni 2009
15 maart 2010
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Australië (1976)
België (2003 resp. 1970)
Canada (1986)
Duitsland (1959)
Frankrijk (1973)
Italië (1990)
Nieuw-Zeeland (1980)
Noorwegen (1990)
Spanje (1971)
VK (1980)
VS (1992)
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Derde Pijler
Banksparen
36
Aanleiding en onderbouwing
• Verplichte winkelnering bij verzekeraars
• Kosten hoog, ondoorzichtig, diffuus
• Resultaat
• Meer concurrentie
• Meer transparantie in kostenstructuur
• leven en overlijden wordt uit elkaar gehaald
• Hoger resultaat bij gelijke inleg
• Kostenverlaging
3715 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Eigenwoningsparen
38
Eigenwoningsparen: art. 3.116a
• Spaarrekening eigen woning (SEW) of beleggingsrecht eigen
woning (BEW)
• Voorwaarden
• Eigen woning met eigenwoningschuld
• Geblokkeerde rekening; eenmalige uitkering voor aflossing
eigenwoningschuld
• Ten minste 15/20 jaar jaarlijkse inleg (1:10)
3915 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Eigenwoningsparen: art. 3.116a
• Fictieve uitkering
• Niet meer voldoen aan voorwaarden
• Vervreemding, verdeling, behoudens
echtscheiding/samenwoning dan wel voortzetting
• Inbreng in onderneming
• 30 jaren zijn verstreken
• Overlijden, behoudens voortzetting
• Rendement is bedrag waarmee tegoed het ingelegde bedrag
overschrijdt
4015 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Eigenwoningsparen: art. 3.118a
• Sparen bij de bank
• Dood gaan bij de verzekeraar
• Box 3 per definitie?
• Annuïtair dalende risicoverzekering
4115 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Verschillen
KEW
SEW/BEW
•
Twee begunstigden voor
vrijstelling
•
Twee rekeninghouders
•
Geen voortzettingsmogelijkheid bij overlijden
•
Voorzettingsmogelijkheid bij
overlijden
•
Art. 13 SW: premiesplitsing
•
Art. 13 SW niet van toepassing
•
Overlijdensrisicodekking
•
Aanvullende overlijdensdekking niet mogelijk bij bank
4215 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Lijfrente
43
Lijfrente: Artikel 1.7
• Lijfrente is
• Overeenkomst van levensverzekering op vast en
gelijkmatige periodieke uitkeringen die eindigen
uiterlijk bij overlijden
• Aanspraak op tegoed lijfrentespaarrekening/lijfrentebeleggingsrecht
• Vast en gelijkmatige termijnen
• Minimaal één keer per jaar een uitkering
4415 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Premieaftrek
• Fiscale aftrekmogelijkheden zijn niet veranderd
• Jaarruimte
• Reserveringsruimte
• Extra aftrekmogelijkheden voor ondernemers blijft
• Omzetting stakingswinst
• Omzetting oudedagsreserve
4515 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Lijfrente: artikel 3.126a
• Lijfrentevormen bij leven
• Ingaan uiterlijk in kalenderjaar waarin leeftijd van 70 jaar wordt
bereikt;
• Als eerste termijn voor 65 jaar wordt uitgekeerd is minimale duur ten
minste 20 jaar vermeerderd met de jaren jonger dan 65;
• Als eerste termijn na 64 jaar wordt uitgekeerd is minimale duur
• Vijf jaar als jaarlijkse termijn niet meer is dan € 20.479
• Bij hogere termijnen minimale duur twintig jaar;
• Bij overlijden partner: minimale duur vijf jaar. Termijnen moeten
ingaan binnen zes maanden na overlijden.
4615 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Lijfrente: artikel 3.126a
•
Lijfrentevormen bij overlijden
• Direct ingaan en uitkering aan natuurlijk persoon
• Partner: minimale duur vijf jaar
• Ouder, kind, broer/zus, neef/nicht, allen ouder dan 30: minimale
duur twintig jaar
• Kind, broer/zus, neef/nicht, jonger dan 30 jaar: minimale duur vijf
jaar, maar nooit meer dan het aantal jaren dat verkrijger jonger is
dan 30 jaar, dan wel minimaal twintig jaar
•
4715 maart 2010
Als genieter termijnen van uitkering overlijdt, gaat uitkering over op
erfgenamen
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Afkoop kleine lijfrente
• Afkoop op einddatum of tussentijds mogelijk
• Grens € 4.146
• Per uitvoerder
• Zowel bij verzekeraar als bancaire instelling
• Geen revisierente
4815 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Verschillen
Verzekeringslijfrente
Bancaire lijfrente
•
oudedagslijfrente levenslang
•
‘oudedagslijfrente’ min. 20 jaar
•
•
•
•
NBL: 1% sterftekans
NBL: levenslang
NBL: overlijdensdekking
NBL: begunstigde duidelijk
•
•
•
•
NBL: minimaal vijf jaar
NBL: minimaal twintig jaar
NBL: per definitie ‘laag’
NBL: gerechtigde volgens
erfrecht
•
Bij overlijden kapitaalverlies:
contraverzekering
•
Geen kapitaalverlies bij
overlijden: stellige uitkering
•
Actuariële lijfrente
•
Sterftekans niet van invloed
4915 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Overige opmerkingen
Stakingslijfrente
• Bedrijfsopvolger mag geen “banklijfrente” sluiten,
maar moet een verzekeringslijfrente sluiten
5015 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Overige opmerkingen
Overbruggingslijfrente
• Omzetting van verzekeraar naar bank
• Doen voor premievrije contracten?
