downloaden - Ds G H Kerstenschool

Download Report

Transcript downloaden - Ds G H Kerstenschool

Opening
Psalm 105 : 1 door kinderen uit verschillende groepen.
Samenzang
Psalm 105 : 2
Juicht elk om strijd met blijde galmen,
Zingt, zingt den Hoogsten vreugdepsalmen!
Beroemt u in Zijn heil’gen naam;
Dat wie Hem zoeken, nu te zaâm
Hun hart verenen tot Zijn eer,
En zich verblijden in den HEER’!
Schriftlezing
Lukas 2 : 6 en 7
De Koning geboren
Mattheüs 2 : 1 en 2
De Koning aanbeden
1 Timotheüs 1 : 15-17 De Koning van de Kerk
Gebed
De Koning geboren - de groepen 3 t/m 5
Samenzang
Komt allen tezamen,
Jubelend van vreugde,
Komt nu, o komt nu naar Bethlehem!
Ziet nu de Vorst der eng’len hier geboren!
Komt, laten wij aanbidden,
Komt, laten wij aanbidden,
Komt, laten wij aanbidden, die Koning!
Opzeggen
Wat een blijdschap toen Maria
Jezus in haar armen nam.
’t Was haar Kind en haar Messias
Die tot haar verlossing kwam.
1
Maar dat is zo lang geleden!
’t Is toch wel de grote vraag:
“Wat betekent kerstfeest heden?
Ja, wat zegt het mij, vandaag?”
Zingen
De hemelse eng’len riepen eens de herders,
Weg van de kudde naar ’t schamel dak.
Spoeden ook wij ons met eerbied’ge schreden!
Komt, laten wij aanbidden,
Komt, laten wij aanbidden,
Komt, laten wij aanbidden, die Koning!
Opzeggen
Kerstfeest wijst op onze zonden,
Kerstfeest wijst op onze schuld,
Nimmer werd behoud gevonden,
Als Gods eis niet was vervuld.
Als we dat eens echt beleven,
O, dan doen de zonden smart,
Dan vervult ons vrees en beven,
Ziend’ op ons verdorven hart.
Zingen
Het licht van de Vader, Licht van de beginne,
Zien wij omsluierd, verhuld in 't vlees:
Goddelijk Kind, gewonden in de doeken!
Komt, laten wij aanbidden,
Komt, laten wij aanbidden,
Komt, laten wij aanbidden, die Koning!
Opzeggen
Zouden wij, door schuld verslagen,
Ziende op die grote nood,
Niet naar een Verlosser vragen,
Die kan redden van de dood?
2
Als de Heer’ ons dan doet horen,
Dat er redding moog’lijk is,
Omdat Christus werd geboren,
Komt er hoop, ondanks ’t gemis.
Zingen
Psalm 24 : 5
Opzeggen
Artikel 18 uit de Nederlandse Geloofsbelijdenis
Wij belijden dan dat God de belofte, die Hij
de oudvaderen gedaan had door de mond
Zijner heilige profeten, volbracht heeft,
zendende Zijn eigen eniggeboren en
eeuwige Zoon in de wereld,
ten tijde door Hem bestemd.
Zingen
God toont Zijn liefde in Zijn zoon,
Die zitten zal op Davids troon,
En slaken Isrels slavernij,
En brengen in Zijn heerschappij.
Dat schenke God aan u en mij,
Deez’ Wonderkonings heerschappij,
In ’s harten krib geopenbaard,
Gods lof in hemel en op aard’.
Zingen
In de stad van koning David,
In een nederige stal,
Lag een Kindje in de kribbe,
’t Was de Koning van ’t heelal;
Jezus Christus, God en Heer,
Daald’ op aard’ als Redder neer.
3
Opzeggen
Wat verwacht jij van de Heere?
Verwacht je het alleen van Hem?
Want mijn ogen hebben Uw zaligheid gezien,
Die Gij bereid hebt voor het aangezicht van al de volken:
Een Licht tot verlichting der heidenen,
en tot heerlijkheid van Uw volk Israël.
De Heere zegt: Ik ben gevonden
van degenen die Mij niet zochten.
Hij kwam tot het Zijne,
maar de Zijnen hebben Hem niet aangenomen.
Maar allen die Hem aangenomen hebben,
hun heeft Hij macht gegeven kinderen van God te worden,
namelijk die in Zijn naam geloven.
Is jouw verwachting nu vervuld?
