De therapie respons in beeld

Download Report

Transcript De therapie respons in beeld

ZORG
NUCLEAIRE GENEESKUNDE IN HET UZ GENT
De therapie­respons
in beeld
De SPECT-CT-scanner levert een diagnostisch
krachtige synergie op: de SPECT geeft je
functionele informatie, terwijl de CT je ook
anatomische informatie bezorgt.
8
Nucleaire beeldvorming wordt steeds vaker gebruikt om
de therapierespons op te volgen en de behandeling zo
nodig bij te sturen. Daarvoor zijn radioactieve speurstoffen
nodig. Het UZ Gent kan die zelf ontwikkelen, van het eerste
klinische idee tot het gebruiksklare product.
N
a een verhuis- en renovatieoperatie biedt
de dienst Nucleaire geneeskunde stilaan weer
alle conventionele nucleaire beeldvormingsonderzoeken
aan. ‘Alle activiteiten concentreren
we voortaan in gebouw P8, waar
zich in de kelderverdieping al het
cyclotron van het UZ Gent bevond,’
zegt prof. dr. Boudewijn Brans.
‘De lichtradioactieve speurstoffen
(“tracers”) die we gebruiken voor
beeldvorming met Positron Emissie
Tomografie (PET) maken we aan in
het cyclotron. Die stoffen hebben
een korte halveringstijd en moeten
zo kort mogelijk voor de injectie
worden aangemaakt. Het is dus erg
handig dat we onze scanners meteen boven het cyclotron kunnen
plaatsen. De beslissing van onze
directie om alle activiteiten te concentreren in P8 is heel belangrijk
geweest voor de verdere ontwikkeling van de nucleaire geneeskunde
en de moleculaire beeldvorming in
het ­UZ Gent.’
‘Op onze nieuwe locatie beschikken we niet alleen over PETCT-scanners, maar ook over een
SPECT-CT-scanner. Alle nucleaire
scanners zijn tegenwoordig uitgerust met computergestuurde
Diagnostiek en
therapie schuiven
dichter naar elkaar
toe. Theranostics
heet dat, en het is
de toekomst.
prof. dr. Boudewijn Brans
tomografie (CT). De combinatie van
de twee beeldvormingstechnieken
levert een synergie op die diagnostisch erg krachtig is. Ruw samengevat levert de SPECT je functionele of metabole informatie: je kunt
op de scan zien dat er iets niet
pluis is, maar waar het ziekteproces zich precies bevindt, kun je niet
zien. Die anatomische informatie
krijg je o.a. met CT. Met een hybride
toestel kun je dus tegelijk de PETof SPECT-scan maken én de CTscan. Dat levert de patiënt tijdwinst
op. En doordat de positionering van
de patiënt voor beide scans precies
dezelfde blijft, kun je de beelden
ook heel goed vergelijken. Dankzij
een vlotte interactie met de dienst
Radiologie in de verslaggeving van
de hybride beelden halen we samen het maximum aan informatie
uit de beide onderzoeken.’
Zijn er verschillen
­tussen PET en SPECT?
‘SPECT staat voor Single Photon
Emission Computed Tomography.
De techniek maakt voor computergestuurde doorsnedes dus gebruik
van enkelvoudige fotonen. Bij PET
worden twee fotonen tegelijk gedetecteerd. Dat maakt PET meer
geschikt voor kwantificering en
voor heel nauwkeurige plaatsbepaling. Als je bijvoorbeeld heel exact
moet weten waar in iets kleins als
de hersenschors iets fout loopt,
gebruik je beter een PET-scan.
Daar staat tegenover dat SPECTscans momenteel goedkoper zijn,
en dat je er een bredere waaier van
­speurstoffen voor kunt ­gebruiken.
9
ZORG
In het UZ Gent nemen we het
hele ontwikkelingstraject van
speurstoffen zelf in handen, van
het klinische idee tot de aanmaak
en de distributie.
prof. dr. Boudewijn Brans
Je kunt bovendien verschillende tracers tegelijk inzetten, wat
met PET niet kan. Dat is handig
als je verschillende eigenschappen van een ziekteproces tegelijk
wil bestuderen. Zo kun je bij een
ontstekingsreactie met verschillende tracers tegelijk nagaan of
de bloedtoevoer verhoogd is en
of de hoeveelheid leukocyten
is ­toegenomen.’
Voor welke aandoeningen
is SPECT-beeldvorming
­aangewezen?
‘Een SPECT-scan is geschikt als
je wil weten of er al dan niet een
ziekteproces is, zonder dat je heel
exact hoeft te weten waar dat proces zich precies voordoet. Als een
onderbeenfractuur niet zo goed
geneest, kun je met SPECT nagaan
of er zich al dan niet een infectie
voordoet. Als je kleine uitzaaiingen
niet wil missen, heb je de sensitiviteit nodig die PET je kan geven.
Met hogere sensitiviteit lever je
soms specificiteit in: met PET breng
je dan misschien ook allerlei niet10
