Hartkatheterisatie/FFR/Dotterbehandeling

Download Report

Transcript Hartkatheterisatie/FFR/Dotterbehandeling

Patiënteninformatie

Hartkatheterisatie/FFR/Dotterbehandeling

Hartkatheterisatie in dagbehandeling

Binnenkort krijgt u in ons ziekenhuis een hartkatheterisatie. U wordt hiervoor opgenomen op de afdeling ‘dagbehandeling cardiologie’. In deze folder vindt u algemene informatie over wat u te wachten staat.

Wat is een hartkatheterisatie?

Een hartkatheterisatie is een onderzoek om te bekijken of er vernauwingen zijn in de kransslagaderen. Dit zijn de bloedvaten die rondom het hart lopen. Ze voorzien de hartspier van zuurstofrijk bloed. De hartspier heeft immers zuurstof nodig om zijn functie te kunnen uitoefenen, namelijk het rondpompen van bloed door het lichaam. Bij een hartkatheterisatie brengt de cardioloog een katheter (dun slangetje) in, via een bloedvat in de lies of pols. Deze katheter wordt opgeschoven via de bloedbaan totdat het uiteinde in één van de kransslagaderen ligt. Door de katheter wordt contrastvloeistof gespoten. Deze vloeistof is zichtbaar op de röntgenbeelden. Hierdoor komen uw kransslagaderen in beeld en ziet de cardioloog waar eventuele vernauwingen zitten. Op de dagbehandeling cardiologie zorgen de medewerkers ervoor dat u de juiste voorbereiding en nazorg krijgt. Wij doen er alles aan om deze dag voor u zo prettig mogelijk te laten verlopen.

Informatie vooraf Medicatie

Neemt u alstublieft uw medicijnen mee, in de originele verpakking. Gebruikt u:

Plasmedicatie: deze in de vier uur voorafgaand

aan het onderzoek niet innemen.

Diabetesmedicatie/insuline: deze in de vier uur

voorafgaand aan het onderzoek niet innemen/gebruiken.

Bloedverdunners:

Tenzij uw eigen cardioloog of de afdeling Planning Hartcentrum u anders vertelt, geldt het volgende: - Acenocoumarol (Sintrom Mitis): een dag voor de katheterisatie niet innemen. - Fenprocoumon (Marcoumar): twee dagen voor de katheterisatie niet innemen. - NOAC (Pradaxa/Xarelto/Eliquis/Lixiana): deze de avond voor de ingreep niet innemen. - Ascal/Clopidogrel (Plavix)/Ticagrelor (Brilique): deze wel gewoon innemen.

Let op! Er zijn twee uitzonderingen:

1. Als u in het bezit bent van een kunstklep, kunt u alle bloedverdunners blijven innemen. Tenzij anders aan u is medegedeeld.

2. Gebruikt u een NOAC (Pradaxa/Xarelto/Eliquis/Lixiana) en wordt u gedotterd , dan kan het zijn dat de dosis van de NOAC (tijdelijk) gewijzigd moet worden. Neemt u alstublieft ook het formulier van de trombosedienst mee. Hierop staat uw doseringsschema. Overige medicatie kunt u op de dag van het onderzoek gewoon innemen met water. De apothekersassistent van de ziekenhuisapotheek van Amphia belt u een dag voor de behandeling. Hij bespreekt met u uw medicatiegebruik en registreert dit in uw dossier.

Nuchter

Het is belangrijk dat u nuchter bent. Dit houdt in: Wordt u vóór 8.00 uur opgenomen, neemt u dan 's ochtends alleen heldere dranken;

Hartkatheterisatie/FFR/Dotterbehandeling

1-5

Wordt u tussen 8.00 en 10.00 uur opgenomen, neemt u dan ‘s ochtends een licht ontbijt en daarna alleen heldere dranken.

Wordt u na 12.00 uur opgenomen, dan kunt u ’s ochtends tot 10.00 uur ontbijten, daarna alleen heldere dranken. Het kan zijn dat het voor u anders is. Dan geven wij dit aan u door. Onder heldere dranken wordt verstaan: thee zonder melk frisdrank zonder koolzuur helder vruchtensap zonder vruchtvleesdeeltjes water ranja Onder licht ontbijt wordt verstaan: een of twee beschuiten of toast, met licht verteerbaar zoet beleg zoals honing en jam en heldere drank.

