Febiac_Engagementsverklaring_Klimaattop VL_2016

Download Report

Transcript Febiac_Engagementsverklaring_Klimaattop VL_2016

Febiac en haar leden promoten nieuwe technologieën en aangepast wegennet om
de CO2-uitstoot van het wegverkeer te verminderen.
Engagementsverklaring
Vlaamse Klimaattop
1 december 2016
Engagement
FEBIAC, de Belgische automobiel- en tweewielerfederatie, verbindt zich ertoe om in 2017 binnen haar
organisatie en met haar stakeholders te zoeken naar oplossingen en maatregelen enerzijds om de uitrol
van milieuvriendelijke voertuigen te versnellen, anderzijds om het wegennet te moderniseren zodat er
een milieuvriendelijker gebruik van de voertuigen mogelijk wordt.
Vandaag blijft het wegverkeer hét belangrijkste vervoersmiddel. Meer dan 70% van het personenvervoer
gebeurt met de wagen: hetzij met een privé-voertuig, met een taxi of met een gedeeld voertuig.
Bussen zijn het meest gebruikt openbare vervoermiddel binnen Europa voor stedelijk-, voorstedelijk en
interlokaal vervoer van personen. Bussen zijn ook de meest kostenefficiënte en flexibele vorm van
openbaar vervoer, die een minimum aan investering vereisen bij de start van nieuwe lijnen of routes.
Vrachtvervoer over de weg is de ruggengraat van de handel in Europa. Vracht- en bestelwagens vervoeren
meer dan 14 miljard ton goederen per jaar, 75%1 hiervan wordt geleverd in Europese landen.
Van bron tot wiel
Voor de Europese samenleving is het terugdringen van emissies een prioriteit en de Europese
autoconstructeurs sluiten zich hierbij aan. In 2015 lag de gemiddelde CO2-uitstoot van nieuwe
personenwagens 36% lager dan in 1995. De uitstoot van CO 2 wordt verlaagd door het verbeteren van de
efficiëntie van de motoren, het ontwikkelen van geavanceerde aandrijflijnen en het gebruik van lichtere
en innovatieve materialen. In 2021 zal de gemiddelde CO2-uitstoot van nieuwe personenwagens 42% lager
zijn dan nieuwe wagens uit 2005.
Nieuwe vrachtwagens in Europa zijn een derde zuiniger geworden op 30 jaar tijd en produceren minder
CO2 per ton dan de meeste personenwagens. De besparingen op CO2 zijn bereikt in combinatie met sterke
afnames aan NOx-gassen en fijnstof zoals voorgeschreven door de Euro-normen.
Daarnaast werd ook de uitstoot van andere polluenten en de geluidsniveaus verlaagd. Ondanks de
geleverde inspanningen blijft de totale emissie aan broeikasgassen stijgen door de toenemende vraag naar
mobiliteit. Algemeen wordt aangenomen dat deze trend zich zal verderzetten in de komende decennia.
Met het concept ‘design voor duurzaamheid’ heeft de automobielindustrie ook aandacht voor de milieuimpact van de autoproductie. 97% van een auto wordt vandaag hergebruikt, gerecycleerd of energetisch
gevaloriseerd2 en de waterconsumptie per geproduceerd voertuig is met maar liefst 36%3 gedaald sinds
2006.
Innovatie
De automobielsector is een voortrekker in innovatie in Europa. In 2014 investeerde de sector 45 miljard
euro in onderzoek en ontwikkeling en is hiermee de grootste private investeerder in R&D in Europa. In
2015 werden meer dan 6000 patenten toegekend in de automobielindustrie door het Europees
Octrooibureau. De sector zal verder inzetten op nieuwe technologieën om tegemoet te komen aan de
stijgende vraag naar milieuvriendelijkere, slimmere en veiligere voertuigen.
1
ACEA, Reducing CO2 together: an integrated approach - Heavy-duty vehicles, 2016
Febelauto, Jaarverslag 2015, 2016
3 ACEA, ‘Reducing CO together: an integrated approach’ – Passenger cars and vans, 2016
2
2
1
De automobielsector tracht zelf op verschillende manieren de CO2- en vervuilende emissies terug te
dringen, maar pleit terzelfdertijd voor een geïntegreerde aanpak, waarbij niet alleen gekeken wordt naar
de uitstoot van nieuwe voertuigen, maar waarbij ook andere stakeholders en omgevingsfactoren die een
invloed hebben op de emissies over de hele levensduur van een voertuig, mee betrokken worden:

