Elk mens is geliefd en welkom

Download Report

Transcript Elk mens is geliefd en welkom

DICHTBIJ / RONALD KOOPS AHA

Bij AHA hebben ze respect voor iedereen:

‘Elk mens is geliefd en welkom’

Een warme huiskamer, midden in een drukke en kille stad. Zo laat het project Amsterdammers Helpen Amsterdammers (AHA) zich het beste omschrijven. AHA is al heel wat jaren een veilige haven in Amsterdam voor veel daklozen. Maaike van Iersel: ‘Je moet eerst een band opbouwen, pas dan kun je proberen iets te delen van het Evangelie.’

De contrasten in Amsterdam blijven groot. Als ik over een zonovergoten Oudezijds Voorburgwal stevig doorstap voor een verhaal over de daklozenopvang AHA, zie ik een groepje studenten van de Universiteit van Amsterdam staan: strak in het pak, jasje dasje en zonnebril, duidelijk op weg naar een of andere feestelijke bijeenkomst in de Agnietenkapel, die bijna naast het pand van Tot Heil des Volks ligt. Een voorbeeld van jong en succesvol Amster dam. Een paar meter verder word ik geconfronteerd met een heel ander slag mensen. Daar zitten ze, in schijnbaar opperste ongedwongenheid, op het terras van een van de vele coffeeshops die Amsterdam rijk is, aan een flinke joint, met wijde en soms kapot geknipte broeken, grote rugzak ken en baarden. Maar mijn einddoel deze ochtend ligt nog iets verder op de Oudezijds Voorburgwal en ook iets meer richting ‘De Wallen’: het pand van Amsterdammers Helpen Amsterdammers (AHA). Daar zitten nou net níét de meest succesvolle mensen, althans, volgens de ‘normale’ maat schappelijke maatstaven. Maar ja, wat is normaal?

Ongemakkelijk

En de ongeveer vijftig daklozen, die elke doordeweekse dag te vinden zijn in het inloophuis van AHA – soms al meer dan 25 jaar – zijn die normaal? Daar geef ik mooi geen antwoord op. Ik ga er gelukkig ook niet over. Wel vind ik ze bijzonder. En – eerlijk is eerlijk – ik voel me er ook altijd een beetje ongemakkelijk bij: ik ben heus niet bovenmo daal succesvol of rijk, maar ik vóél me op een of andere manier wel succesvol als ik oog in oog sta met deze men sen zonder vaste woon- of verblijfplaats: sommige zwaar onverzorgd, stil voor zich uit starend en anderen juist weer strak in het pak. Zonder gekheid: de vaste AHA-klant met pak schijnt vaak te worden aangesproken met de vraag of hij de leiding heeft. Ik vind dat bijzonder grappig.

Maar toch. Deze mensen hebben vaak niemand. Hoewel? Dit hebben dit natuurlijk wel: een huiskamer in hartje Amsterdam, waar het altijd warm is, waar altijd gratis kof fie en een warme middagmaaltijd voorhanden is en waar – ook altijd – een luisterend oor is, een arm om je heen en een bijbellezing en een gebed. En ook dat raakt me. Neem nou Maaike van Iersel, die al jaren actief is binnen AHA. Ze schenkt koffie, serveert maaltijden, ze luistert, bidt, praat en bemoedigt. Niet dat ze daar iets van wil weten – ‘ik houd niet zo van de voorgrond’ – maar ze dóét het dan toch maar, al 25 jaar, waaronder acht jaar bij Tot Heil des Volks. En waarom eigenlijk? Ze kijkt even omhoog en denkt diep na. Dan: ‘Dat weet ik eigenlijk niet, weet je dat? Gewoon, omdat ik ontzettend van mensen houd en nog meer van God.’ Hoewel de jonge generatie toch vaak van de kortston dige vrijwilligersprojecten is, is Maaike meer van de lange adem. ‘Ik vind het belangrijk om een vertrouwensrelatie op te bouwen met de mensen die hier komen. Weet je waar om? Het klinkt gek, maar dan ga je op een bepaalde ma nier van elkaar houden. Je moet eerst een band opbouwen, pas dan kun je proberen om iets te delen van het Evangelie,

20

DE OOGST Maaike: ‘Ik vind het belangrijk om een vertrouwensrelatie op te bouwen met de mensen die hier komen.’ FOTO’S: MARGRIET ALBLAS ook omdat ze vooral naar je houding en betrouwbaarheid kijken. Pas na jaren krijg je echt goede gesprekken. In het begin liegen ze van alles aan elkaar, dan proberen ze je uit: ben je echt te vertrouwen?’

