Transcript Projectoproep Uitbating van inloopcentrum De Vaart

Projectoproep
Uitbating van inloopcentrum De Vaart
1
1
Omkadering van het project
In het kader van het algemeen belang wil het OCMW Antwerpen ondersteuning verlenen aan de
uitbating van het laagdrempelig inloopcentrum De Vaart als dagopvang voor daklozen met een
hulpverleningsband met Antwerpen en op het grondgebied van de stad Antwerpen.
Het OCMW zoekt één organisatie die instaat voor de uitbating van het inloopcentrum De Vaart. Het
OCMW ondersteunt deze organisatie met een toelage en de ter beschikking stelling van het pand
gelegen te 2000 Antwerpen, Italiëlei 69.
De vermoedelijke streefdatum voor de uitvoering van het project is 1 juli 2017.
1.1 Beleidscontext
Het Bestuursakkoord Antwerpen 2013 – 2018 stelt dat dak- en thuisloosheid dient bestreden te
worden met een persoonsgerichte aanpak.
Het project heeft tot doel, in het kader van het algemeen belang, het organiseren van een
laagdrempelig inloopcentrum voor dak- en thuislozen zodat dak- en thuislozen steeds terecht kunnen
op een veilige en warme plek.
De projectoproep “Uitbating van het inloopcentrum De Vaart” zorgt ondermeer dat iedere dak- en
thuisloze gepaste opvang krijgt.
De uitvoerder verklaart dat hij het hele project en al zijn onderdelen uitvoert in overeenstemming en
loyaal met het beleid van het OCMW en respect voor het bestuursakkoord.
1.2 Beschrijving van het project
1.2.1 Doelstellingen van het project
Het OCMW Antwerpen wenst ondersteuning te bieden aan een organisatie die instaat voor de
uitbating van het laagdrempelig inloopcentrum De Vaart als dagopvang voor daklozen met een
hulpverleningsband met Antwerpen en op het grondgebied van de stad Antwerpen.
Het OCMW zoekt één organisatie die instaat voor de uitbating van het inloopcentrum De Vaart. Het
OCMW ondersteunt deze organisatie met een toelage die en de ter beschikking stelling van het pand
gelegen te 2000 Antwerpen, Italiëlei 69.
Kandidaten voor deze uitbating kunnen op basis van deze projectoproep een voorstel indienen.
Het inloopcentrum moet toegankelijk zijn voor alle huidige en toekomstige daklozen met een
hulpverleningsband met Antwerpen.
Het inloopcentrum dient in eerste instantie een veilige en warme plek te zijn voor de dakloze.
Het inloopcentrum ontvangt momenteel ongeveer 100 bezoekers op dagbasis. In de winterperiode
kan dit aantal oplopen tot ongeveer 125.
De openingsuren dienen zo maximaal mogelijk te zijn en aan te sluiten bij de openingsuren van de
andere inloopcentra binnen Antwerpen. Daklozen moeten immers ieder uur van de dag een
opvangplaats hebben. In bepaalde periodes van het jaar zal het aangewezen zijn om de
2
openingsuren van de werking te verruimen (vb.: tijdens de winterperiode, wanneer andere centra
gesloten zijn, …).
Het inloopcentrum dient aansluiting te vinden bij de reeds bestaande hulpverleningsnetwerken.
In tweede instantie kan de dakloze verankerd worden bij de bestaande hulpverleningsdiensten. Daken thuislozen kunnen, volgens hun eigen mogelijkheden en op hun eigen tempo, vanuit
inloopcentrum De Vaart worden toegeleid naar een structureel begeleidingstraject.
Het ultieme doel is dat daklozen via begeleiding en participatie aan verschillende activiteiten
opnieuw kunnen activeren en integreren in de maatschappij.
1.2.2 Samenwerking
In het kader van de hulpverlening moet de kandidaat de Antwerpse richtlijnen en principes
onderschrijven van KADANS (= Ketenaanpak Dak- en thuislozen Antwerpen Stad). De daklozen die in
aanmerking komen voor een aanmelding bij KADANS worden gemotiveerd om hierbij te worden
aangemeld.
Voor de daklozen zonder geldige verblijfsdocumenten wordt er, in samenwerking met FEDASIL (cel
vrijwillige terugkeer), gezocht naar een zinvol toekomstperspectief.
1.2.3 Personeelsomkadering
Het OCMW van Antwerpen legt geen specifieke regels op wat betreft de personeelsomkadering. Het
inloopcentrum moet de daklozen op een integere en correcte wijze behandelen.
Het staat de kandidaat tevens vrij om verschillende voorstellen in te dienen wat betreft
personeelsinzet of openingsuren.