Alternatieve brandstoffen en aandrijvingen
Alternatieve brandstoffen en aandrijftechnologieën waarvan verwacht
wordt dat ze de komende jaren kunnen doorbreken, omvatten elektrische,
plug-in hybride en waterstofbrandstofcelvoertuigen en voertuigen die op
CNG/LNG rijden. Autoconstructeurs zullen de komende jaren vele nieuwe
modellen met alternatieve aandrijving op de markt brengen. Hoewel de
marktacceptatie van alternatief aangedreven voertuigen toeneemt,
stellen ze momenteel maar een klein aandeel voor in de autoverkoop in
Vlaanderen. Marktpenetratie van alternatieve voertuigen promoten, is
een essentieel onderdeel voor het doen dalen van de gemiddelde CO2uitstoot.
Europese overheden zullen de ontwikkeling en verspreiding van
alternatieve aandrijvingen moeten ondersteunen, door het uitvoeren van
het CPT-plan, door het uitrollen van interoperabele laadinfrastructuur
binnen Europa en door het beïnvloeden van de consument op basis van
Europees afgestemde regels.

Slimme transportsystemen (ITS): decarbonisatie dankzij verbeterde connectiviteit
Slimme transportsystemen in het algemeen en meer specifiek de technologieën van geconnecteerde
wagens zijn instrumenten die bestuurders helpen bij het optimaliseren van hun rijgedrag: routeplanning,
het vinden van een vrije parkeerplaats of andere beslissingen op basis van data verstrekt door publieke en
private providers.
ITS en geconnecteerde voertuigen helpen om het brandstofgebruik te verminderen, de kosten te verlagen,
de doorstroming van het verkeer te verbeteren en dus de CO2-emissies te verlagen.
Voertuigen die uitgerust zijn met een ecologisch navigatiesysteem (een dynamisch navigatiesysteem dat
real-time data gebruikt om het brandstofverbruik te verlagen) hebben een potentieel om de emissies te
verlagen met 5 à 10%4. Systemen die de bestuurder op een milieubewust rijgedrag wijzen – het systeem
herkent het rijgedrag van de conducteur en geeft hem adviezen tijdens de rit en feedback erna – kunnen
de CO2-emissies verlagen van 5 tot 20%5.

Versnelde vernieuwing van het wagenpark
De automobielindustrie heeft met succes motoren én componenten verder ontwikkeld om de
brandstofefficiëntie te verbeteren en de emissies van nieuwe voertuigen te reduceren. Maar nieuwe
voertuigen vormen maar 10%6 van het totaal Belgisch wagenpark: de gemiddelde leeftijd van een wagen
in Vlaanderen is 10 jaar7 en dit neemt jaarlijks toe. Naast milieudoelstellingen voor nieuwe voertuigen
leidt ook een snellere vervanging van het bestaande wagenpark tot een jonger en moderner park, met een
verlaging van de uitstoot als gevolg. De invoering van een milieusturende fiscaliteit is daartoe een
belangrijke hefboom.