Allergieën/contrastvloeistof

Bent u overgevoelig voor bepaalde medicijnen, contrastmiddelen of andere zaken, meldt u dit dan vóór het onderzoek aan de medisch specialist of de verpleegkundige op de dagbehandeling.

Nierfunctiestoornissen

Heeft u een verminderde werking van de nieren, dan kan het zijn dat u het nodig is om u voorafgaand aan het onderzoek extra vocht toe te dienen via het infuus. In dit geval wordt u eerder opgenomen.

Wat gebeurt er bij aankomst op de dagbehandeling?

De dagbehandeling cardiologie bevindt zich op de locatie Molengracht. Bij aankomst meldt u zich bij de receptie van de hoofdingang. Vanuit hier begeleiden we u naar de dagbehandeling of de afdeling bloedafname, in het geval er eerst nog bloed geprikt moet worden. Daarna wordt u ontvangen in de opnamekamer. Hier heeft u eerst een opnamegesprek met de verpleegkundige. De liezen worden geschoren en we maken een hartfilmpje (ECG). Vlak voordat u naar de katheterisatiekamer wordt gebracht, krijgt u een jasje aan van het ziekenhuis. U krijgt ook een rustgevende tablet. Het is verstandig om voor het onderzoek nog even te plassen. Uw begeleider kan, als hij of zij in het ziekenhuis wil wachten, plaatsnemen in de wachtkamer of in de centrale hal.

Wat gebeurt er tijdens het onderzoek?

U wordt in een bed naar de hartkatheterisatie-kamer gereden. Daar ontvangen de medewerkers u op de opvangkamer. Zij treffen nog een aantal kleine voorbereidingen. Daarna wordt u naar de behandelkamer gebracht en stapt u over op een onderzoekstafel. Een cardioloog of een cardioloog in opleiding onder supervisie van een cardioloog voert het onderzoek uit. De medisch specialist wordt geassisteerd door gespecialiseerde verpleegkundigen van de hartkatheterisatie-kamer.

Voorbereiding

Voorafgaand aan de katheterisatie is er een zogenoemde ‘Time out-procedure’. De cardioloog stelt hierbij een aantal vragen aan u en aan de verpleegkundige van de katheterisatiekamer. Op deze manier controleren we of alle voorbereidingen zijn gedaan en we veilig aan het onderzoek kunnen beginnen. Tegenwoordig verrichten we de hartkatheterisatie bij voorkeur via de slagader in de pols. Onder bepaalde omstandigheden kan de cardioloog toch besluiten om via de liesslagader te gaan. Dit wordt met u besproken tijdens de time-out procedure. Uw lichaam, met uitzondering van uw gezicht, wordt vervolgens afgedekt met steriele doeken. Op de plaats waar de katheter wordt ingebracht (pols of lies), maken we de huid goed schoon met een desinfecterend middel. Daarna krijgt u een plaatselijke verdoving. De verdoving is alleen nodig voor de huid en weefsels daar direct onder. Zodra de katheter in de bloedbaan komt, voelt u deze niet meer.

Hartkatheterisatie/FFR/Dotterbehandeling

2-5

Uitvoering

De cardioloog brengt de katheter in, in het bloedvat en schuift deze via de bloedbaan richting uw hart.

Als het uiteinde van de katheter in een kransslagader ligt, spuit hij contrastvloeistof in.

Hierdoor komen de kransslagaderen in beeld. U blijft de hele procedure bij kennis. Het kan zijn dat u tijdens het onderzoek pijn op de borst heeft. Geeft u dit altijd meteen aan.

Mogelijke behandelingen Rechtskatheterisatie

De procedure zoals hierboven beschreven wordt een linkskatheterisatie genoemd. Hierbij wordt dus gekeken naar de kransslagaderen in het hart.