1.3 Looptijd van het project
De toelage wordt toegekend voor een termijn van 2,5 jaar. De vermoedelijke aanvangsdatum van het
project (uitbating van het inloopcentrum De Vaart) is 1 juli 2017. De mogelijkheid bestaat dit project
tweemaal te verlengen met drie jaar, telkens na een positieve evaluatie door het OCMW (maximale
totale looptijd: 8,5 jaar).
1.4
Toelage
1.4.1 Algemeen
De toelage zal worden uitbetaald op jaarbasis, waarbij bij aanvang van elk werkingsjaar 50% van de
middelen reeds ter beschikking gesteld worden. De volgende 25% wordt uitgekeerd in de helft van
het werkingsjaar en het saldo pas na indiening van het jaarlijks verantwoordingsdossier.
Verdere financiële bepalingen worden opgenomen in een betoelagingsovereenkomst.
De toelage bedraagt maximum 395.315 euro op jaarbasis (niet-geïndexeerd), ongeacht hogere
kosten.
3
Het project kan niet dubbel betoelaagd worden.
1.4.2 Locatie en infrastructuur
In eerste instantie zal de uitbating dienen te gebeuren in het pand gelegen te 2000 Antwerpen,
Italiëlei 69. Dit pand wordt ter beschikking gesteld vanuit OCMW Antwerpen (zie plan in bijlage).
OCMW Antwerpen neemt volgende(niet-limitatieve) kosten ten laste:
-
Nutsvoorzieningen (water, gas, elektriciteit)
Belastingen en taksen (onroerende voorheffing)
Eigenaarsonderhoud
Brandverzekering gebouw
Kosten van brandbeveiliging en –signalisatie
In de toekomst zou de locatie kunnen wijzigen. Modaliteiten zullen in onderling overleg afgesproken
worden.
4
2
Toepasselijke regelgeving
Onderstaande procedure wordt gevoerd met toepassing van de beginselen van behoorlijk bestuur,
transparantie, eerlijke mededinging en gelijkheid.
Geïnteresseerde partijen die bezwaar willen aantekenen tegen de procedure die gevolgd zal worden,
hebben een termijn van uiterlijk 7 kalenderdagen na de bekendmaking van de projectoproep om dit
aan het OCMW (contactgegevens zie 3) kenbaar te maken. Zij doen dit per aangetekend schrijven.
Kandidaten aanvaarden door het indienen van hun kandidatuur onvoorwaardelijk de inhoud van
deze oproep en de correctheid van de gevolgde procedure.
Elke kandidaat wordt geacht de op het project van toepassing zijnde regelgeving te kennen en te
aanvaarden.
5
3
Identiteit van de toelageverstrekker
OCMW Antwerpen
Lange Gasthuisstraat 33
2000 Antwerpen
Ondernemingsnummer 0212.235.604
Hierna genoemd “het OCMW”
Contactgegevens:
Madeleen Peeters – 03/338.52.46
[email protected]
6
4
PROCEDURE
De procedure verloopt gefaseerd:
Stap 1: Publicatie van de oproep en indienen van de projectvoorstellen
Door een bekendmaking van de oproep wordt de markt geïnformeerd over het bestaan en de inhoud
van het project.
Alle belangstellenden kunnen slechts 1 voorstel indienen dat dient te beantwoorden aan de
essentiële voorwaarden van deze oproep.
Stap 2: Beoordeling voorstellen en aanduiding van de gekozen kandidaat
Het OCMW beoordeelt de ingediende projectvoorstellen aan de hand van de criteria die worden
omschreven in punt 6 en duidt de projectuitvoerder aan.
Het OCMW behoudt het recht om de projectuitvoerder aan te duiden op basis van de rangschikking
van de ingediende projectvoorstellen.
De gekozen kandidaat wordt per email op de hoogte gebracht.
De niet-gekozen kandidaten worden eveneens schriftelijk in kennis gesteld van de beslissing.
Stap 3: Sluiten van de betoelagingsovereenkomst
Met de gekozen kandidaat wordt een betoelagingsovereenkomst afgesloten. Na goedkeuring door
het bevoegd orgaan en op het moment van ondertekening door beide partijen is de overeenkomst
definitief gesloten.
Algemene opmerking
Het OCMW kan de procedure op ieder ogenblik (geheel of gedeeltelijk) stopzetten mits uitdrukkelijke
motivering. De kandidaten hebben in voorkomend geval geen enkel recht op enige vorm van
schadevergoeding.
7
5
INHOUD PROJECTVOORSTEL
5.1 Vormvereisten voor het projectvoorstel
Het projectvoorstel dient door de kandidaat te worden opgemaakt in overeenstemming met de
indeling en volgorde zoals hieronder bepaald:
- Identiteit van de inschrijver (bijlage 1)
- Bewijsdocumenten uitsluitings- en geschiktheidscriteria
- Bewijsdocumenten beoordelingscriteria
o Visie op de werking en organisatie van het inloopcentrum
o Plan van aanpak
o Financieel plan
De gegevens dienen in het projectvoorstel eenduidig van elkaar te worden gescheiden. De informatie
moet op een bondige en duidelijke manier worden gestructureerd.