Rijgedragondersteuning
Een milieubewust rijgedrag bestaat uit technieken en handelswijzen die de bestuurder kan gebruiken om
zijn voertuig voor te bereiden, zijn rit te plannen en milieubewust te rijden om zijn brandstofverbruik te
verminderen. Deze methoden omvatten:
ACEA, ‘Reducing CO2 together: an integrated approach’ – Passenger cars and vans, 2016
ACEA, ‘Reducing CO2 together: an integrated approach’ – Passenger cars and vans, 2016
6 FEBIAC, statistieken wagenpark, oktober 2016
7 FEBIAC, statistieken gemiddelde leeftijd wagens, oktober 2016
4
5
2
rijden aan een gepaste en constante snelheid;
een stationair draaiende motor vermijden;
ritten uitstippelen om files te vermijden;
een goed onderhoud van het voertuig.
-
Ecologisch rijden wordt gestimuleerd door een goede vorming van de bestuurder en het gebruik van
rijhulpsystemen aan boord van het voertuig die feedback en advies geven op basis van de prestaties.
Ecologisch rijgedrag kan de CO2-uitstoot tegen 2030 terugdringen met 15%8.

Performante infrastructuur en slim verkeersmanagement
Moderne verbrandingsmotoren zijn het meest efficiënt bij ritten aan een gelijkmatige snelheid zonder al
te frequente of bruuske snelheidsschommelingen. Het beperken van congestie met veel stop&go verkeer,
het wegwerken van flessenhalzen en missing links op het hoofdwegennet, en het beter afstemmen van
opeenvolgende verkeerslichten (groene golven) kan de uitstoot fors terugdringen.
Vracht- en busverkeer gedraagt zich anders dan (individueel) autoverkeer en vraagt om specifieke ITStoepassingen maar met heel wat potentieel voor betere benutting van trucks, bussen en infrastructuur:





Systemen voor verkeerslichten, zoals Energy Efficent Intersection Service (groene golf voor bepaalde
bussen of vrachtwagens) en Green Light Optimised Speed Advisory (aftelsysteem bij verandering van
de verkeerslichten of snelheidsinformatie om sterk afremmen aan verkeerslichten te vermijden), kan
leiden tot 5% CO2-besparing in stedelijke gebieden.
Het boeken van een leveringsruimte voor vrachtvoertuigen in de nabijheid van de leveringsplaats kan
de CO2-emissies verminderen tot meer dan 20%. Wanneer er rekening gehouden wordt met het
percentage voor de hele dag, schommelen de besparingen rond 5 à 10% voor stedelijke leveringen.
Intelligent Truck Parking kan tot 2% in CO2-emissies reduceren voor langeafstandsvervoer door de
extra afstand die gereden wordt naar het zoeken van een parkingplaats te verminderen.
Het verlengen van opritten van autosnelwegen kan een besparing opleveren van 14% tot 17% in CO 2uitstoot bij het oprijden van autosnelwegen.
Een aangepast rijgedrag van de bestuurders bij grote vloten kan de CO 2-emissies met 9% terugdringen.
Volgens een recente studie van ACEA en Ertico 9 heeft een geïntegreerde aanpak door ITS van rijgedrag en
infrastructuur een grote potentieel in het verminderen van de CO2-uitstoot. Hun meest beloftevolle
bevindingen voor ITS-applicaties aan boord van een vrachtvoertuig zijn:
 Ondersteuning voor het milieubewust rijden kan 7% tot 10% van de CO 2-emissies besparen op nietstedelijke wegen (behalve autosnelwegen). Voordelen tot 25% voor zware vrachtwagens en bussen zijn
mogelijk in zeer plaatselijke situaties, bijvoorbeeld bij benadering van kruispunten en verkeerslichten
als er geen file is.
 Eco-routing (het uitzoeken van de meest milieuvriendelijke route) kan voordelen opleveren van 4% tot
12% in stedelijke gebieden.
 Truck platooning kan de CO2-emissies van 7% tot 16% verminderen voor de volgende voertuigen,
afhankelijk van de afstand tussen de voertuigen. Voor het voorste voertuig zijn er CO2-reducties
mogelijk van 1% tot 8%.

