TherapeuTische hysTeroscopie

Download Report

Transcript TherapeuTische hysTeroscopie

Gynaecologie
Therapeutische
Hysteroscopie
Uw behandelend gynaecoloog heeft met u gesproken over een therapeutische
hysteroscopie. In deze informatiefolder leest u algemene informatie en welke
behandelingen we kunnen uitvoeren tijdens de hysteroscopie.
We adviseren u deze informatie goed door te lezen.
Wat is een therapeutische hysteroscopie?
Hysteroscopie betekent: kijken in de baarmoeder. Een therapeutische hysteroscopie is een operatie in de baarmoeder via een hysteroscoop. Dit is een holle buis,
die via de vagina wordt ingebracht. De scoop wordt aangesloten op een camera.
Zo kan de arts op de monitor de binnenzijde van de baarmoeder goed zien en via
de scoop de behandeling verrichten.
Wat is de reden voor een hysteroscopie?
Er zijn verschillende redenen om een therapeutische hysteroscopie te doen. Verwijderen van myomen (vleesbomen)
Myomen zijn goedaardige verdikkingen van een spier, die in de spierwand of aan
de binnenkant van de baarmoeder zitten, uitpuilend in de baarmoederholte.
Een myoom dat uitpuilt in de baarmoederholte veroorzaakt vaak menstruatieproblemen. Alleen myomen die voor een (groot) deel in de baarmoederholte liggen,
kan de arts via een hysteroscopie verwijderen.
Het verwijderen van een tussenschot in de baarmoeder
Een tussenschot in de baarmoeder is soms een oorzaak voor zwangerschaps
problemen. De gynaecoloog kan tijdens de hysteroscopie zo’n tussenschot verwijderen.
Deze informatie voor patienten is met de grootste zorg samengesteld. Het betreft
algemene informatie. Aan deze informatie kunnen geen rechten worden ontleend.
© Jeroen Bosch Ziekenhuis / www.jeroenboschziekenhuis.nl
(GYN-175, uitgave januari 2017)
Opheffen ernstige verklevingen in de baarmoederholte (syndroom van Asherman)
Bij ernstige verklevingen zijn de voor- en achterwand van de baarmoeder geheel met
elkaar verkleefd. De operatie om de verklevingen door te knippen, is dan moeilijk en
lukt vaak niet in één keer.
Het verwijderen van grotere poliepen
De gynaecoloog kan grotere poliepen verwijderen.
Het verwijderen van een placentarest
Na een bevalling of curettage bij een miskraam kan er een rest van de placenta achterblijven in de baarmoeder. Dit kunnen we met de hysteroscoop verwijderen.
Behandelingen van het baarmoederslijmvlies
Heeft u last van hevige menstruatie? Dan kan het verwijderen of vernietigen van het
slijmvlies aan de binnenwand van de baarmoeder een behandeling zijn.
De gynaecoloog adviseert u deze behandeling pas als andere behandelingen geen
succes hebben gehad of niet mogelijk zijn. We bespreken hieronder drie methoden:
• novasurebehandeling;
• rollerbolmethode;
• endometriumresectie.
Na één van deze operaties adviseren we om niet meer zwanger te worden omdat de
embryo zich dan direct in de spierwand van de baarmoeder kan innestelen. Dit is een
gevaarlijke situatie. Een garantie dat u onvruchtbaar bent, kunnen we u niet geven.
Betrouwbare anticonceptie blijft daarom noodzakelijk.
Novasurebehandeling
Voor informatie over de novasurebehandeling verwijzen wij u naar de folder: ‘Novasure’ (GYN-156).
Rollerbolmethode
Via de hysteroscoop wordt een klein rollend bolletje op een dun staafje ingebracht.
De arts rolt dit bolletje over het slijmvlies. Door verhitting verschroeit het slijmvlies tot
enkele millimeters diepte en sterft daarna af.
Endometriumresectie
Deze operatie vindt ook plaats via de hysteroscoop. De gynaecoloog brengt een dunne
metalen lis die elektrisch verhit wordt, in de baarmoeder en verwijdert hiermee het
slijmvlies.
Op welk moment
De hysteroscopie gebeurt niet tijdens de menstruatie, tenzij vloeien juist de reden is
voor de operatie. Dan gebeurt de hysteroscopie wel tijdens het bloedverlies. Heeft
u een kinderwens, dan gebeurt het in de eerste helft van de cyclus, nog voordat de
eisprong heeft plaatsgevonden. Het is niet de bedoeling dat u zwanger bent tijdens de
operatie.
Tegelijk een laparoscopie?