Het OCMW behoudt zich het recht voor om van een kandidaat nadere invulling of verduidelijking ten
aanzien van de door hem ingediende stukken te vragen.
5.2 Ondertekening en indiening van het projectvoorstel
Het projectvoorstel wordt uiterlijk op 1 maart 2017, 23.59u ingediend voorzien van een rechtsgeldige
handtekening door een persoon die gemachtigd is de kandidaat te verbinden (ingescand en per email
op het adres [email protected]).
5.3 Taal
Het voorstel en alle aanvullende stukken dienen in het Nederlands te worden opgesteld.
Alle mededelingen en kennisgevingen (zowel mondeling als schriftelijk) tussen de kandidaten en het
OCMW zullen in het Nederlands worden gevoerd.
5.4 Verklaringen kandidaten
Door de indiening van het projectvoorstel, erkent de kandidaat:
- Dat hij instemt met de bepalingen van deze projectoproep;
- Dat hij alle nuttige en nodige informatie heeft ontvangen over het project zodat hij
voldoende geïnformeerd een projectvoorstel kan indienen;
- Dat hij zich niet in een toestand van uitsluiting bevindt en dat hij geschikt is het project
uit te voeren.
- Dat hij, indien hij het project krijgt toegewezen, het project zal uitvoeren met respect
voor het bestuursakkoord en in loyaliteit met de gemaakte beleidskeuzes van het
OCMW.
8
6
Criteria
6.1 Algemeen
De beoordeling van het projectvoorstel door het OCMW gebeurt op basis van de criteria hieronder
beschreven.
Volgende criteria worden gehanteerd:
-
Uitsluitingscriteria: het niet voldoen aan deze voorwaarden kan leiden tot uitsluiting van het
projectvoorstel.
-
Geschiktheidscriteria: deze criteria laten het OCMW toe om zowel de financiële en
economische draagkracht als de bekwaamheid van de kandidaten te toetsen.
-
Beoordelingscriteria: het projectvoorstel zal worden beoordeeld aan de hand van de hierna
omschreven beoordelingscriteria.
9
6.2 Uitsluitingscriteria
De kandidaat die, onder meer, verkeert in één van de volgende omstandigheden kan, in elk stadium
van de procedure, worden uitgesloten van deelname aan het project:
-
Bij een in kracht van gewijsde gegaan vonnis veroordeeld zijn voor deelname aan een
criminele organisatie als bedoeld in artikel 324bis van het Strafwetboek, voor omkoping als
bedoeld in artikel 246 van het Strafwetboek, voor fraude als bedoeld in artikel 1 van de
overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese
Gemeenschap, goedgekeurd door de wet van 17 februari 2002 of voor witwassen van geld
als bedoeld in artikel 3 van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van
het financieel stelsel voor het witwassen van geld en het financieren van terrorisme;
-
In staat van faillissement of van vereffening verkeren, zijn werkzaamheden hebben gestaakt
of een gerechtelijk akkoord hebben bekomen, of in een overeenstemmende toestand
verkeren als gevolg van een gelijkaardige procedure die bestaat in de nationale wetgevingen
en reglementeringen;
-
Aangifte hebben gedaan van een procedure van zijn faillissement of vereffening of een
gerechtelijk akkoord aanhangig hebben of het voorwerp zijn van een gelijkaardige procedure
bestaande in de nationale wetgevingen en reglementeringen;
-
Bij een vonnis dat in kracht van gewijsde is gegaan, veroordeeld zijn voor een misdrijf dat de
professionele integriteit aantast;
-
Bij zijn beroepsuitoefening een ernstige fout hebben begaan, vastgesteld op elke grond die
de stad aannemelijk kan maken;
-
Niet voldaan hebben aan zijn verplichtingen inzake betaling van de bijdragen voor sociale
zekerheid;
-
Niet in orde zijn met de betaling van zijn belastingen overeenkomstig de Belgische
wetgeving;
-
Zich in ernstige mate schuldig hebben gemaakt aan het afleggen van valse verklaringen bij
het verstrekken van inlichtingen.
Indien de kandidaat deel uitmaakt van een samenwerkingsverband, gelden de uitsluitingsgronden
voor alle leden van het samenwerkingsverband.
6.3 Geschiktheidscriteria
Om in aanmerking te worden genomen voor de uitvoering van het project, moeten de kandidaten
aantonen dat ze voldoen aan volgende voorwaarden:
-
Uit het (financieel) plan van aanpak moet blijken dat er een financieel inzicht is door de
kandidaat.