Ben je door Zijn bloed gekocht?
Want alzo lief heeft God de wereld gehad,
dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft,
opdat een iegelijk die in Hem gelooft,
niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe.
Want God heeft Zijn Zoon niet gezonden
in de wereld, opdat Hij de wereld veroordelen zou,
maar opdat de wereld door Hem zou behouden worden.
Hij zei: “Zie, hier ben Ik”.
Wendt u dan met haastige spoed
tot de enige Zaligmaker
en valt Hem vandaag te voet.
En die tot Mij komt, zal ik geenszins uitwerpen.
4
Samenzang
Psalm 72 : 6
Ja, elk der vorsten zal zich buigen
En vallen voor Hem neer,
Al ’t heidendom zijn lof getuigen
Dienstvaardig tot Zijn eer.
’t Behoeftig volk in hunne noden,
In hun ellend’ en pijn,
Gans hulpeloos tot Hem gevloden,
Zal Hij ten Redder zijn.
Schoolteam
Er is naar’t woord der vromen
Dat Israël vernam,
Een rijsje voortgekomen
Uit Jesse’s oude stam.
Dat rijsje heeft gebracht
Een Bloempje klein en teder
In’t midden van de nacht.
Het Bloempje, waar w’ aan denken,
Dat eeuwig bloeien zal,
Mocht ons Maria schenken
In Bethl’ems schaam’le stal.
Door ’s Heeren wil en kracht
Werd haar een Kind geboren,
Dat ons verlossing bracht.
Wil, Heiland, ons geleiden
Langs steil’ en effen paân!
En geef ons, als wij scheiden,
Uw Hemel in te gaan.
Dat wij, voor ’s Vaders troon,
Hem eeuwig danken mogen
Voor U, Zijn lieve Zoon.
5
De Koning aanbeden - de groepen 1 en 2
Zingen
Psalm 134 : 2
Opzeggen
Ook de herders moeten horen
dat de Heere Jezus is geboren.
Zingen
De herders waren in het veld
Met hunne kudde bijeen,
Toen plotseling een engel kwam,
Die stralend hen omscheen.
Weest niet bevreesd! In deze nacht
Zo luidt des Heeren woord,
Wordt u verheugend nieuws gebracht,
Dat iedereen het hoort.
Bij u in ’t oude Bethlehem,
Is er uit Davids stam
Gods Zoon geboren, die voor u
Uit de hemel nederkwam.
Opzeggen
Een stal: wie wil daar zijn?
Zo arm, zo vuil, zo klein;
’t Is Jezus zelf: de Koning,
Kiest deze plaats als woning.
Ja , de Koning is geboren,
In een kribbe, in een stal.
Opdat Hij in zondaars harten
Ook als Koning heersen zal.
Zingen
Psalm 105 : 5
6
Opzeggen
Laten wij dan altijd bidden:
“Heere, geef mij toch een hart,
Dat u lief heeft, U wil dienen.”
O, dan wordt de zonde smart.
Zingen
Lofzang van Maria : 1
Opzeggen
De wijzen uit het oosten
Zagen een ster,
Zij namen hun kamelen
En volgden haar van ver.
Toch zijn ze niet in hun land gebleven,
Zij wilden de Koning geschenken geven.
Zingen
Wijzen turen elke nacht
Naar de grote sterrenpracht.
Menig ster die zij zien staan
Kennen zij bij naam.
’t Is een grote koningsster,
Maar die Koning woont heel ver.
Daarom willen zij op reis,
Naar Zijn rijk paleis.
Opzeggen
Met geschenken, rijk en veel,
Gaan de wijzen per kameel,
Door het hete, dorre zand
Naar een heel ver land.
Ze komen in Jeruzalem en vragen daar:
Waar vinden wij de Koning der Joden?
Wij hebben Zijn ster in het oosten gezien
En willen Hem eren, is Hij hier misschien?
7
Zingen
(meisjes)
O, Koning wil ons horen;
Er is een prins geboren,
In het oosten is Zijn ster gezien,
Staat hier Zijn wieg misschien?
Zingen
(jongens)
Herodus, hij hoorde,
Verschrikt naar deze woorden,
Een koningszoon bij mij in huis,
U bent beslist abuis.
Opzeggen
De priesters moeten komen,
Die hebben goed gelezen,
Wat Micha heeft geschreven:
“U moet in Bethlem wezen.”