Indien er bij u ook een rechtskatheterisatie moet worden gedaan, worden ook de bloeddrukken in de rechterharthelft gemeten. Bij dit onderzoek wordt er een katheter in een ader in de lies (in plaats van in een slagader) ingebracht.

De katheter wordt via de bloedbaan opgeschoven, totdat het uiteinde in de longslagader in de rechterharthelft ligt. Het kan zijn dat u bij een rechtskatheterisatie kortdurend hartkloppingen ervaart. Dit hoort erbij en verdwijnt vanzelf weer.

Dotterbehandeling

Als de cardioloog vernauwingen aantreft in de kransslagaderen, dan behandelt hij deze in sommige gevallen direct. Dit doet hij met een dotterbehandeling.

Op de plaats van de vernauwing wordt dan een ballonnetje opgeblazen. Hierdoor wordt de vernauwing weggedrukt. In de meeste gevallen laat de cardioloog daarna op die plaats een stent (een soort balpenveertje) achter. Deze stent zorgt ervoor dat het vat structureel wijder blijft. Het bloed kan zo beter doorstromen.

FFR-meting

Het kan zijn dat bij u een FFR-meting (Fractional Flow Reserve) moet worden uitgevoerd. Dat wordt dan gedaan om te kijken om de ernst van de vernauwing in de kransslagader vast te stellen. De cardioloog leidt door de katheter een draadje naar de vernauwing in de kransslagader. Aan dit draadje zit een meetinstrumentje waarmee hij meet hoe hoog de bloeddruk is in de kransslagaders. Dit gebeurt net vóór en net ná de vernauwing. Bij de meting wordt gebruik gemaakt van een medicijn dat de bloedvaten tijdelijk wijder maakt. Dit medicijn kan kortdurend een warm, kortademig of beklemmend gevoel op de borst geven.

Duur

Een hartkatheterisatie duurt ongeveer één uur. De behandeling duurt langer als de cardioloog ook een dotterbehandeling, een rechtskatheterisatie of FFR-meting uitvoert.

Wat gebeurt er na afloop van het onderzoek?

Na afloop van het onderzoek wordt de katheter verwijderd en helpt de verpleegkundige u over te schuiven naar uw eigen bed. Hierna haalt de verpleegkundige van de dagbehandeling u weer op. Als u een hartkatheterisatie via de pols heeft gehad, krijgt u hieromheen een drukbandje met lucht. De verpleegkundige op de afdeling laat de lucht uit het drukbandje langzaam weglopen, totdat het tenslotte verwijderd kan worden.

Hartkatheterisatie/FFR/Dotterbehandeling

3-5

Vervolgens dekt de verpleegkundige het wondje af met een drukverbandje. Dit moet 24 uur blijven zitten. U blijft een uur lang rustig op bed liggen.

Daarna is het belangrijk om de betreffende arm rust te geven. U krijgt hiervoor een mitella. Is de hartkatheterisatie via de lies gedaan, dan dient u een aantal uren plat op bed te liggen om nabloeden te voorkomen. Dit houdt in dat u het betreffende been goed gestrekt moet houden. Als er een drukverband is gebruikt, blijft u zes uur platliggen. Bij gebruik van een ‘angioseal’ is dit twee uur. Een angioseal is een soort plugje dat het gemaakte gaatje in het bloedvat afsluit. Dit lost vanzelf op binnen negentig dagen na de behandeling. Het is natuurlijk ongemakkelijk om plat te moeten blijven liggen.

De verpleging probeert u zoveel mogelijk te helpen.

Nadat u plat heeft gelegen, moet u nog een half uur in bed blijven. Daarna beweegt u een á twee uur voordat u naar huis gaat. Na het onderzoek is het heel belangrijkom veel te drinken, minstens één liter. De gebruikte contrastvloeistof moet u er namelijk zo snel mogelijk weer uitplassen. De eerste uren na het onderzoek controleert de verpleegkundige regelmatig uw bloeddruk, hartslag, pols en/of lies.

