Collegebesluit C20170124o_3.08 Vragen fractie VVD Toename

Download Report

Transcript Collegebesluit C20170124o_3.08 Vragen fractie VVD Toename

Collegevoorstel
Openbaar
Onderwerp
Beantwoording artikel 39 vragen VVD ‘Toename inzet crisisopvang
Gelderse jongeren’
Programma
Zorg & Welzijn
Portefeuillehouder
B. Frings
Samenvatting
Directie/afdeling, ambtenaar, telefoonnr.
Op 15 december jl. heeft de fractie VVD schriftelijke vragen ingediend
over de toename van de inzet crisisopvang onder Gelderse jongeren.
MO10, Carlijn van Daal, 2527
Datum ambtelijk voorstel
21 december 2016
Met bijgevoegde brief beantwoorden wij deze vragen.
Registratienummer
16.0011852
Ter besluitvorming door het college
1. De brief aan de fractie van de VVD over de toename van inzet
crisisopvang onder Gelderse jongeren vast te stellen.
Paraaf
akkoord
Datum
Paraaf
akkoord
Datum
Steller
Carlijn van Daal
 Ter besluitvorming door het college
Besluit B&W d.d. 24 januari 2017
 Conform advies
 Aanhouden
 Anders, nl.
nummer: 3.8
Bestuursagenda
Portefeuillehouder
Beantwoording artikel 39 vragen VVD ‘Toename inzet crisisopvang Gelderse jongeren’
Maatschappelijke Ontwikkeling
Beleidsontwikkeling
Korte Nieuwstraat 6
6511 PP Nijmegen
Telefoon 14024
Telefax
(024) 323 59 92
E-mail
[email protected]
Aan de fractie van de VVD
t.a.v. de heer B. Feringa en mevrouw I. van Dijk
Postbus 9105
6500 HG Nijmegen
Datum
Ons kenmerk
Contactpersoon
MO10/16.0011852
Carlijn van Daal
Onderwerp
Datum uw brief
Doorkiesnummer
Beantwoording schriftelijke vragen VVD
'Toename inzet crisisopvang Gelderse
jongeren'
26 november 2016
(024) 3292527
Geachte heer Feringa en mevrouw Van Dijk,
Op 15 december 2016 hebben wij uw schriftelijke vragen d.d. 26 november 2016 over de
toename van de inzet crisisopvang onder Gelderse jongeren ontvangen. Dit naar aanleiding van
een artikel van Omroep Gelderland van 21 november 2016. Hieronder beantwoorden wij de door
u gestelde vragen, met daarbij onze excuses voor de late beantwoording.
1. Is het College bekend met het artikel van Omroep Gelderland inzake crisisopvang?
Ja, dit artikel is ons bekend.
2. Wij verzoeken het College een overzicht te geven van het aantal Nijmeegse jongeren dat
is opgenomen in de crisisopvang vanaf minimaal 2014 tot heden.
Wij kunnen dit overzicht op dit moment niet geven. Dit is te verklaren doordat jeugdigen
die in een crisis worden opgenomen geen standaard traject doorlopen. Er wordt altijd
gekeken welke zorg op dat moment het meest wenselijk is, gezien de situatie van de
jeugdigen. Uit onze backoffice kunnen we cijfers halen over de zorgvorm. In de backoffice
staat niet vastgelegd of een plaatsing van een jeugdige een reguliere plaatsing betreft of
een crisisplaatsing. Er bestaat nu geen loket of knooppunt waar jeugdigen in crisis langs
gaan en waar centrale registratie plaatsvindt. Zorgaanbieders - zoals bijvoorbeeld Entrea
en Pluryn - registreren crisisplaatsingen niet altijd apart in hun systeem en ook op een
niet vergelijkbare wijze.
www.nijmegen.nl
Beantwoording schriftelijke vragen VVD 'Toename inzet
crisisopvang Gelderse jongeren'
Gemeente Nijmegen
Maatschappelijke Ontwikkeling
Beleidsontwikkeling
Vervolgvel
1
3. Is er in Nijmegen een toename van de inzet voor crisisopvang en wat is volgens het
College de oorzaak van deze toename?
Omdat we cijfers en dus feiten missen, kunnen we hierover op dit moment geen
eenduidige uitspraken doen. Wij krijgen wel signalen over de toename van
crisisplaatsingen van jeugdigen in Nijmegen. De toename van crisisplaatsingen lijkt een
landelijke trend te zijn en de verwachting is dat Nijmegen daar niet van afwijkt. Signalen
van de brancheorganisaties Jeugdzorg Nederland en GGZ Nederland zijn aanleiding
geweest om landelijk een nader onderzoek naar de toename van crisismeldingen en –
plaatsingen voor jeugdhulp te laten uitvoeren. Uit dit onderzoek kwam onder meer naar
voren dat de oorzaken moeilijk vast te stellen zijn, omdat het begrip crisis in de praktijk
niet eenduidig gehanteerd wordt, waardoor het landelijk beeld van crisissituaties diffuus
is. We nemen vooralsnog aan dat dit ook voor Nijmegen geldt.
Wij onderzoeken momenteel of de signalen over een toename in Nijmegen kloppen.
Zoals uit ons antwoord op de vorige vraag blijkt, beschikken we niet over harde cijfers
waardoor aanvullend onderzoek en analyse nodig is.
4. Kan het College inzichtelijk maken van welke instantie (SWT, jeugdzorg, huisarts, etc.) de
