Mens en weer hv123 - Wikiwijsleermiddelenplein

Download Report

Transcript Mens en weer hv123 - Wikiwijsleermiddelenplein

Mens en weer hv123

Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 20 December 2016 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/63741 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet. Wikiwijs Maken is een onderdeel van Wikiwijsleermiddelenplein, hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, vergelijkt, maakt en deelt.

Inhoudsopgave

Mens en weer

Vooraf

Stap 1

Stap 2 Stap 3

Stap 4

Stap 5

Stap 6

Begrippenlijst

Over dit lesmateriaal

Mens en weer Vooraf

In deze opdracht kijken we naar de invloed van menselijke activiteiten op het weer. Soms gebeurt dat met opzet (zoals bij het kunstmatig opwekken van regen), maar vaak niet (zoals bij smogvorming en het versterkt broeikaseffect). Het heeft ongewenste gevolgen voor planten, dieren en mensen zelf.

Aan het eind van deze opdracht kun je:

uitleggen dat veel mensen beïnvloed worden door het weer, maar dat op hun beurt mensen invloed op het weer (kunnen) hebben: op temperatuur, neerslag, smog en het versterkt broeikaseffect.

uitleggen dat mensen, net als planten en dieren, schadelijke gevolgen ondervinden van hun eigen invloed op weer en klimaat.

Eindproduct

Als eindproduct van deze opdracht speel je samen met een groep van vier leerlingen een fotodomino.

Met het succesvol spelen van het dominospel laten jullie zien dat je de leerdoelen hebt behaald.

Beoordeling

Het fotodomino laten jullie beoordelen door jullie docent.

Bij de beoordeling let jullie docent op: taalfouten: bevatten de antwoorden op de vragen in de stappen 1-5 niet te veel taalfouten?

Activiteiten Stap Groepsgrootte

Stap 1 Alleen Stap 2 Alleen

Activiteit

Informatie lezen en de vraag over de invloed van het weer op de mens en van de mens op het weer beantwoorden.

Vraag over de temperatuur beantwoorden.

Pagina 2 Mens en weer hv123

Stap 3 Stap 4 Stap 5 Alleen Alleen Alleen Vraag over smog beantwoorden.

Vraag over regen beantwoorden.

Video bekijken, informatie lezen en de vraag over het versterkt broeikaseffect beantwoorden.

Een fotodomino spelen met een groepje van 4.

Stap 6 Samen

Benodigdheden

Voor deze opdracht heb je een

set met dominostukken

nodig.

Tijd

Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig.

Stap 1

Invloed van weer op mens en van mens op weer

In de Kennisbank Aardrijkskunde vind je een onderdeel over het weer. Bestudeer eerst dat gedeelte.

KB: Het weer Het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI) laat ons op alle mogelijke manieren weten wat voor weer we de komende dagen kunnen verwachten. Het geeft aan hoe warm het zal zijn, hoeveel regen er wordt verwacht en hoe hard het gaat waaien. Bij extreem weer, denk aan een zware storm, zwaar onweer, gladheid of dikke mist, kan het KNMI een weeralarm afgeven. Al deze weeromstandigheden kunnen de samenleving ontwrichten, veel (dodelijk) gewonde slachtoffers maken en grote schade veroorzaken, bijvoorbeeld aan huizen en auto’s.

Er gaat eigenlijk geen dag voorbij dat je niet aan het weer denkt en ermee te maken hebt. Waar je waarschijnlijk minder bij stilstaat, is dat het weer niet alleen invloed heeft op de mens, maar omgekeerd ook de mens invloed heeft op het weer. Door menselijke activiteiten kan het op een plek warmer of juist kouder worden of kan het ergens minder of juist meer gaan regenen. We zullen een aantal van deze menselijke activiteiten en hun gevolgen voor het weer op een rijtje zetten.

?Vraag Geef een voorbeeld van een menselijke handeling waardoor het heel plaatselijk minder warm kan worden.

Pagina 3 Mens en weer hv123

Stap 2

Warmer en kouder

Stad en platteland

Maak een reisje van het platteland of een buitenwijk naar het centrum in een grote stad. Ga met een auto met een ingebouwde thermometer of neem een losse thermometer mee. Als je de temperatuur op het platteland of in de buitenwijk vergelijkt met de temperatuur in het centrum van de stad zul je zien dat de thermometer in de stad een hogere waarde aangeeft.