Bij het verwijderen van myomen of van ernstige verklevingen in de baarmoeder, kijkt
de gynaecoloog soms tijdens de operatie met behulp van een laparoscoop in de buikholte. De laparoscoop is als de hysteroscoop, ook een kijkbuis. Daarmee ziet de arts
dat er bij het gebruik van de hysteroscoop geen gaatje in de wand van de baarmoeder
ontstaat. Uw gynaecoloog bespreekt meestal vooraf met u of er ook een laparoscopie
Patientenvoorlichting jeroen bosch ziekenhuis 2 van 7
gepland wordt. Soms blijkt de noodzaak pas tijdens de operatie. Informatie over een
laparoscopie leest u in de folder: ‘Laparoscopische operatie’ (GYN-173).
Medicijnen
Soms adviseert de gynaecoloog u voor een hysteroscopie een behandeling van
het slijmvlies met anti-hormonen. Dit zijn medicijnen die de periode na de laatste
menstruatie (postmenopauze) nabootsen. Dit betekent dat de eierstokken tijdelijk
geen hormonen meer maken. Hierdoor wordt het baarmoederslijmvlies dunner.
Een behandeling is dan gemakkelijker. Deze medicijnen hebben over het algemeen
bijwerkingen. De klachten zijn opvliegers en transpireren, vooral ‘s nachts. Ook de
vagina kan droger aanvoelen. Na de operatie stopt u met deze medicijnen. De werking
van de eierstokken herstelt zich en de bijwerkingen verdwijnen. Ook de maandelijkse
bloedingen treden weer op.
Hoe bereidt u zich voor?
De therapeutische hysteroscopie gebeurt onder algehele anesthesie of ruggenprik.
Voor deze operatie wordt u meestal voor één dag opgenomen op de afdeling Dagbehandeling. Afhankelijk van het verloop van de operatie is soms een langere opname
noodzakelijk.
Om u goed en veilig voor te bereiden op de operatie, bezoekt u enige tijd van tevoren
de afdeling Preoperatieve Screening. U krijgt hiervoor een afspraak.
PreOperatieve Screening (POS)
Op de POS heeft u een gesprek met een intakeverpleegkundige en een anesthesioloog. Ook krijgt u een kort lichamelijk onderzoek.
Op www.jbz.nl/anesthesiologie kunt u meer lezen over de verdoving en bewaking
tijdens de operatie. Als u hierover vragen heeft, kunt u deze bespreken tijdens uw
bezoek aan de POS.
Op de POS krijgt u een informatieboekje mee. Hierin leest u praktische informatie
die u kan helpen bij de voorbereiding op de opname. Om u voor te bereiden op het
gesprek kunt u kijken op de website: www.jbz.nl/pos.
Nuchter zijn
Voor de operatie moet u nuchter zijn. Dit betekent dat u vanaf een bepaald tijdstip
niets meer mag eten en drinken. U krijgt hierover instructies van bureau Opname.
Wat neemt u bij ieder bezoek mee?
• Uw geldig legitimatiebewijs (geldig paspoort, rijbewijs, identiteitskaart of vreemdelingenkaart).
• Uw patiëntenpas van het Jeroen Bosch Ziekenhuis. Heeft u nog geen pas of kloppen
de gegevens niet meer? Laat dan een (nieuwe) patiëntenpas maken voordat u naar
uw afspraak gaat. Dit kan op alle locaties van het Jeroen Bosch Ziekenhuis, behalve
Zaltbommel, Gamerschestraat.
• Uw Actueel Medicatie Overzicht (AMO). Het is voor uw arts belangrijk te weten
welke medicijnen u thuis gebruikt. Uw eigen apotheek kan dit overzicht voor u
uitprinten. Vraag hierom kort voordat u het ziekenhuis bezoekt.
Patientenvoorlichting jeroen bosch ziekenhuis 3 van 7
Medicatiegegevens delen
Het Jeroen Bosch Ziekenhuis kan digitaal uw historisch medicatieoverzicht opvragen,
maar alleen als u daar toestemming voor heeft gegeven.
Deze toestemming regelt u bij alle apotheken waar u uw medicatie ophaalt, of online
via www.ikgeeftoestemming.nl. Toch blijft het ook dan belangrijk om uw papieren AMO
mee te nemen naar het ziekenhuis. Aan de hand van uw AMO controleren we welke
medicatie u op dit moment gebruikt. Na goedkeuring van de arts vermelden we deze
medicijnen in uw Elektronisch Patiënten Dossier.
Bent u op de vastgestelde opnamedatum verhinderd?
Belt u dan zo snel mogelijk, maar uiterlijk een werkdag voor de opnamedatum, naar
de polikliniek. Uw plaats kan dan gebruikt worden om een andere patiënt te helpen.
Zo werkt u ook mee om de wachtlijsten zo kort mogelijk te houden!