Als alle controles in orde zijn, volgt een ontslaggesprek met de verpleegkundige van de afdeling. Vragen van medische aard kunt u stellen aan de arts-assistent of verpleegkundig specialist die op dat moment op de afdeling aanwezig zijn. Na het ontslaggesprek en de ontvangst van uw ontslagpapieren kunt u naar huis. Bij een poliklinische hartkatheterisatie is dit meestal al dezelfde avond, afhankelijk van het tijdstip van het onderzoek. Soms zijn er medische redenen om een nachtje te blijven. In dat geval wordt u over geplaatst naar onze shortstay-afdeling.

Belangrijke nazorg

Het is mogelijk dat u een nabloeding krijgt. Daarom mag u niet zelf met de auto naar huis rijden.

Wij adviseren u ook de eerste nacht niet alleen thuis te zijn. Het is handig om dit van tevoren te regelen. Ook zijn er om die reden een aantal leefregels: Bent u geholpen via de pols: Probeer uw arm aan de kant waar het infuus zat, zoveel mogelijk te ontlasten. Daarom de eerste drie dagen niet: fietsen autorijden zwemmen zwaar tillen handen schudden huishoudelijk werk doen steunen op de pols teveel bewegingen met uw arm maken Douchen is vanaf een dag na het onderzoek toegestaan. Het drukverbandje mag u de volgende ochtend verwijderen. Daarna kunt u dagelijks een schone pleister op het wondje doen, totdat het helemaal genezen is. Draag de eerste 24 uur een mitella om uw pols te ontlasten. Bent u geholpen via de lies: Probeer uw lies aan de kant waar het infuus zat, zoveel mogelijk te ontlasten. Daarom de eerste week niet: fietsen autorijden zwemmen zwaar tillen persen in bad Douchen is vanaf een dag na het onderzoek toegestaan. De pleister kunt u het beste dagelijks verschonen, totdat het wondje droog is.

Complicaties

Bij dit onderzoek komen slechts zelden complicaties voor. Zijn er wel complicaties, dan is het meestal niet ernstig. Bijvoorbeeld een bloeduitstorting op de plaats waar de katheter is ingebracht of een overgevoeligheidsreactie op de contrastvloeistof. Een kleine blauwe plek is normaal.

Hartkatheterisatie/FFR/Dotterbehandeling

4-5

Powered by TCPDF (www.tcpdf.org) Als na ontslag: · de blauwe plek plotseling groter wordt.

een zwelling ontstaat.

een bloeding ontstaat. Neemt u dan contact op met telefoonnummer: (076) 595 49 23 (dag en nacht bereikbaar). Ernstige complicaties zijn zeldzaam. De cardioloog weegt altijd zorgvuldig de voor- en nadelen tegen elkaar af. De zeer geringe kans hierop tegenover de voordelen van de belangrijke informatie, die door een hartkatheterisatie wordt verkregen.

De uitslag

De cardioloog die de katheterisatie uitvoert, kan meestal al een voorlopige uitslag geven. Het kan zijn dat er tijdens de hartkatheterisatie afwijkingen gevonden zijn, die niet meteen behandeld konden worden. Dan is verder onderzoek of overleg nodig. U wordt besproken in het hartteam, dat bestaat uit een cardioloog en een cardio-thoracaal chirurg. Zij overleggen wat voor u de beste behandelmogelijkheid zou zijn.

Uw eigen cardioloog bespreekt dit met u tijdens de eerstvolgende afspraak op de polikliniek. U ontvangt thuis een afspraak hiervoor (als u een cardioloog heeft in Amphia). Bent u doorverwezen vanuit een ander ziekenhuis, dan zorgen wij ervoor dat uw verwijzend cardioloog de informatie krijgt toegestuurd over het verloop van de katheterisatie en de eventuele bespreking in het hartteam. Uw eigen cardioloog informeert u over verdere behandeling.

Vragen?

Wij helpen u graag. U kunt contact opnemen met de assistent of uw behandelend specialist van de polikliniek Cardiologie. Locatie Molengracht: T (076) 595 50 00 Secretariaat Planning Hartcentrum: T (076) 595 30 32 www.amphia.nl/cardiologie

Hartkatheterisatie/FFR/Dotterbehandeling

5-5