Mobiliteit sturende fiscaliteit
Tot slot is gedrag sturende fiscaliteit een ander instrument om congestie en bijgevolg emissies terug te
dringen. Sinds haar eind 2013 verschenen studie “Slimme fiscaliteit voor betere Mobiliteit 10” is FEBIAC een
van de voortrekkers en pleitbezorgers van een slimme en faire kilometerheffing voor alle voertuigen ter
vervanging van de huidige verkeersbelastingen en (een deel van de) accijnzen. FEBIAC gelooft dat de
invoering van een kilometerheffing die verkeer kan sturen naar tijd en plaats (slim), én van een pakket
8
ACEA, Reducing CO2 together: an integrated approach – Passenger cars and vans, 2016
9
ACEA and ERTICO, ITS for reducing CO2 emissions of heavy commercial vehicles
10
Studie FEBIAC/PwC: Slimme fiscaliteit voor betere mobiliteit (22/10/2013)
3
aan maatregelen die voorziet in volwaardige alternatieven tijdens de spits (fair), een wezenlijke bijdrage
kan leveren aan de daling van de maatschappelijke kosten, o.a. in termen van CO2-uitstoot. FEBIAC
engageert zich dan ook om de invoering van een budgetneutrale slimme kilometerheffing op de politieke
agenda te krijgen en om het pakket met begeleidende maatregelen mee te helpen vormgeven.
November 2016
Contact:


Laurent Willaert, Directeur Public Affairs, [email protected]
Sophie Poidevin, Adviseur Milieu, [email protected]
Over FEBIAC
FEBIAC vzw is de Belgische federatie van de auto- en tweewielerindustrie. Ze vertegenwoordigt de
constructeurs en invoerders van de vervoermiddelen op de weg (personenwagens, bedrijfsvoertuigen,
gemotoriseerde tweewielers, fietsen); en dit op Europees, internationaal, federaal en regionaal niveau.
FEBIAC organiseert de European Motor Show Brussels. Deze salons zijn erkend door en staan op de
kalender van de OICA. In de pare jaren vindt het Internationaal Auto-, Motorfiets- en Fietssalon plaats,
in de onpare jaren het Internationaal Bedrijfs- en Vrijetijdsvoertuigensalon, gekoppeld aan het
Internationaal Motorfietssalon. Elk jaar in januari worden de Heizelpaleizen in Brussel de grootste
showroom van het land.
België, de thuis van assembleurs, constructeurs en invoerders van voertuigen.
Dankzij onze open economie - kenmerkend voor België - zijn zowat alle buitenlandse automerken hier
vertegenwoordigd. Vorig jaar werden in ons land nog 370.000 auto's en 40.000 bedrijfsvoertuigen,
autobussen en autocars geassembleerd. De hele autosector (assembleurs, constructeurs, invoerders,
verdelers, handelaars, herstellers en recycleurs) heeft dan ook een belangrijke invloed op de economie
en de tewerkstelling. Direct en indirect is bijna 5% van de beroepsbevolking actief in deze sector.
Tweewielerindustrie
De tweewielerindustrie is een bloeiende sector. FEBIAC betrekt de gemotoriseerde tweewielers en de
fietsen in het mobiliteitsdebat.
FEBIAC internationaal
De industrie neemt meer en meer beslissingen op internationaal niveau. Daarom is FEBIAC actief in OICA
en volgt zo de evolutie van de technische reglementering voor motorvoertuigen. De federatie volgt ook
de activiteiten van de Europese verenigingen ACEA, ACEM.
De maatschappelijke rol van het wegvervoer
De federatie bekommert zich om de maatschappelijke rol van het wegvervoer. Daarom zijn milieu,
mobiliteit, verkeersveiligheid en fiscaliteit belangrijke thema's voor de federatie en onderzoekt FEBIAC
hoe de sector kan bijdragen tot het debat.
4