Bent u de dagen voor de operatie erg verkouden? Moet u veel hoesten of heeft u
koorts? Neemt u dan minimaal 24 uur van tevoren contact op met de polikliniek
Gynaecologie.
Vervoer
Vraag iemand om u te brengen en te halen. We raden u namelijk aan om na de operatie niet zelf met de auto naar huis te rijden.
De dag van de hysteroscopie
Op de dag van de hysteroscopie meldt u zich bij de Infobalie bovenaan de roltrap. Daar
wordt u doorverwezen naar de juiste verpleegafdeling.
De opname
Op de dag van uw operatie wordt u op de verpleegafdeling verder voorbereid op de
operatie. Als u aan de beurt bent, brengt de verpleegkundige van de afdeling u naar
het Operatiecentrum. Daar gaat u eerst naar de ‘holding’. Dit is de voorbereidingsruimte. Hier krijgt u een infuus en wordt u aangesloten op bewakingsapparatuur.
Moment van controle voor de operatie
Artsen en verpleegkundigen gaan voor de operatie aan de hand van een checklistna
of alles in orde is. Zijn alle benodigde materialen aanwezig en in orde? Kloppen alle
gegevens? Op verschillende momenten stellen zij ook vragen aan u. Soms heeft u een
vraag al eerder beantwoord. De herhaling van vragen is onderdeel van de checklist en
gebeurt dus bewust.
Wat gebeurt er tijdens de operatie?
Tijdens de hysteroscopie ligt u op een operatietafel met beensteunen.
De gynaecoloog brengt de hysteroscoop vaginaal in. De vagina wordt gevuld met
vloeistof waardoor de baarmoederhals beter zichtbaar wordt. Via de baarmoederhals
wordt de scoop in de baarmoederholte gebracht. Vanwege de dikte van de scoop
moet de baarmoederhals eerst worden opgerekt. Omdat de voor- en achterwand
van de baarmoeder dicht tegen elkaar aan liggen, brengt de arts wat vloeistof in de
baarmoeder. Hierdoor zet de baarmoeder uit en kan de arts de binnenkant van de
baarmoeder goed bekijken.
Hoe lang duurt de operatie?
Het onderzoek duurt ongeveer een half uur tot een uur, afhankelijk van wat er wordt
gedaan.
Patientenvoorlichting jeroen bosch ziekenhuis 4 van 7
Wat gebeurt er na operatie?
Na de operatie verblijft u op de uitslaapkamer (recovery). Als de controles goed zijn,
brengt de verpleegkundige u weer naar de afdeling. Via het infuus krijgt u vocht en
eventueel pijnstilling toegediend. Vaak bent u misselijk en soms moet u overgeven.
Ook hier krijgt u dan medicijnen voor. Het infuus blijft zitten tot de misselijkheid
verdwenen is en u voldoende drinkt. De meeste vrouwen hebben na afloop weinig
klachten, maar enkelen hebben wel pijn en voelen zich niet lekker.
Na de operatie
Pijn
Direct na de operatie heeft u vaak weinig buikpijn. De pijn vermindert de eerste uren
na de operatie en verdwijnt meestal aan het einde van de dag. Sommige vrouwen
houden de eerste dagen nog buikpijn. U kunt hier pijnstillers voor gebruiken.
U krijgt hiervoor een recept mee.
Bloedverlies
Na de operatie is er enige tijd vaginaal bloedverlies. Hoe lang dat duurt is moeilijk te
zeggen, maar dat kan enkele weken zijn. Als hevig bloedverlies de reden voor de operatie was, zijn de bloedingen als het goed is, minder dan voor de hysteroscopie.
Soms blijft de menstruatie helemaal weg.
Afscheiding
Na afloop van het bloedverlies heeft u vaak nog bruinige afscheiding. Vooral bij de ballonmethode en de rollerbolmethode moet u rekening houden met de kans op vieze,
soms wat sterk ruikende afscheiding gedurende een aantal weken. Soms zijn er geen
afscheidingsklachten.
Kunstmatige cyclus
In een aantal situaties schrijft de gynaecoloog na de hysteroscopische operatie
gedurende een maand hormonen voor om het slijmvlies van de baarmoederholte te
laten herstellen en te voorkomen dat er verklevingen ontstaan. Deze medicijnen zijn
vergelijkbaar met een zwaardere pil. De menstruatie die hierop volgt, kan hevig zijn.
Spiraaltje
Soms plaatst de gynaecoloog aan het einde van de operatie een spiraaltje in de
baarmoeder. Dit gebeurt vooral na operaties om verklevingen op te heffen. Hiermee
proberen we nieuwe verklevingen in de baarmoeder te voorkomen. Over het algemeen verwijdert de arts dit spiraaltje na de eerstvolgende menstruatie.