Zingen
De wijzen, de wijzen
Die moesten verder reizen;
De ster ging als een lichtend spoor
Naar Bethlehem hen voor.
Opzeggen
Bij de stal daar bleven ze staan,
De ster die was hen voorgegaan,
Toen gingen ze naar binnen en knielden neer,
Zij legden geschenken bij Christus onze Heer’.
Zingen
Leer mij bidden op dit kerstfeest,
Geef Heer’, dat ik niet vergeet,
Hoe het Kindje in de kribbe,
Ons Gods liefde horen deed.
8
Mag ik U ook leren kennen,
Buigen aan Uw voeten neer,
Zoals herders en als wijzen,
’t Kan toch ook voor kind’ren, Heer’.
Ja, wij moeten allen vragen:
“Heere, kom ook in mijn hart,
Wil dat hart, o God, vernieuwen,
Want ’t is door de zonde zwart.”
Bijbelvertelling
Samenzang
Psalm 108 : 1 en 2
(met collecte) Mijn hart, o Hemelmajesteit,
Is tot Uw dienst en lof bereid;
‘k Zal zingen voor den Opperheer,
‘k Zal psalmen zingen tot Zijn eer.
Gij zachte harp, gij schelle luit,
Waakt op, dat niets uw klanken stuit’.
‘k Zal in de dageraad ontwaken
En met gezang mijn God genaken.
Ik zal, o HEER’, Uw wonderdaân,
Uw roem den volken doen verstaan,
Want Uwe goedertierenheid
Is tot de heem’len uitgebreid.
Uw waarheid heeft nog paal noch perk,
Maar streeft tot aan het hoogste zwerk.
Verhef U boven ’s hemels kringen,
En leer al d’aard’ Uw grootheid zingen!
9
De Koning van de Kerk - de groepen 6 t/m 8
Opzeggen
Wie woonde ook in Jeruzalem?
Wie verwachtte ook de komst van de Heere Jezus?
Wie wilde graag weten waar de wijzen geweest waren?
Wie wilde niet aanbidden, maar doden?
Wie wilde geen andere koning, dan alleen hijzelf?
Wie was bang voor een andere koning?
Wie doodde de kinderen uit Bethlehem?
Dat was koning Herodes.
Wie woont in uw hart?
Wie verwacht u?
Wie zochten de wijzen en Wie zoekt u?
Wie kwam niet om te doden, maar om Zichzelf te offeren, voor u?
Wie is in uw leven Koning?
Wie was niet bang om de strijd aan te gaan met Zijn vijand, de satan?
Wie gaf Zich over om te sterven voor zondaren?
Is uw antwoord op alle vragen: Koning Jezus?
10
Zingen
Opzeggen
Joy to the world, the Lord is come!
Let earth receive her King;
Let every heart prepare Him room,
And heaven and nature sing,
And heaven and nature sing,
And heaven, and heaven, and nature sing.
Vreugde voor de wereld,
God is gekomen!
Laat de aarde haar Koning
ontvangen, laat ieder hart
Hem plaats bereiden,
en hemel en natuur zingen.
Joy to the earth, the Savior reigns!
Let men their songs employ;
While fields and floods, rocks, hills and plains
Repeat the sounding joy,
Repeat the sounding joy,
Repeat, repeat, the sounding joy.
Vreugde voor de aarde,
de Verlosser regeert!
Laat de mensen hun liederen
inzetten, terwijl velden en
rivieren, rotsen, heuvels, vlakten
de klinkende vreugde herhalen.
He rules the world with truth and grace,
And makes the nations prove
The glories of His righteousness,
And wonders of His love,
And wonders of His love,
And wonders, wonders of His love.
Hij regeert de wereld met
met waarheid en genade,
en laat de volken de glorie
van Zijn gerechtigheid staven,
en de wonderen van Zijn liefde.
Hij, God uit God, wordt mens op aard,
En ’t beeld des Vaders openbaart
Hij ons, Zijn liefde nimmer waard.
O, Heilige Drievuldigheid,
Geheimenis tot in eeuwigheid.
Geen aanvang en geen einde heeft
De Mensenzoon, Die eeuwig leeft.
11
Zingen
D’ aard kon Hem niet houden,
Noch de heem’len al:
Toen Hij kwam op aarde,
Vond Hij slechts een stal.
Zo, gehuld in doeken,
Lag in ’t schamel krot,
Christus, de Almacht’ge,
Zoon van God.
