N201 Beoordelen met rubrics

Download Report

Transcript N201 Beoordelen met rubrics

Het beoordelen van productieve vaardigheden (NL)

Marlies Schouwstra

2 • • • • Hand-outs ‘Schrijven’ in: Een nadere beschouwing: over de drempels met taal en rekenen (SLO, 2009) Nieuw Nederlands, 1th, H4, Schrijven, opdracht 3, beleefde e-mail Beoordelingsrubric, 1 th, H4, Schrijven, opdracht 3 E-mail Iris

• • • • • •

Taal op UniC, Utrecht

Geen methode Geen klassen Geen lessen Geen cijfers ‘Nederlands’ geïntegreerd in de andere ‘vakken’ Kerndoelen • • Hoe weet je welk niveau een leerling op een bepaald moment zou moeten hebben? En hoe kun je beoordelen of deze leerling dat niveau op dat moment ook werkelijk heeft? 3

4 • •

Veldaanvraag SLO

vertaalslag van ERK (MVT) naar moedertaalonderwijs vastgelegd in rubrics voor jaar 1 tot en met 6 • • • Ervaringen: Rubric geschikt voor geven feedback en zichtbaar maken van ontwikkeling Rubric minder geschikt voor toekennen cijfer Combinatie met methode Van den Bergh

5

‘Methode Van den Bergh’

Advies Dr. Huub van den Bergh (bijzonder hoogleraar Didactiek en toetsing van het taalvaardigheidsonderwijs): • • ‘intuïtief’ nakijken (inzet van ervaring en praktijkkennis) cesuur (5,6) samen met collega bepalen

6

Referentiekader

2008: Over de drempels met taal en rekenen 2009: Een nadere beschouwing 2012: Kijkwijzers: Beter zicht op het referentiekader taal

Doelen referentiekader

• • • •   Opheffen niveauverschillen tussen scholen van hetzelfde onderwijstype; Verbeteren aansluiting verschillende onderwijstypen; Algemene niveauverhoging taalvaardigheid;

productgericht

Docenten ondersteunen in: • het formuleren van heldere en concrete doelen; • het in kaart brengen van de voortgang van leerlingen.

procesgericht

7

Verschil kerndoelen en referentiekader

• • Kerndoelen: nadruk op wat Referentiekader: ook aandacht voor hoe  Structuur referentiekader: 1. ‘Algemene omschrijving’ 2. ‘Taken’: wat moet de leerling kunnen?

3. ‘Kenmerken van de taakuitvoering’: hoe moet de leerling het kunnen?

8

9

Referentiekader in Nieuw Nederlands

Wat: In de opdrachten Hoe (op welk niveau): In checklists en beoordelingsformulieren

Over beoordelen

Een waterdicht beoordelingsmodel bestaat niet!

 bv pilot CSE schrijfvaardigheid OPM: deelnemer workshop (die heeft meegedaan aan de pilot) meldt een verschil van 5 (!) volle punten.

10

Over normen en vormen

Bepalen ‘absoluut’ niveau is dus moeilijk, maar uitspraken over een ‘relatief’ niveau (in verhouding tot anderen én eerdere prestaties) is wel goed mogelijk.

• • Beoordeling niet alleen normatief, maar ook formatief inzetten: Normatief = normerend 

beoordelen

Formatief = vormend  maakt deel uit van, ondersteunt leerproces 

feedback geven

11

Over beoordelingsmodellen

• • ‘Het beoordelingsmodel klopt niet!’  discrepantie tussen intuïtie en beoordelingsmodel; niet alle onderdelen wegen even zwaar.

Nivellering van de cijfers.

12

Combineren rubrics en methode Van den Bergh

1. Kijk het werk na en geef met potlood een globaal en ‘intuïtief’ cijfer (bv 6,5 à 7); 2. Bepaal met een collega de cesuur (5,6); 3. Leg het werk van de hele klas op volgorde van laag naar hoog; 4. Stel door onderling vergelijken de definitieve cijfers vast.

Echter: een leerling neemt geen genoegen met de verklaring dat hij een 5,3 heeft, omdat zijn werk ter hoogte van het bijzettafeltje lag. Dus:

5. Geef feedback mbv beoordelingsrubric/ formulier.

13

Voorbeeld: 1th, e-mail

Beste meneer of mevrouw van de NS, Mijn naam is Iris van Damme en ik ben 13 jaar. Ik heb mijn tas in de trijn laten liggen en wil graag weten of hij misschien gevonde is. Op woensdag 28 December ben ik met mijn beste vriendin naar Troy in toverland geweest omdat, we heel graag een keer in de houten rolercaoster wilden. We zijn teruggegaan met de trijn van 17:01 van Horst-sevenum naar Utrecht. In Eindhoven moesten we overstappen maar daar had ik mijn tas nog Het is een rose schoudertas van het merk Zebratrends. Er zit een zeehondeknuffel aan. In de tas zit mijn paraplu mijn portemonee (die is ook rose), een flesje water en nog paar koekjes.