Hoe dat komt? Gebouwen en asfaltwegen in de stad absorberen veel zonlicht en slaan de warmte op. Kantoren en fabrieken produceren zelf veel warmte. Ook die warmte blijft hangen.

Sommige wolkenkrabbers met veel glas kunnen ter plekke voor extreem hoge temperaturen zorgen. Iemand die rond het middaguur z'n auto in de buurt van een wolkenkrabber in aanbouw in Londen parkeerde, vond hem een uur later terug met beschadigingen: onderdelen van de auto waren gesmolten. De ramen van het gebouw werkten als een brandglas bij de weerkaatsing van het zonlicht.

Het verschil tussen een miljoenenstad met hoge wolkenkrabbers, veel asfalt en veel industrie en een heldere nacht op het platteland kan wel 10o Celsius zijn.

Ontbossing

Bomen zijn de longen van de wereld. Zij halen kooldioxide uit de lucht en zetten die om in zuurstof, waardoor wij kunnen blijven ademen. Maar de bomen en andere planten hebben nog een zeer nuttige eigenschap: ze bevatten veel water en pompen veel waterdamp de lucht in. Waterdamp zorgt voor afkoeling en draagt bij aan de vorming van wolken. En wolken op hun beurt houden zonlicht tegen.

Als we op grote schaal bomen kappen, zoals in de tropische regenwouden, heeft dat grote invloed op het lokale weer. Er komt minder waterdamp in de lucht en er worden minder wolken gevormd. Dat zorgt ter plaatse voor een hogere temperatuur overdag en een lagere temperatuur ’s nachts.

Vraag

Waarom is het tijdens een heldere nacht op het platteland kouder dan tijdens een bewolkte nacht?

Stap 3

Pagina 4 Mens en weer hv123

Mist en smog

Mist is een weersverschijnsel waarbij kleine waterdruppeltjes in de lucht zweven. Mist vermindert de zichtbaarheid. We spreken van mist als het zicht minder dan 1000 meter is en van dichte mist als dat minder dan 200 meter is. Meestal verdwijnt mist binnen enkele uren.

Maar mist kan veranderen in smog (een samentrekking van de Engelse woorden ‘smoke’ (rook) en ‘fog’ (mist)). Schadelijke gassen van auto's, fabrieken en dergelijke kunnen door mist niet stijgen en blijven dus laag hangen. De waterdruppels uit de mist vermengen zich onder invloed van zonlicht met stoffen uit de schadelijke gassen. Deze smog blijft veel langer hangen dan gewone mist, van een paar dagen tot zelfs enkele weken.

Smog kan ook ontstaan door grote bosbranden. Dergelijke branden kunnen ontstaan door bijvoorbeeld blikseminslag, maar in 95% van alle gevallen is menselijke activiteit er de oorzaak van. Onvoorzichtigheid met vuur (barbecue of sigaret), lenswerking in een glazen fles die in de zon ligt, contact met hete delen van een uitlaat van een auto of motorkettingzaag of door een vonkenregen van wrijfcontact tussen treinwielen en spoorrails. Of de bosbrand ontstaat, zoals heel vaak het geval is, door brandstichting bijvoorbeeld voor zwerflandbouw.

Pagina 5 Mens en weer hv123

De branden in Indonesië worden grotendeels door mensen aangestoken. Zij proberen zo meer bouwland te voor de palmolieplantages te creëren. Indonesië streeft ernaar, de grootste palmolieproducent van de wereld te worden. In het droge seizoen krijgen de branden, vanwege het uitblijven van regen, de kans om zeer lang te blijven woeden.

De bosbranden gaan gepaard met enorm veel rook, die zelfs in omringende landen voor overlast zorgt. Het zijn vooral Thailand, Maleisië, Brunei en Singapore die lijden onder de Indonesische bosbranden.

Vraag

Waarom ontstaat smog eerder in de zomer dan in de winter?