Opzeggen
Hebreeën 1: 1 en 2
God, voortijds veelmaal en op velerlei wijze,
tot de vaderen gesproken hebbende door de profeten,
heeft in deze laatste dagen tot ons gesproken door den Zoon;
Welken Hij gesteld heeft tot een Erfgenaam van alles,
door Welken Hij ook de wereld gemaakt heeft.
Zingen
Eeuwig Levende,
Schuld vergevende,
Hart herscheppende Majesteit!
De heem’len allen
Doen ’t loflied schallen;
Verheffen Uw eer en heerlijkheid!
Opzeggen
Mattheüs 28:18-20
En Jezus bij hen komende sprak tot hen,
zeggende: Mij is gegeven alle macht
in hemel en op aarde.
Gaat dan henen, onderwijst al de volken,
dezelve dopende in den Naam des Vaders en
des Zoons en des Heiligen Geestes;
lerende hen onderhouden alles wat Ik u
geboden heb. En zie, Ik ben met ulieden al de
dagen tot de voleinding der wereld. Amen.
12
Zingen
Amen, amen, amen!
Dat wij niet beschamen,
Jezus Christus onze Heer,
Amen, God, Uw naam ter eer!
Zingen
U hebt verlossing voor Uw volk bereid
Voor ’t oog der wereld schittert nu Uw majesteit.
Heerlijk is Uw Naam, heerlijk is Uw Naam,
Heerlijk is Uw Naam, o God, in eeuwigheid.
’t Licht dezer wereld breekt de duisternis;
De mensen moeten horen dat er redding is.
Vrede wie gelooft, vrede wie gelooft,
Vrede wie gelooft dat Jezus Koning is.
Opzeggen
O Kindje klein! O Koning groot!
Eén ding wil ik U vragen:
Dat ik U immer, tot de dood’
Mag in mijn harte dragen
Laat mij, o Heer, Uw kribbe zijn,
Zend in mijn hart Uw lichte schijn.
Geef mij Uw eeuw’ge vreugde!
Zingen
Jezus, mijn verblijden,
Voor mijn hart de weide
Waar het vrede vindt!
’t Hart dat in verlangen
Naar U is bevangen,
Dat U zo bemint.
Lam, o kom, mijn bruidegom!
Buiten u is niets op aarde
Zo beminnenswaardig.
13
Opzeggen
Filippensen 2 : 9-11
Daarom heeft Hem ook God uitermate verhoogd,
en heeft Hem een Naam gegeven, welke boven allen naam is;
Opdat in den Naam van Jezus zich zou buigen alle knie dergenen,
die in den hemel, en die op de aarde, en die onder de aarde zijn.
En alle tong zou belijden, dat Jezus Christus de Heere zij,
tot heerlijkheid Gods des Vaders.
Zingen
(samenzang)
Psalm 135 vers 3 en 12
God is groot; ik weet dat Hij
Hoger is dan alle goôn;
Onze God voert heerschappij;
Hij beheerst van Zijnen troon
Hemel, afgrond, zee en aard';
God is aller hulde waard.
Sion, loof met dankb’re stem
God, uw Heer', die eeuwig leeft,
En het schoon Jeruzalem,
Door Zijn woning luister geeft.
Loof Hem voor uw heilrijk lot,
Loof al juichend uwen God!
Zingen
Heilig, heilig, heilig, heilig is de Heer.
Heilig, heilig, heilig, heilig, Hem zij eer!
Hij die zonder einde, altijd wezen zal,
Eeuwig is en machtig, heilig is de Heer.
Heilig, heilig, heilig, heilig is de Heer.
Heilig, heilig, heilig, heilig, Hem zij eer!
Almacht, wond’ren, liefde dalen op ons neer!
Heilig, heilig, heilig, heilig is de Heer!
14
Opzeggen
En de Geest en de Bruid zeggen: Kom!
En die het hoort, zegge: Kom!
En die dorst heeft, kome;
en die wil, neme het water des levens om niet.
Zingen
Nog eens zal Hij verschijnen
Als Richter van ’t heelal.
Die ’t hoofd van al de Zijnen
Voor eeuwig kronen zal!
Nog is die dag verborgen
Wacht hem gelovig af.
Terwijl de grote morgen
Reeds schemert boven ’t graf.
Sluiting
Samenzang
Ere zij God
Bestuur en schoolteam
wensen u
gezegende Kerstdagen
en een
voorspoedig Nieuwjaar!
15