Ik wil mijn tas heel graag terug weet u of hij gevonden is. Waar kan ik hem dan ophalen. Alvast heel erg bedankt voor de moeite. Met vriendelijke groet, Iris van damme 14

Opdracht

1. Lees de opdracht en kijk Iris’ tekst na zoals je dat anders ook doet.

2. Geef Iris een voorlopig cijfer voor haar tekst, zonder dat je het feedbackformulier hebt bekeken. Noteer dit cijfer.

3. Vul de beoordelingsrubric in. Noteer ook een of meer complimenten en tips. Geef Iris een definitief cijfer.

TIP: geef geen punten voor de verschillende onderdelen, maar alleen O, V, G of U 4. Noteer voor jezelf: • • welke twee dingen doet Iris al heel goed?

aan welke twee dingen moet ze beslist nog werken? 15

Bespreken

1. Wijkt je definitiever cijfer af van het cijfer dat je in eerste instantie gaf? Hoe komt dat?

2. In hoeverre is er in jullie viertal overeenstemming over: • • de twee dingen die Iris al goed kan?

de twee dingen waar Iris beslist nog aan moet werken?

16

Het kan zijn…

• • … dat de in jullie viertal toegekende cijfers nogal uiteenliepen, … maar dat er een grotere mate van overeenstemming is over de sterke en zwakke kanten van Iris’ tekst.

 Normeren is moeilijk, vormen kan.

17

Het ‘normatieve probleem’

kun je ten dele aanpakken door samen met een collega de cesuur te bepalen.

NB Dat kan ertoe leiden dat je je collega gemakkelijker en vaker vraagt even te kijken naar een tekst die je moeilijk te beoordelen vindt.

18

De ‘formatieve uitdaging’

• • is om te zorgen dat Iris zelf weet wat haar sterke en zwakke kanten zijn; Iris aan haar zwakke punten gaat werken.

19

Wat doet Iris met haar beoordeling?

Vol trots thuis laten zien?

Verfrommelen en (hopelijk) in de prullenbak gooien?

Wat Iris zeker niet uit zichzelf zal doen, is het feedbackformulier uitvoerig bestuderen en de daarop aangegeven verbeterpunten in haar agenda noteren om daar de volgende keer extra goed op te letten.

20

Schrijfdossier

1. Iris bewaart haar tekst mét feedback op school (evt digitaal).

Tip van deelnemer worskhop: laat de tekst verbeteren op basis van de feedback. Niet nakijken, maar (laten) bewaren in dossier.

2. Voorafgaand aan de volgende schrijfopdracht krijgt ze haar dossier.

3. Ze bekijkt haar feedback nogmaals en formuleert 21 boven/onder haar nieuwe schrijfopdracht) enkele voornemens: - verbeterpunten (bv ‘Hier ga ik extra goed mijn best op doen (op letten)’) - consolidatiepunten (bv ‘Ik ga proberen dit minsten zo goed te doen als de vorige keer’)

Uitstapje leerpsychologie Vygotsky

1. Zone van verveling 2. Zone van comfort 3. Zone van naaste ontwikkeling 4. Zone van vervreemding  Door zowel verbeterpunten als consolideringspunten te laten formuleren voorkom je dat zwakke leerlingen de weg kwijt raken en stimuleer je sterke leerlingen om zich verder te ontwikkelen; elke leerling weet wat hem (concreet!) te doen staat en ‘aanvaardt zijn taak’.

22

• • • • • •

Resumé

Een waterdicht beoordelingsformulier bestaat niet.

Gebruik je praktijkkennis, ervaring en intuïtie om een cijfer toe te kennen.

Bepaal de cesuur met een collega en bespreek moeilijke gevallen met elkaar.

Gebruik beoordelingsmodellen vooral om feedback te geven.

Laat feedback bewaren en gebruiken.

Geef opbouwende kritiek, maar benoem ook expliciet wat de leerling wél goed doet.

23

Tijd bewaken: optimaal in plaats van maximaal nakijken

Vraag je af wat je wilt bereiken met het nakijken van schrijfproducten.

1. Je hoeft niet álles na te kijken.

2. Je kunt ook beoordelen op slechts enkele aspecten.

3. Je hoeft niet altijd een cijfer te geven; voldoende of onvoldoende volstaat soms.

24