• Overbruggingslijfrente mogelijk?
5115 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Overige opmerkingen
Pre-BHW
• Omzetting van bank naar verzekeraar en v.v.
mogelijk
• Oud regime
5215 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Banksparen versus eigen beheer
• Is banksparen een alternatief voor eigen beheer?
5315 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Banksparen versus eigen beheer
• Pensioen eigen beheer
• Lijfrentesparen
• Pensioenpremie
€ 10.000 kost de BV na
aftrek Vpb € 7.500
• Geen pensioen: winst
€ 10.000
(na Vpb € 7.500).
Vervolgens uitdelen:
€ 5.625 netto (na AB)
• € 5.625 netto bij 52% is
€ 11.718 bruto
5415 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Uitbreiding banksparen
• Vanaf 01.01.2008 mogelijk voor
• Lijfrente
• Eigenwoningsparen
• Nu ook voor
• Goudenhanddrukstamrecht
• Sparen voor uitvaart
• Toekomst
• Pensioensparen?
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Splitsing lijfrenten
• Oude situatie
• Splitsing
• Nieuwe situatie: Geen splitsing box 1 – box 3 meer
• Oplossing per 01.01.2009:
• Belastingheffing volgt de vormgeving van het contract
• Voldoen aan lijfrentedefinitie is box 1
• Niet voldoen aan lijfrentedefinitie is box 3
• Voor zowel banken als verzekeraars
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Splitsing lijfrenten
• Niet-aftrekbare premie kan toch tot integrale belastingheffing
leiden!
• Daarom: introductie beperkte saldomethode
• € 2.269
• Overgangsrecht
• Geen maximum
• Bestaande box 3 delen kunnen afgesplitst worden
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Voorbeeld saldolijfrente (1)
• De heer X betaalt jaarlijks van 2009 - 2019 € 7.000 lijfrentepremie.
Hiervan is jaarlijks € 5.000 aftrekbaar.
De lijfrentetermijnen gaan in 2019 in. De jaarlijkse termijn
bedraagt € 6.000.
Het saldodeel is 10 x (nl. 2009 – 2019) € 2.000 = € 20.000.
• Resultaat: Eerste drie termijnen zijn onbelast. Daarna is € 2.000
onbelast en de resterende uitkering belast in box 1
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Voorbeeld saldolijfrente (2)
• De heer X betaalt jaarlijks van 2009 - 2019 € 7.000 lijfrentepremie.
Hiervan is jaarlijks € 4.000 aftrekbaar.
De lijfrentetermijnen gaan in 2019 in. De jaarlijkse termijn
bedraagt € 6.000.
Het saldodeel is 10 x (nl. 2009 – 2019) € 3.000 = € 30.000.
Echter het wordt gemaximeerd op € 2.269 per jaar, dus € 22.690.
• Resultaat: Eerste drie termijnen zijn onbelast. Daarna is € 4.269
onbelast en de resterende uitkering belast in box 1
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Splitsing lijfrente
• Hoe mee om te gaan?
• Advies aan klant?
• Beschikking belastingdienst
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Oud regime lijfrente
(Nederland-België)
• X woont in België
• Ontvangt oud regime lijfrente-uitkering uit Nederland
• Belastingheffing?
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Oud regime lijfrente
Nederland-België
• Wet IB 1964 (tekst tot 1992)
• Art. 48 en 49 kenden geen bron voor lijfrente-uitkeringen
• Wet IB 1964 (tekst 1992-2000)
• Art. 49, 1, c, 5e kende een bron voor lijfrenten
• Oud regime lijfrenten vielen hier ogv art. 75 Wet IB 1964 niet onder.
Oude art. 48 en 49 bleven gelden.
• Wet IB 2001
• Art. 7.2, 2e lid onder d is bron voor lijfrenten
• Inv.wet Wet IB 2001
• Art. I, onderdeel O, 1e lid 1, laatste volzin: IuV onder Wet IB 1964 is nu
periodieke uitkering die onder 7.2 valt
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Pensioenwet
Pensioenregister
• Hier moet de vlag voor uit!
• Goede voorbeelden in buitenland
• Transparantie, helderheid (startbrief)
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB
Hoe omgaan met
toekomstvoorzieningen?
• Wat zijn de
toekomstvoorzieningen?
• Regelmatige “APK” • Wat is de wens?
• Wat moet worden
gedaan?
15 maart 2010
mr. G.M.C.M. Staats
FiDiB