Stap 4

Regen maken

Diverse volkeren kennen rituele dansen om regen op te wekken. Het effect daarvan is twijfelachtig en in ieder geval nooit bewezen. Toch zijn er manieren om regen te maken. De eerste die dat op een wetenschappelijk manier probeerde, was de Nederlander August Willem Veraart. In 1930 strooide hij ijs en koolzuursneeuw op grote buienwolken. Erg succesvol waren zijn pogingen niet.

Pas na de Tweede Wereldoorlog lukte het wetenschappers om het kunstmatig te laten regenen. Zij strooiden gekristalliseerde zilverjodide-deeltjes in 1946 boven een grote wolk. Niet lang daarna begonnen de eerste sneeuwvlokjes naar beneden te dwarrelen.

Er zijn verschillende redenen om regen op te wekken. We geven enkele voorbeelden:

Pagina 6 Mens en weer hv123

De Amerikanen strooiden zilverjodide-deeltjes vanuit een vliegtuig uit in Vietnam. Zij slaagden erin om vijf jaar lang het regenseizoen met 30 tot 45 dagen te verlengen. Zij hoopten dat de wegen van hun vijanden door al die regen in modderstromen zouden veranderen. Het opwekken van de regen lukte uitstekend, maar de vijand was niet onder de indruk van de extra modder.

In 1986 werd Tsjernobyl door een kernramp getroffen. In allerijl strooiden de Russen zilverjodide-deeltjes over de wolken. De lucht hing vol radioactieve stofdeeltjes die richting het dichtbevolkte Moskou dreigden te waaien. Door op strategische plekken kunstmatig regen op te wekken vielen de meeste stofdeeltjes op de grond voordat ze Moskou bereikten.

Pagina 7 Mens en weer hv123

Het noorden van China heeft al jaren te maken met grote droogte. De Chinezen schieten met kanonnen bakjes met zilverjodide op de wolken in de hoop regenvorming te versnellen. Kennelijk met succes, want de buurlanden Mongolië en Korea beschuldigen de Chinezen ervan dat zij ‘hun regen stelen’.

Ook de bosbranden in Indonesië (zie ook stap 3) probeert men te bestrijden door kunstmatig regen te maken. De brandende hete gebieden veroorzaken opstijgende luchtstromingen waardoor er wolken ontstaan. Door zilverjodide-deeltjes boven de wolken te strooien gaat het inderdaad regenen. Maar deze kunstmatige regenbuien zijn letterlijk niet meer dan wat druppels op een enorme gloeiende plaat.

Aan regen opwekken met zilverjodide kleeft een groot bezwaar: De zilverjodide, vermengd met water, is net zo giftig als een loodverbinding en zorgt voor een enorme milieuvervuiling. Misschien is dat wel de reden waarom veel andere landen aarzelen om regen op te wekken.

Vraag

Mongolië en (Noord- en Zuid-)Korea spreken over regendiefstal. Waarom zouden beide landen zich zo druk maken over kunstmatige regen in hun buurland?

Stap 5

Pagina 8 Mens en weer hv123

Broeikaseffect

In de Kennisbank Aardrijkskunde vind je bij klimaatveranderingen ook een onderdeel over het broeikaseffect. Bestudeer dat gedeelte. KB: Klimaatveranderingen Er zitten ongeveer dertig broeikasgassen in de dampkring. Broeikasgassen zijn gassen die bijdragen aan de opwarming van de aarde. Broeikasgassen komen van nature in de dampkring voor, zoals: kooldioxide (CO2), methaan (CH4), lachgas (N2O) en ozon (O3). Chloorfluorkoolwaterstoffen (CFK’s) komen niet van nature in de dampkring voor; deze werden gebruikt in spuitbussen, koelkasten en diepvriezers.

De broeikasgassen zorgen voor het broeikaseffect: het opwarmen van de aarde. Het is maar goed dat ze er zijn, want zonder broeikasgassen zou het op aarde gemiddeld -18o zijn en niet +15o. We spreken daarom ook wel van het natuurlijk broeikaseffect.