doorverwijzingen naar de crisisopvang komen?
Omdat crisisplaatsingen niet in het bijzonder of op een niet vergelijkbare wijze
geregistreerd worden, kunnen wij dit op dit moment niet inzichtelijk maken. Dit is wel
onderdeel van het onderzoek dat we momenteel uitvoeren.
5. Op welke manier toetst het College of het inzetten van crisisopvang noodzakelijk was of
voorkomen had kunnen worden?
Omdat crisisplaatsingen niet in het bijzonder of op een niet vergelijkbare wijze
geregistreerd worden, kunnen wij dit niet toetsen. Toch zijn we in beleid,
transformatiedialogen en contracteringsgesprekken met de ketenpartners en
zorgaanbieders structureel met dit onderwerp bezig. We hebben het dan niet alleen over
crisisplaatsingen, maar ook reguliere plaatsingen. In het casusoverleg Jeugdhulp met
verblijf bespreken we bijvoorbeeld gezamenlijk met zorgaanbieders en verwijzers of
opname in een residentiele setting noodzakelijk is of dat een lichtere en meer passende
vorm voor een jeugdige een optie is. Er wordt dan niet achteraf getoetst, maar wel een
gezamenlijk gewogen besluit genomen.
6. Heeft het College reeds maatregelen getroffen om het aantal crisisopvangen te
verminderen?
Wij willen graag meer inzicht krijgen in de facetten rondom een crisisplaatsing om
vervolgens ook maatregelen te nemen. Hier gaat echter voorwerk aan vooraf. We hebben
meer inzicht nodig, meer cijfers en vervolgens inhoudelijke duiding van die cijfers. Omdat
het begrip crisisplaatsing niet eenduidig gehanteerd wordt hebben we hierbij ook hulp
nodig van relevante ketenpartners. We werken samen met ketenpartners in het
onderzoek naar oorzaken en bij het nemen van maatregelen om de toename tegen te
gaan. In januari/februari 2017 zal gestart worden met een gezamenlijke analyse met
www.nijmegen.nl
Beantwoording schriftelijke vragen VVD 'Toename inzet
crisisopvang Gelderse jongeren'
Gemeente Nijmegen
Maatschappelijke Ontwikkeling
Beleidsontwikkeling
Vervolgvel
2
ketenpartners. Deze analyse zal zowel kwantitatief (wat kunnen we met de beschikbare
cijfers zeggen over het onderwerp) als kwalitatief van aard zijn (wie zijn de verwijzers,
waar komen de kinderen ‘opeens’ vandaan, etc.). Na de analyse zal er een rapport met
aanbevelingen volgen. Ons streven is om dit rapport voor de zomer op te leveren. Daarna
kan gestart worden met de concrete uitwerking van de aanbevelingen. We zullen de
Raad hierover informeren.
Het tijdspad is nog onduidelijk, aangezien we overwegen externe expertise in te
schakelen en dus afhankelijk zijn van beschikbaarheid.
7. Deelt het College de mening van bestuurder Profittlich dat er onvoldoende kennis is bij de
wijkteams op het gebied van jeugdzorg en zou u dit willen toelichten?
We delen de mening van bestuurder Profittlich niet. Het zorglandschap voor jeugdigen is
complex en er zijn vaak vele ketenpartners betrokken bij een crisisplaatsing van een
jeugdige. Vandaar dat niet eenvoudig vastgesteld kan worden dat de oorzaak van de
toename aan crisisplaatsingen een gebrek aan kennis is bij de sociale wijkteams.
Landelijk onderzoek geeft ook geen sluitend antwoord op de vraag of de samenstelling
van de wijk- of jeugdteams medebepalend is voor de wijze waarop een crisismelding
wordt voorkomen en/of afgehandeld. Er zijn meerdere mogelijke verklaringen te noemen
voor een toename. Dit zijn echter altijd hypothesen en dienen met cijfers of andere
relevante informatie gestaafd te worden. Wij zijn bezig met deze exercitie. Wij hebben
hierover al gesproken met mw. Profittlich. Zij heeft haar medewerking aan dit onderzoek
en analyse reeds toegezegd. Overigens sluit onder anderen Entrea juist met ‘de school
als vindplaats’ al aan bij het scholen om de verbinding het voorveld en Jeugdzorg te
leggen. Passende kinderopvang is een soortgelijk voorbeeld.
8. Is in elk wijkteam een jeugdzorg professional aanwezig? Zo nee, welke teams niet en op
welke manier is de kennis m.b.t. de jeugdzorg in deze teams gewaarborgd?
In elk wijkteam is een jeugd professional aanwezig. Daarnaast kan elk wijkteam altijd een
beroep doen op consultatie en advies en inzet van zorg door de ketenpartners die
aanwezig zijn in de wijk als Jeugdbescherming, Jeugd- en opvoedhulp en J-GGZ.
Hoogachtend,
college van Burgemeester en Wethouders van Nijmegen,
De Burgemeester,
De Gemeentesecretaris,
drs. H.M.F. Bruls
mr. drs. A.H. van Hout
www.nijmegen.nl
Beantwoording schriftelijke vragen VVD 'Toename inzet
crisisopvang Gelderse jongeren'