10
-
De kandidaat heeft een (innovatieve) visie op de hulpverlening van dak- en thuislozen in
Antwerpen
OCMW Antwerpen kan de kandidaat vragen bijkomende inlichtingen of documenten te verschaffen.
6.4 Beoordelingscriteria
Het OCMW zal de ingediende projectvoorstellen beoordelen op basis van de hierna vermelde
beoordelingscriteria:
A. Visie op de werking en organisatie van het inloopcentrum
45 PUNTEN
Pluspunten (niet limitatief)
Laagdrempelig
Structurele begeleidingstrajecten
Ruime en flexibele openingsuren
Verruiming openingsuren specifieke periodes
Innovatie en resultaatsgerichtheid
Focus op zelfredzaamheid en zelfstandigheid
In overeenstemming met het beleid van het OCMW
Aansluitend bij de visie van KADANS
B. Plan van aanpak
30 PUNTEN
Pluspunten (niet limitatief)
Samenwerkingsverbanden
Inzet van medewerkers
Een veilige en warme plek
Integratie bevorderende activiteiten
C. Financieel plan
25 PUNTEN
A. Visie op de werking en organisatie
De kandidaat wordt aangemoedigd om zoveel mogelijk innovatie aan de dag te leggen bij de
uitbating van het inloopcentrum en voor een zo groot mogelijk bereik van de doelgroep.
De creativiteit kan o.a. tot uiting komen bij het aanbieden van praktische dienstverlening, het
organiseren van toegankelijke activiteiten, …
De kandidaat dient in zijn projectvoorstel alle aspecten van de aangeboden dienstverlening duidelijk
te beschrijven. De kandidaat dient zowel zijn visie te geven als aan te tonen hoe deze concreet wordt
toegepast, met eventueel voorbeelden vanuit de eigen praktijk van de kandidaat.
11
De kandidaat licht eveneens toe hoe het project kadert binnen de eigen bedrijfsvisie en de
strategische projecten die zijn organisatie op korte, middellange en lange termijn nastreeft.
De kandidaat geeft in zijn nota ook aan of en hoe hij de garantie zal bieden op continuïteit van de
dienstverlening.
B. Plan van aanpak
Het is een meerwaarde wanneer de kandidaat aantoont dat hij maatregelen treft om de lokale
werkgelegenheid te stimuleren en voorziet in een optimale koppeling aan en benutting van het
tewerkstellingspotentieel voor laaggeschoolden en langdurig werklozen.
Aangezien de werking enerzijds focust op het aanbieden van een veilige en warme plek en anderzijds
de link naar de bestaande hulpverlening duidelijk in beeld moet komen, staat het de kandidaat vrij
om al dan niet met vrijwilligers te werken.
Het OCMW van Antwerpen legt geen specifieke regels op wat betreft functievereisten bij het
personeel. De kandidaat moet de daklozen op een integere en correcte wijze behandelen.
De kandidaat maakt zijn ideeën betreffende de uitbating duidelijk.
Het plan van aanpak omvat minimum volgende zaken:
-
-
De dagelijkse operationele werking;
De organisatie en structurering van het project:
o Wat zijn de stappen die ondernomen worden om de opstart en werking te verzekeren
en wanneer
o Welke middelen worden hiervoor ingezet;
o Welke samenwerkingsverbanden (met lokale partners) worden opgezet;
o Een operationeel voorstel voor personeelsbezetting en personeelsinzet;
o Visie op doorstroom/uitstroom;
o Visie op rapportering;
o Gevraagde hulp en steun;
o De door de kandidaat voorgestelde innovaties.
De organisatie van de samenwerking met de sector:
o Binnen dit criterium wordt er gekeken naar de samenwerkingsverbanden met lokale
partners en de inbedding in de buurt, alsook zal het initiëren van structurele
begeleidingstrajecten en het verbinden van de klant met andere hulpverleners aan
bod moeten komen.
C. Financieel plan
De kandidaat werkt in zijn financieel plan de kostprijs uit van het project voor 2,5 jaar, en maakt
hiervoor een sluitende begroting op per jaar, inclusief meerjarenplanning.
12
Een voorbeeld van mogelijke kosten zijn:
-
Werkingskosten verbonden aan de uitbating van het inloopcentrum
Personeelskosten
Vormingskosten
De kandidaat dient een gedetailleerd en overzichtelijk financieel voorstel/meerjarenplan uit te
werken, teneinde tot een financieel structureel gezonde exploitatie te komen, vergezeld van alle
nodige stavingstukken ter onderbouwing van het voorstel.
Alle belangrijke veronderstellingen die aan de basis liggen van het financieel plan (relevante kostenen opbrengstenelementen) dienen nader toegelicht te worden.
De kandidaat dient bij zijn aanvraag het bedrag van de geraamde kosten op jaarbasis waarvoor de
toelage wordt gevraagd, op te geven.
***
13