significante dingen in beeld, wat je
conclusies kan vertroebelen. Daar
moet je voor oppassen. Traditioneel wordt SPECT-beeldvorming
het meest gebruikt voor bot-scintigrafieën en voor myocard-scintigrafieën, om de doorbloeding van
de hartspier zichtbaar te maken.
Maar ze is ook geschikt voor vele
andere toepassingen zoals lymfografie en sentinelklierdetectie,
beeldvorming van de longfunctie,
­nieraandoeningen.’
Wordt nucleaire beeldvorming vooral gebruikt
voor ­diagnostiek?
‘Daar is een ontwikkeling aan de
gang die nog veel verder zal gaan.
Primaire diagnostiek kan steeds
vaker gebeuren op basis van
bloedanalyse en genetisch onderzoek. Maar met die primaire diagnose krijg je niet altijd zicht op het
verloop van het ziekteproces, dat
zich op verschillende plaatsen in
het lichaam anders kan gedragen.
Met (nucleaire) beeldvorming krijg
je dat wel. Wanneer je bijvoor-
beeld radioactief gemerkte glucose
inspuit, kun je zien dat sommige
tumoren glucose opnemen en dus
metabool actief zijn. Andere tumoren zijn metabool tot stilstand
gekomen en lijken onder controle.
Je brengt dus de therapierespons in beeld.’
Dat stelt je in staat om de
behandeling op te volgen en
zo nodig bij te sturen?
‘Diagnostiek en therapie schuiven dichter naar elkaar toe.
­Theranostics heet dat, en het is
de toekomst. Steeds vaker maken we speurstoffen die eigenlijk
­geneesmiddelen zijn. Door ze met
een radioactief atoom te merken
en ze in te spuiten, breng je in
beeld wat het medicijn bij de patiënt doet. Zo kun je monitoren of
de behandeling aanslaat en of ze
eventueel vervangen of aangevuld
moet worden. Nucleaire beeldvorming helpt zo om patiënten
therapie op maat te bieden: de zogenoemde gepersonaliseerde geneeskunde.
In de oncologie, maar ook in
de cardiologie en de neurologie zijn gepersonaliseerde, zeer
­doelgerichte geneesmiddelen in
opmars. Die precisiemedicatie
is vaak erg duur. Je hebt criteria
­nodig om te beslissen wie er nut
van heeft. Door de therapierespons
in beeld te brengen, kunnen wij
­daartoe ­bijdragen.’
Het team van de dienst Nucleaire geneeskunde
& PET-centrum van het UZ Gent.
De speurstoffen die daarvoor nodig zijn kunt u in het
UZ Gent zelf aanmaken?
‘In de Universiteit Gent kunnen we
steunen op een sterke expertise in
basisdisciplines als farmacie, chemie en fysica. Daarnaast werken
we samen met UGent-onderzoeksgroepen om onze technieken nog
performanter te maken: Medical
Imaging and Signal Processing
(Medisip), het Infinity Lab, de Radiofarmacie van de faculteit Farmaceutische Wetenschappen, maar
ook de faculteit Diergeneeskunde.
Daarnaast maken we inderdaad
zelf tracers aan. Voor PET-scans
gebeurt dat in het cyclotron. De
speurstoffen die we voor klinisch
gebruik nodig hebben, kunnen
we daardoor sneller aanmaken.
Speurstoffen voor SPECT-scans
maken we in het lab. Daar zitten ook experimentele tracers bij,
waarmee we specifieke aspecten
van een ziekte in beeld brengen.
We gebruiken bijvoorbeeld nieuwe
speurstoffen voor grote gezondheidsproblemen als reumatische
ontsteking, depressie, prostaatkanker, ­borstkanker.’
Dat gebeurt in overleg
met clinici?
‘Uiteraard. Vaak kloppen clinici bij
ons aan met een idee: ze zouden
bijvoorbeeld gebaat zijn met een
tracer die immuunreacties toont.
Wij onderzoeken dan welke eiwitten bij een immuunreactie in weefsels en cellen tot expressie komen
en we proberen die te isoleren. Als
we die eiwitten een radioactieve
merker meegeven, kunnen we ze
bij de patiënt inspuiten om die immuunreacties in beeld te brengen.
Het UZ Gent biedt het grote
voordeel dat we het hele ontwikkelingstraject zelf in handen
kunnen nemen, van het meest
basale idee tot en met productie en distributie van radioactieve
speurstoffen. Daarom willen we
nu de nodige stappen zetten om
een volledige GMP-vergunning
te krijgen. Zo’n GMP-vergunning
heb je nodig om geneesmiddelen
te produceren. Het UZ Gent heeft
al een vergunning om vloeistoffen en capsules te bereiden in de
Apotheek en voor geavanceerde
cel- en weefseltherapie. Ook voor
ons is de hulp van de Apotheek
enorm belangrijk. Wij willen met
zo’n vergunning graag octrooibare
­speurstoffen ­aanmaken.’
Dienst Nucleaire geneeskunde
& PET-centrum
De Pintelaan 185, 9000 Gent
Tel 09 332 30 28
11