Eenzaam sterven

Een band brengt ook verdriet met zich mee als iemand overlijdt. Laatst overleed er een dakloze met wie Maaike al meer dan tien jaar een band had: elke maandag om stipt 22.00 uur belde ze naar de opvang waar hij verbleef. ‘We hadden altijd een kort gesprekje. Ik vroeg hem wat hij nodig had, of ik nog iets voor hem kon betekenen en vaak bad ik voor hem.’ Toen hij overleed, ging Maaike naar zijn begrafenis. Ze was bijna de enige, naast de vertegenwoor diger van de gemeente en de begrafenisondernemer. ‘Af scheid nemen van eenzame mensen is op een of andere manier extra moeilijk.’ Evenals andere mensen ontmoet ook Maaike wekelijks mensen die al hier al meer dan 25 jaar komen. ‘Dan blij ven ze in dit circuit, en daar moeten ze eigenlijk uit, maar dat lukt dus niet altijd. En hier is het wel vertrouwd voor ze. Ze komen binnen, hebben vaak een eigen stekkie en veel bezoekers hebben ’s nachts niet geslapen. Dan slapen ze met hun hoofd op tafel een paar uur bij, in een warme en vertrouwde omgeving. Dat is wat mij mogen bieden als AHA.’

Succesvol?

AHA is gevestigd in een typisch lang en smal grachten pand. Achter in de huiskamer is een balie met daarachter een keuken en een klein kantoortje. Daar zit Thys (66), ook hij werkt als vrijwilliger. Hij geniet van het contact met daklozen. ‘Sommigen willen gewoon graag iets ver tellen, dat kun je soms gewoon merken.’ Maar het is ook confronterend, want de scheidslijn tussen de ‘succesvol len der aarde’ en de mensen die uiteindelijk tussen wal en schip vallen, is soms akelig dun. Neem het verhaal van Karel. Hij was een gevierd ondernemer, had zelfs een eigen privévliegtuig, maar werd elf jaar geleden keihard geraakt door de financiële crisis. Nu woont hij in een oude camper en z’n schuldeisers zitten nog steeds achter hem aan. Thys: ‘Hij probeert via schuldhulpverlening uit de schulden te komen en hij klampt zich daaraan vast, zodat hij weer een doel heeft en verder kan met z’n leven. Dat soort verhalen raken me.’ In de keuken staat Martin – net als Thys ook met pensioen – te koken. De pot schaft vanmiddag nasi. Waarom kookt hij hier iedere week? Martin: ‘Ik ben meer praktisch inge steld en vind het leuk om te koken. Toen ik met pensioen ging, zei ik tegen m’n vrouw: “Jij hebt 45 jaar gekookt toen ik aan het werk was, nu kook ik.” Hij lacht: ‘Maar dat ik híér elke week zou koken, had ik toen niet bedacht. Maar ik vind het wel mooi om te doen.’ ‘En hij kan heerlijk koken!’ zegt Maaike opgetogen, ‘dus hij is echt een aanwinst.’ Terwijl ze een kopje koffie inschenkt voor een bezoeker, zegt ze: ‘De koffie drinken ze op, maar onze vriendelijk heid drinken ze in, want er wordt altijd op ze neergeke ken. Wij doen dat niet: we behandelen iedereen met het meeste respect, de liefde van Jezus is daarbij ons uit gangspunt: elk mens is uiteindelijk een geliefd schepsel van Hem.’

Ż

Meer informatie en ook een informatiefilmpje vindt u op onze site: www.totheildesvolks.nl. Wilt u AHA financieel steunen? Lees dan de giftenbrief die met deze Oogst is meegestuurd. Hartelijk dank!

DE OOGST

21