In/out a box?

Download Report

Transcript In/out a box?

HANovatie Nieuwsbrief
In/out a box?
08 december 2016
Karlijn Karsten
Over out-of-the-box denken en manieren om dat te stimuleren (of juist niet).Het is een
maandag in september. Ik zit midden tussen 15 ‘klasgenoten’ op een schip en eet
appeltaart. Dit is geen goedbedoelde poging om lokale ondernemingen te steunen; nee,
dit is les. Mijn eerste les in MZD 49. De afkorting ‘MZD’ staat overigens voor de opleiding
en het cijfer voor de lesgroep. De komende tien weken mag ik student zijn in deze groep.
Je vraagt je misschien af waarom we les krijgen op een schip.
Het thema van vandaag is out-of-the-box denken en daarom worden we letterlijk uit de (school)box gehaald om les te krijgen. Dat doet MZD blijkbaar niet zomaar, nee, de komende tien weken
mag ik continu, totdat ik niet meer kan, out-of-the-box denken. Ik mag een innovatieve oplossing
bedenken voor ‘iets’ waar de doelgroep van mijn organisatie last van heeft (in mijn geval zijn dat
deeltijdstudenten).
Anyhow, ik zit nog steeds op dat schip, doe mee met gezellig geroezemoes en wil eventjes heel erg
genieten van dit moment. Het waait een beetje, zoals dat alleen in september kan. Ik besef ineens
dat dit een vak is waar ik al heel lang naar verlang. Het is een soort opening, een soort vrijbrief om
te doen wat ik het liefste doe: bedenken.
Mijn collega (Gérard) zit aan de andere kant van het schip, een beetje afgezonderd van de
studenten. Opeens staat hij op en begint te praten. Hij wil ons iets vertellen over de toets. Ik
luister. Net als de andere studenten overigens, want zodra het woord ‘toets’ valt is het gezellige
geroezemoes weg en hoor ik alleen nog Gérard en de wind. Hij vertelt daarna over een betoog, een
klantfrictie, beoordelingscriteria, een handtekening van mijn leidinggevende en een handtekening
van de leidinggevende van mijn leidinggevende. “Betoog, klantfrictie, beoordelingscriteria,
handtekening, handtekening” herhaal ik in mijn hoofd. Ik frons. Ik frons altijd als ik iets vreemd
vind. De opdracht is om iets te bedenken dat ‘out-of-the-box’ is, maar omdat dit een opleiding is
moet ik wel ‘in the box’ van de beoordelingscriteria van de opleiding en die van mijn organisatie
passen. “Ik wil niet in de box”, frons ik. Ik wil heel erg niet in de box.
Het gelukzalige gevoel van een half uurtje geleden is inmiddels een beetje verdwenen. “Wat is hier
eigenlijk aan de hand?” vraag ik mezelf af. Plots kan ik geen student meer zijn en denk ik weer
even als een docent: we willen ondernemende, creatieve leiders van de toekomst opleiden, we
willen dat de creatieve ideeën die ze bedenken passen bij de organisatiecontext én we willen aan
kunnen tonen dat ze echt ondernemend en creatief zijn geworden na het volgen van deze
onderwijseenheid (jemig, lange zin). Maar weet je: daar kan ik inkomen. En toch: ik heb het idee
dat de beoordelingscriteria me gaan remmen in het bedenken van een innovatief idee. Dat ik niet
vrijuit kan gaan. Zoals een meeuw met een te kort pittig kapsel. Die vangt geen vis meer hoor,
geloof me. Maar goed, ik kan ook beslissen dat ik me helemaal niks ga aantrekken van die criteria.
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen
www.han.nl/hanovatie
1
Want, in tegenstelling tot die meeuw heb ik geen te kort pittig kapsel, maar heb ik het kapsel
alleen bedacht. Die rem bestaat alleen in mijn hoofd.
Dus, ik beslis dat ik weer even heel erg ga genieten van dit moment. Ik zit namelijk op
maandagmorgen met heel veel leuke mensen op een boot met appeltaart en ik mag 10 weken lang
heel erg out-of-the-box denken. Hoe ik dat aan het einde van de onderwijseenheid weer rechtbrei
zie ik dan wel weer. Het is immers september en het waait.
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen
www.han.nl/hanovatie
2