Door menselijke activiteiten wordt het sinds de Industriële Revolutie en met name sinds 1950 steeds warmer op aarde. Onze energie halen we nog steeds vooral uit het verstoken van fossiele brandstoffen. Daarbij komt er veel CO2 in de dampkring wordt het broeikaseffect versterkt. Het gevolg is de opwarming van de aarde.

?Een kleine toename van de temperatuur op aarde kan grote gevolgen hebben, bijvoorbeeld voor de omvang van gletsjers, voor de hoogte van de zeespiegel en voor planten, dieren en mensen. Sommige planten en bomen groeien beter of sneller. Andere worden bedreigd. De spar en de edelweiss kunnen alleen groeien in een koel klimaat. Het verspreidingsgebied van de malariamug wordt groter door de het opwarmen van de aarde.

Vraag

Wat zijn de gevolgen van het versterkt broeikaseffect voor de ijsbeer?

Stap 6

Pagina 9 Mens en weer hv123

Eindproduct: Fotodomino

Dit spel speel je met een groepje van vier leerlingen. De docent legt vier sets van acht dominostukken op een stapel. Iedereen trekt daar vier dominostukken uit. Je zult zien dat een dominostuk uit een foto en een begrip bestaat. Degene die (het snelst) het stuk met het begrip ‘airconditioning’ en de foto op dit stuk heeft, mag beginnen. Als niemand het stuk heeft, krijgt iedereen een extra stuk net zo lang er iemand mag beginnen.

De eerste keer dat er een begrip op tafel komt, leg je uit de anderen van de groep uit wat het begrip te maken heeft met het thema van de opdracht: ‘De invloed van de mens op het weer’. Dat geldt ook voor het beginstuk!

Als je geen dominostukken meer hebt, ben je winnaar.

Begrippenlijst

Passaat Winden die waaien tussen de 30° Noorderbreedte en 30° Zuiderbreedte.

Moesson Winden bij de evenaar die elk half jaar van richting veranderen.

Temperatuur Hoe warm of koud het is.

Stuwingsregen Regen ontstaan doordat lucht tegen een gebergte omhoog gestuwd wordt.

Neerslag Water uit de dampkring. Dit water kan in vaste vorm (sneeuw en hagel) of vloeibare vorm (regen) op aarde terecht komen.

Stijgingsregen Neerslag ontstaan in het gebied rond de evenaar.

Wind De verplaatsing van lucht over het aardoppervlak veroorzaakt door verschillen in luchtdruk.

Windkracht De kracht van de wind bepaald door het verschil in luchtdruk tussen twee gebieden.

Storm Een zeer krachtige wind met een windkracht van minimaal 9 Beaufort.

Windrichting De verplaatsing van lucht over het aardoppervlak in een bepaalde richting.

Pagina 10 Mens en weer hv123

Luchtdruk Het gewicht van de luchtdeeltjes in de atmosfeer op het aardoppervlak.

Front Een scheiding tussen twee luchtsoorten.

Hogedrukgebied Gebied waar de luchtdruk hoog is ten opzichte van de omgeving, gemeten op zeeniveau.

Wolk Een verzameling zwevende druppeltjes waterdamp of ijskristallen in de dampkring, zichtbaar als een witte of grijze pluim.

Aanlandige wind Zeewinden.

Lagedrukgebied Gebied waar de luchtdruk laag is ten opzichte van de omgeving, gemeten op zeeniveau.

Wind De verplaatsing van lucht over het aardoppervlak veroorzaakt door verschillen in luchtdruk.

Aflandige wind Landwinden.

Broeikaseffect Het vasthouden van warmte van de zon door de atmosfeer.

Broeikasgas Gassen die warmte van de zon opnemen en dit weer uitstralen.

Pagina 11 Mens en weer hv123

Over dit lesmateriaal

Colofon

Auteur Laatst gewijzigd Licentie

VO-content 20 December 2016 om 10:27 Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om: het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie

Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

Leerniveau Leerinhoud en doelen Eindgebruiker Moeilijkheidsgraad Studiebelasting Trefwoorden

HAVO 3; VWO 3; Weer; Invloed van het weer op de samenleving; Systeem aarde; Aardrijkskunde; leerling/student gemiddeld 2 uur en 0 minuten rearrangeerbare

Pagina 12 Mens en weer hv123