Hechtingen
Omdat de operatie via de vagina is gedaan, zijn er geen hechtingen.
Werk
U moet toch zeker wel rekenen op een herstelperiode van een week. Extra hulp in de
huishouding is na thuiskomst meestal niet nodig.
Seksualiteit
Als er geen bloedverlies of vieze afscheiding meer is, is vrijen geen bezwaar. Zolang de
buik gevoelig is, kan dit wel pijnlijk zijn.
Patientenvoorlichting jeroen bosch ziekenhuis 5 van 7
Mogelijke risico’s en complicaties
Zoals bij iedere operatie kunnen ook bij de therapeutische hysteroscopie complicaties
optreden. Gelukkig zijn deze zeldzaam. Het kan gaan om:
• Abnormaal veel bloedverlies.
De behandeling veroorzaakt vaak een wond aan de binnenkant van de baarmoeder.
Er kunnen ook wondjes zijn in de baarmoederhals door een tangetje dat daar werd
geplaatst. Is het bloedverlies meer dan een forse menstruatie, dan belt u naar de
polikliniek Gynaecologie.
• Beschadiging.
Soms ontstaat tijdens de hysteroscopie een wond of een gaatje in de wand van de
baarmoeder (perforatie). Een perforatie geneest meestal vanzelf. Een groter gat
moet soms operatief gesloten worden. In een enkel geval is dan een kijkoperatie of
een buikoperatie nodig. Dat gebeurt dan onder algehele anesthesie.
• Infectie.
Koorts en hevige buikpijn kunnen wijzen op een infectie. Die kan in de baarmoederwand, maar ook in de eileiders optreden. Behandeling met antibiotica is dan
nodig.
• Overgevoeligheid.
Een overgevoeligheidsreactie treedt zelden op. U kunt overgevoelig zijn voor jodium
of voor het middel waarmee plaatselijke verdoving (een enkele keer)wordt toegediend. In het JBZ gebruiken we een zoutoplossing om de baarmoeder op te rekken.
Hierbij komen geen overgevoeligheden voor.
• Een zeldzame complicatie is overvulling van de bloedcirculatie. Er treedt dan een te
grote vochtbelasting voor het lichaam op. Deze complicatie komt vooral voor bij de
verwijdering van een myoom en bij een endometriumresectie. Bij deze operaties
komt de vloeistof waarmee de gynaecoloog de baarmoeder vult, gemakkelijk in
de bloedbaan terecht. Als er te veel vocht in de bloedbaan komt, moet de operatie
worden afgebroken. Meestal kan het lichaam dit vocht gemakkelijk kwijt. Een plaspil
kan noodzakelijk zijn en soms wordt er ter controle bloed geprikt. Een enkele keer is
extra intensieve zorg na de operatie noodzakelijk.
• Syndroom van Asherman.
Bij elke operatie treedt littekenvorming op. Ook bij operaties in de baarmoeder kunnen littekens ontstaan in de vorm van verklevingen. Dit noemt men het syndroom
van Asherman. Deze complicatie is zeer zeldzaam. Als hij al voorkomt is het meestal
na een verwijdering van een myoom of na een placentarest. In ernstige gevallen
kan het menstruatiebloed ten gevolge van de verklevingen niet naar buiten.
Ondanks de hier beschreven zeldzame complicaties is de hysteroscopische operatie
een veilige behandeling. Bij een goede reden om de operatie te verrichten, voorkomt
deze operatie vaak een grotere operatie met kans op grotere complicaties.
Controle
Na een aantal weken komt u terug voor controle op de polikliniek. U krijgt hiervoor
een afspraak mee. De gynaecoloog bespreekt dan met u het resultaat van de behandeling.
Patientenvoorlichting jeroen bosch ziekenhuis 6 van 7
Wat te doen bij problemen thuis?
Bij problemen die te maken hebben met de operatie, belt u het ziekenhuis.
U belt:
• als u steeds meer buikpijn krijgt;
• als u koorts, 38°C of hoger heeft.
De eerste twee dagen belt u tijdens kantooruren naar de polikliniek Gynaecologie,
telefoonnummer: (073) 553 62 50.
Buiten kantooruren belt u de gynaecoloog die dienst heeft, telefoonnummer: (073)
553 20 20. Na twee dagen belt u uw huisarts.
Heeft u nog vragen?
Als u vragen heeft, kunt u deze altijd stellen aan de gynaecoloog. U belt dan naar de
polikliniek Gynaecologie, telefoonnummer: (073) 553 62 50.
Meer informatie vindt u op de website van de Nederlandse Vereniging voor Obstetrie
en Gynaecologie: www.nvog.nl
(Deze foldertekst is afkomstig van de NVOG)
Patientenvoorlichting jeroen bosch ziekenhuis 7 van 7